Gewoon
N. van Dijk
07-04-12
In de gereformeerde kerkbode van Groningen - Fryslân - Drenthe van 16 maart, vraagt ds. J. Kuiper aandacht voor het belang van de 'gewone christen die elke dag naar zijn werk gaat, daar bezig is met cijfers en feiten bijvoorbeeld, zijn boterham daarmee verdient en ook nog eens door middel van giften meewerkt aan de uitzending van andere christenen, die wel elders op de wereld hun roeping hebben'. De gewone ploeteraars zijn net zo hard nodig als mensen die een bijzondere opdracht vervullen in Gods koninkrijk.
Er is in deze tijd veel aandacht voor spectaculaire dingen en het zich onderscheiden van de grijze massa. Toch stelt ds. Kuiper dat het gauw met de kerk zou zijn afgelopen als ze zou vergeten hoe belangrijk het is om gewoon in het dagelijkse leven God te dienen.
Wat voor mensen geldt is volgens hem ook van toepassing op de kerken. Er is veel aandacht voor het stichten van nieuwe gemeentes en allerlei bijzondere invulling van de eredienst. Waar wat te beleven valt, daar moet je zijn. Toch zijn de gewone diensten minstens zo belangrijk. Dat er elke week erediensten belegd kunnen worden, is eigenlijk heel gewoon, maar tegelijk heel bijzonder.
Tegenwoordig is er veel aandacht voor de grote stad als centrum van de cultuur. Gemeentestichting in Amsterdam, het werk van Tim Keller in New York, het wordt op de voet gevolgd.
Ds. Kuiper relativeert deze aandacht voor de grote stad. Paulus werkte in de grote steden van zijn tijd, maar Jezus begon Zijn werk in de dorpen en de kleine plaatsen van een landstreek die niet meetelden. Galilea, de landstreek van de heidenen. In de gelijkenissen sluit Jezus Zich ook aan bij de cultuur van het platteland.
Bij het doorbladeren van de nieuwste uitgave van 'Cijfers en feiten', een uitgave van het Steunpunt kerkenwerk, viel het ds. Kuiper op hoeveel het gewone kerklid jaarlijks bijdraagt aan kerk, zending en evangelisatie en andere doeleinden. Ook komt er uit de rapportage naar voren dat het ledental van de kerken daalt. Het aantal groeikerken ligt lager dan tien jaar geleden. Dit doet de vraag rijzen of we alles wat we tot nu toe deden in stand kunnen houden: "Het onderzoek onderstreept dat we elkaar nodig hebben en dat alle kerken er toe doen. Zonder de doorsnee kerken en de doorsnee christenen waren we nergens".
Nader Bekeken
In een ander artikel wordt eveneens aandacht gevraagd voor het belang van 'het gewone'. In het tijdschrift 'Nader Bekeken' van maart vraagt ds. Niemeijer aandacht voor de gewoonte om trouw naar de kerk te gaan. In de GKV staat deze gewoonte steeds meer onder spanning, vooral de tweede kerkdienst moet het steeds meer ontgelden. Sommigen vinden dat je niet 'uit gewoonte' naar de kerk moet gaan. Ze doen dan volgens ds. Niemeijer anders dan Jezus, die volgens Zijn gewoonte op sabbat naar de synagoge ging. In Hebreeën 10 klinkt de oproep de onderlinge bijeenkomst niet na te laten, zoals dat bij sommigen de gewoonte is.
Sommigen zeggen alleen te gaan als zij daar behoefte aan hebben, of alleen te gaan als ze echt zelf willen. Maar volgens de predikant is het bijbels gezien maar de vraag of 'eigen wil' een beter criterium is dan 'gewoonte'. Deze manier van denken houdt geen rekening met plicht of roeping, wat vraagt God van je en wat kunnen andere mensen van je verwachten die een beroep op je doen.
Ds. Niemeijer spreekt niet van een optie maar van een gebod om de samenkomsten te bezoeken, zo vaak als de Here ons daar roept:
"Als het structureel is dat het zondag wordt en dat de Here jou dan een boodschap wil laten overbrengen, dan is het een goede zaak om er te zijn zo vaak als in de preek Gods heerlijkheid verschijnt (2 Kor. 3). Ook kent het leven van een christen zo een herkenbaar en duurzaam patroon waar een getuigenis van uit gaat, bv. naar je kinderen of de buren.
Als het niet gewoon is om te komen, word je ook onberekenbaar voor de Here, de kerk, je broeders en zusters. Waar kunnen ze je nog voor inzetten, hoe kun je meeleven met elkaar, elkaar bemoedigen? Wat stralen al die lege plaatsen uit naar gasten en jongeren?"
Volgens de predikant is een gewoonte heilzaam:
"Je hoeft niet - heel vermoeiend! - elke zondag weer een keuze te maken of je gaat of niet. Je hoeft ook niet op zoek naar bijkomende redenen om te gaan. Als je door iets extra's over de streep getrokken moet worden, zul je op den duur steeds vaker niét komen. Als preek en gebed en lied als door God (!) gegeven instrumenten je niet meer motiveren, zullen stimulansen van tweede garnituur dat zeker niet doen. Als het bij jou niet 'gewoon' is om naar de kerk te gaan dan ben je daarin anders dan de Here Jezus (Luc. 4: 16)".