Printen

Stem voor het leven

 

N. van Dijk

11-07-17

 

Ad de Bruijne schrijft in een column Klaar met leven (ND 12 nov. 2016) iets te herkennen bij de verlichte ‘klaar met leven’- supporters en beseft hoe dicht we bij elkaar staan. Wel maken zij een tragische vergissing.

 

“Zij willen vruchten van het evangelie blijven plukken terwijl ze tegelijk zichzelf afsnijden van de wortel. Daarover zoek ik met hen gesprek”.

 

Volgens De Bruijne mist in de christelijke reacties op de ‘klaar met leven’-beweging een belangrijk element. Hij noemt het uniek in de geschiedenis dat mensen zich boven de dood durven verheffen.

De gedachte om zich boven de dood te verheffen kon juist in de westerse wereld opkomen omdat deze westerse wereld eeuwenlang beïnvloed werd door het evangelie.

 

“En dat evangelie leert inderdaad dat mensen via die ene mens Christus boven alle machten staan, ook boven de dood. Onze postchristelijke samenleving heeft deze christelijke gedachte bewaard, maar liet Christus zelf daaruit wegvallen”.

 

Ook Paulus laat weten dat hij ernaar verlangt heen te gaan, omdat hij dan bij Christus zal zijn.

 

“Koos Jezus (en talloze christelijke martelaren zijn hem daarin gevolgd) zelf niet uit vrije wil voor de dood?  Alleen, ook uit deze vrije keus voor de dood is Jezus inmiddels verdwenen”.

 

De Bruijne denkt dat de christelijke bijdrage aan het publieke debat verfijnd kan worden door meer oog te hebben voor deze achtergrond van de ‘klaar met leven’ – pleidooien.

 

“Laten wij meer doen dan moraliseren, bekritiseren en moties van wantrouwen indienen. Slik vooral de goedkope boodschap in dat de doodswens wel zal weggaan als we in de samenleving weer aandacht voor elkaar hebben. Met dit christelijk idealisme peil je onvoldoende wat er in onze cultuur speelt. Bovendien suggereer je dat het verlangen om te sterven per definitie onnatuurlijk zou zijn.  Dat is een miskenning van het christelijke waarheidsmoment dat schuilgaat in een postchristelijke doodswens”.

 

***


Het motto van het verkiezingsprogramma van de SGP voor de Tweede Kamerverkiezingen  van maart was ‘Stem voor het leven’.  De SGP blijft op grond van het gebod van God principieel ‘nee’ zeggen tegen abortus, euthanasie en hulp bij zelfdoding.

In ‘De Banier’ van november 2016 schrijft Kees van der Staaij:

 

“Elk mens is een schepsel van God. Kostbaar en waardevol. Hoe dat leven ook is aangetast het blijft ten volle beschermwaardig. Het is een ongelooflijk ernstige en huiveringwekkende zaak wanneer menselijk leven gedood wordt in plaats van beschermd. Op het beschermen van het leven mogen we Gods zegen verwachten, maar op het schenden daarvan moeten we Zijn toorn vrezen (Rom. 1: 18)”.

 

De Bruijne keert zich tegen gemoraliseer en het indienen van moties van wantrouwen en benadrukt dat het goedkoop is te veronderstellen dat een doodswens zal verdwijnen door in de samenleving weer meer aandacht voor elkaar te hebben.

Door meer aandacht voor elkaar zal inderdaad niet elke doodswens verdwijnen. Toch benadrukt Van der Staaij het belang van het naar elkaar omzien om zo nood en eenzaamheid te bestrijden:

 

“Indringend hebben we de afgelopen tijd gedebatteerd over de problematiek van het ‘voltooide leven’. Ons principiële verzet tegen de verkeerde afslag die het kabinet hierin wil nemen, hebben wij zichtbaar gemaakt door de unieke stap om een motie van afkeuring in te dienen. Maar ook hier geldt dat een ‘nee’ tegen een pil om er een eind aan te maken, samen moet gaan met een ‘ja’ tegen deze mensen die moeite hebben de zin van hun leven terug te vinden. De bestrijding van eenzaamheid is niet alleen een taak van de politiek, maar van ons allemaal, van de samenleving. Juist ook in gesprekken die ik de afgelopen tijd heb gevoerd met mensen die zelf wel wat zouden zien in zo’n ‘klaar-met-levenpil’, viel mij weer indringend op hoeveel nood en eenzaamheid er in het leven van veel mensen is. Echt naar hen omzien en hen nabij zijn, dat is pas barmhartigheid!”