Ethiek

Kerkverband

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

De Gereformeerde Kerken

Column

 

D.J. Bolt

06-10-18

 

Communiceren, wat is het een prachtig scheppingswonder! We snateren heel wat af met elkaar. Hoe ingenieus steekt het in elkaar. Via luchttrillinkjes worden woorden, zinnen, gedachten, ja zelfs emoties overgebracht! Wonderlijk mooi.

Maar daar gaat het nu verder even niet over. Want we vragen ons nu af hoe die rijke spreektaal wordt omgezet, vastgelegd in schrijftaal. Ineens merken we hoe beperkt tekst is. Want hoe laat je bijvoorbeeld gevoelens merken?

Natuurlijk hebben we daar wat op gevonden: leestekens die onze bedoelingen moeten verduidelijken. Zo krijgen we af en toe wel eens een kwaad e-mailtje waarvan de graad van woede te meten is in het aantal uitroeptekens. Of het uitbundige aantal vraagtekens verraadt dat de auteur in opperste verbijstering is. En niet alleen leestekens maar ook cursief, vet, of onderstreept, grote kleine letter, kleur, speciale letters geven veel mogelijkheden om innerlijke roerselen te veruiterlijken.

 

Een mooi kerkelijk voorbeeld.
De naam van de GKv-afgescheiden kerken luidt De Gereformeerde kerken, afgekort tot DGK. Het eigenaardige verschijnsel doet zich voor dat sommige omstanders er behagen in scheppen accenten toe te voegen. Zo

 

Dé Gereformeerde Kerken,

 

of

 

Gereformeerde Kerken,

 

of nog indrukwekkender

De Gereformeerde Kerken.

 

Dat is dus duidelijk: de-enige-echte-kerk, als de Miele onder de wasmachines. En kijk, zegt men dan, dat illustreert nou precies dat kerkisme dat de vroegere vrijgemaakten zo kenmerkte met hun 'enige ware kerk', gereformeerd XXL-isme.
Brrrr ...

Je kunt toch veel beter lidwoordloos Gereformeerde Kerken heten? Bescheiden, zonder pretenties, en ruimhartig een van de vele zijn? En, zo licht men gaarne toe: wíj zijn gewoon gereformeerd, wij doen niet aan ingekleurde lidwoordjes. Doe gewoon dan doe je al gereformeerde-gek genoeg.

Ja, toch?

 

Het is bepaald boeiend als de-gereformeerden en gewoon-gereformeerde broeders elkaar ontmoeten. Dan worden de rollen omgekeerd! De één probeert het lidwoord zo ontspannen uit te spreken, de ander met veel stress 'gewoon' te benadrukken. En allemaal omdat we gewoon willen overkomen.
Daar zit overigens wel een geniepig addertje onder het gras. Immers, gewoon-willen-zijn kan zomaar stille hoogmoed verbergen. Ootmoedigheid wil ook op een voetstuk geplaatst worden. Hoe roemen wij niet Koning Willem Alexander en Koningin Maxima, majesteiten met pracht en praal, omdat ze oh zó gewoon zijn. Ze zwaaien gewoon, ze lachen gewoon, en als we geluk hebben, krijgen we ook nog een gewone hand. Willen we dat ook niet graag, zo gewoon zijn maar toch eigenlijk ook hoog verheven? Kun je eigenlijk niet pas geroemd worden als je nederigheid in hoogheid zetelt?

 

Zouden we om al die nare misverstanden niet van 'De Gereformeerde Kerken' af moeten? Gewoon-gereformeerde Kerken gaan heten?

Neen!

Want wist u dat de gereformeerde kerken zich al met de naam De Gereformeerde Kerken sinds 1892, toen de Afgescheidenen en Dolerenden verenigden, tooien?! En dat een van de eerste dingen die  onze voorvaderen na de Vrijmaking van 1944 op de synode van 1945 besloten, de oude naam De Gereformeerde Kerken te handhaven, zie ACTA DER VOORLOPIGE GENERALE SYNODE van DE GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND (onderhoudende art. 31 K.O.) gehouden van 9-18 October 1945, te Enschede, art. 76:

 

'Besloten wordt uitdrukkelijk in de Acta op te nemen, dat de naam

onzer Kerken is en blijft: "De Gereformeerde Kerken in Nederland",

zonder eenige bijvoeging, en dat de distinctie "onderhoudende art. 31

K.O." slechts een onderscheidingsteeken is om verwarring te voorkomen,

en dus in geen enkel opzicht iets kan of mag praejudiceeren.

Voorts wordt den scriba opgedragen in een kort schrijven, aan al

de kerken, de bedoeling van deze uitspraak mee te deelen.

 

En ook de acta van de GKv laten deze naam steeds weer zien. Bijvoorbeeld die van Heemse 1984-1985:

 

Wat móói dat de kerken in 2003 opnieuw hun kerkgebouwengevels er mee sieren. En in hun harten koesteren. Niks specialiteit, gewoon De Gereformeerde Kerken.

What's in a name? Precies: de band met het gereformeerde voorgeslacht tot in de naamgeving bewaren.

 

Maar … is 'De' toch niet een ietsepietsie gevaarlijk? Een beetje arrogant misschien? Suggereert het niet éénzaam en alléén te varen in de bedding van de voorvaderlijke kerken en daarin te roemen? Zeker, dat gevaar is er.

Evenwel, echte gereformeerden roemen niet in de kerk maar in haar Heer, Jezus Christus, enige Eigenaar ervan. Hij is de Koning van de Kerk, Hem komt alle eer toe. Tegelijk gaan gereformeerden niet achteloos om met dat in onze tijd zoveel verachte 'instituut'. Integendeel, de kerk is immers Christus' Lichaam waarvoor Hij zijn kostbaar bloed vergoot! Hoe zou de waarde daarvan ooit kunnen worden overschat? De kerk van alle tijden waarvan we belijden er lid van te blijven ook al kost het ons het leven!

 

Wee degenen die niet van 'hun' kerk durven belijden dat het de kerk van Jezus Christus, de ware kerk is. Want zo'n kerk is afgezakt tot een gewoon genootschap, een eigengereid-samengestelde club van eensgezinden. Terwijl je van Christus' kerk mag zingen: de kerk van alle tijden, 'hoe ook verjaagd, verscheurd, uiteengerukt, toch in haar Heiland één'. Kerkzijn? Geweldig, pure genade! Dáárin zullen we roemen.

 

Is het dan allemaal glamour en glitter in de kerk? Nee, menselijk gezien lijkt het vaak een zootje, en is het dat niet zelden ook. Dat begon al in de tijd van Jezus op aarde. Wie wilde er nu behoren bij dat verachte clubje vissers uit Galilea met hun boerse accent? Of bij de 'sekte' van die rabbi uit Nazareth waarvan er één intimus zelfs een dief en verrader bleek? En de latere rondreizende voorman met een fanatiek bloeddorstig verleden, nauwelijks enige charismatische uitstraling had?

Nee, geen enkele reden tot zelfverheffing, toen niet en nu niet. Maar wel roemen we in de genade te mogen behoren bij dat geminachte en toch om Christus' wil geliefde Godsvolk. Roemen in het meest prominente lid ervan, het Hoofd, onze hoogste Profeet en Leraar. Dat diepe geloof beheerst ons!

 

Ds. D. Westerkamp (NGK Houten) signaleerde[1] dat in de media steeds vaker het woord diepgelovig opduikt. Evangelicals die president Trump steunen worden diepgelovig genoemd. Mensen die tegen het homohuwelijk zijn: diepgelovigen. In onze samenleving mag je (nog) wel 'gelovige' zijn maar slechts met acceptatie van de heersende politiek-'correcte' moraal. Zo niet, dan ben je diepgelovig, Staphorst-christelijk en op weg naar jihad en terrorisme.

Is diepgelovig een probleem voor Westerkamp? Nee,

 

'Laten we diepgelovig maar opvatten als een geuzennaam. Ik zou er geen bezwaar tegen hebben als mensen zien dat er een link ligt tussen mijn geloof en mijn overtuigingen in politiek en samenleving. En dat het geloof ook tot uiting komt in mijn gedrag en houding. Misschien moeten we het maar zelfbewust op de voordeur zetten. Dan heten we niet GKv of NGK, maar DGK: Diepgelovige Gereformeerde Kerk.'

 

Ha, prachtig!
En, dominee Westerkamp, die kerk is er al!
Welkom!

 

 



[1] Onderweg, 15 september 2018.