Printen

Dag Fokko 2

 

D.J. Bolt

14-11-15

 

Het was beslist een geanimeerde bijeenkomst, dat Symposium ter gelegenheid van vijftig jaar Tehuis-gemeente. De verwelkoming was allerhartelijkst en de ruime voorraad hapjes en drankjes gaven toch een feestelijk tintje aan deze, nou ja, we mogen het dan eigenlijk niet zeggen maar doen het toch, viering van vijftig jaar kerkscheuring.

Want de Tehuis-gemeente bestaat nog steeds en we hebben geen tekenen waargenomen dat men denkt aan opheffen. Integendeel, men exerceert met man/vrouw en macht vermeerdering van eigen relevantie voor Stad en Ommeland. Als progressieve voorhoede van modern christendom probeert men niet minder dan een doorbraak in de Groningse oecumene te bewerkstellingen. En daarvan was het Symposium dan ook nadrukkelijk een exponent.

 

We waren er bij aanwezig. Niet omdat we graag een bijdrage aan de feestvreugde in deze kerk wilden leveren, we hebben nogal wat gemengde gevoelens over haar ontstaan om het zachtjes te zeggen. En daarom hebben we ons ook niet gemengd in de discussies hoewel we soms de neiging er toe nauwelijks konden onderdrukken. Maar we waren heel benieuwd hoe deze gemeente die in de zestiger jaren als een schismakatalysator heeft gewerkt in het ontstaan van de 'buitenverband kerken' - nu Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK) geheten - zélf terugkijkt op haar eigen ontstaansgeschiedenis en hoe men kerkzijn in deze tijd ziet. Zou er misschien sprake zijn van enige zelfreflectie?

En ook, wat is het fundament waarop deze gemeente nu bouwt, oftewel wat is haar identiteit? Welke rol speelt de gereformeerde belijdenis daarin gezien het feit dat zij behoort bij het verband van de Nederlands Gereformeerde Kerken die zo graag wil verenigen met die andere loot aan de gereformeerde stam?

 

We werden daarbij natuurlijk getriggerd door het interview van prof. mr. dr. F.T. Oldenhuis dat we de vorige keer weergaven. En ook door een viertal stellingen waarvan de deelnemers aan het Symposium van te voren kennis konden nemen. Het interessante was dat een aantal prominenten er al schriftelijk, soms ontdekkend commentaar op had gegeven. We komen er later op terug.

Kortom, er was veel waar te nemen. En we willen onze lezers daarvan deelgenoten maken. En natuurlijk ook proberen te analyseren wat er aan de hand is in de Martinitoor'n-stad in relatie tot de cultuur waarin we leven, het postmodernisme en theologische ontwikkelingen in vrijgemaakt-theologische hoek. Dat hopen we in de volgende aflevering te doen, nu eerst een verslag van het seminar.

 

De hoofdpunten van het programma waren:

 

Tehuis in vogelvlucht
Toespraak gemeentelid Joop Vogel


Samenbindende kracht? De uitdagingen van een city church

Toespraak prof. dr James Kennedy

 

Wat is de betekenis van de kerk van Christus in deze tijd in Groningen-Stad? Hoe gaan we als kerken met elkaar om?
Forum o.l.v. Marion Verkade, lid van de Tehuis-gemeente:

 

Afsluiting: ds. Dick Mak, predikant van de Tehuis-gemeente.

 

Het Symposium werd naar schatting door ongeveer 100 mensen bijgewoond. We zagen weinig of geen prominenten van NGK- en GKv-zijde. Verrassend was de aanwezigheid van een geestelijke uit de Russisch Orthodoxe kerk die in ambtskledij acte de presence gaf. Die kon je natuurlijk niet over het hoofd zien en werd dan ook nadrukkelijk welkom geheten.

 

Tehuis in vogelvlucht

Joop Vogel, lid Tehuis-gemeente

 

Ten gevolge van een kerkelijk conflict werd de gemeente vijftig jaar geleden buiten het verband van de GKv geplaatst. In de kerkelijke verwarring van die tijd zocht de gemeente met nieuw elan naar een eigen identiteit. Karakteristiek voor haar zijn: interne dialoog, geen dwangbuis, missionair, divers, vrolijk en orthodox. Dus voluit gemeente van Jezus Christus.

De gemeente heeft zich bevrijd van het beklemmende klimaat van de zestiger jaren, waarin onderwerpen als de Vrijmaking, ethisch conflict, doorgaande reformatie, absolute waarheden en ware/valse kerk de toon aangaven, zie het boek van Ab van Langevelde. Er zou maar één uitleg van de Schrift mogelijk zijn, een zwart-wit denken dat nu niet meer is te begrijpen.
Zo werd ds. A. van de Ziel op 29 oktober 1963 afgezet terwijl hij alleen maar vroeg of samenspreking of hereniging met de synodaal-gereformeerde kerken mogelijk was. Twee dagen later belegden onder zijn leiding 600 leden van de Groningse kerken hun eerste eigen kerkdienst in Het Tehuis. Maar onmiddellijk kwam er een brief van de vrijgemaakte kerkenraad van Groningen-Zuid dat dit een schismatieke actie was.

Later, 31 oktober 1966 verscheen de Open Brief die de broeders en zusters van de Tehuis-gemeente een hart onder de riem stak. De brief werd de aanleiding tot het ontstaan van 'de kerken buiten het verband', de latere Nederlands Gereformeerde Kerken.
 

Ds. Van der Ziel ging in 1968 over naar de synodaal-gereformeerde Westerkerk, samen met 600 leden. Er bleven nog ongeveer 100 leden achter. In 1969 kreeg de gemeente weer een predikant, ds. Kranenburg. Er brak een tijd van opbouw aan. Al spoedig werden ambten opengesteld voor vrouwen - 1970. De aanstekelijke ds. M.R. van den Berg leidde de gemeente vanaf 1979. Na 10 jaar discussie mochten de kinderen deelnemen aan het Avondmaal.
Na het plotselinge sterven van ds. Kurpershoek in 2014 kwam de huidige predikant ds. Mak over van de GKv.


De Tehuis-gemeente komt voort uit de gereformeerde traditie. Het is een levende gemeenschap die de Bijbel als bron heeft en waarin liefde het bindmiddel is. Een bezielde gemeente en kerkenraad die wandelen met God.
We zijn dankbaar voor alles wat God ons heeft gegeven.

 

Samenbindende kracht? De uitdagingen van een city church

Prof. dr James Kennedy, hoogleraar VU en dean University College Utrecht

 

Vijftig jaar geleden ging nog ongeveer 1 op de 2 mensen naar de kerk. Maar de grote verdeeldheid tussen Rome en Reformatie, tussen Gereformeerd en Hervormd ervoer men als schande en men zag een grootse oecumenische taak hier. Zo ook ds. A. van de Ziel. Overigens ook de tegenstanders van hem waren oecumenisch gedreven.
De verschrikkingen van de tweede wereldoorlog en de honger in de wereld drongen tot bundeling van krachten. Er lag een enorme opdracht. Er gloorde een lente van hoop. Dat was de wereld van 1965.

 

Maar het is anders gelopen. Successen waren er meer internationaal, hoewel ook nationaal wel iets te melden valt zoals bijvoorbeeld de samenwerking in de Raad van Kerken. Maar toch groeide er een organisatorische vervreemding. Zo stichtte Van der Ziel met de zijnen ook een eigen kerkverband.

 

Maar de oecumene kreeg een nieuwe wending. Christenen gingen hun geloof delen ongeacht hun kerkelijke afkomst. Jongeren vonden kerkelijke erkenning minder belangrijk. Samenwerking gebeurt nu meer informeel, denk aan het gedurfde en sympathieke interview van Oldenhuis in het ND. Maar de vraag is wél of de kansel een vlootschouw moet worden.
 

De nieuwe oecumene relativeert veel. Over de belijdenis wordt op een veel lager niveau gesproken. Het gaat vooral om beleving. Het is een soort alledag-oecumene. Zonder relativering zou er geen nieuwe oecumene zijn gekomen. Er wordt nu veel minder gefocust op de kerk en de leer dan in 1965. Toen ging de dialoog over de leer, nu gaat het om het engagement met de wereld. Dat wordt overigens wel overvleugeld door initiatieven vanuit de wereld zelf, neem bijvoorbeeld Amnesty International, de milieubeweging en allerlei acties voor vrede.

 

Waar staat de kerk, wat bindt haar (nog) samen? Activiteiten, maar die vinden dan vaak wel plaats op andere continenten, vergelijk bijvoorbeeld Pax Christi projecten in Azië en Afrika. De droom van de jaren '80 is niet uitgekomen. Kerken zijn verlegen over de vraag waarin samenbinding moet worden gezocht. De vraag dringt zich op wat de inhoud van het geloof nog is. Het leidde tot crises, vertwijfeling, defaitisme.
Wel kwam er een evangelicale impuls, denk bijvoorbeeld aan de EO, maar ook deze beweging groeit niet meer.

 

Rond 1990 waren de afzonderlijke evangelisatieprojecten van de Tehuis-gemeente nog gericht op het 'zielenheil'. Maar dat bleek steeds minder haalbaar. Er kwam een kentering: wat was er voor kerken nog wél mogelijk in de marge van de samenleving?
De civic church kwam op met als speerpunt de vraag wat de gemeente kan betekenen voor de buurt, de stad. Daarbij ligt de nadruk op kleinschaligheid. Wat kan de kerk doen in de arena die de seculiere stad is? De kerk wordt gedrongen door de veranderende geestelijke samenstelling van de bevolking. En ook door een overheid die vraagt naar de samenbindende kracht van de kerken voor de samenleving.

 

In het postmoderne klimaat heeft individueel ondernemerschap een accent gekregen, ook in de kerk. Geïnspireerde kerkleden gaan de eigen straat op, de eigen buurt in. Er zijn zo twee soorten kerken te onderscheiden: kerken waarin het accent ligt op onderlinge verwantschap, méér dan op betrokkenheid naar buiten, en kerken waarin betrokkenheid op de samenleving primair is en de onderlinge cohesie op het tweede plan staat.

 

Te stellen dat de civic church er is voor de stad, is echter te oppervlakkig. Het diep zelfverstaan als kerk van Christus blijft noodzakelijk. Ook voor 'the life of the world'. Wij zijn bannelingen, die niet 'thuis zijn' in deze wereld. Ons thuisland is elders, denk aan de theologie van Jeremia. Zo moeten ook wij ons blijven herinneren waar we vandaan komen en levend houden wat is gebeurd. Een leven van hoop dat eens tot voltooiing zal komen. Daarom blijven we onze erediensten houden, zorgen voor zieken en buitenstaanders, zoeken het heil en welzijn voor de stad naar de opdracht als in Jeremia 29:7.

Ballingen weten niet wanneer de oogst klaar is. Zij zijn geduldig en willen niet nú al resultaten zien of succesvol zijn. Maar ze zijn wel als christenen in Christus verbonden voor het welzijn van de stad.

 

Bespreking

 

We geven een samenvatting van de beantwoording van vragen.

 

In onze wereld is niet alles maakbaar of oplosbaar. Dat vergt geduld van ons. Wij kunnen niet ieder gelukkig maken en dat wordt ook niet gevraagd. We kunnen een ontspannen houding aannemen als we het bredere perspectief maar zien zodat we niet overal hijgerig achteraan lopen.

 

Er is een golfbeweging van 'leer' naar 'gevoel'. We zijn bescheidener geworden wat de leer betreft. Of de golf doorgaat van 'gevoel' naar 'leer'? Het is te hopen dat over zeg, 20 jaar de kerk die 'leer' nog wel kan bieden en dat het kerkelijke leven daar dan ook profijt van zal hebben.

 

We zijn 'ballingen' en tegelijk gaan we als leden van de civic church de straat op. Beide zaken moeten worden vastgehouden. We zijn een 'ander volk' maar bekommeren ons ook over de samenleving. In de USA bijvoorbeeld blijken kerken die beide beoefenen ook elkaar vast te kunnen houden.

 

George Barna heeft 'ondernemerschap' beschreven als de activiteit van kerkleden die zelf initiatieven ontplooien, armen helpen, kennis overdragen zonder dat daarbij het kerkinstituut betrokken is, leiding geeft. Mensen geven daaraan voorkeur. Zo is er een voorbeeld waarbij 17 ambtsdragers aftraden en er geen opvolgers konden worden gevonden maar er wel bereidheid bleek allerlei korte en beperkte activiteiten uit te voeren.
Jongeren zeggen dat ze wel geloven maar tegelijk het instituut kerk niet zien zitten. Echter dat is heilloos. In de kerk, net als in elke vereniging, zullen er bestuurders moeten zijn.

 

Kerken van de kleine oecumene zijn bezig toenadering tot de PKN te zoeken. Maar toenadering tot de RK is nog twee 'galaxies' verder. De relatie met de PKN is al moeilijk genoeg.

 

De-intellectualisering van het geloof leidt tot relativering. Als geloof niet meer op goede gronden rust bestaat de kerk er dan nog wel over 50 jaar? Dat is de vraag waar we moeilijk antwoord op kunnen geven. We moeten ons zorgen maken over de 'witte gebieden' waar niet of nauwelijks nog kerken (zullen) zijn. Voor de stedelijke kerken hoeven we door de grote(re) dynamiek er in niet zo te vrezen. 

 

Activiteiten en getuigenissen van 'particuliere ondernemers' en het 'collectief' zijn beide belangrijk. Maar individuele initiatieven hebben wel weinig positieve invloed op de kerkgemeenschap zelf terwijl gezamenlijke activiteiten leiden tot meer collectief zelfverstaan.

 

Naast de kleine oecumene GKv, NGK, CGK is er ook zoiets aan de andere kant: remonstranten, doopsgezinden, Lutheranen. Er is een nogal groot verschil in de leer, namelijk aan de ene kant nadruk op de verzoening door Jezus, en aan de andere kant Hem zien als een inspirerend mens.
Het is goed om de ander te leren kennen, om zo theologisch te kunnen articuleren. Vaak ontstaan gesprekken tussen zulke kerkengroepen bij de gezamenlijke uitvoering van projecten.
 

Forum

 

De deelnemers stelden zich kort voor. Het gegeven profiel laten we steeds cursief volgen door een samenvatting van hun eigen introductie.  

 

Roelof Alkema is Pastor zorg in de Vrije Baptistengemeente Groningen (VBG). Verder werkt hij aan een dissertatie (TU Kampen) over de verwerking van evangelietradities in nieuwtestamentische brieven. Roelof doceert Nieuwe Testament aan de Evangelische Toerusting School (ETS) en schrijft mee aan een onderwijsmodule over de Paulinische brieven voor de Evangelische Theologische Academie (ETA).

'Het is de roeping de liefde van God door te geven. Na een roerige tijd is er nu herkenning over kerkmuren heen. Het is roeping zowel persoonlijk als als kerk bezig te zijn in de samenleving.'

 

Marijke Bootsma-de Langen is ouderling, kerkrentmeester, voorzitter van de wijkkerkenraad van de Nieuwe Kerk en voorzitter van het College van Kerkrentmeesters van de Protestantse Gemeente te Groningen. Ze was tijdens haar studie medicijnen betrokken bij het studentenpastoraat in Groningen. Marijke Bootsma was in 1972 medeoprichter van het gezondheidscentrum Lewenborg waar ze tot haar pensioen huisarts was.

 

'Ik wil vormgeven aan de kerk in de stad en daarvoor structureel bijdragen aan projecten. Zo werken we in de samenleving, de wijngaard van de Heer. Niet evangeliserend maar wel verbindend'.

 

Pia Lokin-Sassen is lector in de St. Jozefkerk in Groningen. Ze werkte als advocaat, procureur, docent staatsrecht en rechter. Voor het CDA bekleedde zij diverse functies waaronder het lidmaatschap van de Eerste Kamer. Pia Lokin is directeur-medevennoot van uitgeverij Chimaira en geeft boeken uit over het Romeinse recht.

 

'Ik wil me inzetten voor de oecumene. Sinds 1950 is er openheid gekomen over en weer. Vooroordelen moeten overwonnen worden. Als familie van elkaar moet leerstelligheid verbleken en moeten we scherpslijperij zien kwijt te raken. Het christelijk geloof is prachtig en we moeten er trots op zijn om dat door te geven.'

 

Heleen Reinders-Messelink is ruim 20 jaar lid van Groningen Oost (GKV) en onder andere betrokken bij het opzetten van het kringenwerk en missionaire activiteiten. Heleen is bewegingswetenschapper en werkzaam als beleidsmedewerker wetenschappelijk onderzoek bij Revalidatie Friesland.

'Ik wil graag samenwerken met andere christenen in de Stad en vermeld dat er een nauwe samenwerking met de Vrije Baptistengemeente Groningen (VBG) is.'

 

Marion Verkade is sinds 1998 lid van de Tehuisgemeente. Ze zat vijf jaar in de kerkenraad waarvan drie als voorzitter. Marion is psychotherapeut en geeft inhoudelijk leiding aan een forensische polikliniek.

 

'We hebben minder last van vooroordelen doordat we gemakkelijker dialogen aangaan. We moeten naar buiten treden zodat we elkaar tegenkomen.'

 

Discussie

 

We geven steeds kort het onderwerp aan en vatten daarna de bijdragen samen van de forumleden, die we gemakshalve met hun voornaam aanduiden zoals dat ook in de discussie gebeurde. Marion leidde het forum.

 

Kerkelijk gezag

 

Roelof (VBG): Het kerkelijk gezag is weg, daarom kunnen we hier ook zo staan. Christenen zijn geëmancipeerd. Ze zijn sterk geworteld in de Schrift, in Christus. We werken samen in dezelfde wijngaard. We hebben hetzelfde geloof en overtuiging. We staan onder het directe gezag van God, dat is een zegen. Wij zijn naar 1Johannes allemaal leraars en 'hebben niet nodig dat iemand ons leert'.
Ik ben niet zo somber als Kennedy over de situatie in kerkelijk Nederland.

 

Heleen (GKv): Samenwerking levert meer op dan verloren gaat. We moeten het gewoon doen. Dat levert meer op dan scherpslijperij.

 

Pia (RK): Het moet geen eenheidsworst worden, de invulling kan verschillend zijn. We kunnen wereldwijd één zijn en toch een waaier laten zien van mogelijkheden. Bijvoorbeeld: in de RK zijn er geen vrouwen in de ambten, in de protestantse kerken wel.
Bij scheuringen is er vaak wel wat aan de hand. Haarkloverij is ook niet zo erg als het maar geen verkettering wordt. Wierenga ziet een bepaalde waarheid, maar de waarheid groeit in het geloof. Je kunt van iets overtuigd zijn maar moet wel de mogelijkheid openhouden dat je het verkeerd ziet. Benadruk waarin je overeenstemt.

 

Marion (NGK): Als samen in één huis wonen betekent dat je steeds ruzie hebt dan is het beter om dat niet te lang vol te houden en gescheiden te gaan wonen. Dan kun je vanuit je eigen plek in liefde samenleven.

 

Marijke (PKN): Het wordt nog erger bij een erfenis. [hilariteit]

 

Waarheid

 

Roelof (VBG): Johannes spreekt over eenheid en waarheid. Wat is waarheid? Er zijn ook kinderen van de duivel. Ergens moet je toch wel strepen trekken en daar voor blijven staan. Andere christenen moet je blijven herkennen. Maar ook weer niet afglijden tot het niveau van 'een en al liefde'.

 

Pia (RK): Met leer en hiërarchie kan ik niet mijn hele leven bezig zijn. Daar hebben we theologen voor. Verschillen spelen wel degelijk een rol. Het gaat om eren van en dank aan God. Om liturgie en sacramenten. Dat zou ik niet graag verliezen. Maar dat hoeft ook niet. Je respecteert elkaar ook als de ander dwaalt. Leermeester Donner zei: Godsdienstvrijheid gaat niet over de waarheid.
In de Heidelbergse Catechismus wordt de mis een vervloekte afgoderij genoemd maar we hakken elkaar daarom niet meer de kop af. Dat is de essentie. De een gelooft dat het zus is, de ander zo. Er is een absolute waarheid, er is één die uiteindelijk gelijk heeft… En dat ben ik. [hilariteit]

 

Marijke (PKN): De afname van kennis moet niet leiden tot domheid. Verschillen mogen er zijn. Wrijving geeft immers ook warmte. Kennis moet praktisch worden gemaakt.

 

Heleen (GKv): De beeldspraak 'ballingen' helpt. Christenen maken verschil: niet roddelen, waarheid spreken, de ander hoog achten. Alles ten bate van de Stad.

 

Roelof (VBG): Het is beter i.p.v. ballingschap over 'vreemdelingschap' te spreken. Er is een missie om het evangelie te verkondigen in een wereld die vervreemd is van God.

We kunnen onze waarheid ook relativeren. Immers Jezus zegt als Persoon: Ik ben de waarheid.

 

Heleen (GKv): Johannes 17 spreekt over de waarheid. Die is zó megagroot.

 

Roelof (VBG): Christenen worden niet aangesproken door een opeenstapeling van leerstellingen maar door een Persoon. De Bijbel ligt daaronder.
 

Marijke (PKN): Jezus is de Enige die het kan zeggen.

 

Leer en leven

 

Marion (NGK): We moeten gewoon aan de slag gaan. Uit het hoofd naar de handen. Eerst maar gaan doen. Dat heeft ook veel invloed op de opvattingen van mensen.

 

Heleen (GKv): Met het uitwisselen van dominees verandert er niets. Jongeren weten niets van de kerkgeschiedenis. We moeten samen met alle christenen dingen doen, zoals bijvoorbeeld 'de Passion'.

 

Marijke (PKN): Het is verspilde energie om elkaar over de leer aan te spreken. Geen discussie maar samen projecten doen. Leerstelligheid verlaten. Gewoon laagkerkelijk op een pragmatische manier samenwerken. Over de dingen heen stappen.

 

Iemand uit de zaal: Het zou mooi zijn als een steunpunt of comité zou komen waarin de Groninger kerken zoals we hier zitten zouden kunnen samenwerken. Zo zouden we grote projecten aan kunnen als vluchtelingenwerk en voedselbank. Wat zou het mooi zijn als we samen een 'alledag-kerk' zouden organiseren met een middaggebed. [applaus]

Trouwens de Lutherse kerk organiseert al een 'stadsklooster' met daarin om zeven uur een dienst inclusief een meditatief moment.

 

Marijke (PKN): We hebben al een Raad van Kerken. Op twee plaatsen in de stad kunnen we een kaarsje branden en is er een meditatief moment mogelijk. En verder is er een Bruggroep en Evangelisch Contact Groningen. Er wordt dus op allerlei niveaus al samengewerkt.

 

Sluiting

 

Ds D. Mak (Tehuis-gemeente) verzorgde de sluiting.

 

'Ik ben van de Gkv naar de NGK gegaan. Dat is niet zo boeiend, slechts een kleine herplaatsing. Hiervoor was ik docent op de Evangelische Hogeschool in Djakarta.
 

Ik heb heel veel geleerd van die mooie gereformeerde traditie en dat wilde ik ook in Djakarta overdragen. Maar dat viel behoorlijk tegen. 'Blank' heeft daar nog een meerwaarde. Daardoor ben ik anders gaan denken. Ik sta wel stevig in de gereformeerde traditie maar heb wel meer begrip gekregen voor andere opvattingen. T.a.v. de doop bijvoorbeeld. Ik heb ontdekt dat bij de gereformeerde kinderdoop behalve bijbelse ook andere argumenten spelen.

 

In Indonesië kon je gemakkelijker grenzen overschrijden dan hier. In Efeze 3 gaat het over de kerk van alle heiligen, niet over de eigen denominatie, die is daar maar een klein stukje van. Daarom is het voorstel van Fokko zo mooi, zo positief. Daar word ik blij van. Zo leren we God beter kennen. Praat maar over de verschillen maar sta daarbij wel echt open voor elkaar. De eenheid is een gegeven, we zijn tot elkaar veroordeeld om zo te zeggen. We moeten niet blijven steken in onze aparte clubjes want samen kunnen we meer begrijpen van Gods geheim, en meer betekenen voor buitenstaanders.

 

 

Tot zover een samenvattende weergave van het seminar van de Tehuis-gemeente. De volgende aflevering hopen we het een en ander te evalueren en wat commentaar te geven.

 

Wordt vervolgd