In de ban van de ring of de geest van de tijd
N. van Dijk
23-02-13
In een bespreking door dr. P. de Vries (HHK, Boven Hardinxveld) over het zicht op de Kerk en de Heilige Geest bij dr. A. van de Beek, uit dr. De Vries zijn zorgen over o.a de opvattingen van Van de Beek over bv. de huwelijkswetgeving, homoseksuele relaties. Van de Beek blijkt geen moeite te hebben om voor hen die een homoseksuele relatie hebben de ambten open te stellen.
Dr. De Vries noemt het huwelijk een levenslange relatie tussen één man en één vrouw en deze behoort tot de diepste kern van de christelijke ethiek. Het NT is volgens hem nog stelliger dan het OT. Het OT liet nog ruimte voor polygamie, maar noch het OT noch het NT bieden ruimte voor welke homoseksuele relatie dan ook. Voor de Vroege Kerk, waarop Van de Beek zich vaak beroept, was homoseksueel gedrag onverenigbaar met het lidmaatschap van de Kerk. Volgens dr. De Vries achtte de Vroege Kerk een homoseksuele relatie ernstiger dan polygamie, omdat zij strijdig was met de scheppingsorde. Hij schrijft:
“Juist op het punt van homoseksualiteit botst in de huidige samenleving het getuigenis van de Schrift op de tijdgeest. Wie echt een belijder is, sluit hier geen compromis, ook al betekent belijden lijden. Laat de Kerk toch echt Kerk zijn en Jezus belijden als Heere die niet kwam om de Wet en de profeten te ontbinden maar die te vervullen”.
Door zeer velen binnen de GKv is in het verleden op bijbels gefundeerde wijze geschreven over gevoelige zaken als homoseksualiteit, huwelijk en echtscheiding, samenwonen. Zo werd samenwonen binnen de GKv afgekeurd, diverse Bijbelteksten werden daarbij genoemd: Gen. 2,24; Ex. 22,16; Deut. 22,13 vv; 22,28v; Lev.18; 1 Kor. 6,12 vv; 1Kor. 7,9.
Hierin lijkt nu een kentering gekomen te zijn. In de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt zijn al langere tijd verschuivingen gaande als het gaat om huwelijk en andere vormen van samenleving. Zo is er onlangs een congres gehouden van de Gereformeerde Hogeschool over samenlevingsvormen in de kerk met als titel: ‘In de ban van de ring’. Het ND berichtte: “Wie hoopte een antwoord te krijgen op de vraag of samenwonen wel of niet mag, kwam bedrogen uit”. Zo werd bv. door Marco Derks, theoloog en één van de sprekers, gezegd dat ‘de traditionele opvatting van het huwelijk een hermeneutische constructie was die niet op de Bijbel te baseren valt, maar waarbij wel onbewust vooronderstellingen een rol spelen’. De opvatting over het traditionele huwelijk zou context-afhankelijk zijn en een obstakel kunnen vormen in de relatie tussen de moderne mens en God.
De vrijgemaakte ds. Tim Vreugdenhil, een andere spreker, moest bij de ND-enquete over samenwonen denken aan de vragen die de Farizeeërs aan Jezus stelden, ze waren
“in de ban van de wet, verstrikt in vragen van het type: mag het wel of niet? Jezus beantwoordde in zijn onderwijs niet zomaar alle vragen die Hem werden gesteld.Vaak vindt Hij dat er iets mis is met de vraag, of erger: met de vragensteller."
De kerk moet niet in de ban van de ring zijn, maar in de ban van het evangelie. Als de kerk niet goed weet te leven uit vergeving, neemt volgens hem de behoefte aan sterke standpunten toe. Hij zei te dromen van een christelijke gemeenschap met singles en getrouwden, homo’s en hetero’s – mensen die van elkaar leren over het evangelie.
‘We zijn inderdaad teveel in de ban van die vervloekte ring geraakt. En dit is de prijs: keurig getrouwd zijn als norm, met weinig of geen ruimte om eerlijk te zijn over dat het in je huwelijk deels niet werkt. Dubbellevens, van gemeenteleden tot aan predikanten. En in andere categorieën dan de keurig getrouwden veel kerkverlating, soms ook Godverlating" (ND 17 jan. 2013).
In een artikel in het ND van 25 jan. verklaart hij zijn manier van denken nader:
“Er is geen ander evangelie voor mensen buiten dan voor mensen binnen een relatie. Aan ieder die het horen wil kan worden verteld dat Jezus je leven draagt en dat Hij het wil helen. En dat is onvoorwaardelijk. Als je begint met het evangelie kom je verder dan in een moralistisch (er mag van alles niet) of liberaal (alles kan) denkpatroon. Voor ieder mens is Jezus Christus gestorven en opgestaan, ieder mens is mijn broeder en zuster. Alleen op die manier kan er iets ontstaan dat christelijke ethiek heet. Een kerk is een plek waar niemand wordt veroordeeld, niemand wordt afgewezen”.
Op dit artikel reageerde dr. J. Douma op de website gereformeerde kerkblijven.nl. Als het gaat om het onvoorwaardelijke van de liefde van Jezus en het moralisme:
“Om hier met mijn kritiek te beginnen: Ik vind mij zelf geen moralist, maar tegelijk weet ik dat er heel veel niet mag. Hoe weet ik dat? Omdat Gods wet en Jezus’ woord ons dit glashelder maken. Dat hebben alle christelijke ethici uit alle tijden in hun boeken beweerd en ook geconcretiseerd. Zij zullen soms de plank hebben misgeslagen. Maar zij concretiseerden in de lijn van Jezus Christus wat Gods gebod voor hen en voor de christelijke gemeenten betekende.
Dat konden ze doen omdat er geen verlossing voor ons is zonder geloof, maar evenmin zonder dat wij Jezus’ geboden bewaren (Joh. 14,15,21;15,10). Hij heeft het gebod van God (onder meer in de tien geboden) niet afgeschaft, maar vervuld en verdiept (Matt. 10,19;Marc. 7,8; Luc. 18,20, etc.). En wie die geboden nagaat, weet dat er heel veel niet mag, als men aan Christus verbonden wil zijn en blijven. De aanvaarding van het evangelie heeft een duidelijke prijs. We kunnen niet Jezus’ liefde voor ons en zijn heling van ons leven onvoorwaardelijk noemen, als we Hem niet willen volgen op het pad dat zijn Vader en Hij voor ons hebben uitgestippeld. Geloof en het bevel tot bekering gaan samen.”
En ook het Kerkblad van de Hersteld Hervormde Kerk (9 febr.) besteedt aandacht aan het congres. In een artikel van ds. H. Zweistra ‘Samenwonen rukt op, ook in de kerk’ beschrijft hij wat door de sprekers op dit congres gezegd is en concludeert dan:
“Achter al deze uitspraken zit een bepaalde theologie. Het klassiek Bijbels theologisch denken is veel te statisch voor de huidige dynamische generatie. Zij ervaart de gereformeerde Bijbelvisie met haar gereformeerde hermeneutiek als verstikkend. De moderne mens maakt als bevrijde mens zelf uit wat ‘in de ban van Jezus’ legitiem en heilzaam is. Jezus is hierin richtinggevend en maatstafgevend. We hoeven ons niet langer te laten ringeloren door een huwelijksdenken dat een constructie blijkt te zijn. ‘Samenwonen rukt op, ook in de kerk’, kopte de krant. Dat is gelet op het bovenstaande niet vreemd. Intussen wel uitermate verontrustend! Onze jeugd vervreemdt in een snel tempo van de gereformeerde Bijbelvisie. Niet wat de Schrift zegt is bepalend, maar wat ik denk en voel. Moest de Bijbel zich in het verleden voor de rechtbank van het verstand verantwoorden, nu moet het gebeuren voor het autonome gevoel.
Binnen het gereformeerde denken wordt ervan uitgegaan dat het huwelijk door de Heere aan ons is geschonken. Het huwelijk wordt door ons niet gezien als een constructie!
Het geheel overdenkend zien wij tot welke constructie de moderne visie op de rechtvaardigingsleer leidt. De mens staat dankzij Christus als bevrijd mens in deze wereld. Een bevrijd mens moet je niet aan ‘wetjes’ en ‘regeltjes’ onderwerpen maar overgeven in de handen van de Bevrijder. Calvijn zou in dit verband zeggen dat Gods kind wel bevrijd is van de vloek van de wet om nu in de binding aan de wet de hoogste vrijheid te beoefenen”.