Ethiek

Kerkverband

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Vastberaden nee 1

 

D.J. Bolt

19-03-16

 

De Nieuwsbrief die onder mijn persoonlijke verantwoordelijkheid vorige week zaterdag (12 maart) werd verzonden heeft veel stof doen opwaaien. De brief gaf uiting aan mijn grote teleurstelling en diep verdriet over het besluit van de Gereformeerde Kerken Nederland (GKN) om de gesprekken met het oog op mogelijke eenheid niet voort te zetten.

 

Een stroom van e-mails was het gevolg waarvan de meeste, uit GKN-kringen, negatief. Een bloemlezing. Waar ik me toch mee bemoeide? Het was toch een zaak van kerkelijke vergaderingen waar ik geen deel van uitmaakte? Mijn optreden zou geen pas geven. Ik zou 'voorop lopen', 'kerkenraden voor de voeten lopen', 'eenzijdige voorlichting geven', 'kwetsend zijn', 'in strijd met de waarheid handelen', ja zelfs 'tendentieuze berichtgeving verspreiden'!

Toe maar.

 

Ook de leider van het deel van GKN Landelijke Vergadering (LV) dat het besluit nam, ds. J.R. Visser (sinds kort overgekomen uit de GKv en nu verbonden aan GKN Zwolle) nam het hoog op dat ik het gewaagd had kritiek te hebben op het besluit, en dat zonder de onderliggende stukken te hebben kunnen inzien. Terwijl ik ook nog eens niet op de publieke tribune van de LV was gesignaleerd geworden. Hoe kon ik toch die Nieuwsbrief de wereld in sturen terwijl ik eigenlijk van toeten noch blazen wist?

 

Ds. Visser verzocht mij een rectificatie te plaatsen óf een ingezonden (zie Bijlage 1) van zijn hand op een in waarheid te plaatsen waarin mijn handelwijze werd afgekeurd. Ik heb hem toegezegd daarin mee te gaan maar dat ik dan wel graag de stukken van hem wilde ontvangen zodat ik ook gedocumenteerd kon zien waarin ik uit de bocht ben gevlogen en ik nederig mijn excuses aan de GKN en de lezerskring kon aanbieden. Aldus werd afgesproken.

Wel was er een klein oponthoud want (natuurlijk) moest eerst de GKN-brief (zie Bijlage 2) aan de volgende DGK-Synode zijn verstuurd. Bovendien was een complicatie dat ik graag een verslag zou inzien van het eerste oriënteringsgesprek dat DGK en GKN op 28 januari hebben gevoerd. Dat moet toch inzicht geven in de manier waarop de broeders met elkaar hebben gesproken en met elkaar zijn omgegaan? Maar helaas, van GKN-zijde bleek dat niet mogelijk, het was vertrouwelijk volgens de mening van ds. Visser en dat zo zou blijven! Ik kom daar op terug.

 

Het verbaasde me wel dat een dag later ds. Visser zijn ingezonden inmiddels aan het ND en het RD had aangeboden, zoals hij me meldde. Deze bladen hebben dat weliswaar niet (geheel) geplaatst maar wel essentiële onderdelen eruit overgenomen. Ook gaf ds. Visser een interview aan het RD.

Vervolgens liet hij zijn ingezonden integraal op werkaaneenheid.nl plaatsen. Het was toch wel wat chiquer geweest, lijkt me, als ds. Visser mij de gelegenheid had gelaten om te komen tot een (eventuele) correctie, of anders zijn ingezonden op een in waarheid te laten plaatsen zoals was afgesproken[1]
Overigens, even goede vrienden. We zullen er beslist geen ruzie om maken.

 

Openheid en transparantie
 

Voordat ik inhoudelijk op de GKN beslissing inga en mijn reactie daarop geef graag eerst iets anders dat er wel mee te maken heeft, namelijk hoe wij omgaan met informatie en vertrouwelijkheid.

De aanleiding voor dit punt zijn de voortdurende vermaningen van verschillende GKN-zijden ons, persoonlijk en redactie van een in waarheid, koest te houden. Wij zijn bemoeiallen, zegt men. Het geeft geen pas als het gaat om kerkelijke eenheid overal van af te willen weten. Het is namelijk een zaak van de kerkverbanden, van deputaten en kerkelijke commissies. Niet mee bemoeien dus. Doe je dat wel dan loop je de instanties maar voor de voeten, trap je ontluikende bloemetjes de grond in. In je hok dus, is de teneur.

 

Nu valt toe te stemmen dat een zekere distantie gewenst is als kerken broeden op goede en moeilijke besluiten. Zeker als door derden verkeerde informatie wordt verspreid of zaken onjuist worden geïnterpreteerd kan er schade worden aangericht. Daarin ligt dus een belangrijke verantwoordelijkheid van hen die hun opvattingen publiek uitdragen. En wij, als redactie van een in waarheid zullen zeker niet beweren dat we nooit uitglijden. Degene die in schrijfspreken niet struikelt is een volmaakt mens, en dat zijn we niet. Een tong, hoe onbeduidend van aanzien ook, kan een grote brand ontsteken. 'Zet Heer een wacht voor mijn mond' betekent ook 'Houd Heer mijn tikvingers in gareel'.

 

Ik wil er wel iets aan toevoegen. Want er is ook een andere zijde. Wanneer we alles maar zoveel mogelijk achter gesloten deuren houden, besloten vergaderingen beleggen, overal het stempel vertrouwelijk op zetten, is het onvermijdelijk dat er een ondoordringbare (kerk)cultuur ontstaat die ruikt naar muffe achterkamertjeskerkpolitiek. Dat is zeer ongewenst want het vertroebelt broederlijke relaties.
Kennis is macht. Er kan een ongrijpbare macht worden uitgeoefend door 'ik weet wat jij niet weet'. De grens tussen oprechtheid en eerlijkheid enerzijds en laster en kwaadspreken anderzijds is vaak flinterdun. Niet alleen door iets te zeggen, maar misschien soms nog meer door iets te verzwijgen, of (on)gunstig te timen, door dubbele of verborgen agenda's. Ieder onderzoeke zichzelf daar voortdurend op, zeker in de publieke publicitaire arena.

 

Daarom ben ik een groot voorstander van zoveel mogelijk openheid en transparantie, ook en misschien juist in de kerk. Dan gaat het natuurlijk niet over personen maar over zaken. Laat broeders en zusters, laat de pers maar bij onze besprekingen. Pas geen censuur toe en treed pas op als er misverstanden of correcties nodig zijn. Een gulden regel bij verslaggeving is: Scheid feiten van interpretaties en impressies.

 

Openheid en transparantie heeft ook een dempende werking op discussies en draagt bij aan zuiverheid in de argumentatie. Je kunt er maar niet van alles zomaar uitgooien. Je moet eerst even goed nadenken voor je wat zegt. Want er luisteren 'vreemde oren' mee. 

Besloten vergaderingen en besprekingen in comité, als het gaat om zakelijke aangelegenheden, moeten beperkt blijven tot uiterste noodzaak, als het echt niet anders kan. Vertrouwelijkheid schaadt heel gemakkelijk de verhoudingen. Het maakt een eerlijk oordeel of een integrale afweging onmogelijk en maakt mensen machteloos. Het is fnuikend voor broederlijke verhoudingen.

Misschien dat ook de afgescheiden kerken daaraan sterk geleden hebben in het verleden.

 

Toepassing

 

De lezer zal begrijpen dat na deze 'preek' over het thema openheid en transparantie er ook een toepassing volgt voor de actuele situatie. Een paar zaken.

Er is heel veel gedoe in GKN-kringen over het feit dat een gedeelte van de DGK-acta het stempel vertrouwelijk heeft gekregen. Nog afgelopen week hoorde ik daar weer een vooraanstaande GKN-broeder over jammeren. Wat zou daar toch wel niet instaan over GKN? Waarom zijn DGK niet open?, is voortdurend de vraag. En het blijft maar rondzeuren, een illustratie bij wat ik boven over openheid schreef.  

 

Het grappige is wel dat ook bij GKN het leven sterker is dan de leer. Twee voorbeelden. Bij de bespreking op de Landelijke Vergadering (LV) ging de vergadering voorafgaande aan de bespreking van eenheid DGK-GKN in comité. Nog wel voor een 'informatieve ronde'. Misschien terecht. Maar laat dus niet eenzijdig de maat genomen worden van DGK op dit punt.

Overigens, zijn de Acta van de GKN publiek toegankelijk zoals de Acta van DGK?
 

Iemand zou tegen kunnen werpen dat er nu toch maar heel veel gedoe is ontstaan door de publicatie van de DGK-Acta. Als het allemaal vertrouwelijk was opgeborgen in stalen archiefkasten had er geen haan naar gekraaid en hadden de gesprekken voortgang kunnen hebben.
Mis.

Even afgezien van het wat onethische in deze gedachtegang, we kunnen alleen maar blij zijn dat er nu (eindelijk) van alles bovenkomt drijven wat er kennelijk latent al heel lang in de GKN onder het oppervlak leefde. We hopen daar in een tweede artikel meer aandacht aan te geven.

M.i. is het juist verhelderend dat we nu aan het licht krijgen waarom het zo uiterst stroef gaat om elkaar te ontmoeten en er zelfs onwil is om over de moeiten met elkaar door te praten. Ja, kwetsbaarheid doet pijn maar kan ook zuiverend werken voor de verhoudingen. Zo kun je met open vizier de degens kruisen en kan het gevoel verdwijnen tegen onzichtbare opposanten te strijden.

 

Verslag van het oriënteringsgesprek

 

Nog een punt. Om een eerlijk oordeel te kunnen vormen over de bereidwilligheid van GKN om tot eenheid met DGK te komen zou ik heel graag het verslag van het oriënteringsgesprek tussen DGK en GKN van 28 januari inzien. Het is een gezamenlijk geaccordeerd verslag en kan dus belangrijk zijn voor een eerlijke visievorming. Laat ons als meelevende broeders en zusters maar weten hoe het er aan toe ging en hoe het erbij staat. Dat maakt ook onze gebeden des te concreter.

 

Maar het frappante is dat er een embargo op schijnt te liggen van GKN-zijde, het verslag is en blijft vertrouwelijk, meent ds. Visser. Waarom toch? Wat is daar zakelijk gezien gezegd of gebeurd dat het publieke licht niet kan velen? Het vervelende is ook dat er nu al minstens twee keer door GKN-broeders uit is geciteerd om argumenten te hebben tegen DGK. De eerste keer in een gesprek dat ik had en waar meerdere broeders bij waren, de tweede keer publiek, zie de GKN-brief aan DGK. Daar wordt uit de oriënteringsvergadering geklapt. Ik doel op de zin:

 

Alle daar genoemde agendapunten moesten in de loop van de tijd “tot op het bot” worden onderzocht, aldus één van de deputaten.

 

Is zo'n aanhaling niet goedkoop scoren? Ja, met zulke citaten kun je je sterk maken ('kennis is macht').
Er is maar één goede oplossing: geef het verslag aan de openbaarheid prijs zodat ieder niet alleen dit soort uitspraken (waar we beslist niet gelukkig mee zijn, als ze zo unverfroren zouden zijn geuit) maar ook de context kan lezen en mogelijk tegenwerpingen of correcties van anderen. Dan zijn we open en transparant met elkaar, m.a.w. gaan we oprecht met elkaar om.

 

Toegang Landelijke Vergadering

 

In het artikel Eenheid DGK en GKN 3 heb ik gepleit voor een open toegang tot de GKN Landelijke Vergadering. Tot mijn positieve verrassing was er daar inderdaad een 'publieke tribune'. Prachtig! Maar bleek achteraf. Het was natuurlijk wel zo aardig geweest als men het even van te voren had laten weten. En bovendien had ik dan een accreditatie gevraagd als verslaggever (die, oef, wel lid is van DGK …).

 

Wat dit betreft kunnen we een voorbeeld nemen aan de GKv-synodes. Tot nu toe heeft het nooit problemen gegeven om als verslaggever daar aanwezig te zijn. De stukken worden netjes naar je toe gestuurd, je mag zelfs een hapje mee eten en je wordt van alle relevante zaken op de hoogte gehouden. Zelfs terwijl men weet dat je bepaalde bezwaren koestert tegen de koers van deze kerken. Maar als je verslagen eerlijk de feiten weergeven is dat daar geen probleem. Kortom, hier kunnen we beslist leren van dit kerkverband.

 

Persverslag

 

Tenslotte. In het eerder genoemde artikel heb ik het pleit gevoerd voor een persverslag. Ik zou opnieuw het belang daarvan benadrukken wanneer er spannende zaken aan de orde zijn. Als er heel veel broeders en zusters bij een zaak zijn betrokken en er vallen belangrijke besluiten, biedt dan een kort verslag dat door de kerkelijke vergadering is goedgekeurd. Dan houd je in de hand wat er als feiten bekend gemaakt moet worden en kan iedereen zijn eigen conclusies trekken of overwegingen maken

 

Daarmee komen we tot de belangrijkste vraag van dit verhaal: Wat heeft de GKN precies besloten en waar heeft de Nieuwsbrief gefaald?

 

Wil GKN nu wél of niet praten?

 

Dat is de vraag.

In de Nieuwsbrief van 12 maart jl. schreef ik:
 

Er is met veel spanning en onder smeekgebed aan de Here uitgezien naar de beslissing van deze LV waarin alle GKN-gemeenten zijn vertegenwoordigd. Echter met groot verdriet moeten we melden dat de GKN-vergadering besloten heeft na het eerste gesprek geen nieuwe gesprekken meer aan te willen gaan.


Het is met diep leedwezen dat we hiervan hebben vernomen. Hoe kan het toch dat broeders en zusters die zo dicht bij elkaar staan zelfs niet met elkaar willen praten om de moeiten uit het verleden te overkómen? Wij begrijpen dat niet. Het valt toch in geen enkel opzicht te rijmen met de houding die Christus ons heeft geleerd op zoveel plaatsen in de Schrift?

 

Sindsdien word ik om de oren geslagen met mailtjes dat GKN wel wil praten. Ja volgens ds. Visser: "GKN wil juist heel snel een open gesprek aangaan met DGK", zie bijlage 1. Hoe is het mogelijk?! Hoe kun je dit met droge ogen beweren? Is het besluit door mij (en anderen) dan zó verkeerd begrepen?

 

Het venijn zit in dat 'open gesprek'.

GKN wil géén gesprek met DGK.

GKN wil wél een open gesprek.
Wat is dan dat 'open gesprek'?

 

In de normale omgang tussen mensen is een open gesprek een gesprek waar van alles aan de orde kan komen, een gesprek van 'roept u maar'! In geval van ruzie legt ieder al zijn grieven op tafel en kan er vervolgens over gepraat worden. Daarbij worden geen restricties opgelegd. En als GKN dát wil en nog wel héél snel klinkt dat prachtig ruimdenkend, breed en royaal. Maar…

Het 'open gesprek' dat GKN wil is een GKN-open gesprek. Een 'open' gesprek waarin GKN op voorhand bepaalt welke zaken er niet op de tafel mogen komen. In elk geval niet die zaken waar DGK moeite mee heeft. We zullen er zo meteen een paar voorbeelden van geven. Het 'open gesprek' van GKN is in wezen een 'voor DGK gesloten gesprek'.
 

Nu kan de zaak ieder snel duidelijk worden. Als ds. Visser beweert dat de GKN "juist heel snel een open gesprek wil met DGK", dan bedoelt hij dat GKN zo'n gesprek alsnóg wel heel snel wil op voorwaarde dat DGK haar moeiten op voorhand inslikt.

Daarom is DGK nu dus aan zet in de optiek van GKN. DGK moet nu even héél snel de geformuleerde punten waar ze over gepraat wilde hebben vergeten, dat z.s.m. melden aan GKN en dán, ja dán kan GKN 'juist heel snel' dat 'open gesprek' met DGK aangaan.
En let op, de deputaten mogen dit van GKN niet beslissen. GKN eist dat het inslikken formeel door een DGK-synode gebeurt …

Hopelijk neemt de lezer het me niet kwalijk, maar lijkt dit niet heel veel op een vertragingstactiek?

 

Zo zijn, door de inhoud van één woordje haast ongemerkt van betekenis te wisselen, de rollen omgekeerd en de 'zwarte Piet' naar de overkant geschoven. Het door velen zo vurig begeerde gesprek tussen de kerken is hiermee door GKN volledig klem gereden. Want nu is het wachten geblazen op de volgende DGK-synode, over twee jaren. En als het weer zolang duurt voordat er afspraak met GKN kan worden gemaakt voor een gesprek, is er nóg weer een jaar verstreken. En ook dan is het zeer de vraag of DGK-punten dan wél de agenda zullen halen. Zal dan niet wéér met evenveel gemak de samenspreking worden afgebroken als een onderwerp niet precies past in de GKN-maatbeker?
 

Twee voorbeelden

 

Laten we als voorbeelden een tweetal onderwerpen noemen waarop door GKN heftig wordt gereflecteerd.

 

Dwaalleer

In de Acta wordt genoemd 'het tolereren van dwaalleer'. Er kan daarover niet gesproken worden, volgens de GKN-brief aan de deputaten. GKN zegt "principieel", ja zelfs "een vastberaden nee" tegen elk gesprek hierover. Waarom? Omdat een spreken hierover "boven de Schrift uit zou binden (…) aan een kerkelijke traditie", ja, aan úw kerkelijke traditie", stelt de brief!

 

Eerlijk, we zijn geschokt. Het stoppen van de gesprekken heeft een veel ernstiger achtergrond dat we hadden vermoed.
Laten we maar even heel duidelijk zijn: wat ons betreft is er geen ruimte voor oerknal, miljarden jaren lange evolutie en kadertheorie op gereformeerde kansels om maar iets te noemen[2]. Mogen DGK daar vragen over stellen aan GKN of het bij haar wel mogelijk is? Kunnen we daarover nog open naar elkaar zijn? En zo niet, waarom dan toch niet?

 

Als ds. Visser op de Landelijk Dag van 13 februari met zijn zeer nadrukkelijke verwerping van boven-schriftuurlijke bindingen impliciet en stilzwijgend ook bedoelde aan te geven dat deze actuele zaken rond Genesis 1-3 binnen de gereformeerde 'bandbreedte' van zijn kerken vallen, dan hebben we een probleem met elkaar en moeten we een heel andere discussie gaan voeren. Dan is in feite het gesprek nog dringender noodzakelijk. En voegen we er ter waarschuwing aan toe, dan heeft ds. Visser zelf ook een probleem met Logos, de creationistische organisatie waarvan hij een bestuurslid is.

 

Scheuringen en schorsingen
 

Nog een tweede voorbeeld, scheuringen en schorsingen.
Ook dit punt wil GKN onder de tafel schuiven, zo blijkt uit de brief aan DGK. Want zo vraagt de brief retorisch: Betreft dat werkelijk volgens u het fundament van de kerk?

Misschien is het naïef van ons, maar als we staan op het ene fundament van apostelen en profeten dan is bij een scheuring toch het fundament in geding? We gaan toch niet zo maar van kerken wisselen als waren ze filialen van een winkelketen?

Daarom doet nog altijd een scheuring als bijvoorbeeld in Dalfsen (2011) heftig pijn. Hoe is het toch mogelijk geweest dat tegen elementaire Bijbelse regels van christelijke omgang met elkaar in, daar de kerk werd gescheurd, of zoals dat dan heet, 'de gemeente van achter de kerkenraad werd weggeroepen', en een eindje verderop in dezelfde plaats een nieuwe gemeente werd gesticht? En daar mag dan helemáál niet meer over gepraat worden tussen DGK en GKN? Hoe kan de GKN dit toch vragen?

 

Nee, niemand wil alles tot op de millimeter weer uitmeten, ook DGK niet. Er zal veel vergeven en vergeten moeten worden. Van beiden kanten zijn er fouten gemaakt. Maar het zal wel goed zijn om eens grondig met elkaar door te praten over hoe we kerk van Christus (willen) zijn. Wat die kerk dan is volgens de Schrift en onze gereformeerde belijdenis. Maar dan moet GKN daarover wél willen praten.

 

We hopen overigens op het laatste voorbeeld in de volgende aflevering uitgebreider terug te komen.

 

Conclusie

 

Nog weer even die zin uit de Nieuwsbrief:


Hoe kan het toch dat broeders en zusters die zo dicht bij elkaar staan zelfs niet met elkaar willen praten om de moeiten uit het verleden te overkómen?.


Velen, inclusief ds. Visser, waren verontwaardigd dat ik oordeelde dat GKN niet (verder) wilde praten. Ja het zou 'echt in strijd met de waarheid zijn' (Visser in zijn ingezonden). Maar kijk alstublieft nog even goed naar bovenstaande zin. GKN wil toch niet praten over de moeiten uit het verleden? Dat zeggen ze toch zelf en zo staat het dan toch ook terecht in de Nieuwsbrief?

Ja, er kan alleen gepraat worden als het GKN-open gesprek een DGK-gesloten gesprek is. Maar het kan nooit de bedoeling zijn van volwassen christenen die iets met elkaar hebben uit te praten, om de zaken onder het vloerkleed te vegen.[3]

 

Helaas moet ik dus constateren dat ik geen verkeerde conclusie trok noch onwaarheid heb gesproken, hoe graag ik ook tot andere conclusies had willen komen.
Ik schreef in de Nieuwsbrief

 

Het valt toch in geen enkel opzicht te rijmen met de houding die Christus ons heeft geleerd op zoveel plaatsen in de Schrift?

 

Die vraag blijft kwellen. Hoe heeft men toch zó een echt en eerlijk-open gesprek voor jaren kunnen torpederen?

 

Veel broeders en zusters, en ook verontrusten in de GKv die smachten naar eenheid, zien de samensprekingen als een in wezen simpel proces:

  • Praat met elkaar over gezamenlijke fundament, wat is het en functioneert het?
  • Geef wederzijds aan waar de moeilijkheden liggen
  • Bepaal samen wat verder besproken moet worden
  • Trek conclusies
  • Realiseer eenheid in de praktijk

Het is zó eenvoudig, zeggen zij. En dat is het ook. Daarom laat de vraag zich niet onderdrukken hoe het kan dat de samenspreking tussen DGK en GKN al weer in de knop werd gebroken.

We denken dat we daar een antwoord op hebben: het prille bloemetje heeft geen GKN-wortels. In het ontstaan en de ontwikkeling van het GKN-verband kan het antwoord worden gevonden. Dat verklaart heel veel zaken. Ook waarom er geen 'open gesprek' mogelijk is.

Daarover hopen we de volgende keer een ander boek open te doen.

 

En ondertussen blijven we oprecht zeggen: Broeders en zusters van GKN, spreek met ons want ons hart gaat naar u uit.

 

Wordt vervolgd

 

Bijlagen

 

Bijlage 1
Ingezonden ds. J.R. Visser

 

Beste broeder Bolt

 

Zaterdagavond 12 maart hebt u een bericht namens eeninwaarheid de wereld in gestuurd waarin u reageert op een besluit dat de GKN op haar synode in Ede genomen heeft over gesprekken met de DGK. Het is duidelijk dat u teleurgesteld bent in het besluit en dat u het graag zo anders had gezien. U spreekt niet alleen u verdriet en teleurstelling uit maar veroordeeld dit besluit ook als onschriftuurlijk besluit.

 

Het is jammer en doet ook schade dat u zo snel reageert zonder echt goed op de hoogte te zijn. U hebt niet gepeild wat op de vergadering de insteek en het duidelijke verlangen van de vergadering was. Het is ook niet zo dat dit verborgen is gebleven. De behandeling van dit onderwerp was op een informatieve ronde na, ook helemaal openbaar. Er zijn er ook meerderen die dit vanaf de publieke tribune hebben meegemaakt. Als u er was geweest had u geproefd dat de vergadering verlangt naar een gesprek met de broeders van de DGK. Dat we juist graag het open gesprek willen aangaan om samen kerk van Christus te zijn. Er was op de vergadering niemand die zich daartegen uitgesproken heeft. Integendeel!

 

Het is dus echt in strijd met de waarheid om te schrijven dat de GKN geen verdere gesprekken met de DGK wil! Wij dringen er in onze brief op aan om de hindernissen die in de instructie die deputaten van de DGK meegekregen hebben op te ruimen om dat open gesprek te kunnen aangaan!  Wij zouden dat graag heel snel willen doen. Er is zelfs in onze vergadering de hoop uitgesproken dat de synode van de DGK eerder zal samenkomen om dit mogelijk te maken. Er is dus geen spraken van niet willen.  Juist wel.

 

Ik hoop broeder Bolt dat u uw onzorgvuldige berichtgeving van zaterdagavond ook publiek terugneemt. Dat zou de zaak van de eenheid van Gods kinderen goed doen.

 

Ds Rob Visser
(voorzitter van de vergadering van de GKN op het moment dat de gesprekken met de DGk besproken werden)

 

Bijlage 2
Brief van GKN Landelijke Vergadering/Synode aan DGK Synode

 

Generale Synode 12 maart 2016 

Gereformeerde Kerken Nederland (GKN)

 

deputaat-scriba: J.F. de Leeuw

Prinsesselaan 11, 3851 XM Ermelo

Tel. 06-53672343, E-mail: j.f.deleeuw@online.nl

 

Aan: De Generale Synode van De Gereformeerde Kerken in Nederland,  p/a De samenroepende kerk DGK Berkel en Rodenrijs/Bergschenhoek, scriba A. van Egmond

Albert van ’t Hartweg 31 2667MJ Bleiswijk

scriba@gereformeerde-kerk.nl

 

Betreft:  gesprek

 

Ede, 12 maart 2016.

 

Geachte broeders,

 

aanloop

De Generale Synode van Groningen van De Gereformeerde Kerken in Nederland heeft op 7 februari 2015 besloten om op het niveau van het kerkverband “na te gaan of er een mogelijkheid bestaat om tot eenheid met de GKN te komen, waarbij het uitgangspunt dient te zijn de waarheid van Gods Woord en de rechtspraak waar deze op grond van Gods Woord is uitgevoerd.” Uw GS heeft daarom uw deputaten ACOBB opgedragen om contact te zoeken met de landelijke vergadering van de GKN. Van deze besluiten hebt u de kerken van de GKN op de hoogte gesteld, middels een brief d.d. 18 juni 2015. En u hebt ons in datzelfde schrijven als kerken uitgenodigd voor een gesprek. Een open gesprek “om zo te onderzoeken of we daadwerkelijk op hetzelfde fundament staan en daarop ook hetzelfde bouwwerk bouwen.” De landelijke vergadering van de GKN d.d. 26 september 2015 heeft op een uitnodiging van deputaten ACOBB (d.d. 16 september 2015) vervolgens positief gereageerd en eigen deputaten opgedragen om een oriënterend gesprek te voeren en vervolgens daarover te rapporteren aan de vergadering van de GKN. Dat gesprek heeft plaatsgevonden op 28 januari 2016. Het verslag daarvan zult u ongetwijfeld in het rapport van uw deputaten ACOBB terugvinden. Naar aanleiding van uw besluiten en de reeds vermelde oriënterende ontmoeting willen we u graag het volgende antwoorden.


oriënterend gesprek
Onze deputaten hebben tijdens de ontmoeting hun verrassing laten blijken over de uitnodiging, die immers bedoeld was om een “open gesprek” te voeren om te onderzoeken ‘of we daadwerkelijk op hetzelfde fundament staan en daarop ook hetzelfde bouwwerk bouwen.” Die verrassing laat zich tweeledig verklaren.

 

1. Allereerst hebben voorgaande Generale Synodes van uw kerken immers uitgesproken dat er met de kerken van de GKN geen contact gezocht hoefde te worden. Ook de door u benoemde deputaten zagen tot Groningen 2014 geen reden tot contactoefening. De intentie van uw voorgangster Groningen 2014 was voor onze deputaten verborgen achter een verslag dat zij comité verklaarde en derhalve voor hen ontoegankelijk was, terwijl uit de stukken moeilijk bleek te achterhalen wat de DGK tot haar uitnodiging had gebracht. De bespreking hierover was verhelderend. Uw deputaten wezen op de hectiek en de actualiteit van het moment. Het was vóór Groningen 2014 nog te vroeg om in gesprek te gaan. Bovendien verklaarden uw deputaten dat het deputaatschap ACOBB in voorgaande jaren niet in alles aan haar opdracht en instructie toegekomen was. Broeders, wij zijn dankbaar te horen, dat de gronden om in de periode tussen 2010 en 2015 met de GKN geen contact te zoeken slechts te vinden zijn in omstandigheden van tijd en prioriteit. U schrijft dat in uw brief van 18 juni 2015 ook royaal. U zegt daar over onze kerken: ”U wilt staan op hetzelfde fundament van apostelen en profeten en u wilt zich in uw kerkelijk samenleven zoveel mogelijk richten naar de Gereformeerde Kerkorde.” Die herkenning heeft u kennelijk van overtuiging doen zijn dat contact niet langer mocht worden uitgesteld.   

 

2. Vervolgens spraken onze deputaten uit verrast te zijn over de uitnodiging, vanwege de overige besluiten van Groningen 2014. De acta van deze GS waren bij de GKN afgevaardigden niet bekend tot eind 2015. Ze waren niet voor publicatie vrijgegeven. Pas na het aanvaarden van de uitnodiging en het bepalen van een datum en plaats, konden deputaten GKN lezen wat de verdere instructies en bepalingen waren. Op grond van met name besluit II.2. spraken onze deputaten hun verwondering er over uit, dat van het “open gesprek” dat in uw brief aan de GKN d.d. 26 september is genoemd, van de kant van uw deputaten uit niet veel sprake kon zijn, gezien hun instructie. In het gesprek werd ook terecht en duidelijk aangegeven dat uw deputaten zich inderdaad aan deze instructies gebonden weten. Alle daar genoemde agendapunten moesten in de loop van de tijd “tot op het bot” worden onderzocht, aldus één van de deputaten. Maar dat verhinderde volgens uw deputaten intussen het “open gesprek” niet. Gedreven vanuit een “oecumenisch willen” moest dit mogelijk zijn. Zo staat het overigens ook in de Acta Groningen: “Ook ten aanzien van een schismatieke kerk waarin voor het overige de grondslag van 2.a. functioneert, heeft de kerk van Christus roeping om zover dit mogelijk is -, te onderzoeken of er eenheid in de waarheid mogelijk is.” Ook op dit punt zijn wij als GKN dankbaar voor de heldere opstelling die deputaten in het gesprek lieten zien. Het heeft onze deputaten namelijk overtuigd dat hun verrassing gerechtvaardigd was. En het heeft ons als GKN tijdig weerhouden om met uw deputaten verder in gesprek te gaan. Het is tegelijkertijd aanleiding geweest om ons direct tot uw vergadering te wenden. Want met name dit laatste behoeft wel enige uitleg.

 

3. Groningen 2014

Broeders, wat de GS Groningen 2014 een “open gesprek” noemt en een “onderzoeken of we daadwerkelijk op hetzelfde fundament staan en daarop ook hetzelfde bouwwerk bouwen”  blijkt volgens haar Acta een gesprek te moeten worden waarin u uw roeping wilt uitvoeren ten aanzien van een door u zo genoemde “schismatieke kerk”. In uw overwegingen neemt u dan ook het volgende mee:


2.b. Met betrekking tot het hanteren van de KO voor het kerkelijk samenleven binnen het kerkverband zijn er vragen te stellen richting de GKN m.b.t. het gezag van meerdere vergaderingen (art. 35 KO) en het functioneren van art. 31 KO en art. 67 KO.

 

2.c. In een tot nu toe niet herroepen publicatie uit 2010 (De reformatie van de kerk en het Evangelie van vrije genade) die nog steeds op de site van GKN Zwolle staat, staan uitspraken, die vragen oproepen m.b.t. de belijdenis van de bovengenoemde grondslag. Deze uitspraken betreffen:

  • de leer over de kerk (art. 27-29 NGB)
  • het gezag van ambtsdragers en van kerkelijke vergaderingen (art. 30-32 NGB, art. 35 KO)
  • de leer over verbond en heiliging (art. 24 NGB)

2.d. Meerdere predikanten van de GKN hebben blijk gegeven van een pluriforme kerkvisie. Prof. dr. J. Douma heeft daarnaast in publicaties ruimte gelaten voor de evolutietheorie en een afwijkende visie ontwikkeld m.b.t. de sabbatsrust naar het vierde gebod.

 

2.e. In onder 2.c. genoemde brochure wordt de rechtmatigheid van de Vrijmaking van 2003 in twijfel getrokken (zie ook de brochure “Weerlegging” op de website van DGK Zwolle e.o.).

Ditzelfde moet worden vastgesteld voor uitspraken van ds. E. Hoogendoorn.

 

U wilt daarom ook, zo blijkt verder, het volgende onderzoeken:  

 

4.b. Een bespreking met het kerkverband met GKN zal zich gezien bovenstaande dienen toe te spitsen op de volgende vragen (in onderstaande volgorde):

  1. Staan wij inderdaad op dezelfde grondslag en functioneert deze grondslag als zodanig?
  2. Is er een erkenning van de vrijmakingen van 2003 en 2010 als het werk van de Here?
  3. Zoeken wij eenzelfde kerkelijk samenleven op basis van de gereformeerde kerkorde en art. 28 NGB? Is er de wil tot eenheid?
  4. In hoeverre zijn de voltrokken scheuringen en schorsingen wettig geweest? En welke consequenties heeft dit voor DGK en GKN?

Uw deputaten krijgen daarom, voorafgaande aan enige ontmoeting met deputaten GKN de volgende 2e instructies voor een agenda mee:
 

2 Er zal een agendavoorbereidingscommissie in leven worden geroepen, die na het eerste contact samen met broeders uit de GKN een agenda zullen opstellen, waarbij van de kant van DGK in de loop van de gesprekken de volgende zaken aan de orde zullen komen:

  1. vaststellen of er t.a.v. de grondslag onderling verschillen bestaan t.a.v. fundamentele zaken zoals onder andere:
    1. de leer over de kerk (art. 27-29 NGB);
    2. het samenleven naar de gereformeerde kerkorde, met daarbij te betrekken wat op de website van de GKN staat met betrekking
      i - tot het gezag van meerdere vergaderingen (art. 35 KO)
      ii - het functioneren van art. 31 KO met betrekking tot appelzaken
      iii - het functioneren van art. 67 met betrekking tot te zingen liederen in de eredienst;
  2. scheuringen en schorsingen;
  3. tolereren van dwaalleer zoals die te vinden is bij dr. H.F. Kohlbrugge en prof. dr. J. Douma;
  4. het bespreken van de rechtmatigheid van de vrijmaking van 2003 als het werk van de Here;
  5. vaststellen of er bij de GKN een uitgesproken wil bestaat om tot eenheid te komen met DGK.

Letter en geest
Broeders, tegen de agendapunten en de onderwerpen die volgens de Acta Groningen 2014 aan de orde gesteld, onderzocht en beantwoord moeten worden, zeggen we als kerken vooraf principieel nee. Wij willen u, in de liefde voor de Here Jezus en voor u, ook graag uitleggen waarom we dit vastberaden nee laten horen. Wij wijzen uw agenda af, omdat wij Gereformeerde Kerken zijn en dat ook graag willen blijven.  De agendapunten die u aandraagt spreken grotendeels en merendeels van een intentie om boven de Schrift uit te binden aan uw interpretatie van de K.O., uw handelwijze in het verleden en uw kerkelijke traditie tot op heden.  Boven wat er in artikel 29 NGB staat over de kenmerken van de ware kerk, wilt u met betrekking tot de grondslag spreken over eventuele verschillen over het samenleven naar de gereformeerde kerkorde ten aanzien van onderscheiden onderwerpen. Is dat kerkelijk samenleven de grondslag? Wordt niet de kerk alleen gebouwd op het fundament van apostelen en profeten? Op deze “Petra” bouwt Christus immers Zijn gemeente! U wilt in uw onderzoek naar het fundament spreken over scheuringen en schorsingen. Betreft dat werkelijk volgens u het fundament van de kerk?  U geeft aan te willen vragen naar publicaties die u zonder enige grond benoemt als dwaalleer. Kennelijk hoort dat volgens u niet bij de ruimte die Gereformeerde Kerken hun leden tot op heden gegund hebben, waar het om exegetische verschillen gaat. Daarbij komt, broeders, de vraag op welke grond u met ons zou willen spreken over de “leer” van Kohlbrugge? Is die “leer” grondslag voor het kerkelijk samenleven binnen de GKN? Uw agenda spreekt van een in onze ogen ongereformeerde behoefte om een kerkverband op door u gestelde criteria te toetsen. En daar zeggen wij om Christus’ wil vrijmoedig en overtuigd nee tegen. Broeders, zó niet! Dit is namelijk niet de weg die naar kerkelijke eenheid moet leiden. Dit laat ons integendeel een programma zien dat afgehandeld moet worden om uw vrijmaking en verdere bouwwerk als een werk des HEREN te erkennen, alvorens u ons kunt accepteren. Uit de letter van uw acta spreekt een geest waar de gereformeerde kerken zich door heel de geschiedenis heen in kerkelijke samensprekingen ver van hebben willen houden. We wijzen u slechts op de door u genoemde Acta Groningen 1978, maar dan overwegingen art. 139d. Uw agenda beperkt bij voorbaat de bandbreedte van het katholiek belijden en geloven en stelt kerkelijke afspraken op gelijke hoogte met Gods Woord.   


Appèl
Er zou over dit alles veel te zeggen zijn, ook vanuit de traditie die u en wij gemeenschappelijk hebben. Maar wij zien daar op dit moment vanaf. Want, broeders, wij maken ons zorgen over u. Wij komen uit eenzelfde huis. Wij delen eenzelfde geschiedenis. Laat het niet zo zijn, dat één van ons zich afzondert en een eigen huis en een eigen geschiedenis gaat. Want het kan zijn, dat het bouwsel ondeugdelijk blijkt wanneer de Koning terugkomt. Datzelfde geldt ook de GKN. Daarom zijn we aan elkaar gegeven en hebben we elkaar ook nodig. Om elkaar vast te houden en samen verder te groeien. Om over ons falen en feilen elkaar vergeving te vragen. Om ons behoud te blijven bewerken met vreze en beven. Want wie staat, zie toe dat hij niet valle. In die ruimte heeft de Here Jezus ons willen stellen. De ruimte van de kerk die Zijn Woord liefheeft en bewaart. Door Hem lief te hebben, waar wij maar onnutte slaven zijn. Hij is het enige Hoofd dat we als kerken erkennen. En zó willen we u graag de hand reiken en in gemeenschap met u staan. In de gezindheid van onze Here Jezus Christus. Een gezindheid die ons leert onszelf te verootmoedigen en de ander uitnemender te achten dan onszelf. Om ruimte te zoeken in plaats van elkaar ruimte te ontzeggen. In die gezindheid willen we graag met u spreken over de drie kenmerken van de ware kerk. Om van elkaar te horen of het Woord van Jezus Christus bewaard wordt: hoorbaar, zichtbaar en tastbaar. Al het andere is daaraan ondergeschikt.  Wij doen als kerken binnen het verband van de GKN vrijmoedig een appel op u, de instructie van uw voorgangster te herzien. Om uw deputaten gelegenheid te geven het in een werkelijk open gesprek met ons te hebben over de noodzaak en het voorrecht ook vandaag katholiek gereformeerd te zijn. Tot lof van de HERE en tot heil van de kerken.  

 

Met broedergroet,

 

J.R. Visser, preses    
R. de Boer, scriba     

 

NOTEN

[1] We hebben geen kritiek op de redactie van werkenaaneenheid.nl over de plaatsing op haar site. In het kader van openheid en transparantie kon het ingezonden gewoon worden opgenomen. Indiener en redactie hebben verschillende verantwoordelijkheden, en dat moet zo blijven.

[2] We hebben net het symposium aan de EH gevolgd met o.a. prof. dr. Gijsbert van den Brink. Volgens hem zijn we dieren die op een bepaald moment door God tot mensen zijn benoemd, of zo iets. Je rilt van de denkwereld die hier achter zit.

[3] Zie de prachtige gelijkenis die br. Joh. Trip in een open brief aan ds. Visser voorhoudt, click hier.