Printen

Man en vrouw: denkbeelden en beelden

Lezing Bezinningsdag 18 mei 2019

 

I. Slump-Schoonhoven

05-10-19

 

Meer dan een besluit

 

We zijn hier vanwege het besluit om de ambten open te stellen voor vrouwen. Maar het is wel duidelijk dat het gaat om veel meer dan dat besluit. Ten diepste gaat het om de vraag: wie is de mens? Wie ben je als man? Wie ben je als vrouw?

 

Vanzelfsprekend

 

Voor ons lijkt het vanzelfsprekend om te denken in die categorieën: man en vrouw. God heeft immers man en vrouw gemaakt, als beeld van Hem, diep verbonden, maar ieder met eigen verantwoordelijkheden. In het huwelijk mogen ze samen kinderen krijgen en die opvoeden voor Hem.

Wel weten we dat er sinds de zondeval ongehoorzaamheid is, en ook lichamelijke en psychische gebrokenheid. Het kan zwaar zijn om binnen deze door God gegeven verhoudingen te leven.

Als God niet meer erkend wordt als de Schepper, verdwijnen de vanzelfsprekendheden. Waarom zou je de menselijke natuur als gegeven moeten accepteren, zeker nu er geweldige mogelijkheden zijn om daaraan te sleutelen?

 

Er zijn nieuwe denkbeelden over de mens ontstaan. Er wordt in andere categorieën gedacht en de categorieën man en vrouw raken op de achtergrond. Dat gebeurde in een proces van een paar eeuwen dat halverwege de vorige eeuw in een stroomversnelling is geraakt.

  1. Ik wil – heel kort – die denkbeelden en categorieën schetsen. Ik neem mijn uitgangspunt in drie momenten in de geschiedenis.
  2. Daarna laat ik zien hoe denkbeelden via beelden doordringen in de samenleving.
  3. Tenslotte stel ik de vraag wat dit voor ons en voor de kerken betekent.

1 - Denkbeelden

 

Het eerste moment

 

Op 9 maart 1959 zag Barbara Millicent Roberts het levenslicht, 60 jaar geleden dus. Kent u haar? Waarschijnlijk niet. Toch heeft Barbara een rol gespeeld in de ontwikkelingen. Maar dat bewaar ik nog even, ik kom er straks op terug.

 

Het tweede moment

 

In 1960 werd De Pil geïntroduceerd (in Nederland in 1964). Een gebeurtenis met ongelooflijk veel consequenties voor de verhouding tussen mannen en vrouwen.

Feministen streden al lang voor gelijke rechten en kansen voor vrouwen en mannen. Maar het denken in vaste patronen was taai. Door de pil werd dat anders. Vrouwen waren niet langer 'veroordeeld' tot het moederschap (en, al werd dat minder benoemd, mannen niet meer tot het vaderschap).

De vaste patronen bleken niet zo vast, en er werd geconstateerd dat ze gewoon waren opgelegd door de maatschappij. Ze waren niet meer dan een ´sociale constructie´ en werden voortaan 'gender' genoemd, ter onderscheiding van het biologische geslacht van mannen en vrouwen. Waarom zouden vrouwen niet mogen kiezen voor mannelijke genderrollen, en omgekeerd?

 

Inmiddels is het woord gender ingeburgerd, maar het heeft wel een andere betekenis gekregen. Het gaat niet meer om een rol die van buitenaf opgelegd is, nu wordt juist benadrukt dat het gaat om een diep ervaren innerlijk en persoonlijk gevoel toe te behoren aan een geslacht. Misschien stemt dat gevoel overeen met het geslacht dat bij je geboorte is vastgesteld, misschien met het andere, misschien is er een derde mogelijkheid. Het 'binaire systeem' (met maar twee mogelijkheden) heeft zijn tijd gehad, zo vindt men. De categorieën man en vrouw zijn niet meer belangrijk. Ieder mens is wat hij ten diepste zelf denkt en voelt te zijn. Dáár moet je voor kiezen en die keuze mag niemand belemmeren.

 

Het derde moment

 

Vijftig jaar geleden, op 28 juni 1969 deed de politie een inval in de homobar The Stonewall Inn in New York. Dit leidde tot heftige rellen, en die werden wereldwijd een voorbeeld voor de beweging van homo's, lesbiennes en biseksuelen. President Obama noemde dit een van de belangrijkste momenten in de strijd voor gelijke rechten. Een jaar na de rellen werd de eerste gay pride parade gehouden, en op de Amsterdamse Canal Parade van dit jaar worden ze herdacht onder het thema 'Remember the Past, Create the Future' (herdenk het verleden, schep de toekomst).

 

Het was de tijd van de seksuele revolutie waarin mensen hun seksuele rechten opeisten. Eeuwenlang was dat ondenkbaar. Want 'seksualiteit' stond voor seksuele driften en verlangens en voor seksuele handelingen. En het was vanzelfsprekend dat men die moest beheersen en dat ze alleen binnen het huwelijk een plek mochten krijgen. En christenen beseften dat ze daar een diepe betekenis hadden. Nu drong zich echter een denkbeeld op dat in de 19e eeuw ontstaan was, de seksuele geaardheid:

ieder mens heeft seksuele driften en verlangens die bij hem of haar horen en die ten diepste zijn identiteit bepalen. Die identiteit kan heteroseksueel, homoseksueel of biseksueel zijn.

 

Vaak werd (en wordt nog) aangenomen dat de mens min of meer overgeleverd is aan deze geaardheid ('je bent nu eenmaal zo'). Maar ook hier staat het denken niet stil. Inmiddels wordt er gesproken over seksuele oriëntatie. Het is de vaardigheid van een mens om zich emotioneel en seksueel intensief aangetrokken te voelen tot mensen van hetzelfde geslacht of het andere geslacht dan wel van meerdere geslachten en met hen intieme en seksuele relaties te onderhouden. Ieder mens moet vrij zijn om deze vaardigheid te gebruiken en telkens weer te kiezen welke relaties hij wil aangaan. Hij is immers wat hij ten diepste zelf denkt en voelt te zijn.

 

2 - Beelden

 

Gender en seksuele oriëntatie hebben alles met elkaar te maken. Deze denkbeelden vervangen de categorieën man en vrouw en zijn in onze samenleving diep doorgedrongen. Ze worden dan ook door allerlei beelden gecommuniceerd. En nu kom ik terug op Barbara Millicent Roberts, al zestig jaar een echt rolmodel. We kennen haar allemaal onder haar roepnaam: Barbie.

Kinderen hebben altijd met poppen gespeeld. Ze identificeerden zich dan met de volwassenen in hun omgeving. Maar voortaan konden ze zich identificeren met Barbie en haar vriend Ken. Het figuurtje van Barbie was aanvankelijk sterk seksueel geladen. Later werd dat minder, maar nog steeds heeft ze proporties die een onnatuurlijk schoonheidsideaal oproepen. Rond Barbie werden door de fabrikant familie en vrienden gecreëerd, met de bijbehorende verhalen. Barbie heeft een los-vaste relatie met Ken, maar werd nooit echtgenote, al heeft ze een prachtige bruidsjurk in haar collectie. Ze fungeert wel als babysitter, maar werd nooit moeder. Met haar uitgebreide garderobes, mooie huizen, auto's en paarden laat ze zien dat iedere droom waar kan worden: je kunt alles hebben. Met haar vele carrières laat ze zien dat je als vrouw alles kunt worden wat je wilt. Normen daarvoor worden niet aangereikt.

 

Aan alle kanten worden we omringd door beelden die communiceren dat je vrij bent om je eigen gender(rol) en je eigen seksuele oriëntatie te kiezen en er op je eigen manier invulling aan te geven.

Zomaar een paar voorbeelden.

De vrouwelijke heldinnen in Disneyfilms kijken niet uit naar de prins op het witte paard, maar hebben hun eigen doelen en dromen en redden zich uitstekend met hun eigen 'girlpower' (Rapunzel, Anna en Elsa). In de modefotografie zien we dubbelzinnige beelden van stoere vrouwen die hun mannetje staan maar tegelijk mysterieus, erotisch en verleidelijk zijn. Uit de populariteit van modellen met een androgyn uiterlijk (met zowel mannelijke als vrouwelijke kenmerken) en uit de opkomst van zogenaamde genderfree fashion blijkt dat de grenzen tussen man en vrouw vloeiend worden in de modewereld.

 

Genderfree fashion David Bowie

Datzelfde geldt voor de popcultuur. Daar wemelt het al decennia lang van de 'genderbenders': sterren die spelen met hun geslachtelijke identiteit (David Bowie, Madonna, Conchita Wurst).

 

Kinderen kunnen al jong leren hoe normaal homoseksualiteit is. Het prentenboek Koning & Koning gaat over een prins die moet trouwen van zijn moeder. Hij wordt niet verliefd op een prinses maar op een prins. De schrijvers van het boek komen graag voor een workshop of lezing naar de basisschool.

 

3 - En wij? En de kerk?

 

Hoe bepalen mensen in onze samenleving wat goed en slecht is? Dat doen ze vooral aan de hand van een paar morele intuïties. Ze vinden het belangrijk of iets al of niet schadelijk is, of onderdrukkend, of discriminerend. En of dat zo is wordt afgemeten aan de ene norm: iedereen mag degene zijn die hij denkt en voelt te zijn. Afkeuring daarvan wordt beschouwd als beschadigend. Het onlangs gehouden Tweede Kamerdebat waarin de steun van Kees van der Staaij voor de Nashvilleverklaring aan de orde kwam vormt een treffende illustratie van deze houding.

 

Laten we onszelf eens de spiegel voorhouden.

  1. In hoeverre zijn wij, als het gaat over ons leven als mannen en vrouwen, innerlijk beïnvloed door deze denkbeelden en beelden? In hoeverre hebben de oorspronkelijke vanzelfsprekendheden ten aanzien van man en vrouw werkelijk betekenis voor ons? Een voorbeeld.
    In de kerken lijkt de pil volledig geaccepteerd. Bewust, of gedachteloos? Vinden wij misschien ook dat we moeten en kunnen worden wie we willen zijn of denken te zijn? Is onze prioriteit verschoven van het krijgen van kinderen naar zelfontplooiing van de echtgenoten, misschien met een beroep op het cultuurmandaat? Leven we werkelijk uit en door en tot God? Bovendien: vinden we dat het onmogelijk is om seksuele verlangens te beheersen en dat dat ook niet nodig is zolang de grenzen van het huwelijk maar in acht genomen worden?
     
  2. Zijn wij, mannen en vrouwen, uiterlijk herkenbaar als beelden van God? Veel symbolisch gedrag en symbolen (hoedjes dragen, zondagsbesteding...) zijn verdwenen als regels die ontstaan zouden zijn door een naïeve manier van bijbellezen. Maar het was oorspronkelijk betekenisvol gedrag, gevoed door eerbied voor God en zijn Woord en door de intuïtie dat alles spreekt van Hem. En is het zichtbaar dat de kerkelijke gemeente geen organisatie met functionarissen is, maar de kudde van Christus die geleid, gevoed en beschermd wordt door herderlijke ambtsdragers? Dat kan alleen als de door God gegeven verhoudingen gerespecteerd worden.
     
  3. Beseffen we dat wij, als we vast willen houden aan Gods goede verhoudingen, als bedreigend en onbarmhartig beschouwd kunnen worden, door de samenleving én door broeders en zusters? Het is gemakkelijk gezegd: het evangelie is dwaasheid, maar zijn we bereid om zélf ter wille van Christus voor dwaas versleten te worden?

Rosaria Butterfield

 

Ik sluit af met woorden van Rosaria Butterfield. Ze was voorvechtster van vrouwen- en LHTB-rechten en had een lesbische relatie. Toen ze tot geloof kwam veranderde haar leven drastisch. Ze besefte dat haar probleem, net als bij ieder ander mens, dieper lag dan haar seksualiteit. Haar woorden zijn bemoedigend en appellerend en laten zien wat voor kerk wij nodig hebben. Zij zegt:

 

“Het onderwijs, het gebed en de vriendschappen die de Here me gaf door het lichaam van Christus zijn een grote zegen voor mij. Ik ben dankbaar dat Hij me heeft geleid naar een kerk die minstens zo sterk is in onderwijs als in barmhartigheid.....

God leidde me naar een gereformeerde en presbyteriaanse, conservatieve kerk om daar te leren wat berouw is, te genezen, onderwijs te krijgen en tot bloei te komen. Ik moest genezen van de zonden die ieder mens van nature kent en die hadden geleid tot mijn levenspraktijk: hoogmoed, overdaad, gebrek aan bewogenheid en aan bescheidenheid. Ik werd niet onderworpen aan een soort parakerkelijke bediening gespecialiseerd in 'homoseksuele mensen'.....

De kerk... is ... in staat deze mensen met behulp van de bijbel te begeleiden. Ik had en heb behoefte aan trouwe, herderlijke leiding en niet aan de glitter en glamour die het hart van de moderne christelijke cultuur heeft verleid.

Ik kon alleen overeind blijven als ik met mijn volle gewicht steunde op het volle Woord van God. Ik ben dankbaar dat toen ik Gods roepstem in mijn leven hoorde en ik me wilde indekken, mijn vriendin wilde houden en alleen een stukje van God in mijn leven wilde toelaten - ik een predikant en vrienden in de Here had die niets minder van me vroegen dan aan mezelf te sterven. Rechtzinnigheid volgens de Bijbel kan barmhartig zijn, omdat we in onze strijd tegen de zonde Gods kracht om ons leven te veranderen niet kunnen ondermijnen.”

 


 

Zr. Slump-Schoonhoven (GKv Capelle aan de IJssel-Noord) hield bovenstaande toespraak op een bijeenkomst van de werkgroep Man Vrouw En Ambt op 18 mei 2019 in de Immanuelkerk te Bunschoten-Spakenburg.