Printen

Bidden tot de Geest

 

D.J. Bolt

30-05-20

 

We hadden een tijd terug een stevig gesprek op de mannenvereniging over onze relatie tot de Heilige Geest. De vraag was of we eigenlijk niet (meer) moeten bidden tot de Heilige Geest. Hij is toch ook God? Er kwamen allerlei reacties los. Zoals: de Heere Jezus heeft ons geleerd tot God de Vader te bidden. En in de drie-enige God zijn toch de Heere Jezus én ook de Heilige Geest begrepen? Bovendien, het bidden tot de Geest komt niet voor de Bijbel.
Kortom, er viel iets te bespreken.

 

Dr. A.N. Hendriks behandelt deze vraag naar 'bidden tot de Geest, in een van de deeltjes van Woord en Wereld, nr. 120[1]. Hij geeft een duidelijk antwoord op de vraag. Bovendien raakt hij ook de vraag aan wat we dan moeten bidden.
We laten het hieronder volgen.

 

Bidden tot de Geest

 

Wanneer we als christgelovigen de Heilige Geest in ons aanwezig en bezig mogen weten in ons leven, waarom dan nog bidden om zijn komst?

Een zeer oud kerkelijk gebed is zelfs het 'Veni Creator Spiritus' (Kom Schepper Geest), waarvan we de echo nog horen in de gebeden bij het avondmaal: 'Geef ons daartoe uw Heilige Geest'; 'Zend ons uw levendmakende Geest'.

De liturgische beeldenstormers van vandaag beseffen niet hoe de epiclese, het aan­roepen van de Heilige Geest, een vast bestanddeel eeuwenlang is geweest, juist als het avondmaal werd gevierd. Er werd gebeden in het besef dat we in de waardige viering geheel afhankelijk zijn van de bijstand van de Geest.

Zeker, bij Rome is de epiclese sterk betrokken op de heiliging van brood en wijn. Maar de reformatoren hebben haar terecht betrokken op de avondmaalsgangers. Dat is ook het geval in onze avondmaalsformulieren. De Heilige Geest wordt aangeroepen om ons door de tekenen te sterken in ons geloof.

 

Het is waar dat we in het Nieuwe Testament nergens een direct aanroepen van de Geest tegenkomen, zoals we dat wel vinden wanneer het om de Here Jezus gaat. Denk aan Stefanus, die stervend riep: 'Here Jezus, ontvang mijn geest' (Hand. 7:59) en aan de bede in Openbaring 22.20: 'Ja, kom Here Jezus!' Het oude kerkgebed 'Veni Creator Spiritus' gaat zeker niet terug op het Nieuwe Testament.

Maar des te opvallender is dat de Geloofsbelijdenis van Nicea, ook zeer oud, van de Heilige Geest zegt dat Hij samen met de Vader en de Zoon aangebeden en verheer­lijkt wordt. Wat de aanbidding betreft, mogen wij dus de Geest niet vergeten!

Ik denk dat we hier nog wel wat in te halen hebben. Ik hoor 's zondags gebeden die gelukkig veel aanbiddinq kennen van de Vader en de Zoon, maar zelden lofprijzing van de Heilige Geest.

En dat terwijl er zo veel reden is om ook Hem te aanbidden en te prijzen. Het is toch geweldig dat Hij, de Heilige, in ons zondaren wil wonen, dat we zijn tempel mogen zijn, dat Hij ons gesloten hart voor het evangelie geopend heeft en ons leven lang bezig is om Christus gestalte in ons te doen krijgen? Ik denk vaak: als er Eén trouw is in mijn leven, dan is het de Heilige Geest die mij, koppige zondaar, vasthield, mij (door het Woord) terugfloot en zo vaak ik kleingelovig was, mij met de psalmen onderwees. Wanneer we de eindstreep behalen, is het toch echt: 'Niets uit ons, alles door Hem, zo kom ik in Jeruzalem.'

Daarom: vergeet het bidden tot de Geest niet! Aanbid Hem, prijs Hem, dank Hem, die ons als Trooster (Helper) en Leidsman is gegeven. Een goed voorbeeld vinden we in Gezang 103 (Geref. Kerkboek): 'O, Schepper, Geest, woon in uw kerk', waarin het oude 'Veni Creator Spiritus' een echo krijgt!

 

Tot zover dr. Hendriks. We sluiten af met het mooie melodieuze lied wat hij aanhaalt en dat we ongetwijfeld deze Pinksterdagen zullen zingen.

 

O, Schepper, Geest, woon in uw kerk,
schenk haar het heil van Christus' werk,
stort hemelgaven in haar uit,
bereid haar toe als reine bruid.

Lof zij uw naam, Heilige Geest.
Gij kwaamt met kracht op 't pinksterfeest.
G' ontsluit een volheid van gena,
de vrucht van 't kruis van Golgotha.

O Heilge Geest, die eeuwig leeft,
de Trooster, die ons bijstand geeft,
Gij spreekt van heil en zaligheid
van oudsher voor ons toebereid.

4Uw krachten werken door het woord,
nooit wordt vergeefs uw taal gehoord.
Uw lamp schijnt in het duister hart,
uw licht verblindt wie zich verhardt.

Laat U mijn hart een tempel zijn,
maak toch mijn leven nieuw en rein.
Regeer mij door uw levend woord.
Geleid ook als Gods kindren voort.

O Geest, die al Gods heil ontvouwt,
schenk ons uw gaven zevenvoud,
ontspring in ons als een fontein
die leven wekt in de woestijn.

Wanneer des vijands strijdkreet klinkt,
geeft dat de moed ons niet ontzinkt.
Weersta de satan met uw kracht,
want hij belaagt ons dag en nacht.

 

Geest van de Vader en de Zoon,
terneergedaald van Christus' troon,
die met de Heiland voor ons pleit,
breng al Gods volk tot heerlijkheid.

U, Vader, U zij eeuwig eer!
Lof zij U, Christus, onze Heer!
U, Geest, van beiden uitgegaan,
geprezen zij uw grote naam!

 

 

Noot

[1] Dr. A.N. Hendriks, Verlicht door de Geest, Verzamelde artikelen van Aryjan Hendriks, p31,32.
Abonnementen op de serie cahiers Woord en Wereld kunnen worden verkregen via www.woordenwereld.nl