Ethiek

Schriftoverdenkingen

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Het Woord aan boord!

 

Redactie een in waarheid

04-04-20

 

We raken ons vertrouwen kwijt.

Want het was allemaal zo mooi en grondig geregeld. Economieën met mooie groeicijfers, een stabiel land van rust en vrede, medische zorg voor alle kwaaltjes en kwalen. Maar nu is ons land net als de hele wereldbol in rep en roer. Minuscule sprankjes hoop die het RIVM de ene dag aan hoop en vertrouwen probeert te bieden, worden met dodencijfers de volgende dag weer de bodem ingeslagen. Kan onze zo welvarende samenleving aangesnoerde broekriemen aan, misschien op termijn zelfs armoede en ontbering?
Media melden verontrustende signalen m.b.t. China. Zijn we voor medicijnen niet totaal afhankelijk van dit land? En er zijn signaaltjes in de verte dat er een volgende gele virusgolf aan komt rollen. Ontstaat er misschien zo een mondiale monsterziektegolf van over elkaar buitelende besmettingen?  

Waar, op wat en wie kunnen we nog vertrouwen?

   

We hoorden een antwoord op deze vraag dat moed en hoop geeft. Over een schip in nood, Markus 4:35-41.

 

En op die dag, toen het avond geworden was, zei de Heere Jezus tegen hen: Laten wij overvaren naar de overkant. En zij lieten de menigte achter en namen Hem, Die al in het schip was, mee; en er waren nog andere scheepjes bij Hem.
En er stak een harde stormwind op en de golven sloegen over in het schip, zodat het al volliep. En Hij lag in het achterschip te slapen op een hoofdkussen; en zij wekten Hem en zeiden tegen Hem: Meester, bekommert U Zich er niet om dat wij vergaan? En Hij, wakker geworden, bestrafte de wind en zei tegen de zee: Zwijg, wees stil! En de wind ging liggen en er kwam een grote stilte.
En Hij zei tegen hen: Waarom bent u zo angstig? Hebt u dan geen geloof?
En zij vreesden met grote vrees en zeiden tegen elkaar: Wie is Deze toch, dat zelfs de wind en de zee Hem gehoorzaam zijn?

 

 

Rembrand van Rijn

 

Laten we ons vertrouwen herwinnen en sterken.

 


 

Jezus laat Zijn kerk in bange omstandigheden zien wie Hij is 

 

M.A. Sneep

 

1 - De angstige vraag van Zijn discipelen

 

Het is een drukke dag voor de Heere Jezus geweest, Hij geneest en onderwijst de menigte en Zijn discpelen de hele dag door. Het is zo druk dat Hij dreigt verdrongen te worden. En daarom vraagt de Heere Jezus om een bootje, zodat er een veilige afstand is tussen Hem en de menigte. Het is op die dag, schrijft Markus, deze dag van grote drukte waarop de Heere Jezus uitgeput en vermoeid van de lange dag opdracht geeft aan Zijn discipelen om naar de overkant te varen. Van de westkant van het meer van Galilea naar de oostkant waar het land van de Gadarenen ligt.

 

Storm

 

En terwijl de Heere Jezus samen met zijn discipelen en wat andere bootjes aan de overtocht begonnen zijn, steekt ineens een geweldige storm op. Op het meer van Galilea kan het geweldig spoken. Normaal gesproken ontsteekt er aan het eind van de dag, door het afkoelen, een valwind op. En soms kan deze uitgroeien tot een wervelwind. Dat was niet iets ongewoons. Maar de storm waar het schip met daarop de discipelen en de Heere Jezus in terecht komt, is enorm. Het meer wordt zo  geweldig onstuimig dat de wervelwind het water opzweept. En de golven worden hoger en hoger, zodat ze in het schip beginnen te slaan. En het schip begint vol te lopen met water. Waardoor het dreigt te zinken.

De discipelen zijn toch ervaren vissers waarvan wij mogen aannemen dat zij al wel  stormen hebben meegemaakt op dit meer. Maar ze weten het nú niet meer, en staan doodsangsten uit! 

 

Doodsangst

 

Waar is in deze nood de Heere Jezus?!

Hij ligt te slapen op een hoofdkussen in het achterschip, volledig in rust. Wat een contrast! Terwijl de wind om hen heen giert en de golven over hen heen slaan die hen doorweken van water, staan de discipelen doodsangsten uit.

Ondertussen ligt de Heere Jezus in het stormgebruis te slapen, alsof er niets aan de hand is.

In hun doodsangst maken ze Hem wakker en klinkt hun angstschreeuw: Meester bekommert U Zich er niet om dat wij vergaan? Geeft u niet om ons? Betekenen wij dan zo weinig voor u, dat u hier maar ligt te slapen en wij de dood in de ogen zien?

Wij vergaan en U slaapt?

Angst, paniek en verontwaardiging klinkt door in hun vraag. Daar kunnen we ons iets bij voorstellen? Dat de discipelen in deze bange, levensbedreigende omstandigheden zich zó benauwd voelen, dat ze met verwijten komen. Bekommert U zich dan niet om ons dat wij vergaan? Want lijkt het er inderdaad niet op dat de Heere Jezus hier de grote afwezige is die zich inderdaad niet bekommert om Zijn discipelen?

 

Herkenbaar

 

Misschien zijn er ook vandaag wel die zich in ónze omstandigheden enigszins herkennen in deze vraag. Die door alle berichten en ontwikkelingen rondom het coronavirus zich ook onrustig voelen of op momenten zelfs bang zijn.

Hoe zal het gaan? Zal het virus straks ook mijn ouders, mijn kwetsbare opa of oma, mijn man, mijn vrouw, mijn kinderen, of een broeder of zuster in de gemeente, of misschien mijzelf treffen? Of dat u onzeker bent over uw inkomen, uw baan, uw bedrijf, of je eindexamens. Misschien is dan de reactie van de discipelen, waar paniek en verontwaardiging in doorklinkt, herkenbaar. Dat u zegt: ja, ook in mijn leven lijkt de hulp van de Heere soms ver weg. Alsof Hij ook vandaag slaapt. Juist nu ik Zijn zorg zo nodig heb.

Wat heeft juist dán wat de Heere Jezus midden in de storm doet, ons veel te zeggen,  over wie Hij is en wat Hij doet voor allen die van Hem zijn.

 

Klein geloof

 

De discipelen zijn verontwaardigd. Ten diepste twijfelen ze aan de trouw en aan de liefde van de Heere voor hen. Terwijl Hij juist met hen onderweg naar de overkant is, omdat Hij hen zo liefheeft en omdat Hij zo oneindig veel om hen geeft. Hij is namelijk onderweg naar het kruis om daar in totale eenzaamheid en verlatenheid, de storm van Gods oordeel over onze zonden en onze schuld, over ons gebrek aan vertrouwen te dragen.

Een gebrek aan geloof, klein geloof in hun Meester bij de discipelen. En ook een tekort aan vertrouwen op wat Hij tegen hen had gezegd vlak voor hun vertrek, namelijk: Laten wij overvaren naar de overkant. Dat was een bevel. Nee, de Heere Jezus had hen niet beloofd dat de overvaart gemakkelijk zou worden, maar wel dat ze op zijn bevel moesten gaan. En zouden ze dan de overkant niet bereiken? Ze hadden Zijn heerlijke belofte en Zijn beschermende aanwezigheid gekregen.

Maar midden in de nood hadden de discipelen teveel oog voor de omstandigheden en te weinig oog voor hun Meester. Ze waren Zijn Woord vergeten …

 

Les 1 – Ik ben met u

 

De eerste les die we mogen leren uit deze geschiedenis is toch wel deze: niet dat wij door dit leven zouden trekken zonder moeilijke omstandigheden of bange momenten. Want wat kan het stormen ook in ons leven! Dat is het dus niet. Maar wel dat Christus net als aan zijn discipelen in de storm, aan Zijn kerk vandaag een beloftewoord heeft gegeven: Zie ik ben met U al de dagen tot aan de voleinding van de wereld. En als Hij dat belóóft, is Hij trouw aan Zijn Woord, daar kunt u van op aan! En daarom zal ieder die op Hem vertrouwt en daarom in Zijn nabijheid leeft, de overkant bereiken. Het eeuwige leven met Hem, dwars door dit zo vaak moeitevolle leven heen!

 

Les 2 – Ons ten goede

 

Er kunnen donkere, stormachtige omstandigheden zijn die benauwd of angstig maken. Maar u mag weten dat God deze omstandigheden voor Zijn kinderen ten goede zal gebruiken. Dat is de tweede les die wij hieruit mogen leren. De Heere gebruikt moeiten en zorgen soms ook om ons te testen. Zo test God het geloof van zijn discpelen in de storm op zo’n manier dat hun geloof sterker, vaster wordt. Zodat zij meer en meer leren zien dat zij in alle omstandigheden afhankelijk zijn van Gods zorg en van Zijn kracht. Zij zullen door de storm heen namelijk de wondere werkelijkheid ontdekken over de Persoon Jezus. Door Gods genade gaan zij over enkele ogenblikken, de heerlijkheid en de macht van de Heere Jezus zien. Als Hij de wind en de zee bestraft en toont dat niets Hem uit de hand loopt. En dat Hij Heer en Meester is over elke omstandigheid. 

 

2 - Het alleszeggende antwoord van de Heere Jezus

 

Vanuit het Evangelie naar Mattheüs kunnen we opmaken dat de Heere Jezus nadat Hij wakker is gemaakt, eerst reageert met: Waarom bent u angstig, kleingelovigen? En pas  daarná de zee en de wind bestraft. In onze tekst lezen wij het omgekeerde. Waarschijnlijk heeft de Heere Jezus de discipelen twee keer aangesproken op hun klein geloof. Juist omdat Hij hen wilde leren.

Maar Zijn antwoord op hun angstige vraag is alleszeggend: En Hij wakker geworden, bestrafte de wind en zei tegen de zee: Zwijg, wees stil! En de wind ging liggen met grote stilte.

 

Machtig spreken

 

Met twee machtswoorden legt Hij de wind en de zee het zwijgen op. Zwijg, Wees stil. Het ene moment gaat ze tekeer. Een moment later is het stil. Helemaal stil. Twee woorden! Zo laat Hij aan Zijn discipelen - en aan ons vandaag - zien wie Hij is. Want Hij toont hier in Zijn spreken Zijn Goddelijke heerlijkheid en Zijn Goddelijke kracht. De Woorden die Hij spreekt zijn Goddelijke Woorden, geladen met Goddelijk gezag. Hier, in het midden van de storm, laat Jezus zien dat Hij de Zoon van God is, de van God gezondene! Waarvan Paulus later aan de Kolossenzen schrijft dat

 

Hij het Beeld is van de onzichtbare God, de Eerstgeborene van heel de schepping, door Wie alle dingen zijn geschapen die in de hemelen en die op de aarde zijn, die zichtbaar en die onzichtbaar zijn: tronen, heerschappijen, overheden, machten; alle dingen zijn door Hem en voor Hem geschapen. (Kol. 1: 15-16).

 

Alle dingen bestaan door Hem. En alle dingen gehoorzamen Hem dan ook als Hij hen gebiedt: Zwijg, Wees stil.
Hier past ons alleen maar stille aanbidding, diepe verwondering als wij de Heere Jezus zien staan midden op dat schip, in de storm, waar golven over en in het schip slaan.

En Hij ze met twee woorden tot stilte gebiedt …

Ja, van Hem is de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid!

Jezus is de Christus, de Zoon van God. Hij heeft alle macht en Goddelijke kracht. Ook vandaag. Wat is dat oneindig troostvol!

 

Liefdevol

 

Vooral ook als we zien hoe Hij nog méér is. Namelijk niet alleen almachtig, maar ook zo oneindig liefdevol. Terwijl de storm Hem niet wakker kon krijgen, deden de verwijtende woorden van zijn discipelen dat wél. Hij hoort hun angstig vragen, en is met ontferming over hen bewogen. Hij hoort en is in hun nood nabij. Hoort u die liefdevolle reactie in: Waarom bent u zo angstig? Heb u dan geen geloof? Had de Heere Jezus niet alle recht om zijn discipelen na hun verwijtende vraag eens goed te bestraffen en hen het zwijgen op te leggen? Maar dat doet Hij níet. Hij bestraft de wind en de zee, maar niet Zijn discipelen. Hij bestraft de wind en ontdekt Zijn discipelen daarmee tegelijk waar het bij hen aan schort: aan geloof.

Wat een genade, wat een liefde!

 

Christus!

 

De Heer Jezus weet wat zijn discpelen nodig hebben. Hij weet wat u vandaag nodig hebt om ons zo vaak wankele en twijfelende kleine geloof te versterken.

Wie is deze toch, dat zelfs de wind en de zee Hem gehoorzaam zijn? De geschiedenis eindigt met een vraag die met eerbied en ontzag, verbazing en in verwondering wordt gesteld. En waar het antwoord hier niet gegeven wordt. Het is een vraag die alle aandacht richt op de Persoon van Jezus Christus. Wie is Deze toch? Met andere woorden: Kijk eens hoe heerlijk Hij is! Het is net alsof iedereen die deze geschiedenis leest of hoort zijn eigen antwoord mag geven. Zodat ieder zijn of haar geloof in Hem belijdt. Al is het soms nog klein en wankel.  Zich voor Hem neerknielt. En Hem verheerlijkt om wie Hij is.

Ziet u Zijn glorie?

 

Alleen op Hem

 

Want deze Jezus, die alle macht heeft en oneindig vol liefde en genade is, zit vandaag op de troon in de hemel en Hij regeert. Onze Zaligmaker.

Hij kwam vanuit de Hemel naar de aarde om te lijden en te sterven voor bange, schuldige en zondige mensen. Om de wereld en de schepping te redden van de zonde en van de ellendige gevolgen daarvan. Hij kwam om het offer van Zijn leven te geven. En was onderweg om voor zijn bange discipelen - en voor al de zijnen - Zijn leven te geven in hun plaats. God gaf het liefste, het kostbaarste wat Hij had, voor u. Zijn Zoon.

Twijfelt dan nooit over Zijn zorg over uw leven, over uw ziel! Want Hij verlost. Hij brengt al de Zijnen veilig thuis. Vertrouwt op Hem. Ja alléén op Hem! Ook in onze onzekere tijden.

 

Rust

Maar als toch ook onrust van binnen wordt gevoeld in deze onzekere tijden? Als het op momenten je zelfs kan aanvliegen en benauwen?

Zoek Hem dan nog meer. In een moment rust in de drukte van uw gezin. Of in de rust die ontstaat als u geen bezoek mag ontvangen en soms zich wat eenzaam voelt. Als u  nieuwsberichten, of andere dingen die aandacht vragen, voor een moment laat voor wat ze zijn. En in plaats daarvan naar Hem gaat in het Woord en in gebed. Dan zult Hem steeds beter leren kennen. Het Woord uit Markus 4 wil als een raam zijn waardoorheen u mag kijken en dat zo zicht geeft op wie de Heere Jezus voor u is en wil zijn in zijn Goddelijke majesteit en in Zijn liefde. In Zijn genade en in Zijn zorg. 

 

Vertrouwen

 

Geen storm is voor Hem teveel. Bij Hem vindt u in alle onrust toch rust. Zoek Hem daarom aanhoudend in het Woord en roep Hem aan in gebed. Vraag om kracht, rust, vrede, moed, wijsheid. Ook als u dingen moet doen die u normaal niet doet en dat misschien wel onrust geeft. Of als u thuis zit en zich eenzaam voelt. Als u onzeker bent wat betreft uw gezondheid, uw bedrijf, uw inkomen. Doe uw werk, leef uw leven in vertrouwen op de Heere Jezus. Hij heeft alle macht en kracht over de omstandigheden, over boze machten, over ziekte, over de dood. Geef het roer van uw leven met al zijn verantwoordelijkheden, uit uw handen en leg het neer in de Zijne!

 

Veilig!

 

Het is heerlijk om ook vandaag in het kerkschip te varen met het Woord aan boord. Met de Heere Jezus aan het roer! Veilig en geborgen! In vertrouwen op Hem want die niet tot Hem vlucht met al zijn noden die gaat straks voor eeuwig onder in de storm van Gods oordeel Maar wie vertrouwt op Christus is veilig. Ook al kan geloof en vertrouwen soms wankel en klein zijn, tóch vertrouwen. Wie met waar geloof op Hem vertrouwt brengt Hij door stormachtige tijden heen, veilig naar de overkant. Naar de plaats waar de Heere Jezus nu al is in al Zijn heerlijkheid.

 

Ruwe stormen mogen woeden

Alles om mij heen zij nacht,

God, mijn God zal mij behoeden,

God houdt voor mijn heil de wacht.

Moet ik lang zijn hulp verbeiden,

Zijne liefde blijft mij leiden:

Door een nacht, hoe zwart, hoe dicht,

Voert Hij mij in ’t eeuwig licht.

 

Amen.