Ethiek

Vraag & Antwoord

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Eerlijkheid over de consequenties van het omarmen van de evolutietheorie

N. van Dijk

10-03-12

 

In het Reformatorisch Dagblad van 15 februari is een artikel te lezen over de gevolgen van het combineren van bijbelgetrouwheid met neodarwinisme. Het artikel is geschreven door prof. dr. Benno Zuiddam, hoogleraar Nieuwe Testament, Grieks en kerkhistorie aan de North West University in het Zuid-Afrikaanse Potchefstroom en predikant bij de Presbyterian Church of Australia.

 

Prof. Zuiddam beluisterde zo'n 25 jaar geleden eens een preek in een ander kerkverband, de predikant stond bekend als confessioneel. De tekst ging over Genesis 1. Verrassend was voor Zuiddam dat door veel zaken een dikke streep werd gehaald:

 

"Mozes had Genesis niet geschreven. De Israëlieten hadden aanvankelijk slechts een Bijbel met verhalen over Abraham en daarna. De rest werd uitgedacht tijdens de Babylonische ballingschap, toen de joodse kinderen hun ouders vroegen hoe het zat met het ontstaan van de wereld, omdat hun heidense omgeving daar gedachten over had. Vraag niet of Genesis 1 tot en met 11 historisch echt gebeurd is. Het bedoelt slechts op een godsdienstige wijze te zeggen dat, op de één of andere manier, God aan het begin van alles stond".

 

'Bijbelgetrouw' Nederland omarmt tegenwoordig de evolutietheorie. Zo te zien lijkt dit prima te combineren. Men beroept zich dan op vroege joodse geleerden, zoals Philo, Clemens en Augustinus. Dit beroep is niet terecht, volgens Zuiddam.

Philo bijvoorbeeld vat de schepping in Genesis 1 uitsluitend historisch op, er waren volgens hem letterlijke scheppingsordinanties.

 

Ook Clemens uit Alexandrië vatte de 6 scheppingsdagen letterlijk op.

Augustinus wordt vaak misverstaan. Augustinus verwierp op latere leeftijd veel van zijn eerder gebruikte allegorie en typologie bij het verklaren van Genesis. Bovendien zegt hij, zoals alle kerkvaders, dat de mensheid afstamt van één man, geschapen met lichaam en ziel. Het gaat niet om een groep of soort. Uit Adam en Eva kwam de mensheid voort. Volgens Augustinus zou de aarde niet ouder zijn dan ong. 5000 jaar.

Om neodarwinisme te verzoenen met de Bijbel kan Augustinus dus niet gebruikt worden.

 

Volgens Zuiddam is neodarwinisme dan ook een breuk met de opvattingen van het historisch christendom over de schepping. Voor zo'n breuk kunnen goede redenen zijn, maar als na 18 eeuwen van consensus theologen plotseling iets anders gaan beweren komt dat gewoonlijk door de maatschappelijke ontwikkelingen van hun tijd.

Prof. Zuiddam vervolgt:

 

"Wat zorgen baart zijn de consequenties voor ons beeld van God en de manier waarop we met de Bijbel omgaan. Het gaat niet slechts om de symbolische interpretatie van een Bijbelboek dat altijd door de kerk opgevat is als geschiedenis, maar raakt de fundamenten van de katholiek-gereformeerde leer en exegese, met name op het gebied van scheppingsordinanties. Als een exegetisch beginsel van zijn historische karakter en brede taalkundige context wordt ontdaan, kun je uiteindelijk alle kanten op met elke tekst. We zien dat in onze tijd niet alleen bij Genesis. Het beroep van Paulus op een historisch maatgevende schepping die ten grondslag ligt aan de rolverdeling van man en vrouw in kerk en samenleving wordt evenzeer aan de kant gezet. Vrouw in ambt? Moet kunnen. In de kringen waarin dit gebeurde, werd gewoonlijk binnen één generatie de relevantie van scheppingsordinanties ook aan de kant gezet waar het de praktisering van homoseksualiteit betrof. Dezelfde discussies die dertig jaar geleden in de grote kerkverbanden speelden, worden nu volop gevoerd in de kleinere kerken uit de Afscheiding, Doleantie en de Gereformeerde Bond. De ernstigste gevolgen heeft het afschaffen van de katholiek-gereformeerde exegese voor ons beeld van God. Het omarmen van de evolutietheorie reduceert God feitelijk tot een grote sadist die schiep door middel van miljoenen jaren van ziekte, lijden, dood, verdrukking en het kapot trappen van anderen.

 

Maar met hun uitleg van het Nieuwe Testament zijn we niet beter af. Volgens Paulus en Johannes heeft juist Christus alle dingen geschapen. Jezus zou Zich daarbij dus bediend hebben van ziekte, moordende competentie en vernietiging. De dood is dan geen gevolg van de zonde, maar een hulpmiddel van Christus om uiteindelijk de mens te scheppen, niet de laatste vijand, maar een scheppingsmethode.

Jezus kwam vervolgens naar de wereld om mensen te verlossen van sinistere processen die Hij Zelf in gang had gezet. Echter, hoe kun je zo'n God dan nog vertrouwen voor de toekomst? Als God het etiket 'zeer goed' plakt op de eerste schepping, moet je oppassen als Hij alle dingen nieuw gaat maken. Wie zegt dat dit weer niet miljoenen jaren van uitzichtsloos lijden betekent? Misschien ligt Gods begrip van goed op een heel ander vlak dan het onze.

 

Wie Genesis 1 leest als mythe, moet eerlijk zijn en ook de consequenties trekken voor het lezen van het Nieuwe Testament. Lukas voert de stamboom van Christus terug tot één historische Adam. Hij Laat Jezus beweren dat Mozes het boek Genesis schreef en verwijst naar de vrouw van Lot en een wereldwijde watervloed als echte gebeurtenissen.

Als je Lukas, die aan het begin van zijn evangelie specifiek claimt aan historische geschiedschrijving te doen, niet in deze dingen kunt vertrouwen, waarom dan wel als het gaat over Jezus' wonderen of opstanding? Misschien was het alles deel van zijn primitieve wereldbeeld. Lukas bedoelde het natuurlijk niet letterlijk, maar wilde gewoon zeggen da Jezus een goede, inspirerende kerel was die voortleeft in het leven van zijn volgelingen.

Hieruit volgt dat je met Genesis dus niet alle kanten op kunt. Wie de evolutietheorie omarmt, breekt feitelijk, dogmatisch en exegetisch met het historische christendom. Onze tijd vraagt om eerlijkheid. Tegenover God, tegenover elkaar en in het omgaan met de feiten.

 

Veel 'darwinistische' biologische processen om ons heen zijn realiteit. Wie in geloof naar de wereld kijkt, ontkent dit niet, maar beseft dat deze mechanismen kenmerken zijn van een vervloekte wereld. Ze hoorden er oorspronkelijk niet bij en kunnen dus ook niet via extrapolatie gebruikt worden om het ontstaan van de aarde en het leven te verklaren.

Hoe het in den beginne precies gegaan is, zullen we vanuit een gevallen wereld wetenschappelijk nooit meer kunnen achterhalen. Echter, dankzij Gods openbaring hoeven we geen ontstaansagnosten te zijn".