Ethiek

Uit de kerken

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Ontwikkelingen in de CGK 3

 

D.J. Bolt

19-11-22

 

Op 22 april 2022 nam de Christelijke Gereformeerde Synode van Dordrecht-Nunspeet na zeer intensieve besprekingen met ruime meerderheid het besluit dat, naar de Schrift uitwijst, de ambten in de kerk niet opengesteld kunnen worden voor vrouwen. Dat was niet nieuw want in 1998 had de generale synode ook al uitgesproken dat volgens de Bijbel 'het gezaghebbend leidinggeven aan de gemeente aan de man en niet aan de vrouw toekomt'.
Sindsdien is het zeer onrustig in de CGK. Want in verschillende zgn. 'samenwerkingsgemeenten', CGK-gemeenten met leden uit GKv en/of NGK, is wel de vrouw-in-ambt geaccepteerd en ook geïmplementeerd. Terwijl toch de kerkelijke afspraak was dat zulke gemeenten zich ook zouden conformeren aan besluiten van de CGK.

Maar het is nog heftiger. Want een aantal 'pure' CGK-gemeenten heeft al ondanks de synodebesluiten toch vrouwen in de ambten aangesteld, waaronder de enorm grote gemeente van Zwolle (ongeveer 5000 leden). In strijd dus met basale kerkelijk afspraken, denk aan het beroemde art. 31 KO.

Waar gaat dat heen?

  

In de komende tijd willen we een aantal waarnemingen doorgeven die we hebben gedaan in allerlei kerkelijke bladen en kranten, zowel die binnen als buiten de CGK verschijnen. En dat voorzien van enig commentaar, want het wel en wee in deze kerken heeft onze intense belangstelling. We hopen en bidden dat de CGK gereformeerde, d.w.z. orthodox-gereformeerde (moet er tegenwoordig bij) kerken mogen blijven. Alleen dan is er perspectief voor kerkelijke eenheid van hen die van harte willen blijven in 'het geloof dat ons door de vaderen is overgeleverd', en dat verwoord werd in de gereformeerde confessies.

 

De waarnemingen worden op volgorde van datum weergegeven.

 


 

Reformatorisch Dagblad, 25 maart 2022

 

Het blad bericht over een uitspraak van de Particuliere Synode (PS) van het Westen.
Wat is het geval? De samenwerkingsgemeente van CGK en GKv te IJmuiden ('CGKv') had in 2019 als eerste kerk een vrouwelijke ambtsdrager benoemd. In september 2020 volgde CGKv Hilversum. Synodebesprekingen en –besluiten werden niet afgewacht en het besluit van 1998 genegeerd: géén vrouw-in-ambt! Hoe kregen de gemeenten dit rond?

Deze kerken gingen creatief redeneren. Weliswaar had de synode van 1998 in meerderheid tégen vrouw-in-ambt gestemd, maar het minderheidsstandpunt dat wél ruimte zag werd in de besluittekst niet expliciet als onbijbels veroordeeld. Nou dan! Dus de aanstelling van vrouwelijke ambtsdragers was 'dus' níet als onbijbels aangemerkt.

De classes Amsterdam resp. Haarlem konden zich ook wel vinden in deze slimme vondst en lieten de gemeenten ongemoeid want was immers 'geen principieel Bijbelse regel' overtreden…?


Maar vier kerkenraden (Urk-Maranatha, Urk-Eben-Haëzer, Nunspeet en Dordrecht-Centrum) dienden bij de particuliere synode van het Westen appelschriften in tegen deze gang van zaken. Deze regionale synode gaf de indieners gelijk. Want

 

'Het feit dat de generale synode van 1998 de visie van het minderheidsrapport niet expliciet veroordeeld heeft, kan niet gelezen worden als een impliciete legitimatie ervan. De aanvaarding van het meerderheidsrapport betekent juist dat de synode het minderheidsrapport impliciet afwees.'

 

Vanzelfsprekend.
Bovendien oordeelde de PS dat het een classis niet toekomt uitspraken over de leer te doen, dat is voorbehouden aan de gezamenlijke kerken, bijeen in de generale synode. Dáár worden uitspraken over 'de Schriftuurlijkheid van enig standpunt' gedaan.
 

De PS waarschuwde de betrokkenen dat zij met hun gedrag de eenheid van de kerken op het spel zetten! En de classes hadden de kerkenraden dienen te vermanen.
Gewoon gereformeerd dus.

 

Synodebesluit MV, 22 april 2022

 

De generale synode Dordrecht-Nun­speet 2019-2022 nam met ruime meerderheid van stemmen drie (deel-)besluiten aan waarvan de strekking samengevat[1] als volgt kan worden weergegeven:

  1. Afkeuring van plaatselijk negeren van landelijke besluiten die eerder genomen zijn met een beroep op Schrift en belijdenis. En daarbij een dringend appel op de kerken (ook samenwerkingsgemeenten) zich te gaan houden aan zulke synodale besluiten.
     
  2. Mannen en vrouwen hebben in de christelijke gemeente blijvend een eigen roeping. Het onderwijzen in de samenkomst van de gemeente en het geestelijk leidinggeven aan de gemeente komen alleen bekwame mannen toe. In de CGK is daarom geen ruimte voor een praktijk van vrouwelijke ambtsdragers.
     
  3. De plaats in het kerkverband van kerken die zich niet voegen naar principiële beslissingen van meerdere vergaderingen, wordt heel moeilijk, zo niet onmogelijk. Deze kerken zondigen tegen de liefde en moeten vermaand worden.

Bewaar het Pand, 9 juni 2022

 

Het in de CGK verschijnende blad meldt dat ook CGK Lelystad aangekondigd heeft over te gaan tot het bevestigen van vrouwelijke ambtsdragers. En

 

'… dit alles dwars tegen de besluiten van de GS in en tegen de geldende regels van de kerkorde. In plaats van de kerkelijke weg van revisie te gaan legt men de besluiten van de GS naast zich neer gaat eigen wegen. V.d. Staaij geeft weer wat de GS heeft besloten [zie volgende waarneming, djb]. Het is diep bedroevend, zwaar teleurstellend. Het getuigt van opzettelijke kerkelijke ongehoorzaamheid wat Zwolle gedaan heeft en Lelystad van plan is om te doen. Ernstig vermaan is noodzakelijk, pas daarna kan er sprake zijn van tuchtmaatregelen.'

 

Bewaar het Pand, 9 juni 2022

 

Ds. W.L van der Staaij reflecteert op het synodegebeuren. Hij vermeldt dat tussen de voorlaatste en de laat­ste synodeweek de kerk van Zwolle nog naar buiten kwam met een kanselboodschap. Daarin gaf deze kerkenraad aan dat het synodebesluit van 22 april niets zal veranderen aan zijn beleid m.b.t. de vrouw-in-ambt. Wat dat voor con­sequenties zal hebben voor de plek van Zwolle in het kerkverband, 'zal de tijd leren', aldus de kerkenraad, haast laconiek.

Het moderamen van de synode meent hier niet op te moeten reageren maar het over te laten aan een taakgroep die zich met zulke situaties moet gaan bezighouden.

 

Hoe moet het verder met de 'samenwerkingskerken' als volgend jaar GKv en NGK verenigen tot een fusiekerk waarin vrouw-in-ambt, homoseksuele relaties, kinderen aan het Avondmaal, geen probleem meer vormen maar praktijk zijn?
Synodelid ds. N.C. Smits uit Pur­merend, inmiddels Papendrecht, wilde die samenwerking 'gewoon', zonder voorwaarden, voortzetten. Maar de synode besloot anders. Nieuw te vormen en be­staande samenwerkingsgemeenten zijn gebonden aan kerkelijke uit­spraken van de CGK, of het nu gaat om vrouwelijke ambtsdragers, of om de vraag wie er wel of niet aan het Heilig Avond­maal mogen worden toegelaten. En ook zijn niet-CGK ambtsdragers uit samenwerkingsgemeenten niet welkom op 'meerdere' kerkelijke vergadering van de CGK.

 

Het lijkt ons heel terecht. Misschien zou het goed zijn heel het fenomeen 'samenwerkingsgemeente' eens tegen het licht te houden. De rampzalige gevolgen voor leer en leven zijn toch onmiskenbaar?

 

Wat mag bij afsluiten van de synode worden verwacht? Van der Staaij

 

'In elk geval dat alle kerken 'zich houden aan de nu gemaakte afspra­ken rond vrouwen, ambt en kerke­lijke eenheid. Dat classes de kerken die zich ondanks alles niet houden aan synodale afspraken, duidelijk maken dat die daarmee de kerke­lijke eenheid beschadigen en wie daarmee blijft doorgaan de band aan het verbreken is. Want het is toch niet zo ingewikkeld? Van wie zich vrijwillig hebben aangesloten bij de christelijke gereformeerde kerken mag je verwachten dat ze zich hou­den aan hun eigen toezegging om zich te houden aan de eigen syno­debesluiten.'

 

Zo is het toch! En als dat pijn doet, zoals sommige (samenwerkings)gemeenten ervaren 'omdat hun eigen synode hen in de kou laat staan', dan weet de predikant nog wel van een andere pijn te spreken:

 

'… het kan geen kwaad om dan ook eens te wijzen op de diepe pijn die er wordt ge­voeld bij degenen die willen blijven staan op het aloude fundament. En in die weg mogen we ook nog altijd de zegen van de HEERE verwachten. En juist daarom doet het pijn als er wordt geknaagd aan dingen die onder ons volkomen zekerheid heb­ben. Doet het pijn als belangrijke besluiten niet worden gerespecteerd en daarmee eigen wegen worden gegaan.'

Maar laat ondertussen één ding wel helder blijven. Wie verdienen er kerkelijk begrip? Degenen die de genomen besluiten respecteren. En wie dat niet doet? Dat kan geen goedkeuring wegdragen.

 

De Wekker, 8 juli 2022 nr 23

 

Het landelijk CGK kerkblad meldt het een en ander van de Particuliere Synode (PS) van het Westen die vergaderde op 18 mei en 29 juni 2022.

De classis Amsterdam heeft op initiatief van de CGK Zaandam een instructie ingediend om door te sturen naar de generale synode van 2024. De instructie beoogt ruimte te bieden aan kinderen aan het Heilig Avondmaal. Maar de classis  dient zoiets volgens nieuwe regels zelf aan de generale synode te sturen.

 

Er wordt intensief gesproken over het besluit van de classis Amsterdam om CGKv Hilversum niet te vermanen m.b.t. de invoering van vrouw-in-ambt. Volgens PS behoort Hilversum volgens het kerkrecht wél dringend aangesproken te worden op het feit dat zij bewust afwijkt van synodale uitspraken, en ook opgeroepen te worden terug te keren van haar besluit. CGK Hilversum 'zondigt ten diepste tegen de liefde, zet de kerkelijke eenheid op het spel, en gedraagt zich­zelf censurabel'. De PS roept Hilversum op  hiervan terug te keren.

 

Dat kan dus niet zonder gevolgen blijven.

 

GKv kerkbode van het Midden, 8 juli 2022

 

Ook in de vrijgemaakte pers wordt regelmatig aandacht geschonken aan de ontwikkelingen in de CGK. Zo schetst de vrijgemaakte drs. P. Houtman de impasse waarin de Christelijke Gereformeerde Kerken verkeren en de dilemma's waarvoor zij staan. Hij benadert deze vooral vanuit de gezichtspunten van kerkgeschiedenis en sociologie, zo zegt hij, en schetst de situatie in de CGK als volgt

 

'De spanning in de CGK is tot het uiter­ste gestegen. De synode heeft ge­zegd: het mag niet; tegelijkertijd zijn er kerken die de Rubicon al zijn over­gegaan. Zware woorden en harde ver­wijten zijn er uitgewisseld. Kerken die vrouwen in de ambten hebben beves­tigd zeggen: wij kunnen niet anders en wij draaien dit beleid niet terug. Van de andere kant is te horen: dit is ontrouw aan de Schrift. Er zijn ook po­gingen om olie op de golven te gooi­en door aan te dringen op liefde en het bewaren van de onderlinge band.

Die laatste houding maakt misschien geestelijk nog de meeste indruk. Dringt de Bijbel niet voor alles aan op eenheid? Het is altijd een typisch ken­merk van de CGK geweest, en tegelij­kertijd een principe waardoor dit kerkverband zich wilde onderschei­den: bij ons zijn er dan wel grote ver­schillen in ligging, maar we houden elkaar vast! Dat kan ook rekenen op veel waardering van buitenaf.'

 

Deze schets lijkt aardig de situatie te dekken. Tegelijk lokt dat 'typische kenmerk van de CGK' kritisch commentaar uit. Het is hier nu niet de plaats om er uitgebreid op in te gaan. Maar is juist dat kenmerk van 'wij zijn de ware kerk van de eenheid' niet gebleken een fundamenteel tekort met zich mee te brengen aan echt gereformeerd oecumenisch besef? Het koesteren van het 'eigene' - de 'middenpositie' en de 'toe-eigening des heils' – betekende afstand houden tot werkelijke gemeenschap in Christus met andere gereformeerden.[2] Met de 'samenwerkingsgemeenten' wordt dit denken ernstig aangetast.
Genoeg daarover op dit moment.

 

Houtman geeft een kort resumé van de historie van de hervormde, gereformeerde kerken. Sinds de synode van Dordrecht 1618/19 is het kerkelijk klimaat volstrekt anders geworden, constateert hij. Toen was het uitgangspunt nog: de kerk is één, er is één gerefor­meerde of hervormde kerk, gestalte gekregen na de verwording van 'Rome'. Ook in die tijd waren er afsplitsingen, vooral de Remonstranten kwamen er buiten te staan, maar het was officieel duide­lijk wat de kerk was, waarvoor 'de' kerkorde gold. Echter nu is er een waaier van kerken 'die het mogelijk maken dat als je in het ene verband je gelijk niet kunt krijgen, je kunt overgaan naar een ander verband. En 'bij wat nu de PKN is, kun je altijd terecht'.

 

CGK lijken zich in een patstelling te bevinden, denkt Houtman, twee 'partijen' die elkaar in een greep houden waaruit geen ontsnapping en waarin geen bewe­ging meer mogelijk is: 'Zon­der overdrijving kun je dat een crisis noemen. Dit kan zo niet voortduren. Het is buigen of barsten. De vraag is wel: wie zal het eerst bewegen?
De scribent probeert zich in te denken wat er zou kunnen gebeuren, en ziet drie mogelijkheden.

De eerste mogelijkheid is dat er maatregelen worden genomen als men niet bereid blijkt de synodebesluiten te aanvaarden en de consequenties ervan te nemen. En dus buiten het kerkverband komt te staan. Houtman ziet al wat er dan zal gebeuren
 

'Dan zal er geschreeuwd wor­den dat de synodepartij haar eigen mening gelijkstelt met het woord van God, dat ze hardvochtig en liefdeloos is, dat ze de eenheid die er in Christus is en waartoe wij allen geroepen wor­den, geweld aandoet.'

 

Een andere mogelijkheid is dat de samenwerkingsgemeenten met vrou­welijke ambtsdragers zelf zich af­scheiden. Maar Houtman acht dat niet waarschijn­lijk:

 

'ze laten het erop aankomen dat ze buiten het kerkverband worden gezet. Ze kun­nen dan de houding van slachtoffers aannemen: wij wilden graag de een­heid vasthouden, maar wij zijn slacht­offers van het liefdeloos doordrijven van de andere kant. Dat zal begrip en sympathie opleveren bij de buiten­wacht.'

 

De laatste mogelijkheid die Houtman ziet is dat beide partijen ondanks alles samen verder gaan in het ene kerkverband. Met veel discussies en 'bittere woorden van beide kanten'. Daarmee zou de CGK wel voldoen aan haar kenmerkende stijl.

De auteur filosofeert nog wat verder over de gevolgen als het kerkverband scheurt. Misschien dat het 'orthodoxe deel' tot vereniging komt met de twee kerkverbanden die ontstaan zijn uit vergelijkbare ontwikkelingen in de GKv. Het andere deel, en ook de NeGK, kunnen een plek vinden in de PKN.

 


 

Tot zover deze keer. Maar er is veel meer. We hopen de volgende keer o.a. weer te geven hoe de voormannen van GKv en NGK, dr. M.H. Oosterhuis resp. ds. F. Schippers over de ontwikkelingen in CGK denken. En ook, veel belangrijker, prof. dr. H.G.L. Peels, hoogleraar Oude Testament aan de theologische universiteit in Apeldoorn.

 

Wordt vervolgd.

 

NOTEN

[1] Zie voor de besluitteksten Knikkende knieën of rechte ruggen 3, click hier.

[2] Ontwikkelingen in de CGK 1, click hier.