Printen

Eeuwig evangelie en tijdgeest

 

N. van Dijk

22-03-14

 

De synode van de GKV is volop aan het werk. Er staan heel wat ‘stevige’ dossiers op de agenda. Eén van de lastigste is wel ‘man, vrouw en ambt’. Maar ook zaken als toenadering tot de NGK, beoordeling van de nieuwe kerkorde ‘in tweede lezing’, hoe gaan we verder met de ‘Nationale Synode’?  Er ligt een appel van ruim 1500 kerkleden en twee kerkenraden waarin grote zorg wordt uitgesproken over de ontwikkelingen in de GKV. Verschillende kerkenraden uiten hun zorg over het M/V rapport, gewaarschuwd wordt dat de GKV teveel mee zouden gaan met het gedachtegoed van de huidige cultuur. Alleen het minderheidsrapport heeft oog voor het ‘tegendraadse’, ook in de verhouding man/vrouw.

 

In het Reformatorisch Dagblad van 1 februari ’14 schrijft dr. C.S. L. Janse een artikel ‘De kracht van de tijdgeest’. Hij schrijft dat de eisen van de tijd geen dictaat zijn voor de kerk: “Wie daaraan toegeeft begeeft zich duidelijk op een hellend vlak”. Catechismuspreken zouden niet meer van deze tijd zijn, maar “in de kerk oriënteert men zich, als het goed is, primair op de dingen van de eeuwigheid. De tijdgeest heeft daar niet het laatste woord”.

Maar ook  orthodoxe kerken die pretenderen Bijbelgetrouw te zijn staan onder invloed van de tijdgeest. Janse vindt dat

 

“we ons niet al te zeer door de tijdgeest moeten laten imponeren. De gedaante van deze wereld gaat immers voorbij. In ieder geval mag het gegeven dat iets niet meer van deze tijd is, voor ons niet beslissend zijn. Wij dienen onze waarden en normen ergens anders aan te ontlenen. Het ware geloof wordt gewerkt door de Heilige Geest, niet door de tijdgeest. Al wordt de gelovige daardoor wel beïnvloed. In het complexe krachtenveld waarin wij ons bevinden, hebben mensen (en kerken) hun eigen verantwoordelijkheid. Zij zijn geen willoze exponenten van de heersende tijdgeest”.

 

De laatste eeuw is het Europese christendom sterk teruggelopen, en ook in Amerika is teruggang. Janse vindt het opvallend dat kerken die tamelijk strikt in leer en leven zijn, zich beter weten te handhaven dan kerken die meer met hun tijd meegaan. Hij noemt een boek van de Amerikaan Kelley, die hier veertig jaar geleden al aandacht voor vroeg (Why Conservative Churces are growing). En ook in het tijdschrift Religie & Samenleving was te lezen dat “religieuze gemeenschappen het proces van secularisatie alleen het hoofd kunnen bieden door de waarheid van het eigen geloof te beklemtonen, door in leer en leven een sterke binding van de gelovigen te verlangen en door zich openlijk af te zetten tegen de liberale en vrijzinnige waarden die in de maatschappij gemeengoed zijn”.

Janse concludeert:

 

“een kerk die een combinatie zoekt van godsdienst en moderniteit is zeker op het verkeerde pad. Die verliest ook voor haar eigen mensen aan geloofwaardigheid en relevantie. Daarvan zijn in de (Nederlandse) kerkgeschiedenis van de laatste honderd jaar tal van voorbeelden aan te wijzen”.

 

In de GKV wordt veel nagedacht over de huidige cultuur en hoe daar mee om te gaan, de kerken zouden te veel in zichzelf gekeerd zijn geweest, velen zijn blij dat nu de vensters naar de wereld opengezet worden en dat er een wat soepeler hantering van de belijdenisgeschriften lijkt te komen. Het is boeiend om weer eens een boek uit de ‘oude doos’ te lezen. Ruim veertig jaar geleden schreef dr. W.G. de Vries het boek ‘het eeuwige evangelie en de 4/e mens’. Dezelfde vragen blijken ook  in eerdere tijden gesteld te zijn. In zijn voorwoord schreef dr. de Vries:

 

“De kerk kan de confrontatie met wat in de wereld werkt en gist niet ontlopen. De veranderingen op allerlei gebied omspannen de hele aarde, nu het mondiale tijdperk is aangebroken. Met name de jeugd van de kerk wordt in de crisis geworpen door allerlei vragen en problemen die rijzen. Steeds triomfantelijker wordt uitgeroepen dat alleen het ongeloof toekomst heeft. De ‘vierde mens’, de mens van het na-christelijke tijdperk, laat steeds luider zijn stem horen. Zijn stemgeluid dringt ook door binnen de muren van de kerk. Met name de vraag naar het gezag van de bijbel is een brandend probleem geworden voor vele van onze tijdgenoten, die nog niet met God en godsdienst hebben gebroken. En allerlei verschuivingen in de moraal hangen samen met de vraag: Hoe hanteer ik de Schrift?”

 

Daarom is het goed om de komende tijd ook  iets uit dit boek  onder de aandacht te brengen. Veel zaken van toen zijn ook nu actueel voor wat betreft de omgang met Woord en belijdenis. De Vries schreef over wat Gods Woord in de moderne wereld met haar wetenschap en techniek te zeggen heeft, over welke verschuivingen er in kerkelijke kring aan de orde waren bij kerken, voortgekomen uit de reformatie en bij de rooms-katholieke kerk. In het boek gaat het over welke weg Gods Woord vandaag allen wijst, die het Christus blijven naspreken: ‘Uw Woord is de waarheid’.