Meer van de geest (2)
N. van Dijk
01-10-16
In het Nederlands Dagblad van 17 mei was een verslag te lezen van het tienerprogramma van de pinksterconferentie van Opwekking: ‘Bij Opwekking kan je echt losgaan zonder dat je ouders op je letten’.
De conferentie is erg in trek, heeft hoge bezoekersaantallen, vooral zondag, eerste pinksterdag. In de grote tent kon je luisteren naar Henk Stoorvogel. Ook veel gereformeerden bezoeken de conferentie. Regelmatig hoor je dat bij Opwekking meer te beleven valt dan tijdens de gewone erediensten als het over het werk van de Geest gaat. Als we het verslag in het ND lezen is wel duidelijk dat er hier behoorlijk in de tienerziel omgewroet wordt. Zomaar wat citaten uit het ND:
“Tijdens de preek van De Vos, die gaat over gevuld raken met de Heilige Geest, zitten de tieners op de grond te luisteren. De Vos vraagt de jongeren die nog nooit met iemand hebben gebeden om Gods Geest te ontvangen, hun hand op te steken, en naar de ‘talk zone’ te gaan.
Ze krijgen applaus.
‘Misschien heb je wel honderd keer gebeden, maar nooit iets gevoeld? Ga niet naar huis voordat er voor je gebeden is. Ga maar, in de naam van Jezus’.
Weer applaus.
‘Ja, laten we ze aanmoedigen, ga maar. Zullen we met elkaar nog even lekker in de Geest zijn?’, stelt De Vos voor aan de achtergebleven tieners”.
Ook van de genezingsdienst voor de tieners ’s avonds doet het ND verslag:
“Die avond gaan de jongeren helemaal los. De band Insalvation wist het publiek ’s middags tijdens de sing-in misschien al aardig in beweging te krijgen, maar die danspasjes vallen in het niet vergeleken bij de springende en juichende tieners. In de aanloop naar het samen bidden voor genezing, wordt de muziek rustiger. Voordat het zover is, deelt jongerenwerker Joël Treurer beelden die zijn ontvangen in de luistertent:
‘God spreekt niet alleen tot oudere mensen’. Dat is ook de reden dat tieners zelf gaan bidden voor hun vrienden en vriendinnen die genezing nodig hebben. ‘Wie van jullie zegt: ik heb een wonder nodig? Steek je handen maar in de lucht’, zegt Treurer.
De jongeren die in de buurt van hen staan, mogen een cirkel vormen om de jongens en meisjes die hun hand hebben opgestoken. ‘Als je staat bij iemand die een wonder nodig heeft, mag je nu voor diegene gaan bidden. En vraag of hij al wat voelt. Stamp eens met je voeten, knip eens in je vingers, gebeurt er iets? Ga maar bidden. En als er genezing is, dan ga je juichen met je groepje’.”
Het tienerterrein is bestemd voor jongeren vanaf de brugklas en tot de leeftijd van zeventien jaar. Volwassenen komen er niet binnen en ook de ND-journalist kon niet zomaar doorlopen. Volgens Cora Vegter (bestuursvoorzitter van de stichting Youth and I, die het tienerprogramma verzorgt) is het belangrijk dat de tieners zich hier veilig voelen. Ze sturen bewust aan op emotie als ze de kinderen een ontmoeting met Jezus willen geven. Gebruik wordt gemaakt van groepsdruk…..
***
In het gereformeerd maandblad voor toerusting en informatie ‘Weerklank’ (mei 2016) schrijft ds. E. Hoogendoorn dat vooral rond Pinksteren er nogal eens opwekkingsconferenties zijn waarbij Geestes-uitingen los komen te staan van het Woord. Hij citeert uit het Christelijke Gereformeerde blad ‘De Wekker’ , waar ds. A. Th. Van Olst aandacht vraagt voor de eenheid tussen Woord en Geest. Ds. Van Olst noemt een conferentie van het Evangelisch Werkverband voor voorgangers en predikanten die gaat over ‘Er is meer’, meer van de Heilige Geest. Op deze conferentie wordt er vanuit gegaan dat de kerk krachtiger zal worden door naast de bediening van het Woord de bediening van de Geest door persoonlijke voorbede en handoplegging te praktiseren.
Een vrijgemaakte predikant die de conferentie graag wilde bezoeken merkte op dat in de gereformeerde traditie misschien nog teveel wordt uitgegaan van de vooronderstelling dat de bediening van het Woord samenvalt met de bediening van de Geest. “Wordt de Geest misschien niet toch te veel opgesloten in het Woord?” Ds. Van Olst benadrukt dan dat in de gereformeerde traditie er altijd de vaste overtuiging was dat de Geest Zich vooral bedient van de prediking: Het geloof is uit het gehoor van het gepredikte Woord (Rom. 10:14-17).
“Bij Pinksteren luistert het nauw. De Heilige Geest wordt uitgestort, maar vervolgens is de preek van Petrus eigenlijk een paaspreek. Hij legt uit wat er gebeurd is, namelijk dat volgens de belofte van Joël de Heilige Geest is uitgestort, maar spreekt dan over de opstanding van Christus, de Gekruisigde. Handelingen 2 begint met de uitstorting van de Heilige Geest, maar eindigt met de kerk van Christus, een gemeenschap die volhardt in de leer van de apostelen (Hand. 2:42-47). In het boek Handelingen gaat het over wat de apostelen mochten doen door de kracht van de Heilige Geest, maar als refrein klinkt telkens weer: ‘en het Woord van God verbreidde zich’ (Hand. 6:7, 12:24). ‘Zo nam het Woord van de Heere met kracht toe en werd steeds sterker’ (Hand. 19:20).
Wie Handelingen leest, ziet dat de Heilige Geest geen aandacht vraagt voor Zichzelf, maar God verheerlijkt en mensen wint voor Christus. Dat doet Hij door de prediking van het Evangelie. Je ziet aan de impact van het Woord dat de Geest krachtig werkt. Waar de Geest is, is het Woord; de werking van het Woord is de werking van de Geest, en andersom”.
Ds. Van Olst noemt het een zorgelijke ontwikkeling dat ook predikanten in gereformeerde kerken interesse tonen in zo’n ‘dubbele bediening’.
“Het verlangen naar een krachtige(r) werking van de Heilige Geest delen we. Maar ik vrees dat het verlangen naar zo’n bediening van de Geest in voorbede en handoplegging, bevrijding en genezing, eigenlijk onder woorden brengt dat de prediking tekort schiet. Meer van de Geest is meer van Christus, meer ootmoed, meer liefde, meer verwachting, meer besef dat het beste nog komen moet en we hier niet eens weten te bidden zoals het behoort (Rom. 8:26)”.