Ethiek

Uit de kerken

Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Middenkerk, doormidden? - 1?

 

D.J. Bolt

06-04-24

 

Het flottielje van Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) verkeert in een zware storm, af en toe aanwakkerend tot orkaankracht. De schepen proberen met man en macht een koers vinden die hen niet laten ondergaan. In de stuurhutten vinden verhitte discussies plaats over de richting die de schepen zouden moeten volgen om niet op zandbanken of klippen lopen. Onafwendbaar moet er gekozen worden: stuurboord óf bakboord! Tussen schipbreuk of behouden vaart.

Maar wat is de goede stand van de roeren en wie bepalen die?

 

In het gereformeerde kerkrecht wordt de gezamenlijke koers van het kerkverband bepaald door de generale synode waarin de aangesloten zelfstandige gemeenten zich (getrapt) laten vertegenwoordigen. Bij meerderheid van stemmen worden daar uitspraken gedaan die bindend zijn voor de gemeenten, 'tenzij bewezen wordt dat zij in strijd zijn met het Woord van God of met de kerkorde', het beroemde art. 31 KO. Maar wat nu, als gemeenten uitspraken en besluiten, zelfs die meerdere keren synodaal bevestigd zijn, aan hun laars lappen en hun eigen gang gaan? Het aantal kerkschepen groeit dat een eigen gekozen koers vaart. Wat moet uiteindelijk het zwaarst wegen: de scheepsformatie of de koers, en welke dan? Dat zijn brandende vragen!  

 

Dit jaar juni komt de generale synode van de CGK bijeen, Rijnsburg 2024-2025. Zal het deze vergadering wél lukken weer gezamenlijk en eensgezind koers te bepalen en die ook metterdaad te (laten) volgen? De onderlinge gesprekken verlopen maar 'moeizaam', zo wordt gemeld. Daarbij gaat het om niet minder dan[1]:

  • Schriftgezag: Moet de Schrift op een andere manier worden geïnterpreteerd dan vroeger?
  • Kerkvisie: Wat is de kerk eigenlijk, en wat is een kerkverband?
  • Verschillen: Waarin mogen de inhoud prediking, vormgeving van kerkdiensten en liturgie verschillen?

Daarom is door het 'Deputaatschap vertegenwoordiging'[2] het initiatief genomen voorafgaand aan de synode een kerk-breed gesprek te organiseren in de vorm van een convent[3]. Het staat gepland voor 20 april a.s..
Naar deze vergadering mogen twee leden van elke gemeente worden afgevaardigd. Op dit convent staat, zo meldt de uitnodiging,

 

'de vraag centraal of en hoe deze [CGK] kerken gezamenlijk verantwoordelijkheid kunnen blijven dragen voor wat aan hen werd toevertrouwd. Het convent wil de draagkracht peilen die er in de kerken is voor concrete scenario’s om uit de impasse te komen. De uitkomst van die draagkrachtmeting kan dienstbaar zijn bij de besluitvorming die moet plaatsvinden op de generale synode van Rijnsburg 2024-2025'.

 

En ook

 

'… om elkaar voor Gods aangezicht te ontmoeten voor gesprek, en vanuit ootmoed en verlegenheid samen te zoeken naar wat de Heere van ons vraagt, in de moeilijke situatie waarin ons kerkverband zich bevindt. (…) Het gaat niet om een peiling van wat wij willen, maar om een peiling van hoe we samen onderscheiden wat er van ons gevraagd wordt en wat wijsheid is. Hoe vinden we eenheid in waarheid en waarheid in eenheid?' [4]

 

Het is dus niet de bedoeling om besluiten te nemen maar om te peilen wat de mogelijkheden zijn om uit de 'impasse' te komen.  

Welke zijn dan die mogelijkheden volgens de initiatiefnemers? Zij hebben de volgende vier 'denkrichtingen' bedacht. We vatten ze als volgt samen[5].

 

Denkrichting A

Het huidige presbyteriaal-synodale stelsel van kerken en kerkverband blijft gehandhaafd. De zelfstandigheid van de plaatselijke gemeenten én de gebondenheid aan besluiten van de meerdere vergaderingen worden als 'onlosmakelijk' in acht genomen. Het probleem dat plaatselijke kerken besluiten nemen die afwijken van synodale besluiten moet worden opgelost en alle kerken hebben zich daarnaar te voegen  

 

Denkrichting B

Een nieuw 'kerkstelsel' wordt ingevoerd zodat de kerken minder, of in het uiterste geval niet, gebonden zijn aan gemeenschappelijk genomen besluiten.

 

Denkrichting C

Het kerkverband in z'n geheel wordt ondergebracht in een ander kerkverband.

 

Denkrichting D

Het kerkverband wordt 'ontvlochten', ontbonden in afzonderlijke delen. Dat gebeurt zorgvuldig in gezamenlijk overleg, mogelijk met als tijdelijke tussenfase een federatie van die verschillende delen.

 

Het convent zal in drie 'blokken' spreken over de volgende hoofdonderwerpen:

  • Kerk
  • Schrift
  • Toekomst

Inmiddels zijn deze 'denkrichtingen' volop in bespreking in de pers. We willen er in enige edities aandacht aan geven. In de vorige aflevering zijn we daar al mee begonnen door te participeren in een gesprek tussen Bert en Koos[6]. Maar nu gaan we het woord geven aan voormannen in de CGK die met beslistheid hun koersbepaling aanbevelen. We stellen er weer onze vragen bij of uiten onze kritiek. Dat komt niet voort uit met plezier criticaster spelen maar uit betrokkenheid bij het wel en wee van deze kerken waarvoor we van jongs af aan volop belangstelling hebben gehad. En als een belangrijke drijfveer, waarvan we niet graag zouden zien dat zij hun gereformeerde karakter verliezen.

 

In deze editie luisteren we naar prof.dr. H.G.L. Peels, emeritus hoogleraar Oude Testament aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA).

 

De uitweg van prof. dr. H.G.L. Peels

 

Prof. Peels schreef in het driemaandelijkse tijdschrift Theologia Reformata[7] een uitgebreid artikel onder de titel Reflexen. Het artikel weerspiegelt zijn denken op drie onderwerpen: het einde van de wereld, het einde van een kerk en op personalia en memorabilia. Het gaat ons nu om het middendeel dat gaat over 'zijn' kerk, de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) en hoe het daar verder mee moet in zijn visie.

 

Rondblik

 

Prof. Peels ziet in ons land een grote protestants-kerkelijke malaise: secularisatie, kerkverlating door jongere generaties, slinkende ledentallen, een groot predikantentekort, krimpende financiën, sluiting van kerkgebouwen. Hij neemt waar hoe de Nederlandse Gereformeerde Kerken zich richting de PKN bewegen, stelt zelfs dat negen op de tien(!) NGK-predikanten voelen voor een hereniging daarmee, met 'misschien eerst nog een tussenfase samen met de baptisten van Unie-ABC'.
Ook ziet hij de reformatorische kerken, met als kern de Gereformeerde Gemeenten, de Hersteld Hervormde Kerk en de Oud Gereformeerde Gemeenten de gelederen sluiten (overigens zonder zich te verenigen) in reactie op o.a. het tanend Schriftgezag en de aanpassing aan de moderne cultuur als vrouw-in-ambt, acceptatie homoseksuele praxis.

 

Schets CGK

 

Welke 'kerk-geografische positie' neemt de CGK in? We horen een bekend geluid: 'De Christelijke Gereformeerde Kerken hebben zich in hun ruim 13O-jarige geschiedenis sinds 1892 steeds enigszins in het midden [cursief djb] van de gereformeerde gezindte bewogen'. Vandaag bevinden zij zich wat prediking en spiritualiteit betreft tussen enerzijds de Gereformeerde Gemeenten en HHK, en anderzijds de Nederlandse Gereformeerde Kerken en evangelische kerken. Een kerk van 'brede schakering': met 'ingetogen, eenvoudige kerkdiensten met weinig Avondmaalgangers' tot 'levendige diensten met kindermoment, alle soorten liederen en muziekinstrumenten en volle avondmaalstafels'. En zo valt er meer te noemen.

 

Maar hoe groot de verschillen ook, volgens Peels is wat uiteinde­lijk samenbindt 'een schriftuurlijk-bevindelijke prediking en een ze­kere mildheid in het (ver)dragen van elkaar'. De hoogleraar schetst vervolgens hoe solide de kerkelijke organisatie in elkaar steekt, tot en met 'een dienstenbureau in Veenendaal dat zorgt voor coördinatie en ondersteuning'.

 

Spanningen

 

Maar van dit blinkende rozenkleurige beeld lijkt al enige tijd weinig over. De verdeeldheid is groot. Prof. Peels onderscheidt drie delen in zijn kerk:

 

- Een deel dat veel verwantschap heeft met de behoudend-be­vindelijke kerken.

- Een ander deel dat zich meer verwant voelt aan de NGK.

- Een 'daartussen' een grote middengroep.

 

En, niet onbelangrijk, over 'de hele breedte' van de kerken is er een groeiende kanselruil met de HHK, PKN/GB en NGK. Daarmee lijkt volgens de hoogleraar de CGK wel wat op een 'PKN in het klein' te worden. Geruststellend voegt hij er gelijk aan toe, 'minus de vrijzinnigheid'. Echter, ondanks deze vaak graag geroemde 'breedheid' groeien er nu wel ernstige spanningen. Waar komt dat door volgens hem?
 

In het oog springt dat een snel groeiend aantal gemeenten de ambten voor de vrouw heeft opengesteld dwars tegen de besluiten van synodes in. Het hielp niet dat laatste generale synode 'verwoede pogingen' deed dit op te lossen door 'strakke lijnen te trekken'. Het heeft 'de impasse slechts verhevigd', constateert Peels.

Principieel gaat het om elkaar uitsluitende standpunten. Aan de ene kant de overtuiging dat vrouw-in-ambt tegen de Heilige Schrift ingaat en haar betrouwbaarheid ondermijnt. Anderzijds de visie dat er in de Bijbel geen doorslaggevende argumenten tégenzijn, gebaseerd op een nieuwe exegetische methode, die wars is van 'bibli­cisme, en openstaat voor 'de Geest die nieuwe wegen schrijft in de tijd'.


Het zich niet houden aan kerkelijke afspraken en –besluiten geeft natuurlijk wel veel onrust en spanningen. Vermaningen daarover, als ze al plaatsvinden, worden in de wind geslagen, zelfs werkzaamheden van classes afgeschaald[8]

 

Analyse

 

Wat zijn in de kern de problemen en welke uitweg ziet prof. Peels? Hij noemt het volgende.

 

Klimaat en geestelijke houding

Allereerst hekelt hij het klimaat in zijn kerken. Door 'de verharding van standpunten en het wantrouwen worden steeds grotere woorden, clichés en karikaturen gebruikt'. Echter het moet gaan om 'elkaars hart te zoeken om daar de oprechtheid van andermans overtuiging te ontdekken van hem die ook een broeder in Christus is en meent de Schriften recht te doen'. Samen kerk-zijn vraagt om een geestelijke houding van 'elkaar vertrouwen, liefhebben, dienen en opscher­pen op basis van het gezamenlijk belijden waarop wij staan'.
Maar Peels neemt waar dat de praktijk 'moeizaam' is. En, vragen wij even tussendoor, draagt ook hij daar niet aan bij door superlatieven als 'volstrekte waanzin' te gebruiken als het gaat om een eventuele breuk? Neem je hen dan wel geestelijk serieus die in oprechtheid er diep van overtuigd zijn dat de huidige kerkelijke anarchie afvoert van het geloof in het betrouwbare Woord van God? Waarmee alles staat en valt?

 

Convent

Prof. Peels toont zich zeer enthousiast over het komende convent. Eerst maar eens 'draagkracht peilen', vindt hij, en 'het niet maar allemaal laten aankomen op een synode alleen, met alle risico's van veel negatieve ener­gie en herhaling van zetten'.

Het convent is ook zinvol omdat nu eens voor het eerst niet alleen een selecte groep af­gevaardigden maar het grondvlak van de kerken bij de zaken betrokken wordt.

In zo'n vergadering kan lucht worden gegeven aan gevoelens t.a.v. ervaren liefdeloosheid, negeren kerkverband, aantasting Schriftgezag, vervreemding, frustraties, overheersing, angst. Peels hoop is dat het een ontmoeting zal zijn van hart-tot-hart, en dat er 'onder de leiding van de Geest zich een nieuwe weg aftekent, de pola­risatie en het wantrouwen voorbij'.  

 

Scenario's

Verschillende oplossingen overweegt prof. Peels: terug naar de PKN, herverkaveling[9], duale kerk dat is zoiets als deelsynodes voor verschillende 'liggingen' onder één generale synode voor algemene zaken).  

Nee, Peels heeft daar allemaal niet zoveel mee. Hij wil 'weer laten ontdekken waar het wezenlijk op aan komt', wil bezinning op 'de aard van het kerkverband'. Want zijn vraag is of het huidige presbyteriaal-synodale kerkstelsel nog wel van deze tijd is, een tijd van openheid en ontwikkelde mondigheid. In onze informatiemaatschappij is zelfstandig je eigen weg vinden en eigen positie bepalen heel normaal. Daarom is het steeds minder vanzelfsprekend dat van bovenaf genomen beslissingen per definitie worden overgenomen. En vooral als men ook nog het gevoel krijgt dat een klei­ne meerderheid van kerkelijke gekleurde afgevaardigden aan een grote minderheid haar beslissingen oplegt. Overheersing!

Dus? Grotere pluraliteit is nodig! Dat is kortweg, ieder zijn eigen mening, geloof en uitwerking daarvan. Maar tegelijk wil prof. Peels toch wel 'sámen kerk zijn', dat vindt hij essentieel.
Maar hoe dan?

 

Visie

 

Als we het goed begrijpen wil de hoogleraar een modernisering van het huidige 'kerkstelsel' zodat het past bij deze tijd. Daarmee kunnen de huidige problemen soepel worden opgelost. Voordat hij daarvan de grondlijnen trekt maakt hij de lezer eerst deelgenoot van een tweetal overwegingen.

 

Allereerst, fundamenteel in gereformeerd kerkrecht is dat in meerdere vergaderingen[10] alléén datgene be­handeld wordt wat in mindere vergaderingen niet afgehandeld kon worden.[11] Maar vraagt Peels zich af, is dat nog wel de praktijk? Moeten niet, vooral ethische, kwesties veel meer aan de kerken worden overgelaten, m.n. die 'waarvan bij voorbaat duidelijk is dat er verre van eenduidig over gedacht wordt'? Zoals over vrouw-in-ambt waar volgens Peels de Schrift 'niet voor de volle honderd procent duidelijkheid geeft – integendeel'. Met 'onze moderne kwesties kunnen we de Bijbel ook overvragen', waarschuwt hij.
Ja, alleen als het om ketterij of vrijzinnigheid gaat, dan moeten er 'scherpe lijnen worden getrokken'. Maar daar gaat het niet om, begrijpen we.

 

Echter, zo overweegt prof. Peels verder, als er dan toch over 'ethische' kwesties waar zo verschillend over wordt gedacht, op een synode gestemd moet worden,  laat dan niet de helft plus 1 maar bijvoorbeeld 80% van de stemmen worden vereist.  Misschien moet zelfs helemaal worden afgezien van een stemming en de kwestie maar overlaten aan de gemeenten zelf. Hooguit kan wellicht voorzien worden in een 'richtlijn in de vorm van een dringend appel'.

Op basis van een peiling van het ND concludeert prof. Peels dat in de CGK een kleine meerderheid van de gemeenten geen probleem heeft met de vrouw-in-ambt en slechts maar een kleine minderheid ertegen is. Welnu, als het in gemeenten nauwelijks of niet tot spanningen of conflicten leidt en men el­kaar wil vasthouden, dan zou dat landelijk toch ook mogelijk moeten zijn?, vraagt hij retorisch. Het behoort immers niet tot de 'kernzaken van Schrift en belijdenis'? Daar komt bij dat 'het gros van de kerkleden  absoluut niet zit te wach­ten op een kerkscheuring'. 

 

Vervolgens schetst Peels hoe erg een scheuring wel niet is. Het ergst is dat de naam van de HEERE geschaad wordt. Maar ook, wat zijn er grote gevolgen voor gemeenten, families, de TUA en de CGK organisaties. Een kerk van 130 jaar die scheurt om de vrouw-in-ambt? Het zal in de samenleving waar 'Jezus voor nog slechts één op de vijf Nederlanders relevant is' aanleiding geven tot onbegrip, hoon en spot - en tegelijk 'een hele jongere generatie (nog verder) van de kerk ver­vreemden', voorziet hij.

 

Peels roept op om een voorbeeld te nemen aan het werk en de visie van de rooms-katholieke paus Franciscus die met zijn vermolmde kerk toch we­reldwijd invloed heeft op 'de écht grote vra­gen, inzake klimaat en gerechtigheid'. Die begrepen heeft dat het niet langer om kerkelijke hië­rarchie gaat, maar om het inschakelen van het grond­vlak van de kerken. Het gaat om het concrete leven van de mensen en om de revita­lisering van een kerk in een nieuwe fase van de wereld- en cultuurgeschiede­nis.
We moeten van hem willen leren, dringt Peel aan.

 

En ach, waar gáát het eigenlijk om? Alle verschillen vallen weg bij het openen van de Bijbel en het luisteren daarnaar, zo ervaart prof. Peels dat in kerkdiensten waar hij voorgaat. Het levende Woord van God overstijgt ver al onze meningen. Diversiteit mag ook winst zijn en kan behoeden voor eenzijdigheden. Peels parool is: 'geen einde, maar zoeken naar een nieuw begin'. En daarom

'Een kerkscheuring anno 2024 is van geen kant ooit te verantwoorden.'

 

Tot zover een samenvatting van de essenties van prof. Peels betoog.

 

Overwegingen

 

We hebben met veel interesse het artikel van prof. Peels gelezen en willen het proberen te wegen. Wat is in de kern zijn opvatting en welke weg wijst hij om uit de kerkelijke impasse te geraken?

Als we het goed zien is het zijn overtuiging dat de kwestie van vrouw-in-ambt geen scheuring waard is (scheuring is 'volstrekte waanzin'). Het geeft zoveel narigheid en vervreemding in de kerken maar ook spot en hoon er buiten. Christus wordt oneer aangedaan.

Maar het belangrijkste en doorslaggevende voor Peels is dat de Bijbel zich niet lijkt te keren tegen vrouw-in-ambt, 'integendeel'! Het is Bijbels legaal om vrouwelijke ambtsdragers rond en op de kansels te zien verschijnen.  En dus is er eigenlijk alleen het 'praktische' probleem dat een behoorlijke minderheid in de CGK dat inzicht (nog) mist. En die dwingend probeert met behulp van een anno 2024 volstrekt verouderde kerkorde de vrouw buiten het kerkelijke ambt te houden. In feite is dát de grondoorzaak van al die kerkelijke opschudding en trammelant.

En wat moet er dus gebeuren? Als het convent geen éénheid van geloofsovertuiging bereikt dan moet het kerkrecht maar zo worden aangepast dat het verzet tegen vrouw-in-ambt kan worden gebroken en alle gemeenten vrij zijn al dan niet vrouw-in-ambt in te voeren.

 

We hopen van harte dat de besprekingen op het convent en op de komende synode op een ander niveau zulen worden gevoerd. Want de zaak gaat toch om veel meer dan 'een vrouwengezichten rond kansels? Het gaat om het verstaan en eerbiedigen van de Heilige Schrift, ook waar die dwars tegen onze seculiere samenleving ingaat. Ieder die de kerkstrijd van de laatste tientallen jaren in de GKv heeft gevolgd zal in eerlijkheid moeten erkennen dat met de nieuwe wijze van Schriftuitleg om de ambten toch open te kunnen stellen het Woord zelf in geding is. Dat stelt ook prof. dr. H. van den Belt, die nu (ook) hoogleraar Systematische Theologie aan de TUA(!) is[12].  

Zie toch de ontwikkelingen in de voormalige GKv als een baken in zee! Het blijft niet bij vrouw-in-ambt want het probleem zit dieper, raakt het Schriftverstaan. Met de nieuwe benadering van de Schrift kunnen alle 'moderne kwesties' van een eigenzinnig 'Bijbels' aureool worden voorzien. We hebben daar in de vorige editie voorbeelden, als o.a. de acceptatie van homoseksuele relaties, van gegeven.

Naar onze overtuiging gaat het ten diepste  er om of we Gods Woord als absoluut richtsnoer voor ons leven kunnen vertrouwen en daarnaar willen leven, hoeveel spot en hoon dat ook mag opleveren in de verheidenste wereld waarin we verkeren.

 

Nogmaals, we hopen van harte dat de christelijke gereformeerde broeders op dit niveau van hart tot hart met elkaar gaan spreken. En dat, als het niet anders kan, op het aangegeven punt de teerling wordt geworden.

Daar bidden we om.

 

Wordt vervolgd

 

NOTEN

[1] Brief Deputaten Vertegenwoordiging/commissie voorbereiding convent, dd. 09-02-24.

[2] Deputaten en commissieleden: ds. P.D.J. Buijs, ds. J.M.J. Kieviet, ds. J. van Langevelde, mr. H.M. Oevermans, ds. S.P. Roosendaal, ds. J.G. Schenau, ds. N.C. Smits, ds. J. van Vulpen.

[3] Op 5 januari 2024 ontvingen alle kerkenraden van de CGK een uitnodiging voor een convent over de toekomst van de kerken. Het zal gehouden worden op zaterdag 20 april 2024 in de Pniëlkerk te Veenendaal.

[4] Brief Deputaten Vertegenwoordiging/commissie voorbereiding convent, dd. 18-03-24, click hier.

[5] Voor de volledig tekst click hier.

[6] Zie Bert, Koos en Diederik in gesprek, click hier.

[7]Theologia Reformata, jg. 67, nr. 1, maart 2024, p64 e.v. . Het blad publiceert artikelen uit de breedte van de 'gereformeerde gezindte'.

[8] Bijzonder is wat dr. Peels over zijn eigen situatie vertelt. Hij is emeritus van de samenwerkingsgemeente van Zoetermeer. Deze gemeente voerde ook vrouw-in-ambt in. De classis Den Haag waar Zoetermeer onder valt, besloot daarom de geloofsbrieven van de gemeente Zoetermeer voorlopig niet langer te accepteren maar kwam daar evenwel later op terug. Peels noemt het handelen van de classis 'dubieus' en 'voor­uitlopend' op de behandeling van alle bezwaarschriften en revisieverzoeken op de komende GS. Maar, vragen wij, past deze diskwalificatie niet vooral op het handelen van Zoetermeer?

[9] Prof.dr. H.J. Selderhuis, hoogleraar kerkgeschiedenis en kerkrecht, suggereerde dat, zie bijvoorbeeld de Studie- en ontmoetingsdag Ermelo, click hier.

[10] Meerdere vergaderingen zijn niet hogere vergaderingen maar vergaderingen waar meer kerken in zijn vertegenwoordigd.

[11] Tot de competentie van meerdere vergaderingen horen ook zaken die de kerken in het algemeen raken. Dus die te maken hebben bijvoorbeeld met koersbepaling, afwijzing van ketterijen etc..

[12] Zie het boek Het Woord in geding. Zijn bijdrage aan het boek is samengevat op deze site onder deze boektitel, click hier, en hier.