Printen

Signalen 112

 

R. Sollie-Sleijster

31-10-20

 

Vaticaan: euthanasie is misdaad tegen het leven

ND 23-9-2020

 

Euthanasie en hulp bij zelfdoding zijn een teken van de opkomende ‘wegwerpcultuur’.  Katholieken die bewust voor euthanasie kiezen, kunnen op hun sterfbed niet de sacramenten ontvangen. Met deze woorden veroordeelt het Vaticaan actieve euthanasie, maar ook het onnodig verlengen van lijden door medisch ingrijpen. Het document (20 pagina’s met als titel: Samaritanus Bonus, de Barmhartige Samaritaan) werd gepresenteerd door de Congregatie voor de Geloofsleer. Pastores moeten vermijden dat de indruk kan ontstaan dat zij instemmen met de doodswens. De laatste sacramenten kunnen dan ook niet worden toegediend en ziekenhuizen die euthanasie of hulp bij zelfdoding praktiseren kunnen niet het predicaat ‘katholiek’ dragen.

 

What our Fathers did

Nader Bekeken – oktober 2020

 

Ds. Gijs Zomer (GKv) vraagt zich in zijn column af of hij ook geen schuld heeft geërfd van zijn vader. Aanleiding is een interview in het dagblad Trouw, waarin collega, ds. Cor van der Leest (GKv), aangeeft dat hij een verleden van zijn vader heeft geërfd, als een soort erfzonde. Destijds, in de zestiger jaren, werd Van der Leest sr. rector van de Rotterdamse Scholengemeenschap. Daar maakte hij onderdeel uit van een tribunaal van leraren dat instemde met het ontslag van de zittende rector. Deze laatste had volgens Van der Leest (jr.): ‘gewoon’ zijn predikant gevolgd en was zodoende buiten het verband van GKv-kerken gekomen. Het werd gezien als zetelroof. Van der Leest jr. (inmiddels emeritus) schaamt zich nu voor z’n vader. Hij wil nu zijn handtekening zetten onder een eventuele spijtbetuiging.

 

Maar hoewel Zomer zich aangesproken voelt, komt hij toch tot een heel andere reactie. Zijn vader was destijds een Drentse ouderling die mede verantwoordelijk was voor de wegzending van ds. Schoep door de synode Amersfoort 1967. Het werd de predikant (Zomer jr. en inmiddels ook emeritus) voorgehouden op één van de synodes waar hij later deel van uitmaakte. Maar schaamte, spijt? Nee, Zomer vindt het te simpel voorgesteld: iemand is ‘buitenverbander’ geworden door ‘gewoon’ zijn dominee te volgen. Maar in deze versimpeling van de verdrietige feiten van destijds kan hij niet meegaan. Ds. Zomer is juist dankbaar voor de erfenis van zijn vader: onze Heer Jezus vraagt om gehoorzaamheid en geloof.

 

“Confessionelen getuigen liever dan dat ze strijden”

RD 28-10-2020

 

De achterbannen van twee confessionele verenigingen binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) hebben unaniem ingestemd om verder samen te gaan in één beweging: de Confessionele Beweging.  De Confessionele Vereniging (CV) werd al in 1864 opgericht binnen de Ned. Hervormde Kerk. Het Confessioneel Gereformeerd Beraad (CGB) is in 1974 ontstaan vanuit de synodaal gebonden Gereformeerde kerken vanwege de opkomende vrijzinnigheid. Tussen beide verenigingen zit wat cultuurverschil, maar in de praktijk bleek dat dit steeds meer op de achtergrond raakte.  Woordvoerder van de Confessionele Beweging, Dr. Jurrien F. Mol, licht toe: We willen samen de boodschap uitdragen dat Jezus Christus als Heer en Heiland centraal staat, een uitgangspunt dat gestoeld is op Schrift en belijdenis. De PKN moet zich niet alleen inzetten voor missionaire initiatieven, hoe goed ook, maar ook oog houden voor de inhoud. Dus niet alleen sturen op de horizontale contacten tussen mensen onderling, maar ook op de verticale relatie, op heilszekerheid en zaligheid.

 

Mol licht verder toe: Wij hebben nooit zo in fronten gedacht. Wij willen verbindend zijn en liever ergens voor zijn dan tegen, hoewel we een kritische kanttekening niet schuwen. Wij zullen bijv. aandringen op de academisch geschoolde predikant als waarborg voor goede verkondiging.

Maar hoe is dan de verhouding tot de Gereformeerde Bond (GB), die heeft toch dezelfde uitgangspunten? Mol geeft aan dat de geestverwantschap groot is. Wat volgens hem niet verbaast, want de GB is in 1906 uit kringen van de CV voortgekomen. Verschil is dat de Confessionelen minder nadruk leggen op keuzes die niet aan de kern van het belijden raken. Het gaat dan om vragen als: Uit welke bundel zing je en welke Bijbelvertaling gebruik je. Of hoe sta je tegenover de vrouw in het ambt, of welke relaties zegen je in. In de Confessionele Beweging is “het palet veelkleuriger’ dan in de Gereformeerde Bond, maar Mol voelt wel eenheid in denken en geloven met de GB.