Printen

Signalen 144

 

R. Sollie-Sleijster

11-02-23

 

De kern van het evangelie

Nader Bekeken – januari 2023

 

Dr. P. de Vries zoomt in op het onlangs verschenen boek van Reinier Sonneveld: Het vergeten evangelie. Het geheim van Jezus verandert alles. De Vries merkt op dat Sonneveld de centrale boodschap van het Nieuwe Testament, namelijk dat Christus plaatsvervangend de toorn van God wegdroeg, verschuift naar de notie dat Christus met Zijn kruisdood de machten van het kwaad heeft onttroond. Dit laatste is zeker ook zo, maar is niet de centrale boodschap.

 

Sonneveld wil wel vasthouden aan de notie van de kruisdood van Jezus als offer, maar voor hem is de betekenis van de offerdienst alleen maar toewijding aan God.  Door Zijn dood krimpen onze zonden in.  Sinds de zondeval is ieder mens een kind van de toorn. De Vries geeft aan dat we wel kunnen zeggen dat het leven van ieder mens zinvol is, maar dat we niet kunnen zeggen dat iedereen oneindig geliefd is. Dan ontken je de ernst en de realiteit van de erfzonde.

Volgens Sonneveld is God voor iedereen een liefdevolle Vader, een klassiek vrijzinnige gedachte. Wereldwijd zien we dat de grenzen tussen rechtzinnigheid en vrijzinnigheid vervagen. Dat komt doordat de heiligheid en de toorn van God geen plaats hebben in het denken en de geloofsbeleving van vele rechtzinnige christenen. Daarmee wordt de rechtzinnigheid, het toebrengen van de rechte lof aan de drie-enige God, een lege huls.

 

Zo ziet De Vries dat de auteur uitgaat van de alverzoening. Die uitdrukking wijst Sonneveld wel af, maar dat is alleen omdat na de dood iedereen een proces van loutering en oordeel doormaakt om in de volle zaligheid te delen. Sonneveld wijst nadrukkelijk de notie van verzoening door voldoening af.

Hij heeft volstrekt geen oog voor Gods heiligheid en miskent daarom de ernst van de zonde.

 

De hele wereld ligt onder Gods oordeel en de Schrift laat ons zien dat de kruisdood van Christus allereerst gericht is op het wegnemen van Gods toorn, opdat een mens na het sterven en ten slotte op de jongste dag zonder vrees God kan ontmoeten. Christus is onze voorspraak bij de Vader. God laat als Rechter de zonde niet ongestraft, maar aan het werk van Christus hoeven wij na onze dood niet nog iets toe te voegen. Het is de volkomen grond waarop wij direct na het sterven bij Christus mogen zijn en eenmaal op de jongste dag het nieuwe Jeruzalem binnengaan.

 

Voor De Vries is het duidelijk dat Sonneveld in zijn denken aan de gereformeerde belijdenis – en breder aan de boodschap van de Reformatie – geen plaats kan geven. Zo heeft Sonneveld weinig begrepen van de verkiezing.

De Vries:

 

'Het is een heilig mysterie met als achtergrond de verlorenheid van de mens. Als God zelf niet het geloof werkte en in stand hield, kwam er van geen mens wat terecht. En een levend geloof blijkt in een godzalige wandel, maar dat wij zouden moeten werken aan ons geloof om in de hemel te komen, is wel heel activistisch uitgedrukt en doet geen recht aan wat de HC heel terecht dankbaarheid noemt.'

 

Dat meerdere theologische opiniemakers (met zowel een evangelische als een gereformeerde achtergrond) het boek van Sonneveld aanbevelen, laat zien dat een niet onbelangrijk deel van kerkelijk Nederland de weg echt kwijt is. De Vries roept op om vast te houden aan het Evangelie dat Jezus redt van de komende toorn en dat Hij alleen voor tijd en eeuwigheid toegang geeft tot God.

 

Het kanariepietje in de kolenmijn

Nader Bekeken – december 2022

 

Ds. Perry Storm (GKv) haalt een artikel aan van Steef de Bruin, hoofdredacteur van het RD. De Bruin ziet dat stukje bij beetje het roer om gaat in christelijk Nederland als het gaat om acceptatie van homoseksualiteit. Hij geeft diverse voorbeelden.

 

Eerste voorbeeld

De hoofdredacteur, Griëtte Vonck, van het vrouwenblad van de EO, Eva Magazine,  laat weten dat we vroeger allerlei dingen deden, die nu niet meer kunnen: ‘Vroeger, ja, toen aten we gewoon gehaktballen zonder schuldgevoel en we vlogen naar verre oorden, de vlaggen hingen rood-wit-blauw, de EO was lekker stellig tegen homoseksualiteit en we zaten keurig elke zondag in de kerk’. Maar die tijd is voorbij. We leven in een spannende omwenteling. We spreken over vliegschaamte, hangen vlaggen andersom, ga je wandelen in plaats van naar de kerk en ‘predikt de EO liefde voor iedereen’. Wen er maar aan, want normen veranderen. En wees niet bang, maar durf jezelf opnieuw uit te vinden ‘om niet te leven volgens de norm, maar vanuit de vrijheid’.

 

Verderop in het nummer vinden we een kritiekloos interview, waarin een dame moppert over starre gelovigen, over griezels die een Nashvilleverklaring ondertekenen en zeggen dat ‘wij er als andersgeaarden niet mogen zijn’.

Een paar bladzijden verder vertelt een lesbische zangeres dat ze de kerk ontgroeide, omdat ze niet tegen dat ‘vingertje wijzen’ kan.

In 2009 kwam de EO nog in opspraak vanwege een fotoshoot met presentator Arie Boomsma voor een homoblad. Toen werd Boomsma nog geschorst. In 2022 portretteert Eva een regenbooggezin: één moeder, twee mannen, drie kinderen. Ook dit verhaal is doortrokken van een God-vindt-het-wel-goed gevoel.

 

Een volgend voorbeeld

De Christen Unie heeft op haar kandidatenlijst voor de Eerste Kamerverkiezingen.

op plaats 3 Eric Holterhues staan, bankier, rooms-katholiek en hij heeft een relatie met een man. De partijvoorzitter, Ankie van Tatenhove, zei: ‘zolang we één in Christus zijn, is er in onze partij  veel ruimte  voor veel diversiteit’.

 

Het derde voorbeeld

Bij Kok Boekencentrum verschijnt ‘Verbonden voor het leven’, een standaardwerk over de vragen rond homoseksualiteit en seksuele diversiteit. Ad de Bruijne, TUK, werkte er 10 jaar aan en ziet nu ruimte voor de kerkelijke bevestiging van twee homo’s die een relatie aangaan.

In 2005 noemde hoogleraar kerkgeschiedenis, dr. E.A. de Boer, het ondenkbaar dat de GKv binnen 10 jaar homorelaties zullen erkennen:

 

 ‘Nee. Zeer beslist niet. Dan zouden wij geen gereformeerde kerken meer zijn. (…) Wat homoseksualiteit betreft: niemand in onze kerken zal zeggen dat het praktiseren daarvan volgens de Schrift mag.’

 

Toch werden in 2012 op een studiedag de eerste bakens al verzet.

 

Conclusie van De Bruin: stukje bij beetje gaat het roer om. ’Er waait een andere wind door christelijk Nederland; de afwijscultuur is voorbij’. Zo dringt de vraag zich op: Hoe kunnen nieuwe inzichten in 10 jaar tijd datgene acceptabel maken wat in de Bijbel nog ‘een gruwel’ heet? De nieuwe tijdgebonden uitleg van de Bijbel zet tal van andere thema’s op de helling: de visie op de verhouding van man en vrouw, huwelijk, gezinsvorming, beschermwaardigheid van het leven, historiciteit van schepping, zondeval en de opvattingen over hemel en hel. Het denken over homoseksualiteit is het kanariepietje in de kolenmijn. De discussie hierover is ook voor de behoudende kerken van groot belang. Daar druppelt het immers ook?