Ethiek

In de pers

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Signalen 67

 

R. Sollie-Sleijster

12-05-18

 

GS Meppel en homoseksualiteit 1

Nader Bekeken - april 2018

 

Ds. P.L. Storm blikt in een drieluik terug op de synode Meppel en de besluiten die daar genomen werden. Het gaat hem nu niet om de besluiten over de vrouw in het ambt of de eenwording met de NGK, maar om de besluiten omtrent homoseksualiteit. Alle drie onderwerpen hebben voluit te maken met de identiteit van het GKv kerkverband als verband van gereformeerde kerken.

De vragen die zijn ontstaan gaan over de vraag of het negatieve oordeel van de Schrift over seksuele omgang tussen mensen van hetzelfde geslacht (zie bijvoorbeeld Romeinen 1) ook geldt voor mensen die 'in liefde en trouw' samenleven. Moeten deze mensen geen erkende plaats in de gemeente krijgen?

Deze vraag bracht de classis Hardenberg in op de synode Meppel. De synode worstelde hiermee, het werd haast een spraakverwarring. De conclusie was dat er geen antwoord op gegeven kon worden, maar dat een studiedeputaatschap zich er in moest gaan verdiepen.

 

De synode van 2008 heeft uitgesproken dat het algemeen geformuleerde kerkelijke beleid moest zijn dat samenleven van homoseksuelen moest worden afgewezen (acta 2008, art. 52). De synode van 2011 keurde de toelating door een kerkenraad voor het afleggen van belijdenis en het vervolgens aangaan aan het avondmaal van een homoseksueel samenlevende broeder af. (Acta 2011, art.3)

Beide synodes hielden zich aan de ‘klassieke kerkelijke benadering’ van de homoseksuele praktijk. Er was geen ruimte om wie in zo’n relatie leeft, ook als die in liefde en trouw zegt te willen zijn, een volwaardige plaats in de gemeente van Christus toe te staan.

 

GS Meppel en homoseksualiteit 2

 

Maar de GS Meppel liet deze duidelijke lijn los. De vraag van Hardenberg kon op dat moment niet worden beantwoord (besluit a., voorlopige Acta, art. 26-2).

 

Een time-out werd genomen en een pastorale handreiking kwam tot stand. ( zie hiervoor bijlage 2. art. GS Meppel Verslag 23 – Homoseksualiteit op deze site) Deze handreiking werd echter prompt weer van tafel genomen (wat ds. Storm niet betreurt), waarna prof. dr. A.L.Th. de Bruijne met een advies kwam. Hij signaleerde de afbrokkelende overtuigingskracht van de klassieke kerkelijke overtuiging en het zwakker worden van de vrijmoedigheid tot vermaan en tucht. Zijn advies was uiteindelijk om een studiedeputaatschap in te stellen. Na veel wikken en wegen kwam daarna besluit b. tot stand:

 

“… een studiedeputaatschap te benoemen met de opdracht om na te gaan of er reden is om de klassieke kerkelijke benadering van homoseksualiteit bij te stellen en of daarbij hernieuwde kerkelijke eenstemmigheid kan groeien. Daarbij moeten eerdere studies van verwante kerken in binnen- en buitenland nadrukkelijk benut worden.” (voorlopige Acta art. 26-2)

 

Maar ook besluit c. werd nog genomen:

 

“de kerken op te roepen om in de pastorale omgang met homo’s te rekenen met het onder druk staan van de klassieke kerkelijke benadering van homoseksualiteit, de vele nog onbeantwoorde vragen en het afnemen van de overtuigingskracht. In dat licht past het om in biddende afwachting van hernieuwde gedeelde overtuiging liefdevol en voorzichtig om te gaan met samenlevende homoseksuele broeders en zusters en terughoudend te zijn wat betreft ontzegging van het avondmaal.” (voorlopige Acta art. 26-2)

 

Ja, het kerkverband studeert. Maar ds. Storm was destijds deputaat appelzaken en als zodanig betrokken bij de voorbereiding van de genomen besluiten van 2008 en 2011. Hij ziet zich in een moeilijke situatie geplaatst. Moet hij met zijn kerkenraad nu in zijn pastorale praktijk tegen een homostel zeggen: 'Ik denk dat de HERE het niet goed vindt hoe jullie leven? Maar toch welkom aan het avondmaal, want mijn kerkverband studeert!' Om dan na een paar jaar, als de studie oplevert dat het toch echt niet mag, te moeten zeggen: 'Nee hoor, nu niet meer'?

Heeft de synode zich dit gerealiseerd?

Bovendien heeft de synode voor alle drie besluiten géén gronden gegeven; een gemis volgens de predikant. En wat is terughoudende tuchtoefening? Ook dat wordt niet nader toegelicht.

Onverteerbaar!

 

GS Meppel en homoseksualiteit 3

 

Wat kan studie opleveren? Overleg moet o.a. plaats hebben met de CGK, waar het hele traject al doorlopen is en tot afsluiting kwam met een synodebesluit dat geheel in lijn lag met de klassieke benadering. In de GKv is de verdeeldheid veel groter. (zie Acta en/of verslagen op deze site)

En een veilige kerk voor homo’s? Wat is dat? Is dat een kerk waar ruimte is om op eigenwillige wijze samen te leven, of is dat een kerk die veilig is, omdat we ons houden aan Gods Woord, ook met het redmiddel van de tucht? (zie ook GS Meppel verslag 09 – Quaestio Hardenberg op deze site).

 

De synode Meppel wees ook nog twee ingediende bezwaren af. Beide bezwaren betroffen het toelaten van homostellen tot het avondmaal. Voor het eerste bezwaar zie Acta art. 32-2a. Het tweede bezwaar betrof een classis die door de GS in het ongelijk werd gesteld (art. 32-5 van de Acta). De classis moet alsnog goedkeuring verlenen aan het verdere eenwordingsproces van twee GKv-kerken met de plaatselijke NGK, die homostellen is gaan toelaten tot het avondmaal. Ds. Storm constateert dat uit beide besluiten blijkt hoezeer het denken op de synode zelf al is veranderd.

 

Kan het studiedeputaatschap feitelijk nog een gedeelde overtuiging vinden? Er zitten mensen in van GKv, CGK en NGK met zeer uiteenlopende meningen. Als voorbeeld wordt ds. J.M. Mudde genoemd. Hij was deputaat van zijn kerken (NGK) en is een ‘geharnast voorstander’ van tolerantie van homoseksuele relaties! Niet alleen voor het avondmaal, maar ook voor toelating tot de ambten.

Niet wat de Bijbel zegt, maar het ‘tegemoetkomende karakter van de HERE’ is doorslaggevend voor ds. Mudde. En samenroeper ds. M. van Loon (GKv) laat in Onderweg al weten dat hij veel sympathie heeft voor deze opvatting.

 

Ds. Storm heeft een somber voorgevoel. Komt er wéér een synode die

 

'manmoedig knopen zal doorhakken? En die de ‘klassieke kerkelijke benadering’ de genadeklap zal geven? De praktijk heeft die dan allang ingehaald. En het eenwordingsproces met de NGK mag natuurlijk niet verstoord worden. (-) Moeten we maar dragen als aanhangers van de klassieke kerkelijke benadering? Net zoals we dat bij de vrouwelijke ambtsdragers moeten?'

 

zo vraagt de predikant zich af.

 

'We willen allemaal luisteren naar Gods Woord, nietwaar? We verschillen alleen een beetje in de toepassing… In theorie althans, want in werkelijkheid zal nog maar één toepassing haalbaar blijken.'

 

Ds. Storm kampt op het ogenblik met gevoelens van wanhoop. Hij hoopt hier nog in beschaamd te worden, maar of dat een reële hoop is?

 

Meer onrust in CGK door synodebesluiten

RD 27/4/2018

 

De uitspraken van de GS van de CGK over de GTU, homoseksualiteit en samenwerkingsgemeenten hebben tot steeds meer ‘vervreemding’ geleid t.o.v. het kerkverband bij samenwerkende CGK gemeenten.

 

Vanuit de classis Haarlem voelt menige gemeente zich beknot in haar vrijheid. Andere afgevaardigden voelen zich juist ‘onbegrepen’ als ze opkomen voor regels die in het kerkverband zijn afgesproken. Het classisverslag geeft aan dat lang niet elke gemeente het synodebesluit over homoseksualiteit onderschrijft en er naar handelt.

 

CGK Hengelo bracht haar zorgen omtrent het niet meedoen aan de GTU op de classis Apeldoorn naar voren. Volgens die gemeente dreigt een kerkelijk isolement, wat dan weer ten koste zou gaan van eenheid met andere gereformeerde kerken.

 

In het classisverslag van Amsterdam lezen we dat de gemeente Almere steeds minder ruimte binnen het kerkverband ervaart en dat pijn en onvrede bij diverse afgevaardigden worden gevoeld.

 

Ook in Arnhem heerst onvrede. De samenwerkingsgemeente van CGK en NGK gaat zich opnieuw bezinnen op de vrouw in het ambt, want ze ziet ‘geen Schriftuurlijke gronden om vrouwen uit de ambten te weren’.

 

En de samenwerkingsgemeente Rotterdam-Alexanderpolder wordt ‘spanning’ ervaren doordat de besluiten van de synodes van de verschillende kerkverbanden zo uiteenlopen.

 

Christelijk-gereformeerde eigenheid

ND 29/03/18

 

Het zit Henk Leendertsen behoorlijk dwars dat de CGK zo vaak de zwarte piet krijgt toegespeeld in de samenwerking met de GKv en de NGK. In een ingezonden geeft hij aan dat het logisch is dat ouderlingen uit die beide kerken geen stemrecht hebben op CGK vergaderingen. Dan zouden zij het beleid van de CGK bepalen en dat is z.i. toch van de gekke. (1)

En de CGK willen hun eigen opleiding voor predikanten (sinds 1894) behouden, het zij zo. (2)

Nu de NGK en de GKv de vrouw in het ambt toelaten, zou dat bij de CGK naar binnen kunnen worden gerommeld. (3)

Kinderen toelaten aan het HA is ondenkbaar in de CGK (4).

 

Zijn conclusie is dan ook dat de CGK niet bij de GKv en nog minder bij de NGK hoort. De oplossing die hij daarom ziet voor de samenwerkende gemeenten is dat zij zich in hun geheel aansluiten bij GKV-NGK. Wat overblijft is kanselruil en het opheffen van het Deputatenoverleg Eenheid (DOE): geen frustraties meer en een betere nachtrust.

 

Ontkerkelijking door seks

ND 16/04/18

 

In de rubriek blogs en bladen een opmerkelijk berichtje over de leegloop van kerken die helemaal niet veroorzaakt zou worden door de gestegen welvaart en technologische vooruitgang. De boosdoener is seks.

De Vlaamse Jezuïet Guido Dierickx meldt dit op zijn website Ignis Webmagazine en baseert zich op zijn beurt weer op de Amerikaanse socioloog Mark Regnerus met zijn boek over ‘goedkope seks’ als een soort ruilmiddel tussen man en vrouw. 'De strenge seksualiteitsbeleving van vroeger was soms beklemmend, maar de nieuwe, losbandige, is dat nog meer.'

Dierickx: Als de seksuele revolutie aan de basis van de secularisatie ligt, hebben gelovigen hiermee een probleem, want zij staan dan tegenover hen die de werkelijke redenen van hun afkeer van het kerkelijk leven niet onder ogen willen zien en liever andere redenen verzinnen om hun vijandige houding te rechtvaardigen. Zijn conclusie is dat het erg moeilijk is met zulke tegenstanders een dialoog aan te gaan.