Printen

Was Eva onvoldoende ‘gevormd’?

 

Ds. H.J. Room

26-05-18

 

Rare vraag?

 

Volgens 1 Tim. 2: 13 mag een vrouw in de gemeente niet zelf onderwijs geven en op die manier gezag hebben over mannen. Waarom niet? Regelmatig kun je horen dat dit komt, omdat vrouwen in de tijd van Paulus niet goed genoeg waren opgeleid. Het hangt dus samen met hun sociaal-maatschappelijke en culturele omstandigheden. Hoe zul je anderen onderwijzen (mannen) wanneer je niet eerst zelf een goede opleiding hebt gehad?

 

Maatschappelijke omstandigheden

 

Vermoedelijk is het inderdaad zo dat in de Grieks-Romeinse wereld het voor vrouwen meer uitzonderlijk was onderwijs te ontvangen dan voor mannen. Al kun je dit ook weer niet te algemeen nemen. In de hellenistische samenleving hadden vrouwen, zeker als ze uit rijkere kringen afkomstig waren, toegang tot bepaalde vormen van onderwijs. Ook kun je er niet vanzelfsprekend van uit gaan dat de vrouw een volkomen ondergeschikte positie innam in de maatschappij van die tijd. Wel werd van vrouwen verwacht dat zij zich in een onderwijssituatie rustig hielden.[1]

Als het om de positie van Joodse vrouwen gaat, die volgde nogal eens de trends van de dominante cultuur. Er was toen voor vrouwen echter een grotere plaats in de heidense cultus dan gebruikelijk was in de synagoge. En ook dan de apostel hier toestaat voor zusters in de gemeente.[2]

 

Complicatie

 

Mag een vrouw geen onderwijs geven en op die manier gezag hebben over de man, omdat ze te weinig scholing heeft ontvangen? In het algemeen kun je dat dus zo niet zeggen. Bovendien, Paulus legt hier in 1 Tim. 2 nergens een link tussen scholing van en onderwijs geven door de vrouw. Het zou trouwens ook moeilijk zijn te vatten, waarom dit alleen bezwaarlijk is wanneer het haar onderwijs aan mannen betreft. Maar een nog veel grotere moeite ligt in vers 13. De apostel zegt niet: Omdat vrouwen te weinig scholing hebben ontvangen mogen ze dat niet doen. Maar: Want Adam werd als eerste geschapen, pas daarna Eva (NBV). Daarop met name wil ik in dit artikel ingaan. Maar eerst nog even iets anders.

 

Vanwege dwaalleer?

 

Het komt nogal eens voor, dat naast het gebrek aan voldoende opleiding, ook gewezen wordt op dwaalleer. Terecht wijst men er op dat in de pastorale brieven op verschillende plaatsen tegen dwaalleer gewaarschuwd wordt. De apostel Paulus heeft niet voor niets Timoteüs gevraagd om in Efeze te blijven, toen hijzelf naar Macedonië vertrok. Timoteüs moet voorkomen dat sommige mensen een afwijkende leer onderwijzen en zich verdiepen in onzinnige bedenksels (1: 3-4, 18). Dan is de link gauw gelegd: Niet-opgeleide vrouwen moeten geen onderwijs geven aan mannen. Ze zijn een gemakkelijke prooi voor dwaalleer. Ze moeten zich dus eerst maar eens laten opleiden. Pas dan kunnen ze zelf onderwijs geven en op die manier wel gezag hebben over mannen.

 

Wie of wat?

 

Deze uitleg is niet aannemelijk. Niet alleen omdat niet is in te zien, waarom Paulus een dergelijk verbod alleen aan vrouwen zou geven. Maar ook omdat niets erop wijst, dat Paulus het voorkomen van dwaalleer in Efeze met het onderwijs geven door vrouwen verbindt. Dan moeten we daar zelf ook terughoudend in zijn. Daar komt bij, dat ook wát de apostel de vrouw verbiedt – onderwijs geven -  niet nader wordt ingevuld. Het werkwoord ‘onderwijs geven’ kán wel met dwaalleer verbonden worden. Maar de meeste keren gaat het bij ‘onderwijzen’ over iets positiefs. Ook het onderwijzen door Jezus wordt met dit werkwoord weergegeven. Het hangt van het zinsverband af, of het gaat om ‘dwaalleer onderwijzen’. In 1 Timoteüs 2: 12 vult Paulus het niet nader in. De apostel houdt het heel algemeen. Ook in de context van 1 en 2 Timoteüs gaat het bij ‘onderwijzen’ niet om dwaalleer. Integendeel, op alle plaatsen heeft het een duidelijk positieve inhoud (1 Tim. 4: 11; 6: 2; 2 Tim. 2: 2). Het gaat Paulus hier dus niet om wát wordt onderwezen (geen dwaalleer), maar om wíe onderwijs geeft.

 

Adam als eerste ‘gevormd’?

 

Nu waar het mij om gaat. De apostel geeft als motivering: Want Adam werd als eerste geschapen, pas daarna Eva (2: 13). Laten we even aannemen: Vanwege onvoldoende scholing, mag de vrouw geen onderwijs geven en gezag hebben over de man. Hoe past dan de reden die Paulus hier aanvoert bij deze uitleg? Niet voldoende geschoold is een heel ander argument dan niet als eerste geschapen zijn. Over het antwoord is iedereen het eens: Dat past helemaal niet. Daarom moet je volgens sommigen deze motivering van Paulus heel anders lezen. Het gaat er niet om dat Eva ná Adam geschapen is. Paulus wil iets anders zeggen. Hiervoor wordt nogal eens naar de uitleg van dr. Walter C. Kaiser verwezen.[3]

 

Eva onvoldoende onderwezen?

 

Hoe loopt de gedachtegang van Kaiser? Hij gaat er nogal stellig van uit dat Joden, Grieken en Romeinen hun dochters geen publiek onderwijs lieten geven. (In werkelijkheid ligt het dus genuanceerder, zoals hierboven aangegeven is). Volgens Kaiser wil de apostel met vers 13 niet wijzen op een volgorde van geschapen zijn, eerst Adam en daarna Eva. Het gaat erom dat Eva onvoldoende was ‘gevormd’ in de betekenis van ‘onderwezen’. Op die manier viel Eva ten prooi aan Satan. Zo komt hij erop uit dat vrouwen zich eerst moeten laten onderwijzen. Pas daarna mogen ze zelf onderwijs en leiding geven.

Het mooie van deze uitleg is, dat het een heldere motivatie geeft voor wat de apostel aan de vrouw verbiedt. Voor ons gevoel is het ook een volkomen aanvaardbaar motief. Zorg eerst dat je voldoende kwaliteiten hebt om een taak uit te voeren, of je nou man bent of vrouw. Dan is er geen belemmering meer. Het is in onze culturele omstandigheden veel lastiger om in te zien, hoe de motivatie over het eerst geschapen zijn van Adam, ook iets zegt over de positie van de vrouw in de gemeente. Maar hoe je er ook in staat, het gaat er natuurlijk om of voor de exegese van Kaiser voldoende argumenten aanwezig zijn.

 

Argumenten

 

Kaiser voert één exegetische vooronderstelling aan (1) en twee argumenten die daarop voortbouwen (2 en 3). Tenslotte sluit hij af met een nieuwe vooronderstelling (4).

Paulus zegt dus niet dat eerst Adam en daarna Eva geschapen is. Want als hij dát had willen zeggen, dan had hij wel het woord ktizoo (Grieks voor ‘scheppen’) gebruikt. Hij gebruikt echter een ander woord: plassoo (Grieks voor ‘maken, vormen’).

Afhankelijk van het verband hoeft plassoo niet alleen ‘maken’ te betekenen. Het kan ook in overdrachtelijke betekenis voorkomen: ‘gevormd, onderwezen worden’.

Deze laatste betekenis moet hier gekozen worden. Want niet van Adam, maar alleen van Eva wordt gezegd dat zij ‘intensief werd misleid’.

Je kunt alleen misleid worden als je gebrek hebt aan kennis.

 

Scheppen – vormen?

 

Had Paulus hier het Griekse woord ktizoo (‘scheppen’) moeten gebruiken om aan te geven dat God Adam (het eerst) schiep? Nee, waarom? Het woord plassoo (‘vormen’) is helemaal op zijn plek. Kijk bijvoorbeeld naar Genesis 2. Daar ‘vormde’ God Adam uit het stof van de aarde (Gen. 2: 7). Hier gebruikt het Hebreeuws (de taal van het Oude Testament) ook niet hetzelfde woord voor ‘scheppen, maken’ als in hoofdstuk 1. Wel een heel ander woord, namelijk ‘vormen’ = een vorm aan iets geven. Zoals bijvoorbeeld een pottenbakker doet. Dat past precies bij wat Genesis 2: 7 beschrijft. Het past ook precies bij het Griekse woord plassoo. Het is niet in te zien, waarom hier dat andere Griekse woord had moeten worden gebruikt.

Ook de Septuagint (de Griekse vertaling van het Oude Testament, gemaakt in de 3e en 2e eeuw voor Christus) geeft hier het woord plassoo. Dus hetzelfde woord als Paulus gebruikt in 1 Tim. 2: 13. De apostel sluit zich hier tot in zijn woordkeus aan bij Genesis 2: 7.

Je kunt toch moeilijk volhouden dat God in Genesis 2: 7 bezig is om Adam onderwijs te geven en in die zin te ‘vormen’! Daar wordt toch echt verteld hoe God Adam lijfelijk vormde en schiep.

Als het waar is dat Paulus hier het woord ktizoo (‘scheppen’) had moeten gebruiken, dan had het helemaal gebruikt moeten worden in de Griekse vertaling van Genesis 1. Toch beschrijft de Septuagint daar Gods werk niet één keer met ktizoo. Het gebruikt daar een ander Grieks woord voor ‘maken’ (poiéoo). Zo dwingend is het gebruik van ktizoo dus ook niet.

Kortom, deze vooronderstelling van Kaiser is een lege doos. Het heeft geen stevigheid om er met volgende argumenten op voort te bouwen. 

 

Had Eva een kennisachterstand?

 

Dat blijkt niet uit Genesis 3 waar ze wordt misleid. Integendeel, ze blijkt volledig op de hoogte te zijn wanneer ze de slang in eerste termijn van repliek dient.

Ook is onduidelijk hoe je onvolledig of slechts voor de helft over de bomen in het paradijs geïnformeerd kunt zijn. Wat weet je dan wel? En wat niet? Trouwens, nadat God opvallend genoeg eerst Adam ter verantwoording roept, houdt Hij daarna Eva evengoed volledig verantwoordelijk.

 

Kennisomvang of tijdsvolgorde?

 

Gaat het om een verschil in kennisomvang tussen Adam en Eva, waardoor Eva kon worden verleid? Dat gaat in tegen wat Paulus precies zegt in 1 Tim. 2. Paulus’ motivering luidt: Want eerst werd Adam ‘gevormd’, daarna Eva. Op de keeper beschouwd is Eva dus evenzeer als Adam ‘gevormd’. Alleen Adam het eerst. Het gaat hier niet om een verschil in kennisomvang, maar om een tijdsvolgorde.

Daarom is de uitleg van Kaiser ook verder zo fragiel. Er staat dat ze beiden evenzeer door God zijn ‘gevormd’. Daarmee vervalt de argumentatie van Kaiser. Omdat ze beiden even goed zijn ‘gevormd’, kan deze motivering van de apostel geen aanleiding zijn om te denken dat de vrouw zich (net als Eva) eerst moet laten onderwijzen. Eva was immers net als Adam ‘gevormd’.

Ook uit Genesis 3 blijkt niet dat er een verschil in kennis is tussen Adam en Eva. Adam ging mee in de verleiding. Kennelijk maakte het verschil in kennis – gesteld even dat die er was - niet echt verschil.

 

Speculatie of wat er geschreven staat? 

 

Het valt op hoe Paulus met zijn motivatie in 1 Timoteüs 2: 13 woordelijk aansluit bij wat er in de Griekse vertaling van Genesis 2: 7 staat. Dat geldt ook voor 1 Timoteüs 2: 14 wanneer je dat vers vergelijkt met de Griekse vertaling van Genesis 3: 13 (‘de slang heeft mij misleid’). De apostel valt bij het motiveren van zijn instructie in 1 Timoteüs 2: 13-15 drie maal exact terug op wat in Genesis 2 en 3 beschreven wordt.

De uitleg van Kaiser en vergelijkbare verklaringen zijn daarentegen gebaseerd op speculaties. Nergens in Genesis 2 wordt verteld dat Eva niet goed is bijgepraat over de bomen in de hof. Kaiser moet voor zijn uitleg uitgaan van een stand van zaken waarover we door God niet zijn ingelicht. En die ook niet voor de hand ligt wanneer je Genesis 2 en 3 leest. Bovendien moet Kaiser in 1 Timoteüs 2: 12 anders lezen dan er werkelijk staat. Zoiets als: Ik sta haar dus niet toe om te onderwijzen of gezag over mannen te hebben, zo lang ze onvoldoende onderwezen is. Dat staat er echter niet. En Paulus is toch als schrijver zeer bekwaam. Als hij dit echt had willen zeggen, had hij dat in elk geval gekund.

Om eerbiedig om te gaan met Gods Woord is het goed ons te houden aan bekende leesregels voor de Bijbel. Bijvoorbeeld, lees wat er staat en laat staan wat er staat (vooral als je het niet goed begrijpt). Ga uit van wat er staat en ga niet uit van wat er niet staat. Lees wat onduidelijk is in het licht van verwante gedeelten die wel duidelijk zijn. Gods Woord is een eenheid, het ene deel kan het andere niet tegenspreken.

 

Kerkelijk leven

 

Als er geen actuele reden was, zou ik me verder niet met de uitleg van Kaiser hebben bezig gehouden. De bodem eronder is zo broos, dat je bij eerste lezing wel aanvoelt dat hier iets niet klopt. Toch voelde ik me geroepen om me met deze uitleg te verstaan. Dat komt omdat ze op de één of andere manier rondzingt in ons kerkelijk leven. In elk geval de verklaring, dat het Paulus in zijn instructie gaat om het niet goed onderwezen zijn van vrouwen. Ook als je daarin Kaiser niet zou volgen, blijf je botsen op de motivering van Paulus over het eerst geschapen zijn van Adam en daarna van Eva. Andere argumenten dan van Kaiser ken ik voor deze uitleg niet. Misschien zijn ze er. Dan hoor ik dat graag. Sommige collega’s hoor ik zeggen, dat ze zich niet willen uitleveren aan de uitleg van Kaiser. Maar dat die uitleg op sommige punten toch wel aantrekkelijk is. Dat laatste herken ik. Alleen hoop ik te hebben duidelijk gemaakt, dat ze geen fundament hebben in de tekst, noch van 1 Timoteüs 2, noch van Genesis 2 en 3. En ik hoop ook dat we ophouden daar gemeenteleden, die ons niet kunnen controleren vanuit het Grieks en Hebreeuws, mee te vermoeien. Die schieten niks op met leuke gedachten van theologen en krijgen tenslotte niet meer helder, wie en wat ze moeten geloven.

 

Afsluiting

 

Het is vanuit onze culturele situatie ongetwijfeld lastiger om je in te leven in de motivering van  de apostel, dan in de uitleg van Kaiser. Toch is het niet onmogelijk om Paulus te begrijpen. Maar ook als we niet zouden begrijpen hoe Paulus hier een logisch gebruik maakt van Genesis 2 en 3, kunnen we zijn verwijzing niet aan de kant schuiven. Paulus is niet zo maar iemand. Hij is apostel van Jezus Christus. Hij presenteert zich ook hier 1 Timoteüs 2 (vers 7) met apostolisch bewustzijn. Met dat gezag wijst hij lijnen aan vanuit het Oude Testament die wellicht tot dan toe niet ontdekt waren. (In dit geval doet hij ongeveer hetzelfde in 1 Korinthe 11: 7-12). Vaak krijgt een woord in het Nieuwe Testament daardoor des te meer kleur en diepte. (Denk bijvoorbeeld ook aan de niet zomaar voor de hand liggende conclusie van Paulus in 1 Kor. 9: 8-10). Beslissend hierbij is niet of we de overwegingen van Paulus vanuit het Oude Testament gezien logisch kunnen volgen. Beslissend is het gezag van de apostel. En daar weer achter ligt voor Paulus zelf de aanvaarding van het gezag van Christus door wie Hij gezonden is.[4]   

 


Ds. Room is predikant van GKv Soest-Baarn. Bovenstaande artikel werd eerder gepubliceerd in Nader Bekeken van april 2018, jaargang 25 no 4. Het mocht met toestemming van de schrijver hier worden overgenomen.

 

NOTEN

[1] Zie voor deze gegevens o.a. R. van Houwelingen, Timoteüs en Titus, in de serie: CNT, Kampen 2009, p. 75; M. Klinker-De Klerck, Als vrouwen het Woord doen, Over schriftgezag, hermeneutiek en het waarom van de apostolische instructie aan vrouwen, Barneveld 2011, p. 92v.

[2] M.C. Mulder, ‘En daarna Eva’, Over het schriftberoep van Paulus, met name in 1 Timoteüs 2: 11-15, in: J.M. Aarnoudse e.a., Vrouwen op een zij-spoor? Emancipatie van de vrouw en het verstaan van de Schrift in gereformeerd perspectief, Amsterdam 1998, p. 182-184.

[3] Walter C. Kaiser, Priscilla Papers, Vol. 19, no. 2, 2005, p. 8-9.

[4] Zie ook Mulder, a.w., p. 178-180.