Ethiek

Kerkverband

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Verantwoording van een (kerk)keuze -1

S.J. Driessen

25-02-12


Een vraag waar veel verontrusten binnen de Gereformeerde Kerk ‘vrijgemaakt’ mee worstelen is: Wanneer mag je vertrekken? Of: wanneer moet je vertrekken? Niet dat de verontrusten dat als primaire vraag hebben. De kerk is hun lief. Ze vinden juist dat zij kerk zijn gebleven. Dat zij juist trouw willen blijven aan het Woord van de Here. Dat de ‘kerk’ van hen afgepakt wordt. Na jaren van strijd tegen verval en afval komt dan toch die praktische en gelovige vraag: Hoe lang moet ik blijven strijden in de kerk? Wanneer is de kerk ‘kerk’ geworden?

 

Wanneer vertrekken?

Over deze vragen is al veel geschreven in diverse boeken, tijdschriften en, vooral, op de online tijdschriften, zoals eeninwaarheid.nl en gereformeerdekerkblijven.nl. Over die vragen gaat dit artikel niet. Het gaat mij om de vragen die gesteld worden nadat helder is wanneer je weg mag of moet uit de kerk. Wanneer helder is dat je op zoek moet naar een nieuwe kerk die wel trouw wil zijn aan Schrift en belijdenis. In woord en daad. Het gaat dan om de vraag: Waar kun je heen? Of waar moet je heen?

 

Waarheen vertrekken?

De redactie heeft me gevraagd om mijn antwoord op die vraag te geven. Nu ik met mijn gezin over ben gegaan naar de Hersteld Hervormde Kerk. In dit artikel wil ik mijn (kerk)keuze verantwoorden. Ik ga de geschiedenis van dit kerkverband niet beschrijven. Dat is al uitgebreid gedaan op eeninwaarheid.nl. Zie bijv. de artikelen van br. A.J. Flipse getiteld “De Hersteld Hervormde Kerk en wij (1-3)”. En het boekje Ken jij die kerk?

 

Afval en verval

Als gemeentelid, als lid van de Geformeerde Kerk ‘vrijgemaakt’, als kerkenraadslid en als hoofd van een gezin was het nooit mijn intentie om zo diep in de strijd om de waarheid binnen de kerk te geraken. Maar het is wel gebeurd. Als relatief jong lid van de kerk had ik een hoop gelezen en geleerd en was overtuigd gereformeerd geworden. Ik was dankbaar voor het vele dat de Here heeft gegeven in Zijn Woord, de gereformeerde kerk en de belijdenis. Steeds meer zag ik, gelukkig samen met anderen, dat die dankbaarheid geen gezamenlijke dankbaarheid was. Er kwamen eindeloos veel voorbeelden van hele en halve dwalingen, soms bestreden, maar vaak beschermd. Ook is eindeloos vaak daartegen geprotesteerd. Op plaatselijk niveau, in de kerkelijke weg en op persoonlijk niveau. Ik heb daar ook een bijdrage aan proberen te leveren. Ook positief, zoals zoveel verontrusten, bijv. door jarenlang ouderling te zijn en catechisatie te geven.

 

Geen discussie

Het is mijn overtuiging dat het grootste probleem in de afgelopen jaren is geweest dat er geen open en eerlijk gesprek mogelijk was. Ik doel dan niet op de flauwe dialoog, maar echt een gesprek bij een open Bijbel. Onder invloed van de tijdgeest – en die invloed is er ook bij verontrusten – was het mijn waarheid tegen andermans waarheid. Ieder mocht zeggen wat hij wilde. Als je kritiek kreeg zweeg je. Als er gevraagd werd of het ‘schriftkritisch’ was wat iemand leerde, was de persoon meteen persoonlijk aangevallen en in z’n integriteit aangetast. Dit spel gaat door tot op de huidige dag. Het is in elke kerkstrijd terug te zien, helaas. Leren van de (kerk)geschiedenis lijkt maar moeilijk te gaan. Zo was dat in de dagen van de Bijbel, zo is het ook nu.

 

Einde van de strijd

Ondanks het feit dat het geloof altijd een strijd is, wilde ik niet altijd in de kerkstrijd zitten. In het begin ben je dankbaar dat de Here je in het hart geeft om de kerkstrijd mee te voeren. Dat Hij daar krachten, tijd en moed voor geeft. Maar hoe langer die strijd duurt, des te zwaarder wordt het. Voor jezelf, je gezin, je kinderen, je omgeving.

Na de synode van Zwolle-Zuid was het failliet van het kerkverband voor mij aangetoond. Na verschillende keren de kerkelijke weg te hebben gelopen, de spelletjes die in dienst van het ‘recht’ gespeeld werden gezien te hebben en de weigering van het gesprek ervaren te hebben, was mijn hoop gericht op de plaatselijke gemeente. Ik hoopte dat daar (nogmaals) geweigerd zou worden om de besluiten van de synode uit te voeren. Dat er, zoals dat was gebeurd in de voorgaande jaren, actief verzet was tegen bepaalde dwalingen en tekenen van verval. Om een lang verhaal kort te maken: Dat is niet gebeurd. Alle synodebesluiten zijn geratificeerd, vrijwel zonder inhoudelijke bespreking. Als kerkenraadslid was ik verantwoordelijk voor de ratificering en uitvoering van die besluiten, bijv. in een open(er) avondmaal. Ik heb toen mijn ambt neergelegd. Nog driekwart jaar heb ik, samen met mijn gezin, een plaats in de gemeente proberen in te nemen. In maart van 2011 hebben wij besloten om een tijd bij de Hersteld Hervormde Kerk te kerken. Dit besluit hebben wij open gecommuniceerd.

 

Maar zit je in de HHK wel goed? En hoe heb je beoordeeld of je bij de HHK veilig bent? Zijn de (cultuur)verschillen niet ontzettend groot?

Wordt vervolgd