Knuffel-jihadisten 1
D.J. Bolt
23-01-16
Wat zou u doen als door uw straat een kolonne ISIS-strijders met wapperende zwarte vaandels zou razen? Als zij schietend en zwaaiend met bebloede dolken, Allahu akbar schreeuwend uw dorp of stad bezetten?
Anton de Wit, rooms schrijver en journalist, weet het wel in zijn maandelijks ND-column: 'Laat de jihadisten maar komen. Wij zullen ze met kindertekeningen en knuffelberen welkom heten'[1]. Ja, want zijn kinderen hebben meegedaan aan de actie Bag to the future[2] en zij schreven ingespannen: 'Welcome in Europe' en 'Peace please'. Dát zal ze leren die terroristen.
Naïef? Zeker, schrijft De Wit, 'volhardende, liefdevolle naïviteit'. Dat is 'precies' iets wat Jezus ons heeft voorgeleefd, wat christelijk is: vijanden liefhebben, andere wang toekeren, onderbroek[3] afstaan, enzovoort. Er zijn geen grenzen aan christelijke naastenliefde, toch? Snoepen ze je belastinggeld op, welaan lever ook je pensioen in, maant hij. En, zo weet De Wit zeker, dat is de praktische consequentie van ons geloof.
Gelooft u De Wit zijn 'bijbelse' motivatie niet? Dan bent u waarschijnlijk een 'gelegenheidsvrome die krijst dat islamitische vluchtelingen ‘de christelijke waarden van Europa’ bedreigen'. Een 'huichelaar', blaast Anton!
Als we goed aanvoelen waait hier een stevig pacifistisch windje. Een koude bries die ook verder waarneembaar is in vele signalen in de media de laatste maanden. Theanne Boer, al weer een ND-column-schrijver, wil alle wapens weg. En ook zij spant een liefelijk kindje voor haar beginselkarretje. Het kindje dat oppert dat de Kerstman bij zijn bezoek ook gelijk even alle wapens inzamelt en dumpt op de Noordpool. Een 'briljant idee', vindt De Boer. Hèhè, eindelijk vrede op aarde, hoor je haar zuchten. En iedere christen behoort toch overtuigd pacifist, dienstweigeraar en ‘peace and love’-prediker te zijn? Hoewel, weifelt ze nog wel even, 'Was Jezus ook pacifist?'
Maar er is natuurlijk wel wat meer Bijbelse afstemming nodig om dit oppervlakkige hoog-irenisch gefluit van voldoende grondtonen te voorzien. Dat werd de afgelopen maanden dan ook regelmatig getracht.
De Wits broeder in het geloof bisschop mgr. dr. G. de Korte ziet in het gelaat van iedere vluchteling Christus[4]. Die is immers ook 'dakloze vluchteling' geweest?: ‘Ik was een vreemdeling en gij hebt Mij opgenomen’ (Matteüs 25). Dit werk van barmhartigheid is dus direct gekoppeld aan Christus, stelt De Korte vast. Wel moeten 'vluchtelingen meewerken onze samenleving niet te ontwrichten'. Kortom, wel opschikken maar niet van de bank vallen.
En het rijk-rooms optimisme denkt de problemen - 'in belangrijke mate van financiële, technische en organisatorische aard' - op te lossen door mensen van goede wil. Neem een voorbeeld aan de goddelijke solidariteit van Jezus door zelf solidair en herbergzaam te zijn, exegetiseert de bisschop.
Het geluid wordt ondersteund uit gereformeerde hoek.
Prof. dr. A.L.Th. de Bruijne wil 'zo nodig onwaarschijnlijk ver inschikken voor anderen'[5]. Want ons 'geluk, veiligheid, identiteit en zekerheid hoeven we niet te zoeken in een aardse samenleving omdat we burgers zijn van een nieuwe wereld die komt'. En als het nou inderdaad uit de hand loopt? Nu, dan 'wil God in zijn toorn misschien wel dat ons westerse Babel ontwricht wordt, zoals eens het Romeinse rijk moest ondergaan.'
Wie Christus volgt is tot grote offers in tijd, geld, welvaart en privacy om naasten in nood te helpen en mag zich niet verschuilen achter het risico dat sommige vluchtelingen misschien kwade bedoelingen hebben of schadelijk zijn, betoogt de hoogleraar. Je moet zelfs meer dan gewone gastvrijheid betonen en daarbij samenwerken met optimisten en idealisten die handelen vanuit niet-christelijke motieven. En natuurlijk wel rekening houden met de draagkracht van hen die 'zich vastklampen aan eigen identiteit, laten regeren door angst, eigenbelang en frustraties'. En vooral geen farizese zelfverheffing noch theocratische retoriek alstublieft.
Toch, spruit hier niet een pril lijdelijk lootje uit een pacifistisch stam?, vragen wij ons af.
Ook de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk besteedde aandacht aan het onderwerp. Prof. dr. J.A.B. Jongeneel, emeritus-hoogleraar missiologie van de Utrechtse universiteit sprak voor de GB-predikanten over ‘Moslims liefhebben – de islam haten?'[6] Hij zegt luid en duidelijk 'ja en amen' op ‘Allahu akbar! Het gaat toch om 'Gods grootheid'? Tuurlijk zijn er grote verschillen tussen christenen en moslims, dat wel. Want christenen kennen, anders dan moslims, ook vergeving en liefde voor de vijand. Wie de Bergrede wil volgen, is verplicht jihadisten lief te hebben en voor terroristen te bidden, volgens de professor. 'Christenen moeten geen kruistochten houden en zo de strijd aangaan, maar de houding van de gekruisigde Christus aannemen, die onvoorwaardelijk liefhad en moordenaars vergeving schonk.’
Het betoog past redelijk bij de voorgaande. De pacifistische muziek klinkt al weer wat luider.
Maar er wordt in gereformeerde kringen toch altijd onderscheid gemaakt tussen roepingen van individuen en 'allen die over ons gesteld zijn '?
Oud-ND-redacteur drs. A. Kamsteeg werpt daar in een beschouwing over jihad en ISIS zijn licht op[7]. Hij weet als oud-GPV-er natuurlijk van het onderscheid tussen de roeping van de overheid, die het zwaard niet tevergeefs draagt, en die van christenen persoonlijk. Ja, zegt hij en dat is opmerkelijk, dat spreekt mij wel aan, 'maar bevredigt me toch niet helemaal'. Maar vragen wij ons af, wat is er dan toch mis mee?
Aan de ene kant denkt Kamsteeg dat 'bidden mag voor wijsheid bij overheden die met gevechtsvliegtuigen, Koerdische troepen en weet ik niet wat allemaal, hun best doen ISIS de nederlaag te bezorgen.' Maar, weifelt hij, 'wat betekent het dan concreet dat je je vijanden moet liefhebben (Matteüs 5:44)'?
Kamsteeg voedt vervolgens de suggestie dat dat liefhebben ook betrekking heeft op Israël en de Palestijnen, Amerika en Noord-Korea, de hele wereld en ISIS. En, op zijn gebruikelijke wijze, onderbouwt hij dit met persoonlijke bekeringsgeschiedenissen als van een sheik door een taxichauffeur en een terrorist die in een droom een kruis zag, en een Amerikaanse gebedsbeweging die terroristen adopteert voor gebed.
Die bekering houdt ook ds. D. Westerkamp (NGK Houten) bezig. In Onderweg droomt hij ervan dat de moslims massaal tot bekering komen[8]. Zijn visioen is dat zij misschien 'als rijpe peertjes uit de boom vallen', net als in Jezus' tijd gebeurde met 'de Samaritanen die God aanbaden op een niet-juiste manier'. Misschien gaat in vervulling dat vele eersten de laatsten zullen zijn. Zo van mohammedanen voorop, gereformeerden helemaal achteraan. Dat zou 'helemaal Gods stijl voor de grote oogst' zijn, filosofeert de predikant. En we zouden naar moslims, of ze nu gewelddadig zijn of niet, moeten kijken 'als broeders en zusters in spe'.
Maar helaas, zover is het nog lang niet constateert ds. P.L.D. Visser (CGK) in De Wekker[9]. Integendeel, hij verhaalt van een evangelist die werkt in een Nederlandse 'probleemwijk'. Daar was een gemeente ontstaan maar dat was zeer tegen de zin van moskeebestuurders. Christenen, m.n. ex-moslims werden geïntimideerd. De spanningen liepen hoog op. Een vertegenwoordiger van de moskee klaagde bij de politie dat de evangelist bezig was moslims te bekeren. Nu, Hermandad bleek daarover zeer verbijsterd. 'Hoe kon je in deze tijd nog uitgaan van de waarheid van een godsdienst?'
Even weer met de voeten op de grond dus.
Deze waarnemingen zijn met vele te vermenigvuldigen. We sluiten af met een buitenlands bericht, uit het grootste moslimland ter wereld Indonesië.
De Amerikaanse nieuwswebsite Christianity Today[10] meldt dat zeker duizend kerken in Indonesië zijn gesloten sinds de invoering in 2006 van de wet voor religieuze harmonie(!). Deze schrijft vóór dat religieuze minderheidsgroeperingen die een gebedshuis willen bouwen, eerst handtekeningen moeten verzamelen bij de religieuze groepering die in de betreffende wijk de meerderheid heeft.
Duizend kerken dicht.
Tenslotte, moeten we nog vermelden dat vele tienduizenden christenen meedogenloos worden vervolgd en afgeslacht in moslimlanden? Niets ontziend gediscrimineerd, gemarteld en vermoord. Het zijn geen incidenten meer maar een systematische grootschalige genocide op christenen, zie de laatste rapportages van Open Doors. Als er dan gebeden moet worden, en dat moet zeker, bidt dan aanhoudend in het bijzonder voor al de kinderen van God die onnoemelijk zwaar lijden. Smeek dat ze mogen volharden door Gods Geest. En dat ze bevrijd mogen worden door de kruistochten van de 21ste eeuw.
Enkele overwegingen
Tegen dit zwarte decor met daarop geprikte rond dwarrelende opvattingen, exegeses en directieven moeten we als gereformeerde christenen ons standpunt en onze houding bepalen. We doen een poging.
Nuchterheid
Er is nuchterheid geboden. Hét probleem zit is de moslimwereld en –landen zélf. Het moet dáár worden opgelost. De enorme vloedgolf van menselijke leed die over hun en onze landen spoelt is niet eerder in te tomen en te lenigen dan wanneer sjiieten en soennieten elkaar niet meer de hersens inslaan. En wanneer daar eindelijk het besef doorbreekt dat geloof en overtuiging niet met zwaarden en messen kunnen en mogen worden afgedwongen.
Diegenen die menen dat het immense probleem van het moslim-terrorisme is op te lossen door met bloemetjes en vlaggetjes naar ze te zwaaien zijn naïef, dodelijk en onchristelijk naïef. Want deze fanatici zijn niets ontziend en meedogenloos. Zij schuwen geen enkel middel als dat past in hun strategie en doeleinden van groot-moslim denken. Zij vrezen de dood niet want volgens hun religie is immers de marteldood het meest verheven offer dat beloond wordt met hemelse zaligheid met vele geneugten.
Laten we ons daarom onvoorwaardelijk distantiëren van al die hijgerige benaderingen van het jihadisme. Alsof wij met ons liefhebben deze beestmensen wel op het rechte pad kunnen bidden.
Hulp
Dat betekent niet dat we de vluchtelingen in de kou moeten laten staan. Liefhebben van de naaste is voldoende gebod om ons daarvoor in te spannen. Het gaat dan wel om echte vluchtelingen die in de regio onmogelijk kunnen worden opgevangen. Daarvoor is bewaking van Europa's buitengrenzen hard nodig, met een uitgebreide screening van immigranten.
Huisvesting in ons land zal tijdelijk zijn. Zodra de situatie het toelaat zullen vluchtelingen weer terug moeten keren naar hun thuisland. Dat is niet alleen van belang voor de rust en vrede in onze landen maar ook noodzakelijk voor de opbouw van hun eigen land dat op grote schaal is verwoest. Dat beleid en die wederopbouw dienen door ons te worden gesteund, organisatorisch en financieel.
Exegese
Het valt voortdurend te lezen: Jezus was ook een dakloze vluchteling, een asielzoeker. Werd ook de gastvrijheid in het Oude en Nieuwe Testament niet duidelijk beoefend en aanbevolen? Immers gebiedt Paulus in bijvoorbeeld Rom. 12 niet toe te leggen op gastvrijheid? En te zegenen wie vervolgen en niet te vervloeken? Ja, we moeten het goede voor hebben met alle mensen. En onszelf niet wreken, vermaant hij.
Dus toch maar de grenzen open, onbeperkte opname van ieder die zich aandient, inclusief mensen 'met minder oorbare bedoelingen' inclusief moslim-extremisten?
Maar dan moet toch eerst de Schrift wat verder open. Want als we ons willen baseren op de gastvrijheid van Israël in het Oude Testament dan zal ook in rekening moeten worden gebracht dat het land bewaakte grenzen kende. Er was geen sprake van dat de Chiwieten, Hethieten, Kanaänieten, enzovoort daadwerkelijk op grote schaal het land konden overspoelen en werden geïntegreerd in de Israëlitische samenleving. Bij de intocht in het beloofde land werden de inheemse volken zelfs op Gods bevel uitgeroeid! En hoe werden bijvoorbeeld de Filistijnen niet vaak op leven en dood bevochten. Er moet dus meer worden overwogen dan alleen de gastvrijheid die het oude Israël vreemdelingen en bijwoners betoonde. Want God zelf stelde wel een grens:
Gij zult noch met hen noch met hun goden een verbond sluiten. Zij zullen in uw land niet blijven wonen, opdat zij u niet tegen Mij doen zondigen, doordat gij hun goden gaat dienen, want dit zou u tot een valstrik zijn. Deut. 23: 32, 33.
Een punt om verder te overwegen.
Zeker, we leven nu in de nieuwtestamentische tijd. Romeinen 12 zoals we dat boven aanhaalden is duidelijk; wreekt uzelf niet, geliefden. Maar dan ook dóórlezen in het volgende hoofdstuk waarin de roeping en taak van de overheid wordt beschreven en waar we onder meer horen
De overheid staat in dienst van God, u ten goede.() Die kwaad doen moeten bang voor haar zijn want zij draagt het zwaard niet tevergeefs, zij staat immers in dienst van God, als toornende wreekster voor hem, die kwaad bedrijft, zie Rom. 13:1-5.
Gereformeerden hebben die tweeslag altijd vastgehouden: geen persoonlijke wraakoefening, geen eigenrichting, en tegelijk vastgehouden aan een overheid die het goede beloont en straft met het zwaard als dat nodig is.
Wij zwaaien dus jihadisten, terroristen en extremisten geen bloemetjes-welkom toe maar roepen de overheid op haar schriftuurlijke roeping te gehoorzamen. Haar onderdanen te beschermen tegen bruut geweld. En het is voor ons als (christen-)burgers zaak díe politieke partijen actief te steunen die blijk geven dit fundamentele inzicht te delen.
Er valt hier nog iets aan toe te voegen. We worden steeds maar weer opgeroepen jihadisten en terroristen lief te hebben, hen zelfs in ons land maar toe te laten, in elk geval ons daar niet zo druk over te maken, zie boven. Maar zouden de advocaten daarvan zich ook niet eens willen afvragen of dat strookt met de liefde voor ieders directe naasten: kinderen en kleinkinderen, familie, vreedzame mensen in buurt, dorp en stad. Waar blijkt onze liefde tot hén volgens Romeinen 12, als we hun potentiële moordenaars en kinderverkrachters met vlaggetjes verwelkomen?
Nee, we moeten niet angst-driven worden. De vrees voor het terrorisme moet ons niet gaat beheersen. Tegelijk hoeven we ook niet onze diepe zorgen te overschreeuwen met dappere woorden die als het op de daad aankomt zo lek als een mandje zullen blijken te zijn. Als er bijvoorbeeld plotsklaps duizend doden vallen in Nederland.
Iemand vergeleek het moslim-terrorisme met de gruweldaden van het nationaal-socialisme[11]. En terecht. Want alles balt zich erin ook nu weer samen: moordzucht op enorme schaal, grootheidswaanzin, religieus fanatisme, antisemitisme, wereldverovering. Wie zou daar niet beducht voor zijn? Wie zal als verzetsmens tijdens de oorlog niet hebben gebeefd voor de gevolgen bij arrestatie? Wie in Dachau, Theresienstadt en Auschwitz zijn geweest gaan zelfs nu nog de koude rillingen over de rug.
'In mijn angst heb ik tot God gebeden', huilt Ps. 116, 'ach, HERE, hoor en red mij uit de nood'. En heeft de Here Jezus ook niet een onpeilbare diepe angst getoond toen hij in Getsemane zijn Vader smeekte of er niet een andere mogelijkheid was dan ondergáán van en óndergaan in naderend vreselijk lijden?
Angst kan je ook als Gods kinderen terecht om het hart slaan, vele psalmen getuigen er van. Maar, en dát maakt het fundamentele verschil, er is een uitweg, het komt uiteindelijk goed! Want
God heb ik lief, want die getrouwe HEER,
hoort naar mijn stem, mijn smekingen, mijn klagen.
Hij neigt zijn oor, 'k roep tot Hem al mijn dagen.
Hij schenkt mij hulp, Hij redt mij keer op keer.
Ps. 116:1
Artikel 36
We willen nog iets aan de orde stellen en overwegen: art. 36 van onze Nederlands Geloofsbelijdenis. We zijn immers gereformeerd en geloven en belijden wat daar staat over de roeping van de overheid. Wat betekent dat voor de nood waarin de wereld en wij verkeren? Maar dat vergt een volgend verhaal.
Wordt vervolgd
[1] ND 15/09/15.
[2] 'Mand voor de toekomst'.
[3] We hebben geen roomse Vulgata bij de hand maar volgens ons is in de onder ons gangbare vertalingen sprake van hemd. Maar het zou van exemplarisme getuigen om daar een rooms-protestants geschil van te maken. Dus gunnen we hem graag zijn onderbroeken exegese.
[4] ND 14/12/15.
[5] ND 09/01/15.
[6] ND 08/01/16.
[7] ND 25/11/15.
[8] Onderweg, 13/06/15.
[9] De Wekker 06/11/15.
[10] Via ND 18/11/15.
[11] Jelte Huizinga in ND 30/11/15.