Hoe ernstig is Covid-19?
Dr. S. de Marie
17-04-21
In december 2019 ontstond in het Chinese Wuhang een epidemie door een tot dan toe onbekend coronavirus. Inmiddels heeft dit gezorgd voor een pandemie waarbij bijna de hele wereld is betrokken. Hoewel de ontwikkelingen van de pandemie dagelijks in het nieuws aandacht krijgen en er veel cijfers worden gedeeld, zijn er mensen die sceptisch over de ernst van Covid-19 zijn en zich niet aan de preventieve maatregelen willen houden. Ze beschouwen het als een gewone griep. De vraag die ik in dit artikel wil behandelen is: is Covid-19 werkelijk een gevaarlijke ziekte of wordt er overdreven op gereageerd? Daarmee hangt samen de vraag: hoe serieus moet je het belang van vaccinatie nemen?
1. Wat is de omvang van het Covid-19 probleem?
Over heel de wereld zijn nu na ruim 1 jaar pandemie (begin april 2021) officieel ca. 130 miljoen besmettingen geregistreerd en zijn ca. 3 miljoen sterfgevallen aan het virus toegeschreven. In landen met veel inwoners zoals Brazilië en India neemt de sterfte nog alleen maar toe. Wat zeggen deze getallen? We kunnen ze niet absoluut nemen, want er is zowel voor het aantal corona positieve testen als voor het aantal sterfgevallen een forse onderrapportage. Ook van land tot land verschilt de betrouwbaarheid van rapportage. In Nederland werd het aantal doden in het jaar 2020 door Covid-19 aanvankelijk gesteld op 13.000. Inmiddels komt het Centraal Bureau voor de Statistiek uit op een vermoedelijk aantal van 20.000 over 2020. Niet iedereen werd immers getest. Ook zijn er landen die vooral in de begintijd onder meer om politieke redenen lage sterftecijfers hebben doorgegeven, die in werkelijkheid veel hoger lagen.
Als we het wereldwijde sterftecijfer in de eerste 12 maanden van de Covid pandemie (ca. 2.750.000) vergelijken met dat van de jaarlijkse echte ‘griep’, Influenza A, (wereldwijd door de jaren heen variërend tussen ca. 290.000-650.000), blijkt dit voor Covid een factor 5-10x hoger te zijn. Daarbij moet nog bedacht worden dat er tijdens de Covid-pandemie in veel landen zeer strenge maatregelen zijn genomen om verspreiding en sterfte af te remmen. Dit is bij de jaarlijkse influenza-epidemieën niet het geval.
In Nederland was tijdens de eerste golf Covid-epidemie, de sterfte in april 2020 boven de 6000. Door zeer drastische maatregelen van een lockdown te nemen, kon de epidemie wat worden teruggedrongen. Als je extrapoleert wat er zou gebeuren bij het ontbreken van de beperkende maateregelen, zouden we binnen 1 jaar tijd waarschijnlijk meer dan 50.000 dodelijke gevallen hebben gehad. Nu is bleef dit beperkt tot ca. 20.000.
Uitgaande van de officiële cijfers varieert het percentage sterfte onder besmette personen (ook wel ‘case-fatality rate’ genoemd) per land tussen 1 en 3 %. Dit percentage blijft een schatting van de werkelijkheid vanwege de bovengenoemde onderrapportage. Er zijn wel mensen die stellen dat bij een sterfte van minder dan 1% er niet veel aan de hand is, maar dit percentage – als het al klopt - zegt niet veel over de omvang en ernst van de ziekte. Bij een erg besmettelijke ziekte zal zowel het aantal ernstig zieken (en sterfgevallen) veel hoger kunnen zijn dan bij een minder besmettelijke ziekte met een hoger sterftepercentage. Zo had besmetting door het verwante virus SARS-1 in 2002 een veel hoger sterftepercentage (9,6%) dan Covid, maar omdat het veel minder besmettelijk was, bleef de verspreiding beperkt en waren er toen in totaal slechts 800 doden.
Er is nog een ander gevolg van de Covid-epidemie. Omdat veel ernstig zieke Covid-patiënten ziekenhuisopname nodig hebben met voor een deel intensive-care behandeling, is een tekort ontstaan aan bedden en personeel voor de zorg voor patiënten met andere ernstige ziekten. Dat heeft negatieve gevolgen voor hen en draagt bij aan de ernst van de Covid-epidemie. Zelfs nu we meer dan 1 jaar verder zijn, liggen er in de ziekenhuizen nog veel Covid-patiënten en zitten de Intensive care afdelingen aan tegen hun maximum. Ook nu er al een deel van de bevolking is gevaccineerd, is de reguliere zorg voor andere aandoeningen dan Covid nog deels afgeschaald, zij het in mindere mate dan in het begin van de epidemie.
2. Hoe ernstig is het ziektebeeld van Covid-19?
Naar schatting volgt er bij 70% van de besmettingsgevallen symptomen van de ziekte. Degenen die na besmetting geen ziekte ontwikkelen kunnen nog wel bijdragen aan de verspreiding van het virus. De ernst van de ziekte varieert enorm en is afhankelijk van een groot aantal risicofactoren. De leeftijd is een heel belangrijke factor. Zo wordt in een grote internationale studie de sterftekans na besmetting voor de leeftijd van 0-17 jaar geschat op 0,002%, voor 18-49 jaar op 0,05%, voor 50-64 jaar op 0,6% en voor 65+ jaar op 9%. Andere risicofactoren voor ernstig beloop zijn o.a. overgewicht, diabetes mellitus, hart- en vaatziekten, hypertensie, longziekten en immuunziekten.
Ongeveer 80% van hen die ziek worden, ontwikkelt binnen 5 dagen na besmetting alleen milde klachten. Dat betreft met name de bovenste luchtwegen: zoals neusverstopping of neusloop, keelpijn en hoesten. Daarnaast kan er koorts zijn, vermoeidheid, hoofdpijn, spierpijn en soms diarree. Een kenmerkende klacht is verlies en verandering van smaak en reuk. Tijdens deze eerste fase is er een hoogtepunt aan het aantal virusdeeltjes dat verspreid kan worden. Na herstel van de ziekte kunnen er bij een deel van de patiënten nog vele maanden klachten blijven van vermoeidheid, psychische klachten en smaakverlies.
Van de patiënten die ziek worden, ontwikkelt de rest (20%) een ernstig ziektebeeld 7-8 dagen na het begin met kortademigheid. De oorzaak hiervan is een dubbelzijdige longontsteking met tekort aan zuurstof in het bloed. Dit berust mede op een massale ontstekingsreactie van het lichaam tegen het virus. Er is dan noodzaak voor het toedienen van zuurstof.
Voor een deel (5%) van deze patiënten is zelfs kunstmatige beademing nodig. Ook kan de ontstekingsreactie andere organen beschadigen. Een bijzonder verschijnsel is het ontstaan van bloedproppen met embolieën. Van deze zeer ernstig zieke patiënten overlijdt een groot deel. Het tijdig toedienen van het middel dexamethason heeft een gunstig effect, waardoor de sterfte bij deze patiënten kan worden teruggedrongen tot ca. 25%.
3. Is Covid-19 niet gewoon te vergelijken met Influenza (‘griep’)?
Juist om deze vraag goed te beantwoorden is er een uitgebreide studie in Frankrijk verricht, die recent is gepubliceerd. Men heeft 89.530 patiënten die vanwege Covid in het ziekenhuis waren opgenomen, vergeleken met 45.819 patiënten, opgenomen vanwege influenza. Onderliggende ziekten waren verschillend voor de twee groepen. Bij Covid kwam vaker overgewicht, diabetes, hypertensie en afwijkingen van vetten in het bloed voor. De duur voor Covid-patiënten op de intensive care was dubbel zolang.
Een significant groter deel van de opgenomen Covid-patiënten overleed (16,9%) vergeleken met opgenomen patiënten met influenza (5,8%).
Kortom, de ziektebeelden zijn niet met elkaar te vergelijken. Het ziektebeeld van Covid is overduidelijk ernstiger dan dat van influenza.
4. Kan Covid-19 niet met medicijnen behandeld worden?
Op dit moment is er niet een geneesmiddel dat Covid afdoende kan doen genezen. Daarin is Covid niet uniek. Dat geldt immers voor meer virale infecties.
Wel zijn er in de loop van de tijd een aantal middelen uitgeprobeerd met wisselend succes. Nogal wat aandacht kreeg het antimalariamiddel Hydroxychloroquine.
Twee vergelijkende studies hebben het nut van dit middel voor in het ziekenhuis opgenomen patiënten niet kunnen aantonen.
De virusremmer Remdesivir kan de tijd van opname in het ziekenhuis verkorten, maar de overleving wordt er niet door verbeterd. Het nut van toedienen van bloedserum met antistoffen, afgenomen bij patiënten die Covid doormaakten, moet nog worden aangetoond. Dexamethason is werkzaam bij ernstig zieke patiënten die beademing behoeven. Bij mindere ernstig zieke patiënten is er geen voordeel.
Recent is de behandeling met Baricitinib, een middel tegen rheuma, onderzocht.
Toediening bij patiënten die wel zuurstof nodig hebben, maar niet beademd worden, had in een studie een gunstige uitwerking. Kortom, er is met sommige middelen wel enige verbetering in het beloop mogelijk, maar een middel waardoor je snel van de ziekte af bent, is er momenteel niet.
5. Consequenties.
Omdat het coronavirus zich gemakkelijk verspreidt, de ziekte potentieel ernstig is, en er geen probaat geneesmiddel voorhanden is, blijven preventieve maatregelen noodzakelijk. Daaronder vallen ook de vaccinaties. We zullen daarbij onze verantwoordelijkheid moeten verstaan. Verantwoordelijkheid met betrekking tot ons eigen leven en met betrekking tot dat van onze naaste. In onderworpenheid aan en afhankelijkheid van de Heere onze God, Die weet wat goed voor ons is. Als we daarbij dicht bij de Heere leven, mogen en hoeven we niet (over-)bezorgd te zijn. Maar we mogen ook met betrekking tot Covid niet zorgeloos en roekeloos zijn.
Afgezien van de implicaties voor het economische en maatschappelijke leven is het van groot belang om onze persoonlijke taak te verstaan voor het functioneren van het kerkelijk leven.
Wat zou het een zegen zijn als we weer gewoon als hele gemeente de Heere kunnen dienen in Zijn huis, en elkaar weer in de gemeenschap der heiligen ongestoord kunnen opzoeken.
De schrijver was van 1988-2005 als internist-infectioloog verbonden aan het Erasmus Medisch Centrum te Rotterdam en hoofd van de Sectie Infectieziekten aldaar. Hij is in 1985 aan de Universiteit van Amsterdam gepromoveerd op een proefschrift over de epidemiologie van meningokokkenziekte in Nederland.