Flits 5 - The Liquid Church
D.J. Bolt25-12-05
D.J. Bolt
Flits 5: The Liquid Church
In de Gereformeerde Kerkbode van Groningen, Fryslân, Drenthe, kortweg de Kerkbode van het Noorden, stond een artikelen-reeks over "Het lezen van de Bijbel". (1)
Dat is een belangrijk onderwerp want de vraag hoe ik vandaag de Bijbel voor mijn leven moet gebruiken is niet altijd gemakkelijk te beantwoorden. En het lijkt alsof het ook steeds moeilijker wordt, zo stelt ds. S. de Jong in een inleiding op de serie.
Nu heeft drs. A.L.Th. de Bruijne van de Theologische Universiteit te Kampen daar uitgesproken ideeën over. In een tweetal artikelen vat De Jong deze samen. Voor wie kennisgenomen heeft van het gedachtengoed dat De Bruijne heeft ontwikkeld in de Nieuwe Benadering van huwelijk en echtscheiding, valt veel te herkennen. Bijvoorbeeld: "Als het gaat om het inhoud geven aan de christelijke levensstijl moet het gebruik van de wet van God geen exclusief gebruik zijn. Zij staat naast tal van andere factoren, realiteiten en woorden die ons zicht kunnen geven op 'het goede' (cursief djb), zo leerde De Jong van de Kamper docent. En "de binding aan Christus die ons in de weg van overgave aan Hem zelf affiniteit geeft met Gods wil (is) het diepste woord over en het uiteindelijke criterium voor een christelijke levensstijl."
In gewone woorden: Leef heel dicht bij Jezus dan zul je zelf het beste weten hoe je moet leven.
Helaas, zo constateert de samenvatting verder, dat leidt wel tot individualisme. En dat is niet bijbels. Daarom dient er meer aandacht voor de gemeente te komen.
Zo, op deze manier.
Niet ieder individu moet zijn persoonlijke conclusies over goed en kwaad trekken uit Gods Woord. In plaats daarvan moeten we als gemeente samen Gods Woord toepassen op ons leven. "We moeten samen overeenstemming vinden over zoiets (cursief djb) als de ethische hoofdboodschap van de Bijbel, samen een stijl ontwikkelen en in praktijk brengen waarin deze belichaamd wordt, en in dat licht samen wegen wat deze boodschap betekent voor de omgang met een concrete richtlijn of een situatie waarover de Bijbel niet rechtstreeks spreekt."
'Gemeente-ethiek' zo wordt dat wel genoemd.
Ds. De Jong heeft aandachtig naar drs. de Bruijne geluisterd!
Een aantal Noordelijke predikanten kreeg gelegenheid om hierover vragen te stellen. Daarop mocht De Bruijne tenslotte ook nog reageren. We laten die vragen en antwoorden op dit moment voor wat ze zijn maar willen één aspect uit de reacties lichten.
Want een predikant, ds. A.W. Beute te Sneek (Bram voor de Kerkbode) heeft moeite met een fundamenteel aspect van de Bruijnes gemeente-ethiek. Ja, ds. Beute is het er wel mee eens dat je samen als gemeente de Bijbel verstaanbaar en toepasbaar moet maken. "De gemeente is de bril voor de Bijbel", zo lezen we. Die schept een verstaanskader, zegt de theoloog deftig in het jargon.
Máár, vraagt ds Beute zich af, wat is nou toch die geméénte?!
De predikant vermoedt dat drs. De Bruijne denkt aan een plaatselijke gemeente. Echter, is dat niet "een wat ouderwetse voorstelling van zaken"?, verbaast hij zich. Want de gemeente van vandaag is nog wel belangrijk voor velen maar niet het "enige oriëntatiepunt". Gemeenschap der heiligen is overal en niet zo omlijnd als we vroeger dachten. Immers er zijn allerlei dwarsverbindingen met andere christenen. Beute noemt het CDA en de CU, de Evangelische Omroep, Agapè. Je bezoekt ook andere kerken en als het je in de eigen kerk niet bevalt stap je over naar een andere kerk. Zo gaat dat toch?
Dat heet "dynamisch kerklidmaatschap". En de bijbehorende kerk heet Liquid Church (likkwit tsjurts) oftewel vloeibare kerk.
Ds. Beute lijkt die ontwikkeling positief te waarderen. Want hij denkt dat het "niet zinnig" is de gemeente nog te beschouwen als een vooral plaatselijk instituut. The Liquid Church is een gegeven! Daar moeten we "onze winst" mee doen. Want kerk en gemeente zijn "diffuse", wazige begrippen geworden. En dus is eigenlijk de lokale-gemeente-ethiek van de Bruijne ook al weer achterhaald.
Vandaar de prangende vraag van deze predikant aan de Bruijne: Bent u eigenlijk niet een beetje ouderwets?
Tijdens het betoog van ds. A.W. Beute uit Sneek zijn wij iets gaan begrijpen. Namelijk, hoe groot en diep de crisis is van onze gereformeerde kerken vrijgemaakt. Dat het nooit zal lukken onze kerkelijke identiteit te hervinden zolang predikanten als Beute het gereformeerde kerkbesef (ouderwetse woord, ik weet het) kwijt zijn.
Het gaat hier ook niet om een zonderlinge geïsoleerde dominee die ergens verdwaald is tussen de meren en plassen van het mooie Fryslân. Nee, zijn gevoelens en overtuigingen komen we overal tegen. Hoevelen roemen niet van de fijne mannenbijeenkomsten ver buiten de eigen gemeente. In de gemeente is het maar niks, daar kun je je hart niet luchten over wat je bezig houdt of waar je mee zit. Of van die heerlijke interkerkelijke vrouwenochtenden waar je elkaar zo aanvoelt en kerkelijke verdeeldheid geen punt is. Eigen bijbelstudieverenigingen? Ach?
Na een gereformeerde eredienst kun je bijna struikelen over Agapè bill-boards: Komt, laat u inschrijven voor een van de vele evangelische weekend-conferenties. Compleet met viering van het Avondmaal (wat maakte u zich toch druk over open Avondmaal, Amersfoortse synode, uw standpunt was al achterhaald vóór u er besluiten over nam). Zo kun je, geestelijk opgeladen, je eigen gemeente weer aan. Voorzover van toepassing natuurlijk, want er zijn zoveel aantrekkelijker alternatieven.
Gereformeerde jeugdorganisaties, studentenverenigingen, bondsdagen?
Ach?
EO-jongerendagen, Flevo-weekenden, dat is het! Zoek je troost in doe-het-zelf jeugd-interkerken!
Vrijgemaakte jeugdleiders en ambtsdragers van Aduard tot Apeldoorn verzuimen hun eigen samenkomsten om het charisma te ervaren van een baptisten-dominee in het Noorden. Die we vervolgens onbekommerd laten schrijven in de gereformeerde kerkbode van die streek. Waarom ook niet! We evangeliseren toch ook allang met 'denominaties' van allerlei slag? Van PKN tot vrije evangelischen, van Pinstermensen tot nederlands gereformeerden. En zo ontdekken we tenslotte in Zwolle samen met voorgangers uit o.a. de Vergadering der gelovigen dat Gods Geest werkt.
Perforeer de grenzen die door mensen zijn gemaakt!
Leve The Liquid Church!
Ds. Beute heeft het goed getaxeerd.
Het uit de engelse wereld overgewaaide Liquid Church virus (2) heeft vat gekregen op de geesten in de gereformeerde kerken. Niet alleen op 'gewone' gelovigen maar ook op ambtsdragers. Artikelen 27-29 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis over de kerk van Christus? Een gereformeerde ouderling keek me meewarig aan: Onze jeugd heeft daar allang niets meer mee, broeder. Voor hen is het: in de prullenbak er mee. Vroeger, ja toen wisten we precies waar de kerk was: van Axel tot aan Roodeschool. Maar nu? Een vrijgemaakte dominee op een olifant door de binnenlanden van een ander continent komt toch ook geen vrijgemaakt ware-kerk-bordje tegen? Ha, ha.
We rijden kerkelijk intercity.
Sinds die Amersfoortse synode is dat ook min of meer gelegaliseerd. Kerkgrenzen, het meest schrijnend zichtbaar aan het Heilig Avondmaal, zijn vervaagd. Voortaan vieren we dat samen met b.v. een vrouwelijke nederlands gereformeerde ambtsdrager, een Maria-vererende roomskatholiek of charismatische evangelicaal. (3) En natuurlijk zullen we dan ook niet moeilijk doen als onze broeder of zuster zijn plekje aan hun Avondmaalstafel inneemt.
Wat maakt dat nog uit?
"Vrijgemaakte kerk? Foute kerk!", zei prof. J. Douma.
"Vrijgemaakte kerk? Vloeibare kerk!", zegt ds. Beute.
Maar waar is de geloofsbeleden ware kerk gebleven?
Of moeten wij ook maar in gepaste 'ootmoed' een nederlands gereformeerde schrijver in Opbouw (4) volgen: "Als er iets is wat wij van '1967' hebben geleerd, is het wel dat wij geen Ware Kerk zijn ?"
Ook wij hebben een prangende vraag: Wanneer gaan onze theologen en predikanten, hun en onze belijdenis over de kerk weer serieus nemen? En er over preken zonder allerlei modieuze engelstalige/evangelische franje? Mogen we misschien voorzichtig adviseren om de college-diktaten van prof. K. Schilder over de Kerk weer onder een dikke laag stof vandaan te halen?
Want eerlijk gezegd, met die vloeibare kerk kunnen we niets. Die constructie loopt als water door de vingers en heeft de identiteit van een stressball.
Leer ons alstublieft, herders(5) en leraars, wat de kerk naar de Schrift is.
Bijvoorbeeld:
- dat er één algemene kerk is
- dat zij een heilige vergadering is van ware gelovigen
- dat Christus haar eeuwige Koning is
- dat zij met hart en wil samengevoegd en verenigd is in dezelfde Geest
- dat niemand zich van deze heilige vergadering afzijdig mag houden omdat buiten haar geen heil is
- wat haar onderwijzing en tucht inhoudt
- wanneer moet worden afgescheiden van degenen die niet van de kerk zijn
- hoe wij kunnen onderscheiden welke de ware en de valse kerken zijn
- waaraan wij kunnen zien wie bij de kerk behoren
- wat het voor de opbouw van de kerk betekent met haar verbonden te zijn in de gemeenschap der heiligen.
Kortom, leer opnieuw ons aller liefhebbende Moeder kennen,
het huis Gods, dat is de gemeente,
die een pijler en fundament van de waarheid is. (1Tim 3:15)
-----------------
(1) Gereformeerde Kerkbode Groningen, Fryslân, Drenthe, nrs. 37, 38, 39.
(2) Boek 'Liquid Church', Pete Ward, leraar aan het Kings College, London.
(3) Natuurlijk weten wij van de 'condities' die de synode heeft opgesteld. Maar dr. E.A. de Boer komt in 3(!) artikelen in De Reformatie aantonen hoe 'wrak' de Avondmaal-besluiten zijn. Hij stelt er meer dan twintig(!) vraagjes en vragen bij. Bijvoorbeeld t.a.v. de voorwaarde dat een gast moet instemmen met de gereformeerde belijdenis. Maar De Boer vindt die voorwaarde "naar de letter erg zwaar aangezet. Zal die in de praktijk niet boterzacht worden?"
Nu is onze vraag aan De Bóer: welke kant gaat ú op? Terug naar de gereformeerde praktijk of de deur verder openwrikken?!
We wachten met spanning zijn derde artikel af?
(4) Opbouw, 49/21, 4 nov. 2005, pag. 14.
(5) Zie ook "Uw stok en uw staf die vertroosten mij" op deze site.
Flits 6: Flinterdun op de kerkelijke weg
In een vorige 'Flits' hadden we kritiek op een publicatie van ds. Jac. Ophoff over de betekenis van Kol. 2:11. voor de kinderdoop.
Nu kan over die Flits gemakkelijk een misverstand ontstaan. Want wij gaan namelijk niet inhoudelijk in op zijn betoog dat Kol. 2:11 niets te maken zou hebben met het vervangen van de besnijdenis door de christelijke doop zoals in onze formulieren en belijdenissen wordt geleerd. Zijn onze argumenten misschien ook te dun om te publiceren?
Nu hebben wij al wel verwezen naar de Institutie van J. Calvijn (boek IV de hoofdstukken XIV par. 24 en XVI par. 11). Daar kun je een goede uitleg vinden van dit Schriftgedeelte.
Maar wij willen erop wijzen dat de kern van ons probleem met zijn artikel is dat hij een onderdeel van de gereformeerde leer van de doop publiek aantast.
Als ds. Ophoff dit onderdeel niet meer voor zijn rekening neemt behoort hij daarvoor de kerkelijke weg te gaan. Zo hebben ambtsdragers dat beloofd!
Want waar ligt bij deze wijze van knabbelen aan de belijdenis de grens? Waarom zou een andere predikant bijvoorbeeld niet mogen schrijven dat de doop niet weergeeft dat onze zonden door Christus' bloed worden weggewassen? Of een derde verkondigt dat het teken van de doop niet aanduidt dat de kinderen bij de christelijke kerk worden ingelijfd?
Dat staan we als kerken niet toe. Denk bijvoorbeeld aan de zestiger jaren waarin de kerken niet tolereerden dat één woordje ("terstond") uit Zondag 22 door een predikant werd weggelaten. Mede de oorzaak van de kerkbreuk in die jaren!
We menen bovendien dat het heel onvoorzichtig is wat ds. Ophoff doet. In hoeveel gezinnen en families worden, of zijn, in deze tijd (zeker in het Noorden waar ds. Ophoff woont!) scheuren getrokken omdat het doperse denken vat heeft gekregen op de geesten. Waar geworsteld wordt om de grote betekenis en rijkdom van het verbond te laten zien aan degenen die dat kwijt zijn geraakt.
Dan moet je niet publiek en ongecontroleerd (zonder kerkverbandelijke betrokkenheid) wapens uit handen gaan slaan.
Wij zouden heel blij zijn als ds. Ophoff alsnog zijn artikel zou intrekken en als hij onverhoopt bij zijn gevoelen blijft, de kerkelijke weg gaat.