Ethiek

Synodeverslagen

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

GS Ede Verslag 15-424 - Eenheid GKv - NGK 2

 

D.J. Bolt

14-06-14

 

De eerste versie van dit verslag was een korte samenvatting van de besluiten, nu volgt het uitgebreide verslag van de besprekingen.

 

De vergadering van de vrijgemaakte generale synode Ede besteedde een groot deel van haar vergadering aan de zaak van eenwording met de Nederlands Gereformeerde Kerken (NKG). Er lagen naast enkele revisievoorstellen nog vijf voorstellen met conceptbesluiten ter tafel om te komen tot eenheid met deze kerken.

 

Bijlage 1a - Revisieverzoeken/conceptbesluiten

Bijlage 1b - Revisieverzoeken/behandelversie

Bijlage 1c - Revisieverzoeken/genomen besluiten

Bijlage 2a - Eenheid GKv–NGK/conceptbesluiten

Bijlage 2b - Eenheid GKv–NGK/behandelversie

Bijlage 2c - Eenheid GKv–NGK/genomen besluiten

 

We hopen zo spoedig mogelijk in een impressie deze historische dag waarop fundamentele beslissingen werden genomen, te evalueren.

 


 

Eenheid GKv - NGK

 

Zaterdag 14 juni 2014

 

Opening

Br. B. Zuidhof opent de vergadering op christelijke wijze met Joh. 21:1-14; Mat. 14:13-36 en Gezang 36:1-6.

 

GKv Deputaten Kerkelijke Eenheid (DKE)

Ds. A. de Braak

Dr. J.M. Burger

Ds. T. Dijkema

Br. N.M. Kramer

Br. J. de Meij

Ds. H.J. Messelink

Ds. R. Prins

Br. J.A. Schelling

Br. F. Tijssen

Ds. R.J. Vreugdenhil

Ds. J. Wesseling

Br. O. Westra

Ds. A.J. van Zuijlekom

 

Synodecommissie

Br. J.A. van Arkel

Ds. L.W. de Graaff

Ds. J. Sytsma

 

Appel nominaal

Ds. S.W. Boer vervangen door ds. Pomp

Ds. Vreugdenhil (deputaat) vervangen door ds. Holtland

? vervangen door br. Klapwijk

 

NGK Commissie Contact en Samenspreking (CCS)

Ds. L.G. Compagnie

Br. Th. van Dalen

Ds. P. Synia

Ds. G. Sneep

Ds. A. Reitsma

 

Preses

Hartelijke welkom i.h.b. aan de broeders en zusters van de NGK en CCS.

We gaan eerst de revisiebesluiten behandelen.

 

Commissie - Ds. L.W. de Graaff

De bespreking van de DKE voorstellen m.b.t. de NGK hebben we gepland na onze MV discussies, omdat de vrouw in het ambt nog een belemmering vormde voor de contacten met de NGK. Dat resultaat zou het besluit t.a.v. de eenheid met hen kunnen beïnvloeden. Daar moeten we nu naar gaan kijken.

Het moderamen heeft gevraagd om concepten vóór de besluiten van afgelopen donderdag. Daarom zijn er nu twee alternatieve teksten. De commissie heeft daarover vergaderd met de DKE. DKE heeft vastgehouden aan hun besluiten en niet onze alternatieven overgenomen. In besluit 5 zijn nog twee kleine wijzigingen aangebracht.

 

Het oorspronkelijke besluit 6 werd weggestemd maar daardoor kwam besluit 7 in de lucht te hangen. Daarom is er dus nu een nieuwe besluit 7 dat als besluit 6 is genummerd.

 

Revisieverzoeken

[zie bijlage 1a-c]

Kampen-Noord en Kampen-Zuid

verzoek om in de Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming

  1. het gebruik van de uitdrukkingen ’kerkelijke eenheid’ en ‘kerkelijke gemeenschap’ te herzien, zodat duidelijk wordt dat de bedoelde kerkelijke gemeenschap toegestaan is waar eenheid (nog) niet bereikt kan worden;
  2. artikel 6.b te laten vervallen omdat deze bepaling een struikelblok vormt voor de lokale kerken in hun roeping de gemeenschap met allen die van Christus zijn na te streven. Art.6b bepaalt dat aangetoond moet worden ‘dat bezwaren die op generaal-synodaal niveau het gestalte geven aan kerkelijke eenheid met de andere kerkgemeenschap in de weg staan in de plaatselijke situatie niet van kracht zijn’.

classis Dordrecht-Gorinchem

‘de kaders voor het samenspreken met de plaatselijke Nederlands Gereformeerde Kerken te herzien, zodat verdergaande samenwerking niet hoeft stuk te lopen op de interpretatie van de Schrift inzake de vrouwelijke ambtsdrager.’

 

Besluit 1:

niet te voldoen aan verzoek a.  van de kerken te Kampen.

Grond:

de in artikel 5 van de Regeling omschreven ‘kerkelijke gemeenschap’ is niet een vorm van kerkelijk contact die voorafgaat aan kerkelijke eenheid, maar een concretisering van wat kerkelijke eenheid plaatselijk betekent (voorafgaande aan verdere praktische eenwording).

 

Besluit 2:

niet te voldoen  aan verzoek b. van de kerken te Kampen en het verzoek van de classis Dordrecht-Gorinchem.

Gronden:

  1. het kan schadelijk zijn voor de landelijke eenheid binnen de Gereformeerde Kerken als plaatselijk een eenheid wordt gerealiseerd die niet spoort met wat op dit gebied landelijk tot stand is gekomen;
  2. de Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming.is niet alleen opgesteld met het oog op de contacten met de NGK maar ook voor (nieuwe) contacten met plaatselijke gemeenten uit andere kerkgemeenschappen;
  3. ook wanneer met de NGK landelijke overeenstemming wordt bereikt, blijft bepaling 6.b uit de Regeling van betekenis voor de contacten met plaatselijke gemeenten uit kerkverbanden waarmee landelijk nog geen overeenstemming is bereikt.

BESPREKING RONDE 1

 

Commissie - Br. Van Arkel

De conceptbesluiten m.b.t.  de revisieverzoeken zijn vastgesteld na advies van ds. Harmannij.

 

De kerken van Kampen-Noord en Kampen-Zuid willen de regels voor kerkelijke eenheid aanpassen om via die weg verdere eenheid met de NGK te bereiken. Het gaat dus om de regels hoe om te gaan met andere kerken.

Het is heel bijzonder dat dit van deze kerken uitgaat, wie had dit kunnen denken. We zijn er dankbaar voor: 'van vechten naar slechten'.

Kampen kijkt op een bijzondere manier naar de regels voor contact. Ze willen nog de tussenstap van 'gemeenschap' tussen contact en eenheid. Maar wij vinden dat niet passend bij de uitleg van de regel en stellen voor daaraan dus niet te voldoen.

De grond van het conceptbesluit is wat verwoording betreft gewijzigd, maar niet inhoudelijk.

 

De classis Gorkum wil de kaders voor samenspreking met plaatselijke NGK kerken herzien zodat hun interpretatie van de Schrift inzake de vrouw in het ambt geen belemmering meer vormt voor verdere eenheid. Zij willen daarvoor artikel 6b uit de regeling laten vervallen. Maar dat is een algemeen artikel en geldt niet alleen de NGK. We moeten het dus handhaven. Daarmee doen we niet een uitspraak over de criteria maar over de regels voor kerkelijke eenheid.

 

Ds. Tigelaar

Delen de deputaten deze interpretatie van de regels?

 

Ds. Van der Schee

De gevraagde revisies zouden te ver ingrijpen in het uitvoeringsniveau. Daarom moeten we er niet aan voldoen. Het zou ook niet alleen voor de NGK gelden maar ook voor andere kerken. Verder, geen uitgebreide toelichting toevoegen.

 

Commissie – Br. Van Arkel

De deputaten zijn het eens met de voorstellen. Dat geldt ook van de andere voorstellen.

 

AMENDEMENTEN
 

Ds. Van der Schee

'niet te voldoen aan de verzoeken van de kerken te Kampen en van de classis D-G'.

Gronden:

1. Beide verzoeken vinden hun aanleiding in de vormgeving van kerkelijke contacten met de Nederlands Gereformeerde Kerken.

2. De Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming is niet alleen opgesteld met het oog op contacten met de Nederlands Gereformeerde Kerken maar ook voor (nieuwe) contacten met plaatselijke gemeenten uit andere kerkverbanden.

 

Commissie – Br. Van Arkel

Het punt is een keer mondeling en een keer schriftelijk gecommuniceerd maar er is nog steeds onenigheid. Het lijkt niet verstandig dit in een besluit op te nemen.

 

BESPREKING RONDE 2

 

Ds. Tigelaar

De eenvoud van het amendement Van der Schee lokt aan. De interpretatie van de revisieregels door de commissie is lastig. We moeten niet teveel vastleggen in synodebesluiten want dat is lastig voor andere situaties in het land.

 

STEMMING

Amendement Van der Schee: O02V15T19, verworpen.

Voorstel: Met algemene stemmen aangenomen.

 

Besluit 6

[zie bijlage 2a]

deputaten opdracht te geven om - reagerend of juist proactief - in te spelen op steeds wisselende situaties in kerkelijk Nederland. Zij hebben de ruimte om zich creatief en weloverwogen te bewegen op het terrein van de kerkelijke eenheid. Daarbij houden zij in het oog hoe bijzondere situaties in kerkelijke contactoefening zich verhouden tot het streven naar kerkelijke eenheid, plaatselijk en landelijk, nu en in de toekomst. Zij doen dit op basis van voortgaande theologische bezinning. Deputaten zullen van hun handelwijze achteraf verantwoording afleggen aan de volgende synode.

Gronden:

  1. deputaten hebben in hun aanvullend rapport duidelijk gemaakt dat de huidige regelingen en kaders in allerlei eigensoortige situaties niet toereikend zijn om de kerken in alle gevallen een bij hun situatie passend advies te kunnen geven;
  2. de synode houdt de verantwoordelijkheid de handelwijze van deputaten te beoordelen.

Preses

Nieuwe besluit 6 (oud besluit7) is aan de orde

 

BESPREKING RONDE 1

 

Ds. Zomer

De zin 'zij doen dit op basis van voortgaande theologische bezinning', is dat op basis van de bezinning in het rapport, of moet die bezinning nog plaatsvinden?

De zin kan er wellicht beter uit.

 

Deputaten – Ds. Messelink

Voor praktijk is er geen verschil. De zin kwam er in door de vorige bespreking, het is een vervolg op wat hier leeft. Ook als de zin er uit gaat worden we niet gelijk geremd in onze theologische bezinning. Maar het is beter om hem toch te laten staan.

 

AMENDEMENTEN

Geen.

 

STEMMING

Besluit 6: O05T00, aangenomen.

 

Besluiten eenheid GKV - NGK

[zie bijlage 2a voor een overzicht]

 

Preses

De contacten met de NGK zijn aan de orde.

 

TOESPRAAK

 

CCS- Ds. Sinia (NGK)

 

[in extenso]

 

"Geachte voorzitter, leden van het moderamen, geachte afgevaardigden, deputaten, gasten, pf zoals we elkaar mogen noemen, broers en zussen,

 

Zo achttien en een half jaar geleden, derde Kerstdag 2015, heb hier ik in de gemeente Ede, in Nationaal Park de Hoge Veluwe, geknield in de sneeuw, mijn vriendin ten huwelijk gevraagd. Ze zei: “oh, wat is dit eng”. En vervolgens zei ze gelukkig ook: “Ja”.

 

Vandaag staat het verlovingsaanzoek van de Nederlands Gereformeerde Kerken aan u als Gereformeerde Kerken vrijgemaakt op de agenda. Natuurlijk is dat verlovingsaanzoek u al schriftelijk gedaan door het moderamen van onze Landelijke Vergadering. Maar ik kon mij toch niet onttrekken aan het gevoel dat mijn rol als voorzitter van de Commissie Contact en Samenspreking van de Nederlands Gereformeerde Kerken is om dat verlovingsverzoek nog eens onder woorden te brengen.

U vraagt zich misschien af: zal hij weer op de knieën gaan? Geen zorgen, ik heb inmiddels Abraham Kuyper geraadpleegd, en die schrijft:

 

Zelfs bestaat de verfoeilijke gewoonte, om een jong man, die een meisje tot vrouw vraagt, als geknield voor haar nederliggend voor te stellen. Een echte heidensche gedachte, alsof ooit eenig huwelijk gezegend kon zijn, dat met een soort aanbidding van de vrouw begon. Althans een Gereformeerde jongedochter zou zulk een jong man afstooten, zeggende: “Met u nooit”. We knielen als goede Calvinisten nooit voor menschen, maar juist des te dieper voor God. (Abraham Kuyper, Onze Eeredienst, p. 230).

 

Zo is er op verschillende plaatsen in het land in aanloop naar dit verlovingsaanzoek gebeden, afgelopen zondag in de kerk, maar ook vanochtend nog, letterlijk en figuurlijk geknield voor God, is onze Hemelse Vader gevraagd Zijn zegen te geven over deze verloving.

Ik hoop dat u zichzelf de tijd heeft gegund, of nog even gunt voordat u straks als vergadering ons aanzoek beantwoordt om uzelf te verwonderen over dit historische aanzoek. Wie had gedacht dat op deze wijze de toenadering gezocht zou worden door de Nederlands Gereformeerde Kerken? En wat is het veelzeggend dat de aanzet tot het verlovingsaanzoek niet van een deputaatschap of een landelijke commissie komt, maar vanuit de kerken, en notabene vanuit de regio Noord Holland, waar de breuk bijzonderlijk pijnlijk is geweest. En ook de wijze waarop de Landelijke Vergadering in grote eenstemmigheid dit initiatief tot een verlovingsaanzoek heeft omarmd mag ons raken. We moeten ons misschien afvragen of dit verlovingsaanzoek anders tot stand had kunnen komen, dan onder de zegen van onze Hemelse God en Vader Zelf. We moeten ons misschien afvragen of dit verlovingsaanzoek anders tot stand had kunnen komen, dan als genadig verhoring van al die gebeden om eenheid binnen Gods kerk, die al lang voor onze Landelijke Vergadering en uw Generale Synode opstegen tot God.

 

Als Commissie Contact en Samenspreking en Deputaten Kerkelijke Eenheid hebben wij ons de afgelopen jaren niet bezig gehouden met verlovingsaanzoeken, maar hebben we onze opdracht uitgevoerd om de eenheid te zoeken door met name het gesprek aan te gaan over Schrift en Belijdenis, maar dat toch vooral toegespitst op het gesprek over ons VOP rapport over de Vrouw in het ambt van Ouderling en Predikant.

Zo’n gesprek is niet zonder risico. Het heeft toch iets van de onmogelijke opdracht om de eenheid te vinden door de verschillen te zoeken. Gelukkig is het gesprek niet op die manier ontspoord.

Zo’n gesprek is ook kwetsbaar. Kwetsbaar omdat Synodes en Landelijke Vergaderingen doorgaans geen rapporten aannemen. Het is opvallend dat zowel vanuit de laatste Christelijk Gereformeerde Synode als vanuit uw Generale Synode (o.a. in de documentaire over het Man Vrouw dossier) over eigen rapporten benadrukt werd, dat Synodes geen rapporten aannemen. Terwijl beide Synodes eerder wel de opdracht gegeven hebben aan hun deputaten om met de Nederlands Gereformeerden het gesprek aan te gaan over het VOP rapport.

Ik wil mij hier niet beklagen over de opdracht die uw deputaten meekregen. Want het gesprek dat uit deze opdracht voortvloeide was een goed gesprek waarin we elkaars nieren hebben mogen proeven, elkaars vertrouwen hebben mogen winnen, en de eenheid hebben mogen herkennen in onze omgang met Schrift en belijdenis.

 

Als het gaat over rapporten met betrekking op vrouwen in het ambt bent u zelf inmiddels een ervaring rijker. Ik hoop dat de vrucht van die ervaring is, dat u zich meer kunt herkennen in ons. Wij hebben een rapport rondom de vrouw in het ambt die anderen deed twijfelen aan onze schriftuurlijkheid. U heeft een rapport rondom de vrouw in het ambt die anderen deed twijfelen aan uw schriftuurlijkheid. U bent gelukkig uiteindelijk achter de schrijvers van het rapport gaan staan en hebt benadrukt dat er geen enkele twijfel hoeft te bestaan over hun schriftgetrouwheid. Zo hebben wij in ons gesprek met uw deputaten benadrukt dat wij de schrijvers van ons rapport als schriftgetrouw kennen. En dan lees je een rapport misschien ook met andere ogen.

U heeft een rapport behandeld dat u niet kon overtuigen. Dat wil niet zeggen dat u geen overtuiging heeft over vrouwen in het ambt. Laat ik u eerlijk opbiechten dat ons eigen VOP rapport mij ook niet heeft overtuigd. Dat wil niet zeggen dat ik geen overtuiging heb over vrouwen in het ambt.

 

Verschillenden van u hebben tijdens deze synode nog eens benadrukt dat Gods Woord voor u alles bepalend is. Voor ons is het niet anders. Tegelijkertijd kunnen we geloof ik niet zonder hermeneutiek, al was het maar om te begrijpen dat goed gereformeerde theologen die – om het zo te zeggen – Van Bruggen’s commentaarserie in hun boekenkast hebben staan en met groot respect en waardering gebruiken, toch tot verschillende overtuigingen kunnen komen over de rol van de vrouw in Gods gemeente. Exegese, hermeneutiek en terecht zoals collega Van der Schee benadrukte, theologie, waarin alle lijntjes als het goed is, samenkomen.

Wanneer ik zojuist zei dat ons eigen VOP rapport mij niet heeft kunnen overtuigen, althans niet doorslaggevend is geweest in de vorming van mijn eigen overtuiging, dan klinkt dat wellicht als een negatief oordeel. Maar zo is het niet. Ik geloof, juist ook nu ik door het gesprek met uw deputaten opnieuw gedwongen werd om ons VOP rapport nauwkeurig te lezen, dat het een rapport is waar u uw voordeel mee kan doen. Maar het kan veel beter. Net als uw rapport veel beter kan. Hoe dan, we hadden het samen, als ongedeeld lichaam van Jezus Christus, kunnen doen. Ik geloof op basis van wat Gods Woord over de kerk als het Lichaam van Jezus zegt dat we het samen beter hadden gedaan.

Laat ik over de vrouw in het ambt nog dit benadrukken. Wij als Nederlands Gereformeerden vragen niet van u om voor de vrouw in het ambt te zijn. Wij hebben als Nederlands Gereformeerden juist geconcludeerd dat verschillende opvattingen hierover niet kerkscheidend hoeven te zijn. Zo kunnen wij leven met plaatselijke kerken die daarin verschillende wegen gaan. Sterker nog, we kunnen ermee leven dat binnen een plaatselijke kerk hierover verschillend gedacht wordt. Ik heb inmiddels al twee keer meegemaakt dat ik een kerk mocht dienen waarbij ik één van de twee predikanten was, en waarbij mijn collega een tegenovergestelde opvatting had op dit gebied, zonder dat dat tot verdeeldheid leidde.

Genoeg over dit onderwerp.

 

Wanneer het gaat om de toenadering tussen de Nederlands Gereformeerde Kerken en de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, dan is het goed te beseffen dat hier sprake lijkt te zijn van een breed gedragen beweging binnen beide kerken. Natuurlijk kan het zo zijn dat u uit een plaats of regio komt waar de Nederlands Gereformeerde Kerk niet of nauwelijks aanwezig is, waardoor deze toenadering minder voor u speelt. Maar ik hoop dat u niet de indruk hebt dat deze toenadering niet iets is dat van bovenaf door landelijke commissies of deputaten wordt opgelegd.

Vandaag sta ik hier als voorzitter van de Commissie Contact en Samenspreking. Morgenmiddag mag ik hier opnieuw staan om het woord van God te verkondigen. Ede is namelijk één van de vele plaatsen waar belangrijke stappen gezet werden naar eenheid. Notabene, ondanks verschillende opvattingen over de vrouw in het ambt. Om die hervonden plaatselijke eenheid te vieren wilden we u vandaag als Nederlands Gereformeerde Kerk van Ede trakteren op gebak. Het is goed te beseffen dat wat in Ede gebeurt op allerlei plaatsen in het land gebeurt.

 

In mei 2011 publiceerde het Nederlands Dagblad een overzicht van de zogenoemde kleine oecumene en telde wat de contacten tussen NGK en GKv betreft 1 gemeente waarin GKv, NGK én CGK als drietal volledige samenwerking kennen (Deventer), 1 gemeente waarin GKv en NGK als tweetal volledige samenwerking kennen (Zaandam), in de zin dat zij in de praktijk als één gemeente functioneren, en 25 gemeenten waarin GKv en NGK samenwerken in de zin van wederzijdse openstelling van het avondmaal, kanselruil of het houden van gezamenlijke diensten.

In zijn toespraak voor onze Landelijke Vergadering in 2011, een maand eerder, turfde Ad de Boer de samenwerking binnen de zogenoemde kleine oecumene. Kort samengevat telde hij dat in 34 Nederlands Gereformeerde Kerken, 40 procent, sprake was van kanselruil met CGK- en GKv-gemeenten.

Als Commissie Contact en Samenspreking hebben we geprobeerd bij te houden in welke plaatsen sinds die telling van Ad de Boer en het ND volgende stappen in de samenwerking tussen GKv en NGK werden gezet, wederzijdse erkenning, uitbreiding van de samenwerking, of het houden van gezamenlijke diensten. Ik beperk mij tot het noemen van de plaatsnamen: Amersfoort en Leusden – tien GKv en twee NGK kerken - , Apeldoorn, Arnhem, Deventer, Ede, Gorinchem, Hattem, Hardinxveld-Giessendam, Heerde, Heerenveen, Heino-Langeslag, Hengelo, Langerak, Lisse, Maastricht, Neede, Nijverdal, Rotterdam, Leidsche Rijn, Vlaardingen, Wapenveld, Wieringermeer & Anna Paulowna, Zoetermeer. Wie snel meegeteld heeft beseft dat dit 32 GKv kerken [33, Ede telt voor 2, P. Sinia] en 24 NGK kerken betreft.

Nogmaals, ik hoop dat u in uw overwegingen meeneemt dat het verlangen naar eenheid tussen onze kerken niet alleen een verlangen van commissies en deputaten, niet alleen een wens van Landelijke Vergaderingen en Synodes is, maar een breed gedragen verlangen binnen onze kerken.

 

Eén laatste punt. In Ede is het van onvoorstelbare betekenis geweest in de toenadering tussen beide kerken dat dominee Roukema postuum gerehabiliteerd is. Als Nederlands Gereformeerden in Ede waren we daarbij onder de indruk van de Vrijgemaakte die ons in ootmoed voorbijstreefden. Een belangrijke rol werd daarbij gespeeld door dominee Melle Oosterhuis. Als vredestichter bezat hij de wijsheid, om naar onze taxatie, recht te doen aan de gevoelens van pijn aan Nederlands Gereformeerde zijde, zonder voorbij te gaan aan soms even sterke gevoelens en diepe wonden aan Gereformeerd Vrijgemaakte zijde. In het verleden is wel eens gesuggereerd dat onze kerken niet kunnen herenigen voordat op zulke wijze aan alle pijn en wonden vanuit het verleden recht is gedaan. Ik geloof dat we voorzichtig moeten zijn met dat soort redeneringen. Het wordt al snel alsof we de dokter in de operatiekamer de instructie geven dat de ene wond niet behandeld mag worden voordat de ander behandeld is, en vice versa. Ik hoop en bidt dat alle wonden uiteindelijk zullen genezen. Ik hoop en bidt dat we het genezen van de ene wond niet uitstellen tot de andere wond genezen is.

 

Jezus Christus zei, zalig de vredestichters. Moge God u tot vredestichters maken, die vandaag besluiten nemen waarmee wonden helen. Moge God vervolgens nog vele vredestichter geven om dat genezingsproces voort te zetten.

 

Dank u wel."

 

Preses

Dank u wel voor uw toespraak. We hopen dat we elkaar kunnen vinden in een gezamenlijke besluitvorming.
We gaan eerst de voorstellen in een algemene ronde bespreken.

 

BESPREKING ALGEMENE RONDE

 

Br. Van Leeuwen

De uitnodiging van de NGK tot hereniging op 31/10/2016 is een werk van Gods Geest. Vijftig jaar geleden zijn we uit elkaar gegaan tot schade van de kerk. In 2008 was er een  eerste resultaat van de deputaten maar moest er nog verder gesproken worden over het VOP rapport [Vrouwelijke Ouderlingen en Predikanten, het rapport op basis waarvan alle ambten in de NGK zijn opengesteld voor vrouwen, djb].
Nu is er een tweede overeenstemming. Daar zijn we blij en dankbaar voor. We spreken vertrouwen in elkaar uit. We hebben elkaar nodig en staan voor dezelfde uitdagingen, vergelijk het verhaal van prof. Paas: we leven in een zendingsveld. Wat kan naar Ez. 37 weer levend worden? God weet het.
Wij moeten aan het werk gaan. Er is veel goede samenwerking, ook op theologische gebied. Maak van 31/10/2016 een haalbare zaak.

 

Commissie - Ds. Sytsma

Ik heb uitgezien naar deze dag. Het is een bijzonder deputatenrapport. De deputaten hebben hun huiswerk consciëntieus gedaan. De slagboom kan omhoog.

De focus op hermeneutiek leidde naar de tweede overeenstemming. Maar we willen nu verder. Waar moet nog verder over worden gepraat? Die vechtscheiding in het verleden had nooit mogen plaatsvinden. Dus gaan we van echtscheiding naar hertrouwen en maken dat misschien nu mee. Veel mensen die de scheiding hebben meegemaakt, leven nog. Dat is anders dan met de vereniging tot de PKN.

We hebben een unieke kans vandaag. We moeten expliciet maken dat er emoties spelen. Er is een emotionele laag van wantrouwen die zich niet kan voorstellen dat er ooit eenheid komt. Tegelijk is er die andere laag van waarom er niet allang eenheid is. Die laag moet worden aangeboord.

Als we over de NGK spreken hebben we het over onszelf. We zitten in dezelfde kerken, er spelen gelijksoortige problemen. Zie MV: aan de TU zijn vijf docenten vóór de vrouw in het ambt. Als we de NGK voorstellen verwerpen is ons handelen gespleten.

Daarom: Ich bin ein NGK-er.

 

Br. Kruse

 

[in extenso]

 

"Geachte preses, synodeleden en deputaten,

In een voorgaande zitting hebben wij drie onderdelen van het deputatenrapport besproken. Vandaag gaat het over het vierde onderdeel, de besprekingen met afgevaardigden van de NGK. In tegenstelling tot de eerste drie onderdelen valt het op dat bij dit onderdeel zowel de schriftelijke vragen van de synodeleden als de antwoorden van deputaten een nogal hoog korzeligheidsgehalte hebben. Sommige synodeleden stellen kritische vragen bij de behaalde resultaten en de daarop gebaseerde conclusies en deputaten reageren enigszins verstoord.

Ik heb me afgevraagd hoe dat komt. Het is eigenlijk heel begrijpelijk. Het gaat immers over een onderwerp dat gevoelig ligt, namelijk hoe gaan we om met de Bijbel en de belijdenis. In het dossier m/v heeft deze synode zich over het eerste punt al uitvoerig bezig gehouden.  En nu komt het weer aan de orde. Om de korzeligheid te verklaren wil ik een narratieve insteek kiezen.

 

Wij als kerken zijn bezig met een heuse klimtocht in de bergen. Voor ons doemen pieken op en één daarvan willen we bereiken. We sturen een kleine expeditie vooruit, die ons kan helpen het goede pad en zo ook het einddoel te vinden. Terwijl de groep nog onderweg is en de grootste moeite heeft het niet duidelijk aangegeven pad te vinden klinkt ineens een luide kreet van vreugde. De expeditie heeft de top bereikt en roept ons blij toe: hier is het; we hebben een prachtig uitzicht. Inmiddels hebben ze een vreugdevuur ontstoken. Inderdaad ziet de grote groep de verkenners staan. Ze zwaaien naar elkaar. Maar nog steeds heeft de groep moeite om het pad te vinden en bovendien weten ze niet zeker of de expeditie op de goede top is aangekomen.

U bent als deputaten ons vooruitgesneld. Dat was ook uw taak en daarvoor past veel respect en waardering. Hopelijk hebt u er begrip voor dat wij niet allemaal zover al zijn en wilt u toch op onze vraagpunten ingaan.

 

Ik wil voorop zeggen dat ik uw conclusie deel dat er grote stappen zijn gezet in uw besprekingen en dat op grond daarvan een volgende stap richting eenwording van beide kerken voor de hand ligt.  Het is voor mij echter wel de vraag waarop die vooruitgang is gebaseerd. Naar mijn indruk is de reden daarvoor dat er naast convergentie van opvattingen tussen de GKv en de NGK enerzijds ook sprake is van divergentie aan opvattingen binnen in ieder geval de GKv. En de vraag is dan ook of er naast reden tot dankbaarheid ook geen reden is tot zorg. Bij mij in ieder geval wel.

Die zorg heeft met name betrekking op uw rapportage rond hermeneutische uitgangspunten, zoals verwoord in de Eerste en de Tweede Overeenstemming die u heeft bereikt. De cruciale term in dit verband is “geloofwaardigheid”. Dat wordt wat deputaten betreft het criterium bij het interpreteren van de Bijbel. Zeker, u maakt meteen al de opmerking dat hiermee niet bedoeld wordt geloofwaardig in de zin van wat de huidige cultuur als acceptabel beschouwt. Maar wel dat wij het moeten kunnen meemaken, dat het integer is en niet-selectief. Preses, ik begrijp de goede bedoelingen en ik waardeer ook de poging e.e.a. onder woorden te brengen, maar ik vind dit een wankele basis.  Hoe weet u zo zeker dat u zich kunt losmaken van de culturele context? Waarop is uw optimisme gebaseerd dat wij met ons door de zondeval aangetaste verstand moeten kunnen uitmaken wat er van het evangelie geloofwaardig is? Is de boodschap van de bijbel niet een ergernis voor ons kleine mensen? En als u zich op de leiding van de Geest beroept, heeft u dan voldoende in rekening gebracht dat er ook dwaalgeesten zijn?

 

Ik vraag mij ook af of deputaten in hun besprekingen voldoende de verschillende standpunten over deze materie die er kennelijk bestaan binnen onze kerken hebben ingebracht. Ik heb daar mijn aarzelingen over. Als het gaat om de uitleg en de toepassing van de Bijbel ben ik in onze kerken grootgebracht met noties als eerbied voor het door de Geest geïnspireerde Woord, onderworpenheid en erkenning van weerstand in ons eigen hart om de boodschap van het evangelie aan te nemen. U zult dit ook onderschrijven en herkennen, maar tegelijk vindt u ook dat het geloofwaardig moet zijn. Helaas is er veel in de Bijbel dat in onze moderne Westerse ogen niet geloofwaardig is. Hoe wilt u dat dan hanteren? Wie bepaalt er wat geloofwaardig is?

 

Preses, ik vraag me af of we als synode niet enkele randvoorwaarden moeten vaststellen als we de weg inslaan die deputaten wijzen namelijk samensprekingen gericht op éénwording. Ik ben daar niet op tegen, dat wil ik bij deze duidelijk uitspreken.  Ik vind ook dat we met kracht moeten streven naar éénwording.

Maar, gezien de besluiten die hier in deze vergadering genomen zijn t.a.v. het rapport m/v, onderschrijf ik wat deputaten zelf in hun rapport aangeven, dat namelijk afhankelijk van de besluiten van deze synode over dit rapport, hier nog verder tussen deputaten DKE en de CCS afgevaardigden van de NGK over moet worden doorgesproken.  Maar misschien is het eerst nodig dat wij ons eerst afvragen wat deputaten namens de GKv over deze materie zouden moeten inbrengen. Ik kan me maar moeilijk aan de indruk onttrekken dat deputaten in een flow zijn terecht gekomen en een positie met betrekking tot hermeneutiek hebben ingenomen die niet in de volle breedte binnen onze kerken wordt gedragen.

Vervolgens noem ik een tweede randvoorwaarde en dat is de zorg, dat éénwording van onze beide kerken zal leiden tot verwijdering van de CGK. In tegenstelling tot wat een enkele afgevaardigde in deze vergadering heeft aangegeven hecht ik zeer aan een brede gereformeerde kerk waarbinnen zowel de modern-gereformeerde stroming als de meer bevindelijk-gereformeerde stroming deel van uitmaken. Wij kunnen met name wat betreft Schriftgezag en spiritualiteit veel aan elkaar hebben en elkaar in balans houden.

 

Een derde punt betreft de opdracht van Harderwijk betreffende het omgaan met de belijdenis. Anderen zullen hier het nodige over zeggen, dus dat hoef ik nu niet te doen.

 

Mijn advies zou dus zijn om deputaten op te dragen in het vervolggesprek met de NGK-afgevaardigden grondig door te spreken over de hermeneutiek en de hantering van de binding aan de belijdenis, waarbij de diversiteit aan invalshoeken over deze beide punten binnen beide kerken dient te worden verdisconteerd. Vervolgens om een uiterste poging te doen om de CGK deputaten bij de verdere gesprekken te betrekken. Ik wil nadrukkelijk verklaren dat ik dit advies geef in het belang van de kerken die ik hier mag vertegenwoordigen."

 

Ds. Tigelaar

Ik ben diep geraakt door alle woorden die hier gesproken worden. Wat mij betreft, laat al die besluiten maar zitten, en zeg alléén: ja, van harte.

De gevoeligheden zijn groot. Toch zijn we heel dicht bij elkaar. Er zijn verschillen binnen de GKv maar we willen elkaar vasthouden. Niet onze besluiten zijn een tweesnijdend scherp zwaard maar het Woord van God is dat. Daarom ben ik diep geroerd door de hartenkreet van de NGK. Dus gewoon ja zeggen tegen elkaar. Over verschillen kunnen we ruzie maken maar we zijn wel verbonden.

 

Ds. L.W. de Graaff

Ik spreek nu als afgevaardigde en niet als commissielid. Ds. Sinia heeft een mooie opsomming van de contacten met de NGK gegeven. Ook vond er een mooie afstemming met de NGK plaats in mijn woonplaats Hattem. Tegen die achtergrond zijn mijn woorden.

Ik vraag aandacht voor p11 in het deputatenrapport, Eenheid en diversiteit in de canon. Daar wordt gewezen op het VOP rapport dat spreekt van twee verschillende lijnen die de indruk wekken van een pluraliteit van tegenstrijdige stemmen in de Schrift. Daar is door de GKv kritisch op bevraagd. Want wordt zo de eenheid van de canon niet opgeheven? Hier in Ede hebben we ook gesproken over twee lijnen. En de conclusie zou kunnen zijn: we zijn er dus, waar praten we nog over?

Maar laten we nog even benadrukken wat er precies in ons besluit staat, namelijk gelijkwaardig én verschil in verantwoordelijkheid. Die moeten beide verdisconteerd worden. Dat is het springende verschil. Daar komen we met de NGK nog níet uit.

Daarom is net als voor de vorige synode, dit punt nog steeds actueel: de belemmering van de open ambten in de NGK ligt er nog steeds. De zaak van de NGK wordt bewust behandeld na het dossier MV. Dat heeft gevolgen voor wat we nu besluiten.

 

Dat er voortgang in de gesprekken van de DKE is, is verblijdend. Daar ben ik het mee eens. In 1966 was ik 18 jaar en heb de scheuring als student meegemaakt. Het is fantastisch dat we nu zo dicht bij elkaar zijn. Maar er ligt nog steeds die hobbel. Daarvoor ga ik misschien alsnog amendementen indienen bij besluit 3 en besluit 4.

 

Ds. W.L. de Graaff

Veertig jaar is een belangrijk tijdperk, zie de periode van Israël in de woestijn. Mijn doctoraal scriptie ging over ds. Telder/Breda. Ik kan niet overzien of de belemmeringen zijn weggenomen. Ik sluit me aan bij Kruse en vraag me af of de druiven van de verspieders/deputaten zuur zijn of niet.

Na de besluitvorming over MV is er minder reden om niet verder te komen in besprekingen met de NGK. We zijn een ervaring verder, hoewel die wel pijn doet. Maar we kunnen er niet om heen verder te gaan dan plaatselijke eenheid alleen.

Wel ben ik huiverig voor verwijdering tussen GKv en CGK. Daarom moeten we nog geen datum vastleggen.

 

Br. Verkade

Een paar maand geleden twitterde Ad de Boer verbaasd dat ik als lid van GKv Vlaardingen en betrokken bij het vroegere blad 'Saamhorig' (1976) lid van deze synode werd. Jammer dat we toen nauwelijks gehoor vonden bij de GKv. Mijn eigen familie is in tweeën gedeeld. Twee broers zijn lid van een NGK gemeente. We hebben jaren samensprekingen gehouden in Vlaardingen. Nu bijna 40 jaar later ligt er een enthousiast rapport om verder te gaan. Wie zou dat niet fijn vinden?

De GS Zwolle-Zuid 2008 stelde t.a.v. de besprekingen weer de binding aan de belijdenis en de zaak van de vrouw in het ambt aan de orde. Er kon nog geen opdracht tot samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid worden gegeven. Wel kreeg DKE de opdracht het gesprek vooral te laten gaan over de vrouw in het ambt en ook over de wijze waarop de binding aan de belijdenis in de plaatselijke NGK kerken gestalte wordt gegeven. En hoe daar wordt omgegaan met afwijkingen van de belijdenis.

Maar het gesprek daarover is er níet geweest. En er kwam ook geen antwoord op schriftelijke vragen daarover. Toch stellen de deputaten dat de gesprekken nergens zo positief verlopen zijn als met de NGK. Zou, zoals de deputaten stellen, het met de binding aan de belijdenis al wel goed zitten zoals de Balans aangeeft? Maar GS Zwolle-Zuid sprak een andere taal. Kortom, die opdracht wacht nog steeds op uitvoering.

We zijn als GKv nog niet uit MV. Volgens besluit 3 zou het om een praktische zaak gaan. Maar daar hebben we verschil van mening over.

 

Waarom is hier ook niet de CGK bij betrokken? We zouden gezamenlijk overleg voeren en over en weer elkaar informeren en op de hoogte houden, ook over eenheid. Het helpt om elkaar daar bij te betrekken, zodat het DKE-rapport ook zelf stelt, hoewel het tegelijk stelt dat afzonderlijk overleg soms beter kan zijn.

 

Ik zie uit naar eenheid. Maar op dit moment kan dat nog niet op verantwoorde wijze. Het is in het belang van de kerken om nu nog niet verdere stappen te doen. We moeten geen overhaaste besluiten nemen. Er is daarom een tegenvoorstel onderweg.

 

Ds. Van Wijnen

Ik wil me aansluiten bij Kruse, L.W. de Graaff en Verkade.

Ook voor mij is het een persoonlijke zaak. Mijn vader zat destijds in Voorburg in de kerkenraad. We hebben op onze knieën gesmeekt dat de broeders bij ons zouden blijven. Als dan de zaak aan de orde kwam was mijn moeder tot tranen bewogen.

In mijn tijd te Zuidwolde waren er samensprekingen met de NGK in Enschede. Er was verlangen om met de NGK weer een te worden. Als we dan die weg gegaan kan worden, kunnen we niet anders dan daar blij om zijn. Als er werkelijk die veranderingen bij hen zijn, dan kunnen we in geweten en van harte met de voorstellen meegaan.

 

Maar ik houd wel vragen. De deputaten hebben ons onvoldoende meegenomen naar hun conclusie dat de weg naar samensprekingen gegaan kan worden. Het weinige dat ze melden schiet te kort. En we moeten ook de kerken daarin meenemen.

Op de GS Zuidhorn heeft dit ook al gespeeld: er is geen goed inzicht in inhoudelijke vorderingen. Wij als synode zouden slechts een marginale toetsing hebben te doen volgens de deputaten, want het heeft alles te maken met vertrouwen. Daar ben ik het niet mee eens, het gaat óók om documenteren. De basis moet ook body krijgen.

 

Een paar voorbeelden. Publicaties van ds. Van Deursen zijn in strijd met HC zondag 22; ik heb grote moeite met de publicatie van drs. H.

de Jong, De Weg, waarin hij o.a. Mat. 5:18 over geen de tittel of jota van de wet, een 'doorzichtig overdrijving' van Jezus noemt; hij stelt dat we niet zonder schriftkritiek kunnen; dat Genesis 3 geënt is op semitische legendes; te denken dat er twee verschillende tempelreinigingen in het Nieuwe Testament hebben plaatsgevonden, is absurd, enz. Hij vindt Kuitert een groot theoloog waaraan hij veel te danken heeft. Maar dat kun je toch niet zó zeggen, gezien de opvattingen van deze man?

Ds. Mudde verdedigt dubbele dooppraktijken. Het fundament van de kerk zou alleen Christus en niet Christus en zijn Woord zijn …

 

Ds. Van der Schee

Ordevoorstel. De verontwaardiging hierover lijkt op die bij de Australische kerken. Moderamen, wilt u aan dit spreken een einde maken?

 

Preses

We hadden elkaar als moderamen al eens aangekeken. Ds. Van Wijnen, wilt u zich concentreren op het deputatenrapport?

 

Ds. Van Wijnen

Ik heb het meeste al wel gezegd. De deputaten hebben mij dus nog niet overtuigd.

 

Ds. Zomer

Ik heb vannacht niet geslapen mede door de last van deze synode. Ondanks alle mooie woorden kan ik maar niet meekomen. Ik krijg er geen goed gevoel bij. Ik, als kind van 'de vechtscheiding', zou ook kunnen vertellen over vroeger, over het verdriet en de tranen. Maar ik ben niet weggelopen. Waar gaat en ging het om? Niet om de kerk, niet om belijdenis, maar om Christus, om de verbondenheid  aan Hem in leven en sterven. Dáár gaat het om.
Ik heb gevoelens van liefde voor de broeders, mijn hart gaat naar u uit. Dat blijft ook zo. Maar het gaat om Christus. Wie Mij liefheeft, zegt Hij, onderhoudt mijn geboden. Dat kan alleen maar in de verbinding met Hem. Het wordt moeilijk te overzien, als dwaling en afwijking van Christus afbrengt.
Ik heb grote bewondering voor drs. H. de Jong, en ben diep onder de indruk van deze schriftgeleerde. Ik heb zijn boek Twee messiassen gelezen. Maar hij lijkt nu art 2-7 los te laten. Dat is mijn grote zorg. Laten ons verenigen in Christus die ons bindt aan zijn geboden.

 

Preses

Een opmerking n.a.v. het spreken van Van Wijnen: als we personen van de NGK citeren moet worden aangegeven waarom dat wordt gedaan en wat de betekenis ervan is.

 

Br. H.H. Bouma

Ik vind de contacten met de NGK niet eng. Het proces kan ik slechts op enige afstand volgen omdat er geen NGK in mijn buurt is.  Ik hoop dat de Berlijnse muur tussen onze kerken heel snel geslecht wordt.

 

Br. Poutsma

Ik ben diep onder de indruk en dankbaar aan God voor hetgeen bereikt is. Ik heb de strijd destijds als jongen in Kampen meegemaakt, en de pijn gezien. Dat heeft diepe indruk gemaakt. Waarom is het allemaal gebeurd?
Er is diepe dankbaarheid dat we dit mogen meemaken. Ik begrijp de huiver wel. De kwartiermakers lopen voorop, de synode komt er achteraan. Deputaten hadden ons door  communicatie wat meer mee moeten nemen. Maar dat is een kleinigheid.

De deputaten vragen vertrouwen, gezien de gesprekken die zijn gevoerd. Vertrouwen dat wordt bevestigd in allerlei plaatselijke situaties. Dat heeft de Geest al bewerkt. Het verlangen naar eenheid kreeg concrete vorm, dat moeten we steunen en stimuleren. Er is diepe verwondering over het werk van onze God. We kunnen veel van elkaar leren op weg naar de eeuwigheid.

Daarom: vertrouwen en geloof in elkaar en in God voor de weg die we moeten gaan.

 

Overigens is het probleem iets van onze generatie. Want hoe kan ik deze gescheidenheid aan onze jongere generatie nog vertellen, uitleggen? Zij begrijpen het niet.

 

Br. P.G. Bakker

Ik ben geraakt door de toespraak van ds. Sinia. Zijn bewogenheid en drive deden me veel. Het is fantastisch dit mee te mogen maken. Er is een weg waarop we verder kunnen. Op de basis van de Schrift kijken we naar de toekomst. Wat wil je dan nog meer?

We komen bij het woord vertrouwen uit. Dat heb je of heb je niet. Je geeft het voor 100% of anders niet. Er zullen verschillen blijven. Zo houd je elkaar scherp en kom je met elkaar verder, vergelijk een huwelijk. Anders zou het maar een dooie boel worden. Er blijft meer dan genoeg over om aan te werken. Vergelijk Ef. 3:16-18. Dan kun je heel veel aan, dan drijft ons de liefde van Christus.

Ds. Van 't Spijker zei: wij hebben u lief. Dat is geen aai over de bol. Liefde is een manier van doen, een zijnswijze, die er op gericht is dat de ander tot zijn recht komt zodat hij steeds meer beantwoorden kan aan zijn bestemming. We hebben met elkaar een bestemming en moeten aan elkaar werken. In die liefde willen we graag de stap maken, om die weg van harte  te gaan. Dan kun je heel veel aan. Maar dan moeten we die stap wel doen.

 

Commissie - Br. Van Arkel

We hebben een aanzoek gekregen van iemand uit een 'vechtscheiding'. Maar sommigen zeggen: wij willen ook wel graag samen verder, maar dan moet je wel de inrichting van ons huis overnemen. De andere partner heeft daar vragen bij. En vervolgens wordt er eindeloos over onderhandeld.

Maar willen wij dat écht? Past dingen inleveren écht niet zo bij ons? Dan blijven we bezig. Maar we kunnen ook over de dingen heenstappen. Want inmiddels overstijgen de diversiteiten in de GKv voor een deel die in de NGK. De keuze is nu: gaan we samen verder of niet. Accepteren we de dingen zoals ze zijn en gaan we werken aan de inrichting van het nieuwe huis?

 

Ds. Van der Schee

In de ontmoeting gaat het om mensen. Die switch dat het echt om de ander gaat, kleurt de discussie. Als je toch nog 'maar' zegt, dan is er opnieuw de discussie, en dat betekent 'ik houd niet van je'. Of je begrijpt niet wat liefhebben is.

Als die switch is gemaakt, krijgen we elkaar. Volgens Ef. 4 is er in de liefde geen ruimte voor angst, het vertrouwen is 100%. Iemand die angst kent, in die is de liefde geen werkelijkheid geworden.

 

Deputaten – Ds. Messelink

Ik ben heel blij met de woorden van de laatste spreker. Er is een groot aantal woorden besteed aan vertrouwen en liefde die zijn gegroeid. In dat spoor moeten we ook verder gaan: liefde die de angst uitdrijft.

 

Onze presentatie moet gezien worden in historisch perspectief. In 2008 is een groot deel deputaten vervangen en zijn we opnieuw begonnen. Er is toen voor een langere weg gekozen. Over het spoor van de 'balans'. Eerst inhoudelijk over de belijdenis. Daar heeft Harderwijk positief op gereageerd. Nog niet alle vragen zijn beantwoord maar we konden wel verder.

Want dezelfde zaken zijn ook in de GKv aan de orde. Daarin kunnen we elkaar blijvend helpen.

 

Het gaat ons daarbij om deze geloofwaardigheid, citaat uit ons rapport:  Toepassing van Bijbelse voorschriften moet geloofwaardig zijn, niet zozeer tegenover het forum van wat de huidige cultuur als acceptabel aanvaardt, maar   wel geloofwaardig in  de zin van integer,  eerlijk en niet-selectief.

Dat is een volkomen gereformeerde benadering. Het is een andere uitleg van 'geloofwaardig' dan het veelal in het spraakgebruik heeft. In de kerkelijke pers is hier positief over gesproken.

Het tweede rapport verschilt wel van het VOP rapport. Wij hebben in 2008 en 2011 gesteld dat we de hermeneutiek van de NGK niet overnemen bij de uitleg van de Schrift. We hebben onze eigen visie ontwikkeld.

 

Hebben wij de plaatselijke kerken niet meegenomen? In het rapport is aangegeven dat het soms net andersom lijkt, wij reageren op allerlei plaatselijke ontwikkelingen. Overschat onze positie daarin niet.

Aan de andere kant is wel geprobeerd om plaatselijke kerken te bereiken met waar we mee bezig zijn. Die hebben we regionaal geïnformeerd. We hebben kerkenraden een vragenlijst toegestuurd en daarop veel teruggekregen. Maar soms waren gemeenten er niet in geïnteresseerd.

 

De CGK erbij betrekken is een lastig punt. We willen heel graag samen met de CGK en de NGK optrekken naar de PKN en de HHK. Maar er zijn terreinen waar contact met de CGK heel lastig ligt. Er is nog geen eenheid met de CGK. Maar met de NGK zitten we in een stroomversnelling. Dat moeten we nu even prioriteit geven, maar tegelijk de CGK niet uit het oog verliezen, niet uitsluiten. Maar het gaat ook niet aan om koste wat het kost steeds de CGK overal bij te betrekken, dat zou het gesprek niet stimuleren. Graag willen we eenheid met CGK en NGK.

 

Wij zeggen niet: als de hobbel MV is genomen, zijn er geen meningsverschillen meer. Of dat je vanuit de Schrift niet meer verschillend zou kunnen argumenteren. We hebben elkaar leren vertrouwen hoe we met de Schrift omgaan en dat vertrouwen elkaar geschonken. In de praktijk kunnen er nog wel heel wat hobbels genomen moeten worden: zie Van Wijnen. In de NGK en de GKv speelt een aantal zaken, sommige opvattingen in publicaties wijzen ook wij af. De kerken zijn mans genoeg om daar mee om te gaan. En we kunnen daarbij leren van de NGK: afwijzing van een opvatting betekent niet personen de deur uit. Dat doen wij ook niet in de GKv. We moeten het verschil tussen hen en ons ook niet groter maken dan dat is. Daarom moet de conclusie dat er geen belemmering voor eenheid is, blijven staan. Vervolgens gaan we een agenda opmaken hoe we verder gaan.

 

Preses

Niet ieders vragen zijn voor 100% beantwoord maar verdere vragen, amendementen, tegenvoorstellen kunnen worden gesteld en ingediend bij de bespreking per voorstel.

 

Besluiten

[zie bijlage 2a voor het overzicht]

 

Besluit 1

Materiaal 5: Brief van de Landelijke Vergadering van de Nederlands Gereformeerde Kerken Zeewolde 2013–2014 (17 maart 2014), waarin mededeling gedaan wordt van het volgende besluit:
de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), in Generale Synode te Ede bijeen, uit te nodigen om op DV 31 oktober 2016 samen met de Nederlands Gereformeerde Kerken te verklaren dat de Gereformeerde Kerke (vrijgemaakt) en de Nederlands Gereformeerde Kerken zich in een staat van hereniging bevinden.

 

de brief onder materiaal 5 in behandeling te nemen.

Gronden:

  1. de brief is weliswaar na de sluitingsdatum voor ingekomen stukken bij de synode binnen gekomen, maar dit was tijdig aangekondigd;
  2. het concrete verzoek kon niet eerder worden ingezonden, daar de LV eerst op 1 maart 2014 hierover een besluit heeft genomen;
  3. de GS en de LV komen bewust in dezelfde periode samen; het zou onwenselijk zijn als besluiten van die vergaderingen die de onderlinge relaties aangaan meerdere jaren op een antwoord zouden moeten wachten;
  4. in de brief wordt geen nieuwe zaak aan de agenda van de synode toegevoegd; de behandeling past in het kader van de nog te houden bespreking over het rapport van deputaten kerkelijke eenheid met betrekking tot de NGK.

STEMMING

Met algemene stemmen aangenomen.

 

Besluit 2

met blijdschap kennis te nemen van de rapportage over de gesprekken met de Commissie voor Contact en Samenspreking van de NGK en de resultaten daarvan zoals die verwoord zijn in het rapport en met name in de notitie Tweede Overeenstemming.

Grond:

de rapportage geeft er blijk van, dat de gesprekken over de hermeneutiek en de binding aan de belijdenis een duidelijke eensgezindheid tonen, die o.a. zichtbaar wordt in de notitie Tweede Overeenstemming.

 

Ds. Holtland

Vraag aan deputaten. Het DKE rapport 2011 meldde een aantal topics, waar nu grote overeenstemming over is. Het zou aan kracht hebben gewonnen als die overeenstemming nu ook uit het rapport zou kunnen blijken. Nu is alleen de MV kwestie eruit getild maar verder zijn er geen voorbeelden gegeven.

 

Ds. Boerma

Onze jongeren zijn op EO Jongerendag, daar zullen ze als NGK en GKv jongeren elkaar erkennen. Ook wij zouden moeten kiezen tussen liefde en vertrouwen enerzijds en wantrouwen anderzijds. Liefde ja, maar toch strandt er ook veel. Als we ruzie hebben gehad, moet we wel weten hoe het is opgelost. Als we verder gaan, waar liggen dan de risico's dat we toch weer uit elkaar gaan?

 

Br. Verkade

Ik ben wel vol blijdschap om verder te gaan maar heb moeite met de grond dat de rapportage daar blijk van geeft. Daarom zou het woord 'duidelijke' vervangen moeten worden door 'groeiende', dus groeiende eensgezindheid. Eventueel dien ik een amendement in.

 

Br. Kruse

'Duidelijk' gaat mij ook te ver. Vergelijk het feit dat de GKv ook nog niet uit de kwestie MV is. Hoe hebben de deputaten dit onderwerp ingebracht? Geef meer inzicht daarin.

 

Commissie - Ds. Sytsma

Blijdschap weglaten? Daar zit het hem juist in. De deputaten hebben dat heel mooi verwoord, twee zinnen uit het rapport: In onze gesprekken hebben we elkaar dus gevonden in de overtuiging dat de canon een eenheid vormt die we als ons richtsnoer aanvaarden,  maar ook in de erkenning dat in ons schriftverstaan het ons niet altijd duidelijk is hoe  de verschillende aspecten in het Bijbelse spreken over man en vrouw zich tot elkaar verhouden en wat de doorslag geven moet in onze invulling van de rollen van man en vrouw.  

Dat is prachtig verwoord.

 

Ds. Beiboer

Ik zit er mee als afgevaardigde. Enerzijds ben ik heel blij met eenheid met de NGK, anderzijds ook huiver. Doen we wel recht aan de vragen van het verleden? Dat is het probleem met de voorstellen. We moeten eerlijk zijn dat er vragen leven. Als je deze voorstellen aanneemt, waar moeten we dan straks eigenlijk het gesprek nog over in? Dat vind je niet in de besluiten terug. We geven ons in één keer over. We moeten wél die vragen onder ogen zien. Dat is het procedurele probleem bij de besluiten 2, 4 en 5.

 

Commissie - Br. Van Arkel

Over de norm zouden we het unaniem mee eens moeten zijn. Maar dat is behoorlijk lastig. Bij het herstel van de relatie moet de norm ons allemaal voorgehouden worden.

 

Ds. Van der Geest

Ik wil ook verwijzen naar passages die ds. Sytsma aanhaalde. De blijdschap mag er nog wel veel méér uitspringen. Er is een uitgestoken hand van de NGK, en daarom mogen we niet met minder komen. We moeten ons overgeven in vertrouwen. Ik hoop en bid dat we dit vertrouwen mogen hebben.

 

Deputaten – Ds. Messelink

Dank voor de goede woorden.

 

Over instemming m.b.t. de hermeneutiek. Er zijn zeker meerdere concrete dingen aan de orde geweest: MV, homoseksualiteit, samenwonen, waarin ook de hermeneutiek een rol speelt. Maar als dat in het rapport zou worden weergegeven zou het risico bestaan dat dáár de discussie over zou zijn gegaan. Echter het moet niet over concrete zaken gaan. In de benadering van de Schrift ligt onze eenheid. Dat was ook het uitgangspunt t.a.v. MV en het VOP rapport.

 

We zijn er niet vóór 'duidelijk' te vervangen door 'groeiend' want er is op dit punt een duidelijke overeenstemming. Niet dat we er op álle punten uit zijn, maar over hermeneutiek en de binding aan de belijdenis zijn we duidelijk eensgezind.

Dat is niet vanzelfsprekend: er was angst voor 'het elkaar de maat nemen', vergelijk het voorbeeld van de inboedel overnemen. We hebben kritisch over het VOP rapport gesproken, dat heeft wel gebotst. Later is er eensgezindheid gegroeid. Het rapport is ook in NGK kring niet onbesproken gebleven. Maar nu is er helderheid.

 

Als we nu een stap verder gaan dan zal op de eerstvolgende vergadering worden geïnventariseerd welke punten er nog liggen. Dat zal misschien wel een lang lijstje worden. Dan gaat het niet om aaien over de bol, want er komen misschien nog veel dingen waar we ruzie over kunnen maken, of niet. Maar je hebt je aan elkaar verplicht, we kiezen voor elkaar, we gaan samen verder.

 

AMENDEMENTEN

 

Br. Verkade

'Groeiend' i. p. v.  'duidelijk'. Het is nog niet volgroeid. We zitten nog in een voorfase, de eensgezindheid is nog groeiend.

 

Ds. Soepenberg

Op de grond: 'de rapportage over de gesprekken over de hermeneutiek, zoals vastgelegd in de notitie Tweede Overeenstemming, geeft blijk van een duidelijke eensgezindheid'. Het citaat uit de Notitie is duidelijk, dus dit besluit rechtstreeks koppelen aan de Notitie zelf.

 

Preses

Excuses aan de mensen van Yachad. [Volgende agendapunt, djb] We gaan eerst nog een uur met kerkelijke eenheid door en kijken dan hoe ver we zijn.

 

Deputaten – Ds. Messelink

De grond: 'de binding aan de belijdenis' kan vervallen. Die hebben we weinig aandacht gegeven.

Uit de gesprekken over hermeneutiek blijkt een duidelijke eensgezindheid, dus besluit 2 beperken tot hermeneutiek. De relatie met MV komt in besluit 4, dus niet hier.

 

BESPREKING RONDE 2

 

Ds. Tigelaar

Heel mooi dat die woorden eruit gaan.

Als die wel worden gehandhaafd, waar gaat het dan nog om? Gaat het om instemming met de bevindingen van deputaten? Het amendement van Soepenberg is weer een beperking.

 

Ds. Van der Schee

We moeten nuchter kijken naar de tekst: het gaat om de rapportage. Gesprekken laten de eensgezindheid van de deputaten zien. Daar worden de amendementen wel door gevoed. Het gaat dus alleen over de gesprekken.

 

Br. Verkade

Het woordje 'duidelijk' zou er ook helemaal uit kunnen.

 

Ds. Soepenberg

Ik wil het amendement handhaven. We gaan af op het getuigenis van de deputaten.

 

Deputaten – Ds. Messelink

Het maakt ons niet uit, duidelijk mag eruit.

 

Preses

Amendement Verkade krijgt geen steun.

 

STEMMING

Amendement Soepenberg: O03V10, verworpen.

Besluit 2: Met algemene aangenomen

 

Besluit 3

uit te spreken dat door de overeenstemming in de gesprekken over hermeneutiek de belemmering die er lag vanwege het besluit van de NGK om de ambten voor de zusters der gemeente open te stellen, is weggenomen.

Grond:

ondanks het verschil in praktische uitkomsten ten aanzien van de vrouw in het ambt, is gebleken dat we als kerken elkaar vertrouwen kunnen geven inzake de erkenning en aanvaarding van het gezag van de Heilige Schrift.

 

BESPREKING RONDE 1

 

Commissie - Ds. L.W. de Graaff

Ik ben blij met de toenadering. De deputaten waren het ook niet eens met het naast elkaar lopen van de twee lijnen. We hebben besloten dat dat wordt verdisconteerd. Echter de deputaten van de CCS zijn niet de Landelijke Vergadering. Welke garantie is er dat deze visie door de Landelijke Vergadering wordt gedragen en door de NGK kerken? Ik ga niet af op persoonlijke uitspraken. We hebben te maken met officiële papieren. Vandaag willen we een stap voorwaarts maken maar er moet wel een duidelijke uitspraak komen over de wijze waarop het MV besluit in de NGK is genomen. Dus moet er nog een tussenstap komen. Dat is niet uit angst, maar uit overtuiging. Want er is nog wel zorg, niet alleen over de NGK maar ook over de GKv. Ik wil alsnog hiervoor een amendement indienen.

 

Ds. Tigelaar

Ik wil even aanhaken op De Graaff. Er ligt wel een duidelijke uitspraak van een Landelijke Vergadering. En u hebt van ons MV besluit alleen maar de eerste helft aangehaald, maar onze tweede uitspraak was breder: het gesprek over MV in onze kerken is vrij als het maar op de grond de Bijbel gebeurt. Als u zegt dat het eerste besluit inhoudt dat de twee lijnen geïntegreerd zijn en dat dat duidelijk is dan is dat uw interpretatie van alleen de eerste uitspraak en noemt u niet het tweede deel dat er bij hoort.

We nemen onszelf niet serieus als we de eerste uitspraak nu als een hobbel hierbij betrekken. We hebben net een besluit genomen dat er overeenstemming is over de hermeneutiek. Dan moeten we hier niet een nieuwe hobbel neerleggen.

 

Br. Verkade

Overeenstemming over hermeneutiek? De belemmering is er nog steeds. Het gaat niet alleen om de praktische uitkomst. Ik kan niet met dit voorstel leven. De zorg van L.W. de Graaff over de GKv deel ik ook. We hebben deputaten benoemd, maar dan moeten nu niet alvast ruimte voor de vrouw in het ambt bieden. Ik kom met een alternatief voorstel.

 

Deputaten – Ds. Messelink

De Landelijke Vergadering van de NGK heeft het rapport van de CCS aanvaard. Het is niet goed om dat nog eens weer aan de Landelijke Vergadering te vragen met de suggestie dat het VOP rapport nog weer op de schop moet. Het heeft dáár de grond gevormd, dus niet voor ons.

 

Citaat p10 over de punten die nog over bleven:

We zijn van oordeel dat we nu inderdaad uit kunnen spreken dat we elkaar vertrouwen kunnen schenken in onze omgang met de Schrift. Daardoor komen gesprekken over de twee andere aandachtsvelden (2. exegese van concrete schriftgedeelten en 3. de praktijk van omgang tussen kerken die wel en geen vrouwelijke ouderlingen en predikanten hebben) in een ander kader te staan. De meningsverschillen over vrouw en ambt worden kleiner. Niet langer staan ze tussen NGK en GKv in het licht van een verwijt van ‘schriftkritiek’.
 

Dus de meningsverschillen zijn er nog wel, en zullen nog wel besproken worden. Maar niet meer dat hun opvatting over MV schriftkritisch zou zijn. Het gesprek gaat door, maar niet meer met wantrouwen. Dat halen we er uit en benadrukken we met dit besluit.

 

De belemmering MV is er dus niet meer. Maar het gesprek kan er nog steeds over gaan, bijvoorbeeld plaatselijk. Een stap verder is daarvoor plaatselijke gemeenten te faciliteren. Een mooi voorbeeld is Vlaardingen. Dus in de volgende fase zullen gesprekken plaatselijk worden ondersteund.

 

Preses

Er is een tegenvoorstel van ds. Zomer en br. Verkade:

 

Tegenvoorstel besluit 3: Zomer/Verkade

uit te spreken dat hoewel het gesprek over de hermeneutiek gaande is binnen de GKv de belemmering, die er in dit opzicht was ten aanzien van de NGK niet is weggenomen

 

Gronden:

  1. ondanks de met dankbaarheid geconstateerde overeenstemming tussen DKE en CCS is er volgens DKE nog wel een verschil gebleven in praktische uitkomsten ten aanzien van de vrouw in het ambt;
  2. nu de synode van de GKv de ambten niet heeft opengesteld voor vrouwen en een deputaatschap heeft ingesteld om de ambtsleer nader te onderzoeken, is de weg voor samensprekingen nog niet vrij.

 

En een alternatief besluit 3 van ds. L.W. de Graaff.

 

Ds. L.W. de Graaff

Ik dien hem toch niet in.

 

BESPREKING RONDE 2

 

Br. H.H. Bouma

Ik wil onderstrepen wat Tigelaar zei m.b.t. MV.

 

Ds. Tigelaar

Tegenvoorstel grond 2. Wij hebben niet op grond van de Schrift niet ingestemd met de openstelling van de ambten voor vrouwen. Niet ieder heeft op basis van de Schrift vóór het voorstel gestemd maar soms alleen maar om strategische reden zijn stem er aan gegeven.

Als dít de grond is dan wordt het: óf de NGK terug óf wij zeggen ja tegen de vrouw in het ambt. Ik ben volstrekt tegen dit tegenvoorstel.

 

Br. Kruse

Ik wil graag een exegese van 'belemmering' in het deputatenvoorstel. Over wat voor belemmering gaat het precies?

 

Ds. Buitendijk

Idem.

 

Ds. Soepenberg

Het is een lastig punt. Het gaat om onze uitkomst van de MV discussie. We hebben dat besluit aangevlogen vanuit 'ruimte voor elkaar', vanuit het bestaan van verschillende standpunten. We hebben elkaars nieren geproefd. Het gaat dus om de ruimte die je hebt. Dat raakt ook de NGK.

 

Ds. Van der Schee

Deze synode heeft niet uitgesproken dat vrouwen niet in het ambt mogen. De gang van de besprekingen geeft aan dat de verschillen niet liggen op het niveau van Schrift en belijdenis. Op dat niveau moeten we volgens Klaas Schilder spreken, zie zijn artikelen in de aanloop van de jaren '60. Waar is dat niveau gebleven?

 

Deputaten – Ds. Messelink

We zijn niet gelukkig met het tegenvoorstel maar geven daar verder niet inhoudelijk commentaar op.

'Belemmering' betekent 'belemmering voor verdere gesprekken op weg naar eenheid'.

 

Br. Verkade

We hebben even overleg gehad: we vervangen de gronden onder ons besluit door die van het voorstel van L.W. de Graaff.

 

Ds. Tigelaar

Ik heb er moeite mee dat een niet ingediend amendement alsnog wordt verwerkt.

 

Preses

In een tegenvoorstel mag de indiener nog de gronden veranderen.

 

Deputaten – Ds. Wesseling

Het synodebesluit m.b.t. het VOP rapport ging om het Schriftgezag. Wij hebben ons gericht op de vraag 'hoe versta je de Schrift'. Dus niet op het punt van de vrouw in het ambt zelf.

 

Br. Verkade

We nemen het tegenvoorstel terug met behoud van gevoelen.

 

STEMMING

Besluit 3 O01T9, aangenomen.

 

Besluit 4

de contacten met de NGK voort te zetten en over te gaan van gesprekken naar samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid.

Grond:

nu de belangrijkste belemmering is weggenomen, ligt de weg naar samensprekingen over daadwerkelijke kerkelijke eenheid open.

 

BESPREKING RONDE 1

 

Ds. Holtland

Is er voldoende reden om nu naar kerkelijke eenheid toe te werken? Er is nog wel een lijstje met onderwerpen waarover moet worden gesproken.

 

Br. Poutsma

De datum van 31-10-2016. Dat blijft in dit voorstel in de lucht hangen. Ik wil horen wat het streven van de deputaten is.

 

Br. Kruse

De deputaten willen een gesprek beginnen. Het is wel verstandig om nu iets van de agenda aan te geven. De verschillen over de binding aan de belijdenis en de hermeneutiek, is dat nu buiten de oevers van de deputaten?

De synode zou de oproep aan deputaten moeten doen hier zoveel mogelijk de CGK deputaten bij te betrekken. Dat moet ook in de besluittekst worden verwerkt.

 

Br. Verkade

Ik sluit me aan bij Holtland en Kruse.

 

Ds. Van der Schee

Het gaat om de mate van detaillering. Het onderwerp is samenspreking met het oog op kerkelijke eenheid. Dat zijn heldere begrippen, in lijn met de geschiedenis. Met allerlei invullingen loopt de synode de deputaten in de weg. Hoe meer we het dichttimmeren hoe minder ruimte voor het gesprek van de deputaten.

 

Ds. Soepenberg

De grond suggereert dat de weg naar eenheid een gladde makkelijke weg is. Misschien de grond weglaten of alleen aangeven dat het een vervolg is van besluit 3? Het is proces waarvan we niet weten wat het oplevert.

 

Deputaten – Ds. Messelink

Als dit voorstel wordt aangenomen beïnvloedt dat ons spreken. In de voorgesprekken hebben we dit ook aan de orde gehad en over een aantal punten gesproken, bijvoorbeeld de kerkorde. Maar we hebben expres nog geen lijstje gemaakt. Dat kan ook niet uitputtend zijn. En we willen elkaar niet voor de voeten te lopen.
We stellen ons voor om na de eerstkomende vergadering de punten met elkaar te gaan inventariseren. Dat zal een behoorlijk lijstje zijn. Daar willen we ook openheid aan geven. Dat zal plaatselijk moeten gebeuren. Het is niet handig er hier en nu al over te handelen.

 

We durven niet toezeggen de CGK erbij te betrekken. Wel zullen we hun deputaten informeren en waar mogelijk betrekken. Maar niet bij voorbaat overal bij.

 

De grond onder besluit 4 is eigenlijk herhalen van wat je al in het besluit zegt. Maar dat is geen halszaak. Maar besluit 4 gaat wel een eigen leven leiden, daarom kan de grond er beter in blijven.

 

AMENDEMENT EN TEGENVOORSTELLEN

 

Br. Kruse

: …'waarbij de verschillen m.b.t. de hermeneutiek en de binding aan de belijdenis worden geagendeerd'.

En zo bereiken we ook dat de CGK erbij betrokken wordt. Daar moet in elk geval een uiterste poging voor worden gedaan.

 

Br. Poutsma

Datum?

 

Deputaten – Ds. Messelink

We spreken straks nog over een datum als dit besluit is aangenomen.

 

Br. Verkade/Kruse

4b:  'Deputaten op te dragen om zoveel mogelijk bij deze samensprekingen de deputaten van de CGK te betrekken.'

 

BESPREKING RONDE 2

 

Ds. Tigelaar

Ik heb er problemen mee dat dit gebeurt. Ook bezwaar tegen het woord hermeneutiek hier. We gaan nu een nieuwe fase in en dan weten we precies waar het om gaat. We moeten niet doen alsof de deputaten allerlei gekke dingen gaan uithalen maar vertrouwen in hen hebben. Daar hoeft niks bij.

 

Ds. W.L. de Graaff

Ik wil me daar wel bij aansluiten. Je zou het amendement Kruse kunnen billijken maar het zou zich ook tegen jezelf kunnen keren. 'Samensprekingen' is een woord dat een nieuwe fase markeert.

Ik zou de CGK er graag bij betrekken. Het is ook hun business.

 

Ds. Van der Schee

Ik wil onderstrepen wat Tigelaar zei over de verhouding deputaten en synode. Denk aan de geschiedenis hoe wij daarin opereerden. Tegen de CGK deputaten is door ons ook lang het bezwaar gemaakt dat zij tegelijk gesprekken voerden met NGK. Nu gaan wij hen er bij halen? Wat verwachten we daar eigenlijk van? 

 

Ds. Beiboer

Hoe gaat het procesmatig verder? Wat betekenen in het amendement Kruse de twee zaken inhoudelijk?

 

Deputaten – Ds. Wesseling

We opereren in een bepaald proces. Als we het amendement Kruse aannemen kunnen zo weer een jaar of zes teruggezet worden. We hebben nu overeenstemming over de binding aan de confessie. We zijn in een nieuwe fase in het hele proces en gaan het voorlaatste gesprek samen in. Dat is nog niet het bruidsvertrek, het is de vrij-kamer. Nog geen echte kerkelijke eenheid, maar wel samen door de deur er naar toe.

Het lastige is dat er nog wel links en rechts bezwaren leven. Lastig bijvoorbeeld omdat de CGK hun bezwaren samenstelt met een collage van berichten uit de samenleving. Die bezwaren gaan om lokale of incidentele zaken waarmee we als landelijke deputaten in verlegenheid worden gebracht. Daaronder zit argwaan, gebrek aan vertrouwen.

We zoeken naar een weg waarop we rechtdoen aan het proces en tegelijk aan moeiten die er gevoeld worden. Maar het amendement is tweeslachtig.

 

Br. Kruse

Er wordt een beeld gecreëerd van het amendement en daar wordt dan tegen afgezet. Het is niet bedoeld om over te doen waar we het eens over zijn. Er is overeenstemming tussen deputaten maar er zijn verschillen binnen de kerken. Ook in de omgang er mee in de kerken. Het is geen rozig beeld. Het is een kwestie van eerlijkheid om dat ook onder woorden te brengen.

 

De CGK deputaten willen graag mee in dit proces. Dat hebben ze zelf uitgesproken. Zij zijn bereidwillig. Het gaat er niet om dat ze dus in alles meedoen. Ik zou het heel erg vriendelijk vinden als ingegaan wordt op wat ik voorstel en niet op wat ik niet voorstel.

 

STEMMING

Amendement Kruse: O00V15T21, verworpen.

Amendement Verkade: O00V16T20, verworpen.

Voorstel 4: O00T01, aangenomen.

 

Besluit 5

dankbaar te zijn voor de brief van de LV Zeewolde 2013-2014 en die te beschouwen als een hartelijke aansporing om verder te gaan op de weg naar hereniging.

Gronden:

  1. het is vertroostend en verblijdend te constateren dat de Heer van de kerk de NGK en de GKv 50 jaar na de droeve scheuring zo dicht tot elkaar heeft doen naderen;
  2. nu al ingaan op de uitnodiging voor een gezamenlijke verklaring zou betekenen dat de fase van ‘samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid’ in het traject naar kerkelijke eenheid zou worden overgeslagen.

 

Br. K. Bouma

31-10-16 heeft een symbolische betekenis, het is 50 jaar na de Open Brief. Vergelijk ook het jubeljaar in Leviticus 25, de kwijtschelding na 50 jaar. We moeten ons niet vastleggen op 2016 maar ik zou het wel van harte toejuichen.

 

Ds. Van Wijnen

Het gaat om de Heer van de kerk. In de beeldspraak van bruid en de bruidegom gaat het niet om onderlinge relaties maar om de relatie met de Here. Die gaat boven alles uit.

 

Deputaten – Ds. Messelink

We hebben blijdschap uitgesproken over het NGK voorstel. Maar we vinden het lastig om nu al de datum vast te leggen ondanks de fijne en sympathieke gedachten die er achter liggen. Maar soms geeft de Heer van de kerk openingen.

 

Br. Leeuwen

Een optie zou kunnen zijn in januari nog een keer met elkaar de stand van zaken opmaken.

 

Preses

Nee, we moeten nu afsluiten.

 

STEMMING

Voorstel 5: O00T00, met algemene stemmen aangenomen.

(Applaus)

 

Preses

Dank u wel voor uw werk als deputaten.

(Applaus)

 

[De vergadering gaat verder met de bespreking van een voorstel van GKv Ommen-West/Yachad]

 


 

Bijlagen

 

Bijlage 1a – Revisieverzoeken/conceptbesluiten

Revisieverzoek Kampen-Noord en Kampen-Zuid (71-R-1) en brief classis Dordrecht-Gorinchem (71-D-5)

 

Materiaal:

  1. brief van de gereformeerde kerken te Kampen-Noord en te Kampen-Zuid d.d. 1 mei 2013 met het verzoek om in de Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming
    1. het gebruik van de uitdrukkingen ’kerkelijke eenheid’ en ‘kerkelijke gemeenschap’ te herzien, zodat duidelijk wordt dat de bedoelde kerkelijke gemeenschap toegestaan is waar eenheid (nog) niet bereikt kan worden;
    2. artikel 6.b te laten vervallen omdat deze bepaling een struikelblok vormt voor de lokale kerken in hun roeping de gemeenschap met allen die van Christus zijn na te streven. Art.6b bepaalt dat aangetoond moet worden ‘ dat bezwaren die op generaal-synodaal niveau het gestalte geven aan kerkelijke eenheid met de andere kerkgemeenschap in de weg staan in de plaatselijke situatie niet van kracht zijn’.
  2. brief van de classis Dordrecht-Gorinchem d.d. 5 september 2013, waarin wordt gevraagd ‘de kaders voor het samenspreken met de plaatselijke Nederlands Gereformeerde Kerken te herzien, zodat verdergaande samenwerking niet hoeft stuk te lopen op de interpretatie van de Schrift inzake de vrouwelijke ambtsdrager.’

 

Besluit 1:

niet te voldoen aan verzoek a. van de kerken te Kampen.

 

Grond:

de in artikel 5 van de Regeling omschreven ‘kerkelijke gemeenschap’ is niet een vorm van kerkelijk contact die voorafgaat aan kerkelijke eenheid, maar een concretisering van wat kerkelijke eenheid plaatselijk betekent (voorafgaande aan verdere praktische eenwording).

 

Besluit 2:

niet te voldoen  aan verzoek b. van de kerken te Kampen en het verzoek van de classis Dordrecht-Gorinchem.

 

Gronden:

  1. het kan schadelijk zijn voor de landelijke eenheid binnen de Gereformeerde Kerken als plaatselijk een eenheid wordt gerealiseerd die niet spoort met wat op dit gebied landelijk tot stand is gekomen;
  2. de Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming.is niet alleen opgesteld met het oog op de contacten met de NGK maar ook voor (nieuwe) contacten met plaatselijke gemeenten uit andere kerkgemeenschappen;
  3. ook wanneer met de NGK landelijke overeenstemming wordt bereikt, blijft bepaling 6.b uit de Regeling van betekenis voor de contacten met plaatselijke gemeenten uit kerkverbanden waarmee landelijk nog geen overeenstemming is bereikt.

 

Toelichting

De Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming is vastgesteld door de GS Amersfoort 2005.

Door de GS Zwolle Zuid 2008 is bepaald (Acta art. 16 besluit 2,7): ‘revisie van generaal-synodale besluitvorming, ook al is die van oudere datum, dient niet als een ‘nieuwe zaak’ naar art. 30 KO te worden beschouwd.

De raden van Kampen-Noord en Kampen-Zuid en de classis Dordrecht - Gorinchem mogen dus revisie vragen van een regeling die niet door de voorgaande synode is vastgesteld maar door de GS Amersfoort 2005.

 

Bijlage 1b – Revisieverzoeken/behandelversie

Revisieverzoek Kampen-Noord en Kampen-Zuid (71-R-1) en brief classis Dordrecht-Gorinchem (71-D-5)

 

Materiaal:

  1. Brief van de gereformeerde kerken te Kampen Noord en te Kampen Zuid ( 1 mei 2013) met het verzoek om in de Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming
    1. het gebruik van de uitdrukkingen ’kerkelijke eenheid’ en ‘kerkelijke gemeenschap’ te herzien, zodat duidelijk wordt dat de bedoelde kerkelijke gemeenschap toegestaan is waar eenheid (nog) niet bereikt kan worden.
    2. artikel 6.b te laten vervallen omdat deze bepaling een struikelblok vormt voor de lokale kerken in hun roeping de gemeenschap met allen die van Christus zijn na te streven. Art.6b bepaalt dat aangetoond moet worden ‘ dat bezwaren die op generaal-synodaal niveau het gestalte geven aan kerkelijke eenheid met de andere kerkgemeenschap in de weg staan in de plaatselijke situatie niet van kracht zijn’
  2. brief van de classis Dordrecht-Gorinchem ( 5 september 2013), waarin wordt gevraagd ‘de kaders voor het samenspreken met de plaatselijke Nederlands Gereformeerde Kerken te herzien, zodat verdergaande samenwerking niet hoeft stuk te lopen op de interpretatie van de Schrift inzake de vrouwelijke ambtsdrager.’

Besluit 1: algemeen

niet te voldoen aan verzoek a  van de kerken te Kampen.

 

Grond:

De in artikel 5 van de Regeling omschreven ‘kerkelijke gemeenschap’ is niet een vorm van kerkelijk contact die voorafgaat aan kerkelijke eenheid, maar een concretisering van wat kerkelijke eenheid plaatselijk betekent (voorafgaande aan verdere praktische eenwording).

 

(evt) W.L. de Graaff grond (overgenomen door commissie):
Kampen leest ten onrechte de term ‘kerkelijke gemeenschap’ in art. 5 als een stap richting kerkelijke eenheid, waarvoor niet de voorwaarde van art. 6b zou gelden.
‘Kerkelijke gemeenschap’ is echter bedoeld als concretisering van kerkelijke eenheid op plaatselijk niveau, waarvoor wel de voorwaarde van art. 6b geldt.

 

(Amendement WvdSchee) Besluit (i.p.v. 1 en 2): O2V15T19

niet te voldoen aan de verzoeken van de kerken te Kampen en van de classis Dordrecht-Gorinchem.

 

Gronden:

Beide verzoeken vinden hun aanleiding in de vormgeving van kerkelijke contacten met de Nederlands Gereformeerde Kerken.

De Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming is niet alleen opgesteld met het oog op contacten met de Nederlands Gereformeerde Kerken maar ook voor (nieuwe) contacten met plaatselijke gemeenten uit andere kerkverbanden.

 

Besluit 2: algemeen

niet te voldoen aan verzoek b van de kerken te Kampen en het verzoek van de classis Dordrecht-Gorinchem

 

Gronden:

  1. Het kan schadelijk zijn voor de landelijke eenheid binnen de Gereformeerde Kerken als plaatselijk een eenheid wordt gerealiseerd die niet spoort met wat op dit gebied landelijk tot stand is gekomen.
  2. De Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming is niet alleen opgesteld met het oog op de contacten met de NGK maar ook voor (nieuwe) contacten met plaatselijke gemeenten uit andere kerkgemeenschappen;
  3. Ook wanneer met de NGK landelijke overeenstemming wordt bereikt, blijft bepaling 6.b uit de Regeling van betekenis voor de contacten met plaatselijke gemeenten uit kerkverbanden waarmee landelijk nog geen overeenstemming is bereikt.

 

Toelichting

De Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming is vastgesteld door de GS Amersfoort 2005.

Door de GS Zwolle Zuid 2008 is bepaald (Acta art. 16 besluit 2,7): ‘revisie van generaal-synodale besluitvorming, ook al is die van oudere datum, dient niet als een ‘nieuwe zaak’ naar art. 30 KO te worden beschouwd.

De raden van Kampen Noord en Kampen Zuid en de classis Dordrecht - Gorinchem mogen dus revisie vragen van een regeling die niet door de voorgaande synode is vastgesteld maar door de GS Amersfoort 2005.

 

Bijlage 1c – Revisieverzoeken/genomen besluiten

Kampen-Noord en Kampen-Zuid (71-R-1) en brief classis Dordrecht-Gorinchem (71-D-5)

 

Materiaal:

  1. Brief van de gereformeerde kerken te Kampen Noord en te Kampen Zuid ( 1 mei 2013) met het verzoek om in de Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming
    1. het gebruik van de uitdrukkingen ’kerkelijke eenheid’ en ‘kerkelijke gemeenschap’ te herzien, zodat duidelijk wordt dat de bedoelde kerkelijke gemeenschap toegestaan is waar eenheid (nog) niet bereikt kan worden.
    2. artikel 6.b te laten vervallen omdat deze bepaling een struikelblok vormt voor de lokale kerken in hun roeping de gemeenschap met allen die van Christus zijn na te streven. Art.6b bepaalt dat aangetoond moet worden ‘ dat bezwaren die op generaal-synodaal niveau het gestalte geven aan kerkelijke eenheid met de andere kerkgemeenschap in de weg staan in de plaatselijke situatie niet van kracht zijn’
  2. brief van de classis Dordrecht-Gorinchem ( 5 september 2013), waarin wordt gevraagd ‘de kaders voor het samenspreken met de plaatselijke Nederlands Gereformeerde Kerken te herzien, zodat verdergaande samenwerking niet hoeft stuk te lopen op de interpretatie van de Schrift inzake de vrouwelijke ambtsdrager.’

 

Besluit 1: algemeen

niet te voldoen aan verzoek a van de kerken te Kampen.

 

Grond:

Kampen leest ten onrechte de term ‘kerkelijke gemeenschap’ in art. 5 als een stap richting kerkelijke eenheid, waarvoor niet de voorwaarde van art. 6b zou gelden.
‘Kerkelijke gemeenschap’ is echter bedoeld als concretisering van kerkelijke eenheid op plaatselijk niveau, waarvoor wel de voorwaarde van art. 6b geldt.

 

Besluit 2: algemeen

niet te voldoen aan verzoek b van de kerken te Kampen en het verzoek van de classis Dordrecht-Gorinchem

 

Gronden:

  1. Het kan schadelijk zijn voor de landelijke eenheid binnen de Gereformeerde Kerken als plaatselijk een eenheid wordt gerealiseerd die niet spoort met wat op dit gebied landelijk tot stand is gekomen.
  2. De Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming is niet alleen opgesteld met het oog op de contacten met de NGK maar ook voor (nieuwe) contacten met plaatselijke gemeenten uit andere kerkgemeenschappen;
  3. Ook wanneer met de NGK landelijke overeenstemming wordt bereikt, blijft bepaling 6.b uit de Regeling van betekenis voor de contacten met plaatselijke gemeenten uit kerkverbanden waarmee landelijk nog geen overeenstemming is bereikt.

 

Toelichting

De Regeling voor plaatselijk contact en samenwerking zonder landelijke overeenstemming is vastgesteld door de GS Amersfoort 2005.

Door de GS Zwolle Zuid 2008 is bepaald (Acta art. 16 besluit 2,7): ‘revisie van generaal-synodale besluitvorming, ook al is die van oudere datum, dient niet als een ‘nieuwe zaak’ naar art. 30 KO te worden beschouwd.

De raden van Kampen Noord en Kampen Zuid en de classis Dordrecht - Gorinchem mogen dus revisie vragen van een regeling die niet door de voorgaande synode is vastgesteld maar door de GS Amersfoort 2005.

 

Bijlage 2a – Eenheid GKv-NGK/conceptbesluiten

Contacten met de Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK)

 

Materiaal:

  1. rapport deputaten kerkelijke eenheid (DKE) 2013;
  2. brief van de Landelijke Vergadering van de NGK Houten 2010 met als bijlage de besluiten inzake de binnenlandse kerkelijke relaties (7 september 2011);
  3. Acta van de Landelijke Vergadering van de NGK Houten 2010-2011;
  4. brief van de Landelijke Vergadering van de NGK Zeewolde 2013 waarin de Generale Synode Ede 2014 Gods zegen voor het werk wordt toegewenst;
  5. brief van de Landelijke Vergadering van de Nederlands Gereformeerde Kerken Zeewolde 2013–2014 (17 maart 2014), waarin mededeling gedaan wordt van het volgende besluit:
    de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), in Generale Synode te Ede bijeen, uit te nodigen om op DV 31 oktober 2016 samen met de Nederlands Gereformeerde Kerken te verklaren dat de Gereformeerde Kerke (vrijgemaakt) en de Nederlands Gereformeerde Kerken zich in een staat van hereniging bevinden.

Besluit 1:

de brief onder materiaal 5 in behandeling te nemen.

 

Gronden:

  1. de brief is weliswaar na de sluitingsdatum voor ingekomen stukken bij de synode binnen gekomen, maar dit was tijdig aangekondigd;
  2. het concrete verzoek kon niet eerder worden ingezonden, daar de LV eerst op 1 maart 2014 hierover een besluit heeft genomen;
  3. de GS en de LV komen bewust in dezelfde periode samen; het zou onwenselijk zijn als besluiten van die vergaderingen die de onderlinge relaties aangaan meerdere jaren op een antwoord zouden moeten wachten;
  4. in de brief wordt geen nieuwe zaak aan de agenda van de synode toegevoegd; de behandeling past in het kader van de nog te houden bespreking over het rapport van deputaten kerkelijke eenheid met betrekking tot de NGK.

Besluit 2:

met blijdschap kennis te nemen van de rapportage over de gesprekken met de Commissie voor Contact en Samenspreking van de NGK en de resultaten daarvan zoals die verwoord zijn in het rapport en met name in de notitie Tweede Overeenstemming.

 

Grond:

de rapportage geeft er blijk van, dat de gesprekken over de gesprekken over de hermeneutiek en de binding aan de belijdenis een duidelijke eensgezindheid tonen, die o.a. zichtbaar wordt in de notitie Tweede Overeenstemming.

 

Besluit 3:

uit te spreken dat door de overeenstemming in de gesprekken over hermeneutiek de belemmering die er lag vanwege het besluit van de NGK om de ambten voor de zusters der gemeente open te stellen, is weggenomen.

 

Grond:

ondanks het verschil in praktische uitkomsten ten aanzien van de vrouw in het ambt, is gebleken dat we als kerken elkaar vertrouwen kunnen geven inzake de erkenning en aanvaarding van het gezag van de Heilige Schrift.

 

Besluit 4:

de contacten met de NGK voort te zetten en over te gaan van gesprekken naar samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid.

 

Grond:

nu de belangrijkste belemmering is weggenomen, ligt de weg naar samensprekingen over daadwerkelijke kerkelijke eenheid open.

 

Besluit 5:

dankbaar te zijn voor de brief van de LV Zeewolde 2013-2014 en die te beschouwen als een hartelijke aansporing om verder te gaan op de weg naar hereniging.

 

Gronden:

  1. het is vertroostend en verblijdend te constateren dat de Heer van de kerk de NGK en de GKv 50 jaar na de droeve scheuring zo dicht tot elkaar heeft doen naderen;
  2. nu al ingaan op de uitnodiging voor een gezamenlijke verklaring zou betekenen dat de fase van ‘samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid’ in het traject naar kerkelijke eenheid zou worden overgeslagen.

Besluit 6 (oud besluit 7):

deputaten opdracht te geven om - reagerend of juist proactief - in te spelen op steeds wisselende situaties in kerkelijk Nederland. Zij hebben de ruimte om zich creatief en weloverwogen te bewegen op het terrein van de kerkelijke eenheid. Daarbij houden zij in het oog hoe bijzondere situaties in kerkelijke contactoefening zich verhouden tot het streven naar kerkelijke eenheid, plaatselijk en landelijk, nu en in de toekomst. Zij doen dit op basis van voortgaande theologische bezinning. Deputaten zullen van hun handelwijze achteraf verantwoording afleggen aan de volgende synode.

 

Gronden:

  1. deputaten hebben in hun aanvullend rapport duidelijk gemaakt dat de huidige regelingen en kaders in allerlei eigensoortige situaties niet toereikend zijn om de kerken in alle gevallen een bij hun situatie passend advies te kunnen geven;
  2. de synode houdt de verantwoordelijkheid de handelwijze van deputaten te beoordelen.

 

Ter toelichting nog het volgende:

 

Het hier voorgestelde komt in de plaats van het niet aanvaarde besluit 6 en het nog niet genomen

besluit 7.

 

De bespreking op 9 mei jl. maakte duidelijk dat afgevaardigden om verschillende redenen bezwaar hadden tegen het voorgestelde besluit 6. Deputaten bleven met het onbevredigende gevoel achter dat de uitslag van de stemming voor verschillende uitleg vatbaar is, vergelijk het verslag op 10 mei in het ND:

... de uitkomst (..) bleef ongewis. De deputaten mogen zich bezinnen zoveel zij willen, de vergadering sprak zich er niet expliciet over uit. En het verzoek om meer ruimte te bieden aan deputaten werd gisteren nog niet beantwoord.

 

Na overleg met het moderamen leggen wij aan de synode dit nieuwe ‘besluit 6’ voor, dat een bijstelling en verduidelijking betekent van wat in de vorige versie ‘besluit 7’ heette. In dit gewijzigde voorstel vragen deputaten de synode om ruimte en vrijheid om adequaat te kunnen inspelen op situaties die zich voordoen op het gebied van kerkelijke eenheid. Soms is dat in reagerende zin, maar soms ook proactief. Voor zulk deputatenwerk is ongetwijfeld grondige bezinning nodig. Wij kunnen ons niet voorstellen dat iemand in de GS ons het recht en de plicht tot zulke nadere bezinning zal ontzeggen. Daarom hebben wij de bezinning die voorheen wat geïsoleerd in besluit 6 stond in het voorgestelde besluit opnieuw een plaats gegeven, maar nu ingekaderd in de opdracht om (pro)actief op het veld van eenheid bezig te zijn. Dat maakt de bezinning toegespitster.

 

Bijlage 2b – Eenheid GKv-NGK/behandelversie

Contacten met de Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK)

 

Materiaal:

  1. rapport deputaten kerkelijke eenheid (DKE) 2013;
  2. brief van de Landelijke Vergadering van de NGK Houten 2010 met als bijlage de besluiten inzake de binnenlandse kerkelijke relaties (7 september 2011);
  3. Acta van de Landelijke Vergadering van de NGK Houten 2010-2011;
  4. brief van de Landelijke Vergadering van de NGK Zeewolde 2013 waarin de Generale Synode Ede 2014 Gods zegen voor het werk wordt toegewenst;
  5. brief van de Landelijke Vergadering van de Nederlands Gereformeerde Kerken Zeewolde 2013–2014 (17 maart 2014), waarin mededeling gedaan wordt van het volgende besluit: de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), in Generale Synode te Ede bijeen, uit te nodigen om op DV 31 oktober 2016 samen met de Nederlands Gereformeerde Kerken te verklaren dat de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) en de Nederlands Gereformeerde Kerken zich in een staat van hereniging bevinden.

Besluit 1: algemeen

de brief onder materiaal 5 in behandeling te nemen.

 

Gronden:

  1. de brief is weliswaar na de sluitingsdatum voor ingekomen stukken bij de synode binnen gekomen, maar dit was tijdig aangekondigd;
  2. het concrete verzoek kon niet eerder worden ingezonden, daar de LV eerst op 1 maart 2014 hierover een besluit heeft genomen;
  3. de GS en de LV komen bewust in dezelfde periode samen; het zou onwenselijk zijn als besluiten van die vergaderingen die de onderlinge relaties aangaan meerdere jaren op een antwoord zouden moeten wachten;
  4. in de brief wordt geen nieuwe zaak aan de agenda van de synode toegevoegd; de behandeling past in het kader van de nog te houden bespreking over het rapport van deputaten kerkelijke eenheid met betrekking tot de NGK.

Besluit 2: algemeen

met blijdschap kennis te nemen van de rapportage over de gesprekken met de Commissie voor Contact en Samenspreking van de NGK en de resultaten daarvan zoals die verwoord zijn in het rapport en met name in de notitie Tweede Overeenstemming.

 

Grond:

de rapportage geeft er blijk van, dat de gesprekken over de hermeneutiek (vervallen deputaten: en de binding aan de belijdenis) (een duidelijke; vervallen deps) eensgezindheid tonen, die o.a. zichtbaar wordt in de notities Eerste en Tweede Overeenstemming.

 

Verkade: duidelijke wordt groeiende (Vervalt)

 

Soepenberg: de rapportage over de gesprekken over de hermeneutiek, zoals vastgelegd in de notitie Tweede Overeenstemming, geeft blijk van een duidelijke eensgezindheid. O3V10T23

 

Besluit 3: O1T9V26

uit te spreken dat door de overeenstemming in de gesprekken over hermeneutiek de belemmering die er lag vanwege het besluit van de NGK om de ambten voor de zusters der gemeente open te stellen, is weggenomen.

Grond:

ondanks het verschil in praktische uitkomsten ten aanzien van de vrouw in het ambt, is gebleken dat we als kerken elkaar vertrouwen kunnen geven inzake de erkenning en aanvaarding van het gezag van de Heilige Schrift.

 

Besluit 3: Zomer/Verkade (gronden van De Graaff) (teruggenomen met behoud van gevoelen)

uit te spreken dat hoewel het gesprek over de hermeneutiek gaande is binnen de GKv de belemmering, die er in dit opzicht was ten aanzien van de NGK niet is weggenomen

 

Gronden:

  1. ondanks de met dankbaarheid geconstateerde overeenstemming tussen DKE en CCS is er volgens DKE nog wel een verschil gebleven in praktische uitkomsten ten aanzien van de vrouw in het ambt;
  2. nu de synode van de GKv de ambten niet heeft opengesteld voor vrouwen en een deputaatschap heeft ingesteld om de ambtsleer nader te onderzoeken, is de weg voor samensprekingen nog niet vrij.

Besluit 4: O-T1V35

de contacten met de NGK voort te zetten en over te gaan van gesprekken naar samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid.

 

Kruse:…… , waarbij de verschillen m.b.t. de hermeneutiek en de binding aan de belijdenis worden geagendeerd. OV15T21

(Poutsma: tijdpad / komt later )

 

Grond:

nu de belangrijkste belemmering is weggenomen, ligt de weg naar samensprekingen over daadwerkelijke kerkelijke eenheid open.

 

Besluit 4b (Verkade/Kruse): O-V16T20

deputaten op te dragen om zoveel mogelijk bij deze samensprekingen de deputaten van de CGK te betrekken.

 

Grond:

het zou ongewenst zijn dat verdere toenadering van de GKv en de NGK tot verwijdering zou leiden tussen de GKv en de CGK.

 

Besluit 5: algemeen

dankbaar te zijn voor de brief van de LV Zeewolde 2013-2014 en die te beschouwen als een hartelijke aansporing om verder te gaan op de weg naar hereniging.

 

Gronden:

het is vertroostend en verblijdend te constateren dat de Heer van de kerk de NGK en de GKv 50 jaar na de droeve scheuring zo dicht tot elkaar heeft doen naderen;

nu al ingaan op de uitnodiging voor een gezamenlijke verklaring zou betekenen dat de fase van ‘samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid’ in het traject naar kerkelijke eenheid zou worden overgeslagen.

 

Bijlage 2c – Eenheid GKv-NGK/genomen besluiten

Contacten met de Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK)

 

Materiaal:

  1. rapport deputaten kerkelijke eenheid (DKE) 2013;
  2. brief van de Landelijke Vergadering van de NGK Houten 2010 met als bijlage de besluiten inzake de binnenlandse kerkelijke relaties (7 september 2011);
  3. Acta van de Landelijke Vergadering van de NGK Houten 2010-2011;
  4. brief van de Landelijke Vergadering van de NGK Zeewolde 2013 waarin de Generale Synode Ede 2014 Gods zegen voor het werk wordt toegewenst;
  5. brief van de Landelijke Vergadering van de Nederlands Gereformeerde Kerken Zeewolde 2013–2014 (17 maart 2014), waarin mededeling gedaan wordt van het volgende besluit: de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), in Generale Synode te Ede bijeen, uit te nodigen om op DV 31 oktober 2016 samen met de Nederlands Gereformeerde Kerken te verklaren dat de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) en de Nederlands Gereformeerde Kerken zich in een staat van hereniging bevinden.

Besluit 1: algemeen

de brief onder materiaal 5 in behandeling te nemen.

 

Gronden:

  1. de brief is weliswaar na de sluitingsdatum voor ingekomen stukken bij de synode binnen gekomen, maar dit was tijdig aangekondigd;
  2. het concrete verzoek kon niet eerder worden ingezonden, daar de LV eerst op 1 maart 2014 hierover een besluit heeft genomen;
  3. de GS en de LV komen bewust in dezelfde periode samen; het zou onwenselijk zijn als besluiten van die vergaderingen die de onderlinge relaties aangaan meerdere jaren op een antwoord zouden moeten wachten;
  4. in de brief wordt geen nieuwe zaak aan de agenda van de synode toegevoegd; de behandeling past in het kader van de nog te houden bespreking over het rapport van deputaten kerkelijke eenheid met betrekking tot de NGK.

Besluit 2:

met blijdschap kennis te nemen van de rapportage over de gesprekken met de Commissie voor Contact en Samenspreking van de NGK en de resultaten daarvan zoals die verwoord zijn in het rapport en met name in de notitie Tweede Overeenstemming.

 

Grond:

de rapportage geeft er blijk van, dat de gesprekken over de hermeneutiek eensgezindheid tonen, die o.a. zichtbaar wordt in de notities Eerste en Tweede Overeenstemming.

 

Besluit 3:

uit te spreken dat door de overeenstemming in de gesprekken over hermeneutiek de belemmering die er lag vanwege het besluit van de NGK om de ambten voor de zusters der gemeente open te stellen, is weggenomen.

Grond:

ondanks het verschil in praktische uitkomsten ten aanzien van de vrouw in het ambt, is gebleken dat we als kerken elkaar vertrouwen kunnen geven inzake de erkenning en aanvaarding van het gezag van de Heilige Schrift.

 

Besluit 4:

de contacten met de NGK voort te zetten en over te gaan van gesprekken naar samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid.

 

Grond:

nu de belangrijkste belemmering is weggenomen, ligt de weg naar samensprekingen over daadwerkelijke kerkelijke eenheid open.

 

Besluit 5: algemeen

dankbaar te zijn voor de brief van de LV Zeewolde 2013-2014 en die te beschouwen als een hartelijke aansporing om verder te gaan op de weg naar hereniging.

 

Gronden:

het is vertroostend en verblijdend te constateren dat de Heer van de kerk de NGK en de GKv 50 jaar na de droeve scheuring zo dicht tot elkaar heeft doen naderen;

nu al ingaan op de uitnodiging voor een gezamenlijke verklaring zou betekenen dat de fase van ‘samensprekingen met het oog op kerkelijke eenheid’ in het traject naar kerkelijke eenheid zou worden overgeslagen.