Ethiek

Kerkverband

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Kerk zijn tussen mensen en muren (2)

 

D.J. Bolt
25-01-14

 

We woonden het congres bij dat maart 2013 in de vrijgemaakte scholengemeenschap prof.dr. S. Greijdanus te Zwolle werd gehouden. Er werden drie toespraken gehouden waarop kon worden gereageerd. Sprekers waren:

 

Prof.dr. B. Kamphuis (GKv) over De kerk is katholiek of ze is niet.

Ds. Joh. Schaeffer (NGK) over Lijden aan de kerk, hoe hou je het vol?

R. Sonneveld (GKv) over Waarom ik weer naar de kerk ga.

 

We geven uitgebreide samenvattingen van deze toespraken en de daaropvolgende discussie omdat deze een goede (deel)indruk geven van het kerkelijk klimaat, ook die tussen GKv en NGK.
Deze keer de toespraak van Nederlands gereformeerde ds. Joh. Schaeffer.

 


 

 Lijden aan de kerk, hoe hou je het vol?

 

Ds. Joh. Schaeffer (NGK)

 

Als ik aan de algemene heilige katholieke kerk denk, voel ik een zekere neiging tot cynisme. We belijden het elke zondag maar hoe geloofwaardig is het? Geloof jij het? De kerk heeft een slechte naam, hoeveel mensen lijden niet aan de kerk. Zie bijvoorbeeld het seksueel misbruik in de roomse kerk. Denk aan de scheuringen waarvoor de kerken van de Reformatie patent hebben en alle psychische wonden die dat tot gevolg heeft.
Laat ik het vandaag heel het dicht bij mijzelf houden en een ander uit onze familiegeschiedenis vertellen.

 

In 1915 werd mijn vader geboren. De familiekroniek vermeldt dat hij drie kerkelijke breuken meemaakte. Bij de Vrijmaking was hij in Amsterdam en ging daarin mee. Een breuk die dwars door de familie van mijn moeder ging. In de zestiger jaren raakte hij als predikant van een dorp in Groningen overspannen. Moest vervroegd emeritaat aanvragen en verhuisde naar Zwolle. Daar maakte hij in de ogen van  Groningse vrijgemaakte kerkenraad de verkeerde keuze en raakte buiten verband. Zijn emeritaatsrechten werden hem ontnomen en kreeg hij geen rooie cent meer. Later, als lid van de NGK maakte hij de strijd tussen Zwolle I en II mee. Hij voelde zich verwant met Zwolle II maar kon het niet jegens God verantwoorden met hen mee te gaan. Innerlijk verscheurd vertrok hij naar Schiedam.

 

In de zestiger jaren studeerde ik aan de theologische hogeschool in Kampen. Door het zogenaamde attestenbesluit dat ik niet aanvaardde, kon ik mijn studie daar niet voortzetten en heb die moeten afronden aan de Vrije Universiteit.  
Ik had mijn vrouw in het Groningse dorp leren kennen waar mijn vader had gestaan. Op het huisbezoek werd met klem aangedrongen mijn verloving te verbreken. Als de predikant mij daar in de kerk zag werd voor mijn bekering gebeden. Ik was ongehoorzaam aan de leiding van de theologische universiteit en zondigde dus tegen het vijfde gebod. Huwelijksbevestiging werd geweigerd.
We trouwden en kregen ons eerste kind. Maar mijn enthousiaste schoonmoeder werd niet door de dominee gefeliciteerd, het was immers een kind der zonde?

 

Mijn zoon koos uit volle overtuiging predikant te worden in de NGK. Maar een jaar geleden kon hij niet meer verder. Geloof me dat het een intriest verhaal is vol van pijn. Ik zelf sta er verbijsterd bij over wat er allemaal met hem gebeurd.
En hij is niet de enige. Er zijn veel meer schrijnende verhalen over opgebrande predikanten, van liefdeloosheid, roddelen en last, over wantrouwen, niet meer elkaar bereiken na eindeloze vergaderingen. Geen weg meer vinden. Mensen die afhaken en hun heil ergens anders zoeken. Mijn vrouw en ik horen zoveel over pappen en nathouden, onzorgvuldigheid, nalatigheid, onbarmhartigheid. We hebben de handen vol aan opgebrande predikanten. Het gaat aan geen kerk voorbij. Er is geen gemeente zonder spanningen. Eindeloos doorzeuren van conflicten, mensen die in elkaar teleurgesteld raken. De kerk is in veel opzichten een onveilige plek.
Er zijn ook andere verhalen maar dit ervaren we zelf en velen met mij.
 

Ik geloof in de algemene heilige katholieke kerk, geloof jij het zelf nog wel echt?

Het is een wonder dat die oude belijdenis zo oud is en niet verloren is gegaan. In haar zou toch de volmaakte katholiciteit, reinheid, puurheid moeten worden gevonden? Door roeping en verkiezing is zij toch afgezonderd in de dienst van God en verkoren uit genade? Dat is toch zichtbaar en wel ervaarbaar? Jezus zegt toch jullie zijn het zout der aarde, de kerk is toch een licht in de wereld? Als het niet gezien wordt is er iets mis. Paulus zegt in Efeze 5 dat Christus zijn gemeente stralend zonder vlek of rimpel voor zich stelt zó dat zij heilig en zuiver is. Filipenzen 2, doe alles zonder morren, of bedenkingen, opdat u  onberispelijk en onbesmet mag zijn en schittert als sterren in de wereld. En Hij bidt in Johannes 17 dat zijn discipelen heilig zijn opdat de wereld begrijpt dat Hij door God is gezonden. Een eenheid zoals tussen de Vader en Hem. Gericht op heilig leven. Zo'n getuige kan niet voor de wereld verborgen blijven.

Hoe kun je dit met elkaar rijmen als de kerk in de praktijk niet heilig, niet veilig is? Als er in haar zoveel spanning, zoveel bederf en lijden is? Zoveel pijn in het lijden aan de kerk? Niet veilig. Misschien is er geen deel van de belijdenis dat zoveel spanning oproept.

Hoe is de kerk ooit tot deze belijdenis gekomen? Ik geloof een algemene heilige kerk, maar hoe hebben we dat kunnen volhouden?

 

Er zijn verschillende wegen naar oplossingen.

De roomse kerk heeft haar instituut in haar ambtelijk bestaan heilig verklaard. De leden zijn onheilig ten aanzien van wie geldt: Ga niet met uw knecht in het gericht. Maar dat geldt niet voor de kerk als geheel. Die is heilig.

De Donatisten en Dopersen maken ernst met de heiligheid, met een heilige kerk met de heiligheid in het leven van al haar leden en maken daartoe ook ernst met de tucht. Het mes er in. Want door de macht van Jezus Christus is immers het kwade te overwinnen? Als het mes van de tucht bot is geworden, of niet voldoet aan de heiligheid in leer of leven dan stap je er uit en begin je opnieuw. Zo bereik je een bijna volmaakte kerk in het tijdperk van de Geest. Dat behoort tot de mogelijkheden. Je mag toch uitgaan van de zuiverende kracht van de Geest van Christus? Het ideaal is een heilige kerk zonder vlek of rimpel die straalt en schittert.

 

Ik kies niet voor de eerste oplossing want hiermee wordt de kritiek op de kerk ontkracht en raakt het wezen van de kerk niet. Het is een ontkenning van misstanden. Dan is de spanning er uitgehaald.

De tweede mogelijkheid spreekt mij beslist aan. De appelleert aan een diep verlangen in mij zoals we gezongen hebben in Psalmen voor Nu 84. Zo'n kerk wil ik zielsgraag. Dat trekt enorm. Kerk die ernst maakt met liefhebben, die niet op eigen gelijk uit is, maar waar het gaat om de eenheid in Christus en niet om de lieve vrede om mensen bij elkaar te houden, niet de grootste monden de grootste invloed hebben, die bescherming biedt tegen lastige mensen, en die de moed heeft om zonden ook te benoemen. Dan denk ik in de eerste plaats aan een kerk die de zonden in de onderlinge omgang waarin mensen tot in het diepst van hun ziel gekwetst en beschadigd worden, de liefdeloosheid, haat en  bestrijdt. Die niet aan wanbestuur voorbijgaat. Die niet lieve kinderen kapotmaakt en voor hun leven beschadigt. Dat trekt mij enorm.

 

Toch is dit ook niet de weg die ik kies. Die loopt ook dood. Want die wordt rigide, jaagt perfectie na. De zweep gaat er over. En tenslotte keert de wal het schip maar al te vaak. Het levert breuk op breuk op, tot een kleine groep overblijft als die maar zuiver, heilig, puur is.
Het heiligheidsstreven is een anticipatie op het leven op de nieuwe aarde. Het rekent niet met het 'nog niet' tussen Christus' hemelsvaart en wederkomst. Het wil niet weten van het zuchten in de verwachting wat we zijn zullen, dat er slechts een voorschot is gegeven, zie Romeinen 8. Ook wij zuchten in afwachting van wat de kinderen van God zullen zijn. Terwijl Paulus eerder zegt dat we kinderen van God zijn. Wij zijn de tempel van Gods Geest.  Onontkoombaar krijgen we te maken met onvolmaakte katholiciteit en gebrokenheid. Het zuchten is onontkoombaar. En wat we soms al mogen proeven smaakt zo naar meer. Maar de volmaakte katholiciteit en zuiverheid zijn voorbehouden aan het eschaton, de tijd van de voleinding. Nu is de werkelijkheid nog veel van zonde en gebrokenheid.

Komende week is het stille week. Het gaat over de liefde van Jezus Christus voor mensen heiligheid hopeloos tekortschieten en een kerk die op alle fronten faalt. Terwijl zij elkaar de tent uitvechten wast Hij hun de voeten. Hij viert Avondmaal met Judas die Hem verraadt en met Petrus die Hem in de steek laat. En brengt het offer van zijn leven. Eens en voor altijd. De kerk van toen en nu is er voortdurend op aangewezen. De algemene kerk is daar heilig waar ze haar eigen haar zonde inziet en zo zich vertrouwt zich toe aan rechtvaardige God.

 

Hoe houd ik het lijden aan de kerk vol?
Jezus Christus gaf zijn leven door een kerk die zo vreselijk teleurstelt. En tegelijk: houd ik het wel vol, ik merk dat het mij enorm veel moeite kost. Niet als ik denk aan mijn vader, hij is van zijn kerkelijke moeiten verlost. Ook niet als ik denk aan wat ik aan de kerk geleden heb. Dat heb ik voor een groot deel een plek in mijn leven gegeven. Dit congres ervaar ik als een genezing. Maar als ik denk aan mijn zoon en zijn gezin, en zoveel anderen die gebroken aan de kant van de weg liggen, die bloeden uit zoveel wonden dan voel ik een fel verzet.
Ik ben bang voor dat het evangelie van de rechtvaardiging van de goddeloze een evangelie van goedkope genade wordt. Dat het de prikkel wegneemt om te vechten voor een heilige kerk. Dan ben ik zo bang dat het  een vals evangelie wordt: we zijn nu eenmaal zondaars en we zullen het ook wel blijven ook. Wankelend zoek ik naar een balans. Heiliging zonder genade maakt zo gemakkelijk fanatiek, dreigerig, liefdeloos. Maar genade zonder heiliging is een leven zonder zout, zonder licht. Jezus wil bloei en groei in liefde.

 

Lijden aan de kerk, hoe houd ik het vol? Ik kan de balans maar moeilijk vinden. Ik hoop dat we elkaar daar bij kunnen helpen. En dat we in de praktijk de norm van de heiligheid hoog houden.  Hoe komen we verder als de norm met voeten wordt getreden? Dat kan alleen bij het kruis van de opgestane Heer.

 


 

 Werkshop Kamphuis/Schaeffer

 

Bou(w)man, Emmeloord (GKv): Prof. Kamphuis verhaal had ik veertig jaar geleden als vrijgemaakte niet durven vertellen. Toen waren wij nog "de meest oecumenische kerk". Evangeliseren hoefde niet vertelden wij catechisanten van 17/18 jaar. Maar nu gaan we naar de Nationale Synode. Hoe is het mogelijk dat er daarbij geen Beeldenstorm is geweest in de GKv? Terwijl zoals we van Schaeffer hoorden allerlei mensen zich uit G-organisaties lieten wegsturen en terwijl ze nu weer welkom zijn.

 

Prof. Kamphuis: Het is niet zo dat het allemaal zonder slag of stoot is gegaan. Er is in Kampen-Noord recent wel een scheuring geweest. Daar speelden deze dingen ook op de achtergrond. Het ging niet zonder bloedvergieten.
In 1994 heb ik op de Schooldag een toespraak gehouden die ik nu absoluut niet meer zou kunnen houden. Toen was afgrenzing het hoofdthema en heb daarbij de ruimte er niet bij betrokken. Hier heb ik afstand van genoemen. Maar dat was toen het klimaat in de kerken en zo ben ik ook opgevoed.
De vraag is te stellen of in 1960 de katholiciteit niet is geschaad.

Ds. Schaeffer: Het laatste gedeelte over de ruimte voor 1960 heeft me heel erg aangesproken. Ik constateer dat met grote dankbaarheid. Maar ik heb wel een vraag: Moet er niet meer verantwoording komen hoe dit in de zestiger jaren zo heeft kunnen groeien? Hoe heeft de Open Brief die scheiding kunnen veroorzaken? Daar moeten we samen naar kijken.

 

Keppel, Kampen (NGK): Het was een barre tijd toen. Er heerste angst om allerlei verworven zaken te verliezen. Ze moesten worden geconsolideerd. Het werd een geloofsartikel. Volgens ds. Lok ging de bedding van Christus' kerk door de vrijgemaakte kerk. Nu speelt het geen rol meer of je vrijgemaakt of nederlands-gereformeerd bent. (applaus)
 

Zr. Keppel, Kampen (NGK) Vier jaren heb ik in de samensprekingscommissie in Kampen gezeten. We zijn daar zo warm ontvangen. Het heeft me zo goed gedaan. (huilt).

 

Ds. B. Luiten, gespreksleider (GKv): In Zwolle hebben we ook de Open Brief moeten taxeren. Dat werd aan de uitersten opgedragen: ds. Horsman (NGK) en mij. Die moesten dat maar even uitmaken. We hebben veel begrepen. Er ontstond veel herkenning en samen konden we een rapport uitbrengen waarin wederzijdse erkenning wordt uitgesproken. Dat ging niet zomaar.

Maar nu kan het ook niet meer stuk. Er is duidelijk een verschuiving in denken. De vraag is of er steeds meer grenzen worden opgerekt.

Prof. Kamphuis: Ik weet dat niet. Gods Woord geeft de grens aan. Het Woord heeft meer kracht dan we denken. Vroeger dachten we dat de NGK de vrijzinnigheid achterna zou gaan maar dat is niet gebeurd. We hebben de kracht van het Woord niet onderkend. Zie ook de rooms-katholieke kerk. Je moet niet zeggen rooms blijft altijd rooms want ook daar werkt Gods Woord. Dat geldt ook voor de grieks-orthodoxe kerken. Vertrouw op de kracht van het evangelie. Wij kunnen niets tegen de waarheid.
Het heeft er ook mee te maken dat we als christenheid een minderheid in de wereld zijn geworden.

 

Ds. Schaeffer: Drs. H. de Jong heeft nu een boek over de paus geschreven dat hij destijds niet zou hebben gedaan. Er is nu veel meer herkenning over kerkmuren heen dan vroeger. Daar is ook ruimte voor in het katholieke geloof.

 

Ds. J. Mudde, Haarlem (NGK): Kerken zijn in de crisis, er is veel ontkerkelijking. Maar het gaat werkelijk alleen om Jezus Christus. Bij het kruis vind je elkaar, daar word je klein. Het zuiltje van de GKv zou zo veilig zijn. Maar dat is een illusie gebleken.

 

Ds. H.J. Messelink, Zwolle (GKv): Hoe kunnen we elkaar vinden. Ik kijk daar iets anders tegen aan. We hebben nu contacten met andere kerken als de PKN. Maar daar is de vrijzinnigheid wel een punt van bespreking.
Wij zijn als GKv veranderd na de afscheiding van de jaren zestig. De punten toen hadden absoluut niet kerkscheidend mogen zijn. Los van allerlei persoonlijke verhalen is dat is het ergste. Daar zouden we nu dan ook spijt over moeten betuigen. Kijk naar Kampen, nu kan het wél één kerk zijn.
Die scheuring is niet nodig geweest. Dat is het verdrietige. We moeten ons er voor schamen dat we het hebben laten gebeuren.

 

Ds. W. van der Schee, Amsterdam (GKv): De vraag hoe het is gekomen moet je aan de GKv stellen. Daar spelen de generaties een rol in. De luidruchtige generatie van toen is stilgevallen maar zal zich wel een keer moeten verantwoorden.
De ontwikkelingen gaan gewoon door. Niemand van mijn generatie houdt zich nog met deze zaken bezig. We moeten ophouden met elkaar de tent uit te vechten. Laat het oordeel maar over aan de jongste dag.

 

Ds. B. Luiten: Zijn er vandaag nog kerkscheidende punten, bijvoorbeeld met evangelischen? Nog sekten? Als we ons concentreren op Jezus Christus is die dan ook gestorven voor de kleine kinderen? Wat voor een oecumenische katholieke kerk hebben we voor ogen?

 

Prof. Kamphuis: Ik sta hier niet als zoon van mijn vader, ben natuurlijk wel zijn zoon. En ik voel me ook loyaal. Ik weet goed wat er toen speelde en weet ook waarom hij zo handelde. Aan de andere kant zijn ook fouten gemaakt. Mijn moeder is er diep door getraumatiseerd. Het heeft haar diep geraakt. Uit loyaliteit heb ik daar diep begrip voor.
Maar je verandert het niet meer. Ik gaf al aan dat ik het verhaal van 1994 niet meer zou houden. Het punt is nu: hadden we zo weinig vertrouwen op God?

 

Er zit mij wel wat dwars in de verhouding GKv/NGK. Van nature erkennen we elkaar veel gemakkelijker dan bijvoorbeeld de CGK. Maar dat we hier samen zitten betekent nog niet katholieke kerk zijn.


Wij vragen aan evangelischen of Jezus Christus ook gestorven is voor kleine kinderen. Daar denken ze niet allemaal gelijk over. Maar het is wel een kerkscheidend element. De doop is naar zijn aard kerkscheidend. Op de Nationale Synode hebben we te maken met Remonstranten aan de ene en met Baptisten en evangelischen aan de andere kant. Met de laatsten is er inhoudelijk enorm veel herkenning. Maar in de erkenning van de doop is geen compromis mogelijk en zitten ze aan de verkeerde kant van de streep. Toch is er bij alle gebrokenheid wel eenheid in de Heer.

 

De Ploeg, Assen(?): Ben blij met katholiciteitseffectrapportage ().

 

Keppel, Kampen (NGK): De vrijgemaakten hadden in de tijd van de scheuring bezwaren tegen het boek 'Sterven en dan'. Maar ze accepteerden wel de Koreanen met hun Westminster Confessie. En die geloofden op basis van het verhaal van Lazarus dat de zielen vier dagen onderweg waren naar de hemel. Maar dat kon toen wel allemaal want Korea was ver weg.

 

Ds. B. Luiten: Jezus Christus staat steeds meer centraal, is uit de schaduw van de kerk getreden. Maar staan de muren nog goed of moeten ze weg? Kunnen we kerkelijk verdeeld en christelijk samen zijn?

 

In Jezus zijn we samen. Maar de kerkelijke verscheidenheid mag niet. Die is principieel niet te aanvaarden. Maar we zullen er mee moeten leren leven.

Ds. B. Luiten: Prof. J. Kamphuis heeft 1892 verdedigd als confessioneel verantwoord. Tegelijk heeft hij in colleges ons op het hart gebonden dat de belijdenis ruimer is dan je eigen opvattingen. Daar is ruimte.


Gegeven de actualiteit, hoe kunnen we heiligheid weer terugwinnen? Er zijn zoveel onbeleden dingen. Bij vergeving en verzoening is erkenning van schuld nodig. Wat moeten we daarmee?

 

Ottens, Emmeloord (NGK): Schaeffers verhaal gaat niet alleen over zaken tussen de kerken maar ook die binnen de kerk. Daar is ook sprake van individualisering. Soms zijn situaties niet op te lossen. Waar heeft dat mee te maken? Met de visie op de kerk?

 

Runhard, Harderwijk (?): Schaeffer geeft de pijn aan. Zo zijn wij en dat is iets van alle tijden. Jezus Christus zei eens: Wie niet tegen ons is, is voor ons.

Een ander punt: de Sadduceeën waren volwaardig lid van de gemeente maar ze ontkenden het hiernamaals. Er is een slingerbeweging tussen ruimte en grenzen. Nu slaat die weer door naar ruimte. De richting is bepalend.
Om de problemen op te lossen zou theologen eens een stapje opzij moeten doen voor psychologen tussen de partijen.

 

Rietkerk, Doorn: We moeten naar de toekomst kijken. We komen uit een Nederlands schilderij met allemaal vakjes, weitjes, slootjes en hekjes. Maar we moeten kijken naar Australië met zijn gigantische ruimte. Dan is er weer ruimte voor profetie in de kerk. Net als de tempel ontzuild werd, is het nu tijd voor ontzuiling van de kerken.
Of is dat naïef?

 

Ds. Schaeffer: Een mooi beeld. Maar de kudde heeft herders nodig. Want waar is de bron te vinden? En hoe ga je daar mee om?

Nog even over heiligheid. Ik wil me aansluiten bij Van der Schee. Heeft het zin? Een congres als dit is genezend. We moeten eerst intern de pijn onder ogen zien en benoemen. Het ons niet te gemakkelijk maken.

Ds. Mulder in Kampen (NGK) heeft voor zijn sterven diverse mensen in de GKv vergeving gevraagd die hij onnodig gekwetst en bezeerd had. Zo stelde hij zich ook op in zijn preken. Dat is zo belangrijk. Vergelijk het met de slavernij, die nu onder ogen wordt gezien.

 

Ds. W. van der Schee: Wij moeten de interne verantwoording nog doen.

 

Prof. Kamphuis: Moeten we de kerkelijke ontzuiling in? Of eerder herverdelen? Over kerkgrenzen herkennen we elkaar in de naam van Jezus Christus. Dat brengt ook weer scheiding mee en komen er weer kerken en kerkverbanden bij. Maakt u zich geen illusies. Zie 1892, zie HHK, zie ook de brokken in de GKv. Maar er is wel veel geloof dat de naam van Jezus Christus grote kracht heeft.    

 

De individualisering zet de heiligheid van de kerk onder druk. Zijn we hier wel zo katholiek? Moeten we het rooms-katholieke kerkmodel wel zo snel afserveren? Het is mijn overtuiging dat de Geest van Christus aan de zichtbare kerk gestalte geeft en je daar moet zijn. Buiten de kerk is geen heiligheid. Misschien beseffen we te weinig dat we veel opzichten in het verleden ongelijk hadden.

 

Ds. Schaeffer: Ik ben met een open vraag geëindigd. Ik geloof en blijf geloven een heilige christelijke kerk. Jezus Christus is onze heiligheid en zo mogen we naar God gaan. Hij heeft ons liefgehad. Daar begrijp ik niets van.
In de kerk zijn er mensen met heel verschillende karakters en komaf. Dat is uniek. En je kunt ook goede ervaringen hebben in de gemeenschap der heiligen. Een stukje heiligheid ervaren. Er is een diep verlagen ook bij conflicten de onderlinge liefde te laten zien. Laten we strijden om de eenheid te bereiken en elkaar niet afserveren. Daar wil ik mij naar uitstrekken. Daar zie ik te weinig van in de praktijk.

 

Wordt vervolgd