Kruisverhoor op Zondag(1)
D.J. Bolt08-12-07
Voor degenen die daarin geïnteresseerd zijn eerst even een kort overzicht van onze gedachtenwisseling met daarbij de vindplaatsen. De artikelen op de website van één in waarheid (aangeduid met EIW) werden geplaatst in de rubriek Ethiek/Archief, alle andere zijn in De Reformatie verschenen.
Door ds. Wierenga:
29-12-06 Wierenga en het vierde Woord (EIW)
20-01-07 Het vierde gebod, de sabbat en de zondag
27-01-07 Compromis ter pacificatie
03-03-07 Gesprek met de engel
12-05-07 Geen goddelijke rustdag meer?
Door D.J. Bolt:
29-12-06 Wierenga en het vierde Woord (EIW)
23-03-07 RUSTdag, rust zacht? (1) (EIW)
30-03-07 RUSTdag, rust zacht? (2) (EIW)
06-03-07 RUSTdag, rust zacht? (3) (EIW)
13-03-07 RUSTdag, rust zacht? (4) (EIW)
12-05-07 Geen goddelijke rustdag meer?
Het is uit deze publicaties duidelijk dat we nog niet uitgesproken zijn. Daarom stelde ds. Wierenga voor dat ik hem aan een "kruisverhoor" (zijn typering) zou onderwerpen. De vragen en de antwoorden mogen worden gepubliceerd.
Ik heb daar positief op gereageerd. Het doet me deugd dat er in elk geval één predikant in onze kerken bereid is en de moed heeft om zijn (eigen) overtuiging op dit punt helder uit te dragen en daarbij er niet voor terugdeinst die publiek te verantwoorden, of om in de sfeer te blijven: te laten 'ondervragen'.
Dat 'kruisverhoor', liever gesprek, gaan we nu in. Daarbij stel ik voor mijzelf niet primair als doel dat we tot een gemeenschappelijke overtuiging komen (hoezeer dat ook verheugend zou zijn) maar dat er helderheid komt over opvattingen die in onze kerken mogen worden geleerd m.b.t het vierde gebod en de rustdag. Niets is zo frustrerend dat de problemen onder ons laten vergrijzen en verglibberen zodat er geen vat meer op kan worden verkregen en we niet weten wat we nu wérkelijk geloven en belijden. Beter helderheid over tegenstellingen dan schijnovereenstemming.
Het lijkt mij verstandig de discussie in fasen te voeren. Eerst wil ik proberen nauwkeurig en kernachtig de opvattingen van ds. Wierenga weer te geven over de rustdag in het licht van het vierde gebod. Daarvoor kan ik putten uit de preek die hij heeft gehouden in maart 1983 en verder uit de artikelen die, zoals boven vermeld, sinds december 2006 over dit onderwerp van ds. Wierenga en mij zijn verschenen. In de verdere discussie zal daar ook regelmatig naar worden verwezen, verwacht ik.
Maar eerst moeten ds. Wierenga's overtuiging helder en correct worden weergegeven.
Vervolgens wil ik proberen verschillen in overtuiging aan te geven en waar de moeiten zitten. Deze tweede fase is natuurlijk niet vooraf duidelijk te structuren. Het hangt van de loop van de discussie af. Maar in principe gaat het niet om de dingen waarover we het eens zijn (hoe fijn ook) maar om zaken waarin we verschillen en proberen nader tot elkaar te komen.
Als laatste lijkt het me goed de gedachtenwisseling met gezamenlijke conclusies af te sluiten.
In principe zou het mooi zijn wekelijks een reactie van de ene of de andere gesprekspartner te kunnen plaatsen. Maar het is natuurlijk geen probleem als er meer tijd nodig is.
Om misverstanden uit te sluiten worden de wederzijdse reacties steeds gekopt met de naam van de schrijver.
Dan nu eerst een weergave van de samengevatte overtuiging van ds. Wierenga m.b.t. de zondag en het vierde gebod.
Bolt aan ds. Wierenga (1)
Uw standpunt m.b.t. de zondag en het vierde gebod hebt u, ds. Wierenga publiek verkondigd in een preek in maart 1983 te Helpman en ook daarvan gepubliceerd in bovengenoemde artikelen. Samengevat kan uw overtuiging als volgt worden weergegeven:
Het vierde gebod is niet afgeschaft. Want de kern ervan is dat wij, als zijn officiële bondgenoot, alle dagen moeten vertrouwen op God en Hem dienen in dankbare liefde en trouw zijn aan zijn bepalingen. Wel is de sabbat, een aparte dag, afgeschaft.
Er bestaat in de nieuwe bedeling geen door God opgelegde rustdag meer. Die rustdag wordt ons niet opgelegd in het vierde gebod noch op een andere wijze. Alle dagen zijn in principe gelijk. De kerk heeft in alle vrijheid de eerste dag van de week gekozen als dag van samenkomst zonder er een rustdag van te maken. Wij hebben ons werk op de zondagen neer te leggen om naar de kerk te gaan, alléén daarom en in feite alleen voor de tijd dat we in de kerk zitten. 'In feite' betekent hier: de besteding van de rest van de dag wordt overgelaten aan de vrijheid van de gemeenteleden. Daarbij vindt u dat we ons maar wat richten moeten naar de praktische regels van Dordt, zonder in geweten daaraan gebonden te zijn. Dat betekent dat als iemand het anders wil doen, hij zich niet schuldig hoeft te voelen.
U acht deze leer gegrond op de Heilige Schrift en naar onze belijdenis.
U bent van mening dat deze overtuiging vrij mag worden geleerd in onze kerken: op de kansels, op de catechisaties en in de huizen.
U bent ervan overtuigd dat deze leer in overeenstemming is met:
- de opvattingen van Johannes Calvijn;
- de leer zoals die in het verleden in de gereformeerde kerken werd uitgedragen in de zes regels van de synode Dordrecht 1618/19 en in de Synopsis Purioris.
En tenslotte, volgens u heeft de kerkenraad van de gereformeerde kerk vrijgemaakt te Helpman (Gr), de kerk waar u destijd aan was verbonden, uitdrukkelijk toegestemd uw overtuiging zoals aangegeven in deze gemeente te leren. Deze kerkenraad heeft ook alle ingebrachte bezwaren daartegen geheel ongegrond verklaard.
Mijn vraag aan u is: Heb ik uw overtuiging en opvatting zo correct weergegeven?