Ethiek

Ethiek

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Transitie 2

 

D.J. Bolt

05-11-22

 

Op het rooster van onze mannenvereniging staan Bijbelboeken en belijdenissen ter bespreking. En af en toe een 'vrij onderwerp'. 'Mannenvereniging' klinkt misschien wat anachronistisch maar hoe enorm waardevol is het als broeders zich met elkaar buigen over Schriftgedeelten en over de leer van de Schrift zoals die in de confessies is samengevat. Het verdiept inzicht, bouwt op in het geloof en versterkt de onderlinge band. 

Het is mijn beurt om binnenkort een vrij onderwerp te behandelen. Ik kondigde aan een inleiding over seksualiteit te willen houden. Maar verschillende jonge broeders die voluit in de maatschappij staan, vonden dat niet zo'n goed plan. Ze merkten dat velen, ook niet-christenen, in hun omgeving er 'flauw van zijn' dat maar steeds weer met veel regenboogvlagvertoon aandacht wordt gevraagd voor LHBTQIA+. 't Is wel een keer genoeg.

Maar is dat zo, als we iets verder kijken dan het uiterlijk vertoon?

 

Het onderwerp is hot, zie bijvoorbeeld de ophef enkele weken geleden rond de campagne ‘One Love, voetbal verbindt’ van het Nederlandse voetbal, een campagne waaraan inmiddels ook een stuk of tien andere landen meedoen. De KNVB meldt op zijn site

 

'OneLove ging aan het begin van het voetbalseizoen 2020/’21 van start met een statement en benadrukt de verbindende kracht die het voetbal heeft voor miljoenen mensen uit alle lagen van de samenleving.()

 

De kleuren in het hartje van het logo staan voor ieders trots op de eigen afkomst, kleur, genderidentiteit en seksuele geaardheid. () Dit is een belangrijke boodschap die bij het voetbal past: op het veld is iedereen gelijk en dat zou overal zo moeten zijn.'

 

Inderdaad, er is nog veel te verbeteren bij deze sport waar mensen verkocht worden voor miljoenen als waren we nog in het koloniale slaventijdperk. En waar supporters in de stadions maar met de grootste moeite uit elkaar kunnen worden gehouden, sportiviteit' zich soms uit in massale vechtpartijen waarbij tientallen doden vallen[1].
Echter in het kader van ons onderwerp valt dít natuurlijk op: iedereen gelijk óók wat gender en seksuele geaardheid betreft. Als publiek teken daarvan moeten spelers een regenboogband dragen. Als je dat niet wilt? Een speler met moslimachtergrond die deze band weigerde werd verguisd in de media, in de BNNVARA talkshow van Khalid Kasem & Sophie Hilbrand bijvoorbeeld, hoog aan de schandpaal gehangen (17-10-22).

We denken dat de mannenbroeders zich vergissen. Want er wordt een 'blijde boodschap' uitgedragen, waarvoor zoals in deze actie, indringend ieders aandacht wordt gevraagd met boarding (reclameborden) en andere uitingen bij de wedstrijden van Oranje, het OneLove-logo op alle wedstrijdshirts tijdens de finale van de TOTO KNVB Beker en statements in krantenadvertenties en video’s! De seksideologen krijgen er niet genoeg van en zullen ieder dwingend voor de keuze stellen. De geesten uit deze fles laten zich niet terugduwen, ieder moet het 'geloof' het tussen de oren krijgen en 'de god Gelijk' liefkrijgen en aanbidden. Het gaat heel ver, raakt zelfs de kern van het christelijke geloof.
We willen er iets van laten zien.

 

Homoseksualiteit en theologie

 

We kijken eerst nog eens ongeveer 30 jaar terug. Daaruit kunnen we veel zaken die zich ontwikkeld hebben en nu verder doorontwikkelen, zoals het transgenderisme, begrijpen.

De NCRV hield in 1988 een serie vraaggesprekken met bekende theologen en vooraanstaande, al dan niet praktiserende homoseksuelen[2]. Het onderwerp was Ontwikkelingen in het denken over homoseksualiteit. Onder de titel Homosexualiteit en Theologie bood de omroep bood er een weerslag van in het kwartaaltijdschrift Theologische etherleergang Rondom het Woord. We geven van enkelen geïnterviewden wat markante uitspraken en overtuigingen door.

 

Veroordelingswaardig

 

In het rijtje namen komt ook prof. J. Douma voor. Hij is de enige die overtuigd vanuit de Schrift de homoseksuele praxis afwijst. Zijn antwoord is helder op hem gestelde vragen

 

'Is homosexualiteit, homofilie voor u per definitie een stoornis?'

Als ik let op wat natuurlijk is, en dan 'natuurlijk' genomen in de zin van Romeinen 1: corresponderend aan wat God geschapen heeft, antwoord ik ja.

 

'Het dus veroordelenswaardig?

Ja, dat antwoord moet ik geven.'

 

En aan het slot van het interview

 

'… u zegt misschien, moeten we de bijbel toch anders lezen op dat vlak?

Nee, en daar wil ik ook heel openhartig over zijn. Als ik die bijbel anders ga lezen, kom ik in een wereld van onzekerheid en van chaos en ruïnes uit, een wereld die ik absoluut niet wil. Dus wanneer ik het gevoel zou hebben dat ik er ook wel vrijer over zou willen denken, dan geloof ik dat ik terecht zou komen in een klimaat waarin ik mij als ethicus/hulpverlener, niet meer voldoende kan profileren. Ik denk dat de waarheid, hoe scherp die ook is, helend in de samenleving zal fungerend.'

 

Kernhomofilie onbekend in Bijbel

 

Echter tegenover Douma staan theologen die de Bijbel wél heel anders (zijn gaan) lezen. Bijvoorbeeld prof. dr. J. Veenhof, zoon van de vermaarde prof. C. Veenhof, en hoogleraar aan de theologische faculteit van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Het zal geen toeval zijn geweest dat onmiddellijk na Douma, híj werd geïnterviewd, want moest Douma's heldere stellingname niet worden geneutraliseerd als 'niet meer van deze tijd'?
Veenhofs allereerste uitspraak, nog geen halve bladzij(!) van de laatste zin van Douma's interview verwijderd, luidt

 

'Persoonlijk ben ik er van overtuigd, dat noch Mozes noch Paulus weet hadden van wat bij ons bekend is als, zeg maar, kernhomofilie. Zij hebben het fenomeen van mensen van hetzelfde geslacht, die in soms jarenlange vriendschap in een partnerschap samenleven, niet op het oog gehad. Ik denk daarom dat het om te beginnen noodzakelijk is om precies vast te stellen waar het in de bijbel dan wèl over gaat, pas dan kun je een verantwoorde vergelijking treffen met datgene wat er bij ons aan de hand is.

Ik geloof dat dat de enige manier is waarop je de schriften moet verklaren en toepassen om niet tot een gebruik van bijbel te komen, dat in strijd komt met het centrale liefdegebod en met de opdracht die wij als mens, als christen hebben om ruimte te scheppen, opdat anderen naar hun aard zich kunnen ontplooien zoals God ze heeft bedoeld.

Mij is dat het wezenlijke.' 
 

Veenhof vindt de 'tweezaamheid' zoals in Genesis 1 beschreven

 

'… een heel wezenlijk iets. Dat het huwelijk daarvan een zeer concrete uitbeelding is, is duidelijk, maar daarmee nog geen absolute uitspraak over allerlei andere vormen van samenleving tussen mensen.'

 

Hoe komt hij dan verder in zijn denken? Het kan volgens hem door 'doorgaande openbaring' van de Heilige Geest.

 

'De Geest heeft zich niet alleen maar geopenbaard, de Geest openbaart zich ook nu dóór, met en in die Schrift, maar steeds ook in verband met de wisselende omstandigheden. We hebben geen pasklare recepten. De concrete responsen ook die in de bijbel, mogen we nooit wegwuiven, maar we moeten ze wel interpreteren en toepassen op de wijze waarop ik het aangaf, en met onze eigen context.

 

Maar zijn er dan geen grenzen die door de Schrift zelf getrokken worden? Soms zijn die heel duidelijk zoals bij incest, zegt Veenhof, maar bij andere zaken is die duidelijkheid er niet en denken christenen verschillend. Dat is niet erg want

 

'De eenheid van de gemeente sluit de variatie niet uit maar in. Dat is een heel kostbaar goed, die eenheid is een stukje van de waarheid zelf.'

 

Maar wat betreft homofielen is Veenhof duidelijk en ook verbluffend

 

'Als homofielen vragen of hun situatie gelegitimeerd kan worden vanuit de bijbel, dan is mijn antwoord nee, maar heterosexualiteit kun je evenmin legitimeren vanuit de bijbel. Een betere vraagstelling is, of er gegevens in de bijbel staan die iets uitsluiten en voor wat betreft die homofiele relaties in liefde en trouw, zou ik willen zeggen dat dat niet het geval is.'

 

Heteroseksualiteit hét probleem

 

Mevr. N. van Dijk is actief in de werkgroep Potten en Theologie. We hebben niet kunnen vinden of deze werkgroep nog bestaat, maar haar ideeën wel. De club heeft een 'nieuwe gedachte ontwikkeld', namelijk

 

'… dat de heterosexualiteit het probleem is en niet de homosexualiteit. Dat is een omkering van de gangbare manier van denken. Het gaat er ons om, dat wij last hebben van allerlei heterosexuele vooronderstellingen die voortdurend in de dienst, en in de theologie een rol blijken te spelen. Ik denk dan aan de grote hoeveelheid bruiden en bruidegommen, die in allerlei metaforen dienst doen, zoals bijvoorbeeld Christus als de bruidegom en de gemeente als de bruid. Als erover relaties wordt gesproken gaat het altijd alleen over mannen en vrouwen.

Spelenderwijs ontwikkelen we ook nieuwe teksten, nieuwe verhalen, waarin met name de kwestie van de mannelijkheid en de vrouwelijkheid belangrijk is. Wij proberen ons daaraan te onttrekken. De tekst uit Galaten: 'In Christus is noch man, noch vrouw', zou je daarbij een speels uitgangspunt kunnen noemen.'

 

En dan volgt een voorbeeld 'gebed' waarin God als vrouwelijke schepper van 'potten', lesbiennes, wordt aangesproken. Te grof en blasfemisch om te worden geciteerd.

 

Verbond vervangen door 'betrouwbaarheid'

 

Ds. F.J. Hirs, zelf 'minnaar van mannen', heeft moeite met het Bijbelse begrip verbond. Het verbond in de Heilige Schrift heeft een fundamenteel aspect van ongelijkwaardigheid, van verkozen worden in plaats van elkaar verkiezen. Daarom kun je, volgens hem,

 

'het bijbels woord 'verbond' niet op hedendaagse relaties toepassen. Als je dat wel doet suggereer je ófwel dat er in een intermenselijke betrekking sprake is van fundamentele ongelijkwaardigheid – en meestal pakt het dan zo uit, dat de man de baas is over de vrouw, ófwel omgekeerd dat die gelijkwaardigheid die wij kennen, ook tussen God en mens geldt. Het pakt dus altijd fout uit. In beide gevallen is er sprake van ketterij.

 

Hirs wil daarom als basis voor de omgang met elkaar 'betrouwbaarheid en waarachtigheid'. Partners moeten weten wat zij aan elkaar hebben. En dan

 

'maakt het mij eigenlijk niet meer uit wat het geslacht van je partner is. Ais ik zeer consequent door zou redeneren, maakt ook het aantal partners niet meer uit. Al geef ik toe dat het praktisch misschien lastiger wordt. Hoe meer partners, hoe ingewikkelder het is om betrouwbaar te zijn, maar principieel, systematisch, kan ik niet zeggen dat je maar aan één partner trouw kunt zijn. Je kunt ook trouw zijn aan twee of drie. Maar ik zou echt niet weten waarom het een beter is dan het ander. Mensen denken wel dat één partner het beste is. Dat zou kunnen, maar je ziet ook dat veel relaties aanvulling nodig hebben. Als je getrouwd bent is het helemaal niet zo gek om er een goeie vriend of vriendin op na te houden. Het enige dat wij er aan toevoegen, is, dat wij ook niet inzien waarom je die niet zou kunnen knuffelen.' ()
'Trouw is niet dat je maar met één mens vrijt, maar dat je betrouwbaar en waarachtig bent in je verantwoordelijkheid. Zoals God betrouwbaar en waarachtig is[3]'

 

Vervanging monogaam huwelijk

 

Ethicus/moraaltheoloog van de universiteit van Nijmegen, dr. F. Vosman, constateert dat er in homoseksuele kringen veel nagedacht wordt over

 

'… zoiets als een netwerk van vriendschappen. Iets wat in de plaats zou kunnen komen van het exclusieve monogame huwelijk, die twee-relatie waarin nu alle menselijke behoeften, begeerten en verlangens gerealiseerd moeten worden. Uit dat alternatief voor de twee-relatie komen veel vragen voort. Handelingsvragen omtrent wat goed of kwaad is. Die vragen zouden centraal moeten staan. Er zou een hele waardevolle heroriëntatie van de leer uit voort kunnen vloeien ...'

 

Bevrijd verlangen

 

Aan dezelfde universiteit is ook drs. Th.C.J. Beemer verbonden als lector in de moraaltheologie. Op de vraag wat hij vindt van speciale kerkdiensten voor homosexuelen te organiseren, antwoord hij

 

'Speciale diensten houden is hoogstens een tijdelijke oplossing, want op den duur, dat moet ons voor ogen staan, moet die hele etikettering van hetero en homo verdwijnen. Dat is wat ik meende te moeten verstaan onder 'het verlangen moet bevrijd worden'. Het zou daarom onzin moeten zijn speciale diensten te gaan houden. Maar dat is natuurlijk nog toekomstmuziek.'

 

Toen nog …

 

Gesprek tot aanvaarding

 

Ds. Th. M. Loran, secretaris van de Raad voor de Herderlijke Zorg en van de Raad voor Zaken van Kerk en Gezin in de Hervormde kerk, ziet het gesprek met homoseksuelen als oplossing voor hen die maar moeilijk hun levensstijl kunnen aanvaarden. Hij illustreert het met een 'mooi' verhaal.

 

'Zo leidde een gesprek met een kerkeraad waar een homosexuele diaken benoemd was er toe, dat een oude ouderling op een gegeven ogenblik tegen mij zei: 'Vindt u het gek dat ik het moeilijk vind, want ik moet ineens zo heel anders denken'. Mijn reactie was: 'Ik vind het helemaal niet gek. Het zou onzinnig zijn nu jn een keer van u te vragen anders te gaan denken'. En het merkwaardige is dat dat een omslag gaf. De man voelde zich niet meer in een hoekje geduwd. Hij is met die jonge diaken aan de praat geraakt en daarmee was het probleem in wezen uit de weg.

 

Zo'n gesprek moet dan wel gehouden worden

 

'op het niveau waarom het gaat. Niet in de zin van: 'het mag' of 'het mag niet', maar in de zin van: 'Wat is nu eigenlijk Gemeente van Christus zijn en hoe ben ikzelf daarin?' Want pas dan kan ik ook die ander volkomen open en eerlijk tegemoet treden. Het is juist vaak de onmacht en de angst die mensen ertoe brengt om de ander in een hoek de onmacht en de angst die mensen ertoe brengt om de ander in een hoek te duwen.'  

Hoop

 

Aan het eind van het boekje geven de samenstellers van deze reeks interviews aan wat zij hopen dat de mensen met deze serie over homoseksualiteit en theologie gaan doen:

 

'…. dat mensen zullen gaan nadenken over de vraag hoe we samen verder moeten, als hetero's en homo's. Het gesprek in gelijkwaardigheid, jouw verhaal tegenover het mijne, is de enige manier waarop dat kan. Dat betekent dat je de ander als mens accepteert. Dat je naar elkaar kijkt op de manier waarvan je in de theologie zegt dat God naar mensen kijkt, namelijk in volkomen acceptatie.'

 


 

Waarnemingen

 

Voor degenen die het volgehouden hebben deze 'bloemlezing' uit te lezen, geven we nog enige concluderende waarnemingen. 

Allereerst, degenen die (nog) denken dat met het aanvaarden van homoseksuele relaties het alleen maar gaat om accepteren van (deze) mensen en niet meer, vergist zich zeer. Want zoals uit bovenstaande citaten blijkt heeft aanvaarding grote gevolgen voor de visie op de Schrift, en in het kielzog daarvan voor tal van basale opvattingen en normen m.b.t. het christelijke leven. We noemen enkele:

  • Ontkenning dat de Bijbel 'onze' homoseksualiteit zou kennen en dús dat die daarover geen uitspraken dat. We zelf uit 'voortgaande openbaring' daarvoor kunnen oordelen.
  • Vrijpostig 'oprekken' van 'mannelijk en vrouwelijk Hij hen' (Gen. 1:27) tot allerlei mogelijke relaties.
  • Soortgelijk oppervlakkig getheologiseer met Gal. 3:28.
  • Problematisering van Bijbelse bruid-en-bruidegommetaforen.
  • Aantasting van de goddelijk Drie-eenheid(!).
  • Aanbeveling van polygamie, polyamorie, overspel.
  • Loslaten van fundamentele begrippen als verbond en (huwelijks)trouw.

Wat heeft dit uitgewerkt, dertig jaar nadat deze interviews werden gehouden? Is het ethische onkruid dat toen hele en halve theologen gezaaid ontkiemd?

In de volgende aflevering hopen met deze achtergrond te kijken naar de wereld waarin wij langzamerhand zijn verzeild.

 

Wordt vervolgd

 

NOTEN

[1] Een groot drama ontstond toen afgelopen maand in het Indonesische Malang na afloop van een wedstrijd duizenden supporters het veld bestormden en met elkaar op de vuist gingen. Men telde 133 doden…

[2] Uiteraard zoals in het boekje weergegeven en mogelijk niet de huidige werkelijkheid.

[3] Citaat uit het boek van Hirs en Reeling Brouwer, De verlossing van ons lichaam.