Printen

Signalen 22

 

R. Sollie-Sleijster

23-01-16

 

Je tanden stukbijten op 'sola Scriptura' – ND 02/04/15

 

Gerald Bruins interviewt dr. Arnold Huijgen (CGK – hoofddocent systematische theologie aan de TUA) als een van de initiatiefnemers van een conferentie (TUK, TUA, leerstoel GB) en een nascholingscursus voor predikanten (PEP van de TUK) over de betekenis van het sola Scriptura voor vandaag. Dr. Huijgen wijst op de Bijbel als bron van gezag tegenover een rooms-katholieke traditie die de kerk als beslissende autoriteit in geloofszaken ziet.

Maar Huijgen vraagt zich af wàt de Bijbel dan precies zegt? Dat is actueel en raakt de hermeneutiek, want het bepaalt de manier waarop je de Bijbel uitlegt als het gaat over de vrouw in het ambt, schepping en homoseksualiteit. Meer algemeen is de vraag hoe je omgaat met culturele factoren. Moet je de zwijgteksten meewegen? Kan de Geest ons leiden op wegen die niet in de Schrift te zien zijn of spreekt Hij tot ons zoals het in de Bijbel staat?

 

Huijgen wijst op de veranderde standpunten binnen de GKv in de manier van denken over de hermeneutische principes achter de vrouw in het ambt. Ook wijst hij op het debat tussen voorzitter GB Arjen Mensink en theoloog Gijsbert van den Brink, verbonden aan de VU en de GB, over de evolutiebiologie.

De vraag is hoe je de gegevens uit de Bijbel weegt tegenover wat de wetenschap aanreikt. Wat ons bindt is dat iedereen gehoorzaam wil zijn aan de Schrift en dat niemand de wijsheid in pacht heeft. Daarom hebben we elkaar nodig om de Bijbel goed te kunnen begrijpen, zo concludeert Huijgen.

 

Kort commentaar

 

Maar als je het meewegen van de zwijgteksten ter discussie stelt en het geschreven Woord niet meer alleen gezaghebbend is, dan is toch het sola Scriptura, het alléén de Schrift, losgelaten? Dan kan 'de wetenschap' met wisselende en onzekere resultaten de Schrift aan de kant dringen. Dan kun je wel zeggen dat je gehoorzaam wilt zijn aan de Schrift, maar dan maak je dat niet waar. En juist omdat niemand de wijsheid in pacht heeft, zelfs van nature de verkeerde kant uit wil, ook in z'n denken, zullen we het duidelijke Woord laten staan en elkaar aanmoedigen daarvoor ook metterdaad te buigen. Dat is waar we elkaar voor nodig hebben en waarom we ons gebonden hebben aan de drie formulieren van eenheid! Willen we die binding nog of eigenlijk niet meer?

We bevelen de verhelderende artikelen op deze site over het sola Scriptura van harte ter lezing aan, zowel aan de conferentiegangers en cursisten als aan dr. Huijgen. Ds. Retief weet antwoorden uit het Woord op te diepen, waar Huijgen kennelijk bij vragen blijft staan. Maar wie de antwoorden niet wil horen, zal zich eindeloos blijven vermoeien. Geen licht op ons pad of lamp voor onze voet. Laten we dat licht laten schijnen en daarbij wandelen. Niet de hand voor de lamp houden, maar voor de mond. Dan hoeven we onze tanden niet stuk te bijten, maar kunnen we ze gebruiken om het kostbare voedsel van Gods Woord tot ons te nemen.

 

Kampen over spiritualiteit – Nader Bekeken juni 2015

 

Naar aanleiding van de publicatie van een bundel opstellen Proeven van spiritualiteit ter gelegenheid van het 160-jarig bestaan van de TUK plaatst dr. Aryjan Hendriks kritische noten bij een behoorlijk aantal bijdragen daaruit. De bundel is verdeeld in drie onderdelen: 1. bijbels theologisch, 2. in het spoor van de Reformatie en 3. eigentijds concreet. Van de 15 opstellen in de bundel bespreekt Hendriks bijna de helft.

 

1. Bijbels theologisch

Uit het eerste deel overweegt Hendriks de bijdragen van prof. dr. Gert Kwakkel, dr. Wolter Rose en dr. Hans Burger. De eerste twee scribenten vinden instemming en ontvangen een compliment, maar de bijdrage van Burger ontmoet stevige kritiek. Burgers bewering in zijn opstel 'In Christus zijn' dat 'de gemeenschap met Christus in de gereformeerd-vrijgemaakte traditie op de achtergrond is geraakt' wordt door Hendriks afgewezen: 'Ik geloof er geen draad van. Na bijna veertig jaar pastoraat vind ik dit een generalisatie uit de studeerkamer.' Het strookt niet met Hendriks ervaring in stervensbegeleiding van veel kinderen van God. Zij zochten en vonden hun troost in zondag 1 van de HC, Jezus alleen.

Maar de kritiek van Hendriks gaat dieper als hij Burger hoort stellen dat hij van 'plaatsvervanging' niets wil weten. Burger zet hier 'plaatsbekleding' tegenover. Maar juist bij de verzoening gaat het om 'zonder u'. Eén mens sterft voor het volk (Joh.11:50). Zowel bij Paulus als bij Johannes gaat het om substitutie (vervanging), om het unieke van Jezus als de door God gezonden Zoon. Hendriks wil dan ook beide woorden laten staan: plaatsvervanging èn plaatsbekleding!

 

2. In het spoor van de Reformatie

Uit het tweede deel van de bundel bespreekt Hendriks de bijdrage van prof. dr. Frank van der Pol. Een opstel over Maarten Luther, maar het onbevredigende van de bijdrage vindt Hendriks dat hij het mooie van Luther zo weinig laat landen in de wereld van onze drukke dertigers en veertigers.

 

Die link legt dr. Hans Schaeffer vervolgens in zijn opstel wel. Hij maakt duidelijk dat bij Luther de aanvechting hoort bij het geloof. Ons vertrouwen op God wordt altijd aangevochten door de duivel, de wereld en ons eigen vlees. Schaeffer wijst erop dat Luthers aanvechting dieper gaat dan postmoderne twijfel of onzekerheid.

 

Het opstel van prof. dr. Erik de Boer over de spiritualiteit van het avondmaal draagt de titel 'Christus lijfelijk ontmoeten'. Hendriks heeft moeite met deze manier van formuleren. Het klassieke formulier zegt dat we niet aan de uiterlijke tekenen moeten blijven hangen, maar onze harten opwaarts in de hemel verheffen, waar Jezus Christus is, onze Voorspraak. We ontmoeten Hem toch niet lijfelijk in brood en wijn? Hendriks waarschuwt dat hier de roomse dwaalleer op de loer ligt. Bij het eten en drinken van Christus gaat het om een sacramentele manier van spreken.

 

3. Eigentijds concreet

Prof. dr. Kees de Ruijter stelt onder de titel Eredienst als offerende omgang met God dat we het offer in de eredienst zijn kwijtgeraakt. Hij verbindt de eredienst met ons dagelijks leven. 'De lof die we in de kerkdienst leren en zingen zet ons voorgesorteerd in het leven van alle dag. Daar moet het lofoffer doorgaan. De eredienst wordt levensvorm.' Toch acht Hendriks dit niet toereikend. We noemen onze kerkdienst wel eredienst, maar eren we onze God niet het meest door eerst naar Hem te luisteren? Horen op de eerste plaats en dan prijzen. Klank en weerklank.

 

Hendriks sluit af met bespreking van het verhaal van prof. dr. Stefan Paas over De spiritualiteit van Via Nova. Paas is ouderling in deze kerkplanting van de CGK in Amsterdam (tevens hoogleraar missiologie aan de TUK). De gemeenteleden zijn hier geen lidmaten maar 'deelnemers', want je speelt een rol in Gods missie. Je leven staat in het kader van een groter verhaal, met liefde als kernwoord. De Bijbel wordt gezien als het Woord van God, maar Via Nova is ook een plaats waar ruimte is om te twijfelen, het geloof verkend mag worden en mensen hun overtuigingen een tijdje aan de kant zetten of beproeven op houdbaarheid. Ongepolijste en onorthodoxe getuigenissen zijn welkom. Hendriks vraagt zich af waar ons belijden over de kerk blijft (Zondag 21 HC en art. 27-29 NGB). Hij ziet hier duidelijk het verkeerde van 'kerkplanten'. Je kunt het geen gemeente noemen, hoogstens een evangelisatiepost die wil heenleiden naar een kerk of gemeente van Christus zoals Schrift en belijdenis dat al eeuwenlang belijden. Hendriks roept uit: 'Houd op die bonte groep een gemeente te noemen en er aparte kerkdiensten voor te beleggen!'

 

Herman Finkers was schandalig – ND 12/01/16

 

Jo-an Plas schrijft een verontwaardigd ingezonden n.a.v. het essay van ds. Rien van den Berg (GKv Dronten-Zuid) over de oudejaarsconference van Herman Finkers (ND 8/1/2016). Het is schandalig zoals Finkers over het Woord van God spreekt, en  het commentaar van Van den Berg daarop is onzinnig. Finkers maakt wel degelijk een grove grap over de heilige Geest en de 'grap' dat Jezus Johannes zeer liefhad was met de nodige kwalijke suggestie. Meer van die grappen, waarbij je kromme tenen kreeg volgden. Gedwongen door het gezelschap waarin Plas zich bevond moest zij het wel  aanhoren
Finkers maakte over de ruggen van anderen de Bijbel belachelijk. Het was godslasterlijk. Ds. Van den Berg weet in zijn essay blijkbaar niet waar hij staat met zijn 'intellectueel geleuter en zijn goedpraterij', zo stelt Plas vast.

 

Er waait een katholieke wind – ND 08/01/16

 

Dr. Hans Kronenburg, PKN emeritus predikant, gepromoveerd op een theologie voor een protestants bisschopsambt, constateert dat de katholieke traditie in kerkelijk Nederland steeds sterker wordt. Hij verwijst hierbij naar Wim Houtman (ND 2/1/16) die schreef over golfstromen als de Nationale Synode en haar zoeken naar eenheid, en over de plannen om te komen tot een Gereformeerde Theologische Universiteit. Houtman wees ook op de missionaire golfstroom en de toenemende aandacht voor de plaats van de vrouw in de kerk. Maar hij liet ongenoemd een stroom waarin de katholieke traditie oprukt.
Evenals Kronenburg merkt ook de Anglicaan Alister McGrath het sterker worden van de roomse traditie op. Hij ziet dit ten koste gaan van het traditionele protestantisme. Want de nieuwe beweging ziet de kerken van de Reformatie als een  onderdeel van de ene heilige katholieke en apostolische Kerk van alle tijden en alle plaatsen. Het protestantisme verdampt en de katholieke traditie wordt sterker. Kronenburg: wie goed kijkt ziet al signalen van katholiciteit op tal van gebieden. In willekeurige volgorde noemt hij er tien:

Volgens Kronenburg zou meer te noemen zijn en is het wachten op het moment dat deze katholieke onderstroom in het protestantisme de hoofdstroom wordt.

 

Kort commentaar

 

In dit artikel van Kronenburg wordt het begrip 'katholiek' niet nader omschreven. Maar  uit de context valt op de maken dat hij met katholiek bedoelt rooms en protestant samen. Nu belijden wij in onze belijdenissen ook de katholieke (de algemene) kerk, waarvan wij een eeuwig lidmaat mogen zijn. Belangrijk is het daarom te zien naar de definitie van wat katholiciteit is. Het heeft twee zijden: de eerste is het verspreid zijn over de hele wereld en door alle tijden. De tweede zijde is de inhoud, wat is dat katholieke wezen van deze kerk van alle tijden en plaatsen? En hier gaan de wegen uiteen. Bij Rome is dat Gods Woord èn de traditie (de 'onfeilbare' uitspraken van de paus en de gezaghebbende uitspraken van concilies), maar bij de protestanten is het (was het?) alléén Gods Woord. Een oude definitie van katholiciteit  van Cyrillus van Jeruzalem luidt (via dr. C. Trimp in Kerk in aanbouw):

 

'De kerk wordt katholiek genoemd, omdat zij over de gehele wereld bestaat, van het ene einde der aarde tot het andere; èn omdat zij totaal en compleet alle leringen onderwijst die ter kennis van de mensen moeten komen, over zichtbare en onzichtbare, over hemelse en aardse zaken; èn omdat zij het gehele menselijke geslacht, regeerders en geregeerden, geleerden en eenvoudigen, aan de ware godsverering onderwerpt, èn omdat zij alle soorten van zonden die door ziel en lichaam worden bedreven, tezamen (letterlijk: 'op katholieke wijze') heelt en geneest, en in zichzelf alle soorten bezit van wat men deugd noemt, in werken en woorden en allerlei geestelijke gaven'.

 

Trimp voegt hieraan nog toe:

 

'Zij (de kerk) kenmerkt zich door één ding: haar 'omhelzing' van haar ene levende Heer. Zij blijft in de gemeenschap met deze Heer door zijn woord te bewaren (Joh. 14:15 en 15:1-10). Hoe zij dat doet, heeft de kerk vastgelegd en verantwoord in haar leer. Daarom is haar leer als samenvatting van het woord van haar Meester de 'katholieke' leer: zij drijft niet een deel-waarheid, maakt geen reclame voor een specialiteit, heeft niet het ene jaar dit en het volgende jaar wat anders in de aanbieding, maar zij laat zich door de Geest van Christus rondleiden in de 'volle waarheid'. Zij is uit op de maximalisering van de leer en haar kennis daarvan contra alle pogingen om de leer te minimaliseren, te amputeren of te pluraliseren. In deze 'katholieke' leer is de 'identiteit' van de kerk gelegen.'

 

Als het protestantisme verdampt en het 'alléén Gods Woord' vervangen wordt door het Woord èn de traditie, dat is het menselijk woord, mogen we wel heel erg op onze hoede zijn. Realiseren we ons wat op het spel staat bij de toenaderingspogingen binnen de GKv richting dit 'katholicisme' via NGK en PKN? Rome is gedwongen veel van haar kerkgebouwen in ons land te sluiten vanwege dalende ledenaantallen. Waar halen zij nieuwe leden vandaan? Zij wacht af en verwelkomt van harte wie zich wil laten verblinden.